Arresten en jurisprudentie: uittreksels en studiehulp - Thema
- 9884 keer gelezen
Het gaat i.c. om het kort geding van 1 juni 2012 in de zaak van Geert Wilders tegen de Nederlandse Staat. Wilders legt aan zijn vorderingen ten grondslag dat de Staat jegens hem onrechtmatig handelt. Nederland staat namelijk op het punt om zich te binden aan het Verdrag tot instelling van het Europees Stabiliteitsmechanisme (ESM-Verdrag) terwijl in dit verdrag volgens Wilders onrechtmatige en ongelukkige bepalingen zijn opgenomen.
De vorderingen van Wilders strekken tot aanhouding van de Wetsvoorstellen en richten zich tegen de Staat als wetgever. Dit betreft dus een ingrijpen in het wetgevingsproces. Het vaststellen van wetten in formele zin is op grond van art. 81 Gw een taak van de regering en Staten-Generaal samen, waarbij de vraag of, wanneer en hoe een wet tot stand zal komen moet worden beantwoord op grond van politieke besluitvorming en belangenafweging. De verdeling van bevoegdheden van de verschillende staatsorganen zorgt er voor de rechter niet mag ingrijpen in deze procedure van politieke besluitvorming en de rechter mag in de loop van de procedure die tot een wet in formele zin leidt ook niet ingrijpen, omdat procedurevoorschriften niet in acht zouden zijn genomen. De burgerlijke rechter in kort geding kan alleen (onderdelen van) een wet in formele zin buiten toepassing verklaren als en voor zover deze onmiskenbaar onverbindend is wegens strijd met een ieder verbindende verdragsbepaling (artikel 94 Gw) of met het gemeenschapsrecht. Er bestaat dus grote terughoudendheid, met name omdat alleen een voorlopig oordeel kan worden gegeven. Het is de taak van de wetgever om alle in het geding zijnde argumenten en belangen tegen elkaar af te wegen. Het is dus niet de burgerlijke rechter die een eigen afweging maakt.
Dat Wilders stelt dat er onrechtmatigheden/bezwaren zijn m.b.t. het ESM-Verdrag zijn onderwerp van het politiek debat dat binnen het wetgevingsproces over het ESM-Verdrag wordt gehouden door de volksvertegenwoordigers in welk proces de rechter niet kan ingrijpen. Dit kan de rechter ook niet als zich onjuistheden in voornoemd proces zouden hebben voorgedaan. Voor zover Wilders zich in dit verband nog heeft beroepen op onrechtmatigheden wegens strijd met de Grondwet staat artikel 120 Gw aan een inhoudelijke rechterlijke toetsing. En er is ook geen strijd met de internationale bepalingen zoals Wilders aanvoerde. De stelling van Wilders kan dus niet tot het oordeel leiden dat de Staat onrechtmatig heeft gehandeld. Zijn vorderingen worden afgewezen.
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Main summaries home pages:
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
552 |
Add new contribution