Handelsrecht: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG
- 2261 keer gelezen
De onderwerpen die worden besproken komen geheel overeen met de literatuur die erbij hoort.
Vroeger was er een voorwaarde voor oprichting: verklaring van geen bezwaar. Dit is sinds 1 juli 2011 afgeschaft. In plaats daarvan is er een doorlopende controle op rechtspersonen.
Er is nu nog een systeem waarbij aandeel aan toonder mogelijk is, men wil dit anders, omdat men bang is geworden door terreurdreiging en dergelijke. Maar er is tot nu toe nog geen nieuw systeem bedacht.
Je moet goed de verschillende vormen kennen: nv, bv, en de verschillen daartussen.
Rechtspersoonlijkheid is erg belangrijk!
Jurisprudentie mag mee naar het tentamen, maar geen samenvattingen ervan. Er is geen lijst van verplichte jurisprudentie, maar alles wat besproken wordt in de werkgroepen en op de hoorcolleges, moet men kennen.
De volgende onderwerpen worden extra behandeld:
Bij de coöperatie is een nieuw deel besproken. Hierbij gaat het om de aansprakelijkheid. DIt is een bijzonder onderdeel bij de coöperatie.
wa - wettelijke aansprakelijkheid: aansprakelijkheid leden jegens de coöperatie. In geval van ontbinding, allleen aansprakelijkheid voor het tekort. Dus leden zijn nog steeds niet aansprakelijk voor schulden jegens derden. Bij wa moeten derden bij springen jegens de coöperatie, niet jegens de leden.
ua - uitgesloten aansprakelijkheid.
ba- bijzondere aansprakelijkheid.
Deze afkortingen moeten in de naam gegeven zijn bij coöperaties, zodat men weet wat voor aansprakelijkheid er geldt.
De onderwerpen die worden besproken komen geheel overeen met de literatuur die erbij hoort.
Er wordt niet gesproken over nieuwe ontwikkelingen of nieuwe regelgeving.
Het onderscheid tussen art 2:29 BW en 2:30 BW moet je goed kennen. Art. 2:29 is voor een formele vereniging en 2:30 voor een informele vereniging.
Ken de kenmerken kennen van stichting, vereniging, maatschap, coöperatie en de voor en nadelen hiervan.
Bij de coöperatie moet je goed weten dat een coöperatie is opgericht als vereniging, maar dat dit niet betekent dat de coöperatie een bijzondere vorm van een vereniging is.
Goed weten wie er aansprakelijk kan worden gesteld en op welke manier!
De verschillen weten tussen wa - wettelijke aansprakelijkheid, ua - uitgesloten aansprakelijkheid en ba - bijzondere aansprakelijkheid.
Er kunnen bij het tentamen stellingen komen waarbij aangegeven moet worden of deze juist of onjuist zijn, met daarbij goede argumenten.
Hoorcollege week 2a behandelt de onderwerpen van het hoorcollege week 3b van 2016/2017
Het kroonjuweel van de personenvennootschappen: fiscale transparantie. Er is vaak belastingvoordeel.
Ander voordeel is dat het vaak vormvrij is, een mondelinge overeenkomst volstaat.
Geen verplicht minimum kapitaal.
Inrichtingsvrijheid.
Geen verplichting openbaarmaking jaarrekening, art 2:360 lid 2 BW.
Prijskaartje is wel dat er sprake is van persoonlijke aansprakelijkheid van vennoten jegens vennoten.
Maatschap: daar zijn de vennoten in gelijke delen aansprakelijk voor de schulden.
Bij de vof en cv is men hoofdelijk aansprakelijk. Daar kan men bij een persoon alles vorderen, die kan wel regres kan uitoefenen op medevennoten. De vraag is dan wel of die daar draagvlak voor hebben.
Uitbreiding op het onderwerp ontbinding:
Rechterlijke ontbinding wegens gewichtige redenen. Die regel is van dwingend recht.
Ontbinding heeft geen terugwerkende kracht. Art. 265-279 van Boek 6 zijn niet van toepassing.
Ontbinding ten tijde van en door rechterlijke uitspraak.
