Psychology and behavorial sciences - Theme
- 16295 keer gelezen
Sociale psychologie is de tak van psychologie die tracht de aard en oorzaken van gedrag en gedachten van individuen in sociale situaties op wetenschappelijke wijze te verklaren.
In de sociale psychologie wordt er vooral gekeken naar het gedrag van individuen, en hoe dit gedrag door allerlei factoren beïnvloed wordt. Zo is het belangrijk om te kijken naar in welke mate individueel gedrag beïnvloed wordt door de groep, door cultuur, en door emoties en stemming. Er is steeds meer aandacht voor hoe factoren als cultuur en etniciteit invloed hebben op de vorming van het individuele gedrag.
Een kerndoel van wetenschap is het ontwikkelen van basisprincipes die nauwkeurig zijn, ongeacht waar of wanneer ze getest of toegepast worden. Sociale psychologen ontwikkelen geen wiskundige formules, maar zoeken naar de basisprincipes die het sociale leven leiden. Hoewel ze erkennen dat culturen erg verschillen en dat de sociale wereld constant verandert, zoeken ze naar basisprincipes die waarachtig zullen in de tijd en in verschillende culturen.
In de sociale psychologie, net als in andere wetenschappen, wil men niet alleen bepaalde zaken beschrijven maar is men op zoek naar verklaringen. Om verklaringen te kunnen geven worden theorieën opgesteld. Theorieën zijn uiteenzettingen van mogelijke verklaringen voor bepaalde gebeurtenissen of processen.
Sociale psychologen zijn vaak terughoudend in het vertellen van de echte reden van het onderzoek aan de deelnemers, omdat dat het gedrag van de deelnemers hierdoor beïnvloed zou kunnen worden. Dit wordt deceptie genoemd.
De sociale cognitie is een belangrijk onderzoeksveld van de sociale psychologie. Onder sociale cognitie wordt verstaan de manier waarop we de sociale wereld interpreteren, analyseren, opslaan en informatie erover gebruiken. We proberen dit op een zo efficiënt mogelijke manier te doen want onze cognitieve capaciteiten zijn beperkt. De belangrijkste aspecten van de sociale cognitie worden in dit hoofdstuk besproken.
Heuristieken zijn simpele vuistregels die we gebruiken om problemen op te lossen, snelle en efficiënte beslissingen te nemen, antwoorden te geven op vragen of om conclusies te trekken.
In de sociale psychologie verstaat men onder schema’s bepaalde cognitieve structuren of raamwerken die men heeft ontwikkeld over een specifiek thema. Schema’s worden gebaseerd op voorgaande ervaringen en helpen bij het organiseren van grote hoeveelheden sociale informatie. Als ze eenmaal gevormd zijn, zijn ze vaak hardnekkig. Ze hebben een groot effect op het sociale denken en dat hoeft niet juist te zijn.
Hoewel we denken zeer rationeel te zijn en logisch kunnen denken, schiet onze sociale cognitie te kort. We maken veel fouten bij onze poging de sociale wereld te begrijpen omdat we onderworpen zijn aan verschillende soorten tendensen.
Er is sprake van een complex samenspel tussen onze gevoelens en gemoedstoestand en onze cognitie (de manier waarop we sociale informatie verwerken, opslaan en herinneren). Ons gevoel is van invloed op ons denken, en andersom is ons denken weer van invloed op ons gevoel.
Onder sociale perceptie verstaat men het proces van observeren van andere personen om inzicht te krijgen in wat de ander beweegt. We maken hierbij vaak veel fouten omdat we geen gedachten kunnen lezen en alleen op het uiterlijk en openlijk gedrag moeten afgaan.
Om erachter te komen wat de echte gevoelens of gedachten zijn van een persoon, is het vaak verstandig om niet alleen af te gaan op wat er gezegd wordt maar ook te letten op de non-verbale conversatie. Non-verbale conversatie is de communicatie tussen personen waarbij gebruik wordt gemaakt van de ongesproken taal van gezichtsuitdrukkingen, oogcontact en lichaamstaal.
Kennis over de gemoedstoestand van een persoon is zinvolle informatie. De karaktertrekken van een persoon en zijn bedoelingen achter zijn gedrag zijn ook belangrijk om te weten als het gaat om sociale cognitie. Attributie verwijst naar onze pogingen de oorzaken van andermans gedrag te identificeren en een beeld te krijgen van zijn karaktertrekken en disposities.
De meeste mensen geloven dat een eerste impressie de belangrijkste is, omdat deze het langst bij zal blijven. Uit onderzoek naar impressieformatie (dit is het proces waarbij we een impressie vormen van anderen) blijkt dat die eerste indruk inderdaad belangrijk is. In het klassieke onderzoek van Asch naar impressieformatie blijkt dat de impressie van anderen meer dan alleen een optelsom is van hun karaktertrekken.