Art 7a:1684 lid 2: de rechter kan bepalen dat vennootschap partieel wordt ontbonden, ook als de vennootschapovereenkomst er niets over bepaalt.
Andere ontbindingsgronden: overeenkomst van vennootschap. Er blijft slechts 1 vennoot over; dat is niet mogelijk. Let op: voorstel werkgroep personenvennootschappen, daar mag het wel.
Nog een nieuw onderwerp: soorten bedingen met het oog op voorzetting:
Er moeten voorzieningen worden getroffen als vennoten willen voortzetten: voortzettingsbedingen, gericht op het continueren van de obligatoire relatie.
Vermogensbedingen teneinde bedrijfsmiddelen (vermogen) door de personenvennootschap te behouden: de uittredende vennoot is immers gerechtigd tot toedeling van zijn deel in het vermogen van de personenvennootschap.
Uittreding mag geen financiële aderlating zijn voor de personenvennootschap.
Nog een nieuw onderwerp: toetreden en aansprakelijkheid jegens derden
Vof: de vennootschap die blijft bestaan is en blijft aansprakelijk voor de zaakschulden. De vraag is dan of de nieuwe vennoot ook aansprakelijk is voor de bestaande schulden?
Er is een tweespalt in de literatuur. De Hoge Raad hakt de knoop door: toetredende vennoot is ook aansprakelijk voor schulden die al voor zijn toetreding zijn ontstaan, zie arrest Carlande.
Maatschap: of de toetredende maat ook aansprakelijk is voor schulden die voor zijn toetreding zijn ontstaan, is nog onduidelijk. Opvatting 1: men volgt de lijn van Carlande, dan is de toetredende maat aansprakelijk voor oude maatschapsschulden. Opvatting 2: geen aansprakelijkheid toetredende maat voor oude schulden, omdat de nieuwe maat geen volmacht heeft gegeven om namens hem/haar op te treden.
Er zijn geen onderwerpen die niet worden behandeld in de literatuur. Maar deze week was het opvallend dat de stof op de hoorcolleges beter wordt uitgelegd, vooral met duidelijkere accenten dan in het boek wordt gedaan.
Vernieuwing is nodig wat betreft het onderwerp personenvennootschappen, maar dat is lastig om voor elkaar te krijgen. In 2011 was er een wetsvoorstel, maar deze is ingetrokken. Groot heikelpunt bij dit voorstel was: rechtspersoonlijkheid ja of nee? Dus het lastige was vooral de bepalingen over aansprakelijkheid.
In 2016 kwam er een nieuw voorstel van de werkgroep personenvennootschappen.
Juni 2016: eerste voorstel. September: eindversie.
December: nota voortgang modernisering ondernemingsrecht, wetsvoorstel is er nog niet. In het college wordt wel verwezen naar hoe het in de toekomst waarschijnlijk zal worden.
Doel van voorstel: bruikbare, internationaal aantrekkelijke en kostenefficiënte nieuwe regeling van alle personenvennootschappen in titel 13 boek 7 BW met 8 afdelingen.
Noviteit: rechtspersoonlijkheid voor de openbare vennootschap (is maatschap/vof/cv die als eenheid onder gemeenschappelijke naam optreedt), mits ingeschreven in het handelsregister. Personenvennootschap heeft naar huidig recht geen rechtspersoonlijkheid (arrest Roham). Ontbreken rechtspersoonlijkheid heeft o.a. gevolgen voor toe- en uittreding van vennoten en herstructurering (fusie en omzetting).
Wat ook in het voorstel staat: winst en verliesdeling is niet gekoppeld aan de waarde van de inbreng van ieder van de vennoten in de personenvennootschap. Iedere vennoot deelt voor een gelijk deel in winst en in het verlies, tenzij anders overeengekomen. Opheffing van het verbod van societas leonina – dus dat één iemand alle winst krijgt - mag.
Wat ook in het voorstel staat: het beheersverbod commanditaire vennoot wordt geschrapt. Commanditaire vennoot kan op basis van een volmacht namens de cv rechtshandelingen aangaan zonder dat dit wordt gesanctioneerd met persoonlijke aansprakelijkheid. Voor wat betreft de vertegenwoordigingsbevoegdheid wordt de maatschap gelijk gesteld met de vof en de cv. Iedere vennoot is in beginsel bevoegd de vennootschap te vertegenwoordigen.
Goed uit elkaar blijven houden van de personenvennootschappen! Er bestaan vaak aparte regels voor verschillende rechtsvormen.
Tip: wetsartikelen erbij pakken tijdens de hoorcolleges/werkgroepen. Zodat je goed doorkrijgt welk artikel waarvoor gebruikt wordt. Er schijnen veel onnodige fouten te worden gemaakt op het tentamen.
Op het tentamen kun je voor het noemen van een artikel een punt krijgen, wel moet je dan ook het goede lid noemen!
Op tentamen gaan vaak vragen verkeerd over vertegenwoordiging en bevoegdheid om in naam te handelen van een bedrijf. Men moet wel altijd kijken op tentamen of iemand bevoegd is, dit moet je altijd controleren.
Hoorcollege week 2b behandelt de onderwerpen van het hoorcollege week 3a van 2016/2017
De stappenplannen worden wel besproken in het boek, maar duidelijker tijdens het hoorcollege. In het boek wordt globaal langs de stappen gegaan en in het hoorcollege worden ze uitdrukkelijk genoemd.
Arrest Bibolini: Er was sprake van een interne beperking. Maar dit keer gold de beperking ook extern, omdat Bibolini van de beperking wist (wetenschap) en omdat Bibolini bij de algemene vergadering was en daar waarschijnlijk ook gestemd heeft tijdens die vergadering (het 'plus' gedeelte). De interne beperking was namelijk dat er toestemming gegeven moest worden tijdens de algemene vergadering, deze toestemming werd echter niet verleend voor het kopen van machines. Bibolini wist dus dat die toestemming er niet was, maar ging toch over tot een overeenkomst. Daarom was hier het bedrijf gebonden aan de overeenkomst. De Hoge Raad heeft echter vage criteria gebruikt. Maar men moet er vooral op letten dat ook interne beperkingen 'extern' werken, wanneer er de wetenschap is en een extra iets: bijvoorbeeld dat er wel een erg nadelige koop tot stand zou komen en dat de verkoper dit weet.
Er wordt niet gesproken over nieuwe ontwikkelingen, nieuwe regelgeving.
Tip: stappenplan gebruiken voor het beantwoorden van tentamenvragen. Zoals bijvoorbeeld bij vertegenwoordigingsbevoegdheid: eerst kijken wie er bevoegd is en daarna kijken waartoe diegene dan bevoegd is; de omvang dus van de bevoegdheid.
Goed kijken of je bij vertegenwoordigingsbevoegdheden misschien te maken hebt met wettelijke beperkingen.
Hoorcollege week 3a behandelt de onderwerpen van het hoorcollege week 2a van 2016/2017
Er lijkt wel een verandering te zijn in de uitgebreidheid van het college. In de aantekeningen van vorig jaar zijn veel meer voorbeelden gegeven dan er dit jaar gegeven zijn.
Vorig jaar is alleen categorie 1 uitgebreid besproken. Dit jaar is ook categorie twee nog gedeeltelijk besproken.
Categorie 2: faillissement: aansprakelijkheid jegens boedel:
Art 2:138/248 BW.
Voor tekort in faillissement (na vereffening).
Geen interne aansprakelijkheid - vergelijkbaar met art. 2:9 BW, maar aansprakelijkheid jegens de boedel.
Voorwaarden: kennelijk en onbehoorlijk bestuur. Heeft de bestuurder zo gehandeld zoals een redelijk denkend bestuurder onder dezelfde omstandigheden zou hebben gehandeld?
Panmo arrest: ratio: beschermingsgedachte.
De literatuur is deze week juist uitgebreider dan de hoorcolleges, omdat in de hoorcolleges veel werd in gegaan op casussen die bedacht zijn door de hoogleraar.
Uitzonderingen worden daarentegen duidelijker behandeld in het hoorcollege.
Er worden in dit hoorcollege geen recente ontwikkelingen behandeld.