Naar de zelf, de persoonlijke identiteit, is veel onderzoek gedaan. Hoe we over onszelf denken beïnvloedt niet alleen onze keuzes en ons gedrag maar ook hoe we anderen zien en met anderen omgaan.
Ieder van ons moet zichzelf presenteren in verschillende situaties, voor verschillend publiek. Daarbij kunnen we verschillende rollen aannemen in verschillende contexten. We moeten een keuze maken wat we van ons willen laten zien, hoe en hoeveel.
In dit onderdeel worden manieren waarop mensen zelfkennis vergaren bekeken. De eerste manier is het direct analyseren van onszelf, de tweede manier is bedenken hoe andere mensen ons zien.
Individuen kunnen zichzelf op verschillende manieren omschrijven, afhankelijk van waar ze zijn op een bepaald moment. Bij de persoonlijke identiteit omschrijven we onszelf primair als individuen. Bij de sociale identiteit zien we onszelf als leden van bepaalde sociale groepen. Deze twee identiteiten staan op de uiteinden van wat het persoonlijke-sociale identiteit continuüm genoemd wordt.
Volgens de sociale-vergelijkingstheorie van Festinger gebruiken we anderen als vergelijkingsmaatstaf voor het evalueren van onszelf op vele domeinen en attributen. Hoe we ons voelen en hoe we over onszelf denken hangt af van de standaard waar we ons mee vergelijken.
Zelfwaardering is de houding die we hebben ten opzichte van onszelf. We kunnen een meer of minder positief of negatief beeld hebben van onszelf. Zelfwaardering kan beïnvloed worden door specifieke situaties.
Hoeveel zelfwaardering je hebt, hangt voor een deel af van de verklaring die je geeft voor het al dan niet behalen van bepaalde doelen. Het verbergen van de eigen identiteit kan veel gevolgen hebben voor de mate van zelfwaardering.
In de sociale psychologie wordt onder attitude de evaluatie van verschillende aspecten van de sociale wereld verstaan. Attitudes kunnen positief zijn of negatief, maar ook een mix van beide. Ambivalente attitudes zijn gemakkelijker te beïnvloeden dan de uitgesproken positieve of negatieve attitudes. Sterk uitgesproken attitudes zijn betere voorspellers van gedrag.
Bijna alle psychologen geloven dat attitudes aangeleerd worden. We ontwikkelen attitudes bijvoorbeeld in situaties waarin we met anderen omgaan of waarin we hun gedrag observeren. Het ontwikkelen gebeurt vaak door verschillende processen van sociaal leren.
Het hebben van attitudes hoeft niet te betekenen dat deze tot uiting komen in gedrag. De sociale context speelt hierbij een belangrijke rol. Veel onderzoek richt zich op de factoren die bepalen wanneer attitudes het gedrag beïnvloeden en waarom die beïnvloeding plaats vindt.
Om te kijken naar hoe attitudes richting geven aan gedrag, is het belangrijk om onderscheid te maken tussen gedrag gebaseerd op redenaties en gedrag gebaseerd op spontaniteit.
Overreding (‘persuasion’) is de moeite die we doen om andermans attitudes te veranderen door het gebruik van verschillende boodschappen. Er zijn verschillende factoren die bepalen of overreding succesvol is.
Sommige mensen worden sneller overgehaald dan andere mensen. Dit verschil zit hem in een combinatie van verschillende factoren die ons vermogen om overreding te verweren bepaalt.
Cognitieve dissonantie is de emotionele toestand die ontstaat wanneer iemand inconsistentie ervaart tussen twee of meer attitudes of wanneer het gedrag in strijd is met de attitudes. Omdat we inconsistentie oncomfortabel vinden proberen we die te verkleinen.
Stereotypes, vooroordelen en discriminatie zijn begrippen die allemaal door elkaar gebruikt worden. Sociale psychologen maken een duidelijk onderscheid tussen de begrippen.
Stereotypes worden vaak gebruikt als cognitieve schema’s en werken als theorieën. De sociale informatie die relevant is voor een actief stereotype wordt vaak sneller verwerkt en wordt beter onthouden dan informatie die niet aan het stereotype gerelateerd is. Op deze manier bespaart het veel cognitieve inspanningen.
Vooroordelen hebben betrekking op het gevoelselement van de attitudes ten opzichte van een sociale groep. Dit komt doordat men gelooft dat groepen een onderliggende essentie hebben. Dit is doorgaans een biologisch gebaseerd kenmerk dat wordt gebruikt om de groepen van elkaar te onderscheiden.
Discriminatie zijn opvallende, meestal negatieve, gedragingen gericht op leden van een andere sociale groep. Het hebben van een vooroordeel hoeft niet te betekenen dat deze in het gedrag tot uiting komt.
Sociale psychologen zijn van mening dat vooroordelen niet onvermijdelijk zijn en dat ze kunnen worden verminderd door verschillende technieken.
Onder interpersoonlijke aantrekking wordt verstaan de positieve of negatieve houdingen die we ontwikkelen ten opzichte van andere personen. Deze evaluaties kunnen langs een dimensie worden afgezet, met aan de ene kant ‘iemand mogen’ en aan de andere kant ‘iemand niet mogen’.
Onze eerste gevoelens over het al dan niet leuk vinden van een persoon worden mede veroorzaakt door interne bronnen.
De fysieke nabijheid, zoals naast elkaar wonen of naast elkaar zitten in de klas, is een externe factor waarop een eerste ontmoeting vaak is gebaseerd en meestal resulteert in aantrekking.
Naast de factoren hiervoor besproken, zijn er andere belangrijke factoren die alleen tot uiting komen in interactie. Dit zijn bijvoorbeeld de gelijkenis die we hebben met anderen en de mate waarin anderen ons leuk vinden.
Relaties hebben een centrale rol in onze levens. De belangrijkste en meest hechte relaties zijn de romantische relatie met de partner, de relatie met de familie, en hechte vriendschappen.
Belangrijke onderwerpen van sociale psychologen hebben te maken met sociale invloed. Onder sociale invloed wordt verstaan de pogingen van een of meerdere individuen de attitudes, overtuigingen, standpunten of gedragingen van een of meerdere andere individuen te veranderen.
Mensen vertonen een sterke neiging zich aan te passen. Overeenstemming is een aspect van sociale invloed waarbij individuen hun attitudes of gedragingen veranderen om zich te houden aan de bestaande sociale normen. Een sociale norm is een regel die aangeeft hoe individuen zich behoren te gedragen in specifieke situaties. Een sociale norm is meestal duidelijk voorgeschreven. Sociale normen kunnen expliciet of impliciet zijn.
Meegaandheid is een aspect van sociale invloed waarbij de ene persoon de andere persoon directe verzoeken doet en hoopt positieve antwoorden daarop te krijgen.
Gehoorzaamheid is een andere vorm van sociale beïnvloeding. Bij gehoorzaamheid gebiedt een persoon een of meerdere anderen zich te gedragen op een bepaalde manier en daaraan direct te voldoen. Gehoorzamen wordt minder gebruikt dan de technieken overeenstemming of meegaandheid omdat men, ook al heeft men meer autoriteit, liever kiest voor een sympathiekere methode.
Het voorafgaande beschreef allerlei vormen van intentionele sociale invloed. Er is echter ook niet-intentionele sociale invloed. Dit houdt in dat de persoon niet de intentie heeft om sociale invloed uit te oefenen. Dit komt heel vaak voor.
Onder prosociaal gedrag wordt verstaan hulpvaardig gedrag ten gunste van een ander. Het gedrag levert niets op voor degene die het uitvoert en kan zelfs een zeker risico met zich meebrengen. Prosociaal gedrag moet niet verward worden met altruïsme. Altruïsme is gedrag dat ingegeven wordt door niet zelfzuchtige betrokkenheid voor het welbevinden van anderen.
Om te kijken naar specifieke factoren die de neiging om prosociaal gedrag te vertonen vergroten of verkleinen, moeten we eerst kijken naar de onderliggende motieven van prosociaal gedrag.
Mensen reageren verschillend op een noodtoestand. De een schiet te hulp, de ander niet. Wat dat betreft zijn er hele grote verschillen te vinden tussen mensen, die door sociale psychologen verklaard trachten te worden.
Er zijn verschillende factoren te noemen die invloed hebben op de neiging van een persoon om over te gaan op helpen en prosociaal gedrag. Deze factoren kunnen zowel intern als extern zijn.
Crowdfunding is het proces waarin ondernemers om geld vragen en dit geld gebruiken om een bedrijfje op te zetten of te onderhouden. De investeerders krijgen niks terug, behalve bijvoorbeeld een kleine beloning.
Hoewel het aannemelijk is om agressie en helpen direct tegenover elkaar te zetten, toont onderzoek aan dat dit niet het geval is. De motieven voor helpen en agressie kunnen overeenkomen. Daarbij kunnen de specifieke acties in prosociaal gedrag en agressief gedrag meer op elkaar lijken dan je van tevoren verwacht. Ook zijn de effecten van agressie en prosociaal gedrag soms overeenkomstig. Tot slot blijkt uit onderzoek dat prosociaal gedrag en agressie soms beiden gebruikt worden door personen die hun status willen vergroten.
Agressie is gedrag gericht op een ander persoon met de bedoeling die persoon pijn te doen. In dit hoofdstuk worden oorzaken van agressie op verschillende niveaus (zoals biologisch en emotioneel) besproken, wordt er aandacht besteed aan pesten en gekeken naar hoe agressie gecontroleerd kan worden.