De rekenmachine mag worden gebruikt tijdens het tentamen
Je moet het jaarverslag en de jaarrekening goed kennen
Je moet een balans kunnen maken of met een balans die gegeven is vragen kunnen beantwoorden
Je moet kunnen bepalen of dividend mag worden uitgekeerd of niet.
Moeilijkere voorbeelden dan in het hoorcollege zullen er op het tentamen niet komen.
Hoorcollege week 3b behandelt de onderwerpen van het hoorcollege week 2b van 2016/2017
De inhoud is hetzelfde als vorig jaar.
Er is geen onderwerp dat niet wordt behandeld in de literatuur.
Er worden in dit hoorcollege geen recente ontwikkelingen behandeld.
Zorg ervoor dat je de nadelen en voordelen kent van een one tier board en een two tier board.
Je moet goed het verschil kennen tussen een quorum eis en een versterkte meerderheid. Er wordt vaak gedacht dat dit hetzelfde is, maar dat is niet het geval. Besluiten die veel inpact hebben, daarvoor is er vaak een quorum eis. Deze eis houdt in dat bij zo'n te vormen besluit tenminste de helft van het geplaatste kapitaal vertegenwoordigd moet zijn. Daarna kijk je wat van toepassing is: een gewone of een versterkte meerderheid.
Je moet het verschil weten tussen vernietigbaar en nietigheid.
Het onderwerp 'ontslag van bestuurders' komt regelmatig voor op tentamens.
Hoorcollege week 4 behandelt de onderwerpen van het hoorcollege week 6b van 2016/2017
Er was een nieuw besproken arrest: Nationale Nederlanden/Woudsend:
Art. 7:962 strekt er toe te voorkomen dat de verplichting tot vergoeding van schade door de laedens vervalt als gevolg van uitkering door verzekeraar
Zou verzekeraar niet in vordering van de gelaedeerde/verzekerde worden gesubrogeerd, dan zou de laatste, omdat hij tot het door verzekeraar vergoede bedrag geen schade heeft, geen vordering hebben op de laedens, terwijl de verzekeraar niet de mogelijkheid zou hebben het door hem betaalde bedrag op de laedens te verhalen
Er is geen onderwerp dat niet wordt behandeld in de literatuur.
Er worden in dit hoorcollege geen recente ontwikkelingen behandeld.
Je moet goed de begrippen kennen van verzekeringen en wat daar verder mee te maken heeft.
Het onderwerp van de schuldgradaties kun je beter nog even in het boek beDekijken, daar staat het uitgebreider
De arresten Jacob Maring en Zeeuwse/Mangnus zijn belangrijk.
Opzet kan niet mee verzekerd worden.
Hoorcollege week 5a behandelt de onderwerpen van het hoorcollege week 7a van 2016/2017
Het stuk in het hoorcollege over intellectueel eigendom en concurrentie komt niet goed naar voren in de aantekeningen van vorig jaar. Het gaat om:
Bescherming van de prestaties en onderscheidingstekens door het scheppen van tijdelijke monopolies.
Regels van betamelijkheid/ordening scheppen in de concurrentiestrijd.
Maar tegelijkertijd ook een beperking van de concurrentiestrijd/mededinging.
De uitdaging is om een goede balans te vinden.
Een arrest welke niet in de aantekeningen van vorig jaar staat: EHRM Caroline von Hannover (past bij het laatste stukje van de college over portretrecht):
De volgende criteria die bij die belangenafweging een rol spelen: een essentieel criterium is of de publicatie een bijdrage levert aan debat dat in de publieke belangstelling staat;
De bekendheid van de persoon in kwestie en het onderwerp van het bericht;
De manier waarop de persoon in kwestie zich in het verleden heeft gedragen;
De inhoud, vorm en consequenties van de publiecatie;
De omstandigheden waaronder de foto is genomen.
Er is geen onderwerp dat niet wordt behandeld in de literatuur.
Er worden in dit hoorcollege geen recente ontwikkelingen behandeld.
Je moet goed de materiële en formele vereisten kennen.
Kijk de Auteurswet goed door voor het tentamen.