Er bestaan verschillende theoretische perspectieven over agressie. Dit zijn – soms contrasterende – inzichten over de aard en het ontstaan. Uitingen van geweld en agressie worden nooit veroorzaakt door een enkele factor; vaak gaat het om de combinatie van factoren.
Verschillende determinanten spelen een rol bij menselijke agressie. Het agressieve gedrag kan veroorzaakt worden door sociale, culturele, persoonlijke en situationele factoren.
Pesten komt heel vaak voor. In verschillende leeftijdsgroepen is er een grote kans dat mensen ofwel gepest zijn, ofwel zelf gepest hebben. Er is bewijs over waarom pesten voorkomt, wie de slachtoffers en wie de pesters worden, de effecten van pesten en hoe het verminderd kan worden.
Agressie is niet een vorm van gedrag die nooit meer te veranderen is. Het gaat om een complexe samenwerking tussen cognities, persoonlijke kenmerken en situationele kenmerken. Als je inzet op die interactie, kan agressie voorkomen of gecontroleerd worden.
Wij mensen zijn lid van veel verschillende groepen. Sommige groepen zijn formeel georganiseerd, andere zijn juist meer informeel. In deze groepen moet goed gecommuniceerd worden. Een samenhangende groep wordt gekenmerkt door sterke banden tussen de groepsleden.
Een groep bestaat uitmensen die het idee hebben dat ze onderdeel zijn van een coherente eenheid die anders is dan een andere groep. In gemeenschappelijke-band groepen zijn de leden van de groep verbonden aan elkaar. In gemeenschappelijke-identiteit groepen zijn leden verbonden via de categorie als geheel. De groepen verschillen ook in de mate van ‘entitativity’, ofwel in hoeverre ze als een samenhangend geheel worden gezien.
Mensen worden sterk beïnvloed door alleen al de aanwezigheid van andere mensen. Deze effecten nemen verschillende vormen aan, zoals effecten op onze prestaties en effecten op het zich begeven in een grote menigte.
Op een wederkerige manier helpen waarvan beide kanten profijt hebben, wordt coöperatie genoemd. Er is sprake van een conflict als mensen het idee hebben dat anderen acties uitvoeren die niet overeenkomen met de belangen. Als er sprake is van sociale inplanting, weten alle groepsleden goed de reputatie van de andere partijen die betrokken zijn. Coöperatie die op afstand plaatsvindt, kan dit soms iets ingewikkelder maken.
Bij waargenomen eerlijkheid zijn er twee vragen van belang. De eerste vraag is wat ervoor zorgt dat mensen het gevoel hebben dat ze oneerlijk worden behandeld. De tweede vraag is wat mensen doen om met deze waargenomen oneerlijkheid om te gaan.
Besluitvorming is het kiezen van een alternatief uit veel verschillende alternatieven. Hierbij is het belangrijk om aandacht te besteden aan hoe deze beslissingen genomen worden, aan hoe deze besluitvorming verschilt van die van individuen en wat ervoor kan zorgen dat groepen soms slechte beslissingen maken.
Leiderschap is het beïnvloeden van anderen in een groep door een richting te bepalen en de groep aan te moedigen tot activiteiten die de doelen in deze richting bereiken. Onderzoek focust op waarom sommige individuen wel de leider worden en andere niet, wanneer niet-traditionele leiders het vaakst voorkomen, en hoe de prestaties in de groep worden beïnvloed door leiderschap.
Het leven zit niet altijd mee, er kunnen verschillende tegenslagen op je pad komen. Dit hoofdstuk kijkt naar hoe tegenspoed overkomen wordt, en hoe mensen zorgen dat ze een gelukkig leven leiden.
Onze reactie op gebeurtenissen die ons fysieke en psychologische welzijn bedreigen, wordt stress genoemd. Het lijkt onmogelijk om stress volledig te voorkomen in een mensenleven, maar er is wel veel onderzoek naar de oorzaken en hoe je ermee om kan gaan.
Sociale groepen kunnen omgaan met stress door te sporten, sociale identificatie, en andere coping mechanismen. Verder is belangrijk in het omgaan met stress dat we onszelf accepteren voor wie we zijn.
In het echte leven is het heel moeilijk om te bereiken dat het wettelijke systeem ook daadwerkelijk eerlijk en rechtvaardig is. Om dit in de toekomst wel te kunnen bereiken, moeten we volgens wetenschappers ons eerst bewust zijn van de fouten die nu in het rechtssysteem zitten.
Geluk met het leven bestaat dus uit verschillende, aan elkaar relaterende factoren. De mate waarin deze factoren aanwezig zijn in ons leven, bepaalt de mate van geluk.
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Main summaries home pages:
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
926 |
Add new contribution