Hoorcollege week 5b behandelt de onderwerpen van het hoorcollege week 7b van 2016/2017
HvJ EU postkantoor: wanneer twee beschrijvende woorden bij elkaar gezet worden, blijft dit nog steeds beschrijvend.
Vervalgronden van het merkenrecht zijn te vinden in art 2.26-27 BVIE
Het begrip inburgering:
De onderscheidende kracht van een merk is geen statisch geheel. Het onderscheidend vermogen van een merk kan toenemen. Inbrugering bestaat in het hele Benelux gebied.
Er moet rekening gehouden worden met alle factoren, maar vooral met: marktaandeel, intensiteit gebruik, geografische spreiding van het gebruik, de duur van het gebruik, de hoogte van de reclamekosten, het percentage van de kringen dat de waar als afkomstig van een bepaalde onderneming identificeert.
Uitburgering bestaat ook:
Het onderscheidend vermogen van een merk kan ook afnemen.
Afnemen: door toedoen/nalaten van een merkhouder, bijvoorbeeld wanneer deze niet op tijd op komt tegen concurrenten.
Er is geen onderwerp dat niet wordt behandeld in de literatuur.
Er worden in dit hoorcollege geen recente ontwikkelingen behandeld.
Weet wat het onderscheidend vermogen is en zorg ervoor dat je kunt bepalen of daar sprake van is.
Bij art 2.20 BVIE zijn er 4 actiemogelijkheden. Men moet dan letten op de manier waarop iemand jouw teken gebruikt. A, b en c zijn de mogelijkheden die het vaakst gebruikt worden.
Het begrip verwarringsgevaar moet je goed kennen en kunnen beoordelen.
Dit hoorcollege past bij het hoorcollege week 5a van vorig jaar.
Alle onderwerpen komen ook in het boek voor. Vooral wat betreft de afkoelingsperiode is het goed nog even in het boek te kijken.
Is hier niet van toepassing.
Fasen van beslag kennen, weten wat er in die fases gebeurd. Daarmee wordt gedoeld op conservatoire fase en de executoriale fase.
Weten hoe de berekening is van de netto onbrengst van iemand die failliet is gegaan. Dat bekent: er is een bruto opbrengst, daar gaan de kosten salaris curator, overige faillissementskosten, overige boedelsschulden vanaf.
Vereisten van faillietverklaring kennen.
Afkoelingsperiode goed kennen.
Deze aantekeningen passen bij de aantekeningen van week 5b van vorig jaar.
Bert is failliet. Tot zijn vermogen behoort een sta caravan in Zuidlaren. Deze wordt vernield, op dusdanige wijze dat het dak van de caravan open ligt. Bert wil waterschade voorkomen en voert de caravan naar een winterstalling. Bert kan daarvan de huur niet betalen en verwijst naar zijn bv. Maar de winterstalling baat de boedel wel, omdat anders de schade aan de caravan nog groter zou zijn geweest.
Niet van toepassing bij dit hoorcollege.
Niet van toepassing bij dit hoorcollege.
Goed weten wat een boedelschuld inhoudt.
Rangorde van schuldeisers goed kennen. Daarbij niet vergeten om de wettelijke grondslagen te vermelden. Een wettelijke grondslag is niet nodig wanneer er 1 concurrente schuldeiser is
Hoort bij het hoorcollege 6a van vorig jaar
Uitleg over de stille sanering (als alternatief van de surseance van betaling):
Er komt een overleg met de bank, die geeft een samenwerkingskrediet in ruil voor zekerheden.
Doel is om de schulden proberen te reduceren.
Voordeel is, dat niemand dit verder hoeft te weten, dan degene die er om vraagt. Dat is dus anders bij de svb, waarbij het openbaar wordt dat dit is aangevraagd.
Niet van toepassing bij dit hoorcollege
Er ligt een nieuw wetsvoorstel: de wet continuïteit ondernemingen II. Deze gaat over buitengerechtelijke akkoorden voor vennootschappen.
WSNP hoef je niet te kennen voor het tentamen
Surseance goed kennen en kunnen toepassen
Het akkoord goed kennen
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Main summaries home pages:
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
2365 |
Add new contribution