Stichting Administratiekantoor Diva (HR 24-01-1997, NJ 1997, 399)
Artikelen
Art. 2:93 BW, art. 2:203 BW
Onderwerp
Art. 2:93 en 2:203 BW (bekrachtiging van rechtshandeling verricht namens een rechtspersoon in oprichting) zijn analoog van toepassing op andere rechtspersonen dan de BV en de NV
Casus
Op 2 mei 1991 sluiten vier participanten een deelnemings- en samenwerkingsovereenkomst met vier anderen. Het doel daarvan is het samenbrengen van kennis en kapitaal op het gebied van automatisering. Na de totstandkoming van de overeenkomst verenigen de vier participanten zich in een stichting met de naam Stichting Administratiekantoor Diva. De vier anderen (Meijs c.s.) besluiten rond juni 1991 dat zij de samenwerking niet meer zien zitten en laten dat weten aan Diva. Diva vordert daarop schadevergoeding voor het niet nakomen van de samenwerkingsovereenkomst van Meijs c.s. bij de rechtbank van 's Hertogenbosch op 8 oktober 1991. Meijs c.s. ontkennen dat er een overeenkomst met de individuele participanten of met Diva tot stand is gekomen. Subsidiair voeren ze aan dat Diva als rechtspersoon niet bestaat.
Rechtbank
Na onderzoek concludeert de rechtbank op 17 juni 1994 dat Diva als rechtspersoon bestond ten tijde van het begin van het proces in oktober 1991. Meijs c.s. voeren daarna aan dat, aangezien de stichting pas na het totstandkomen van de overeenkomst is opgericht, Diva aan de overeenkomst geen rechten kan ontlenen. De rechtbank oordeelt dat het mogelijk is dat de participanten tijdens het onderhandelingsproces op een gegeven moment namens Diva zijn gaan handelen. Daarna kan Diva, na haar oprichting, de overeenkomst hebben bekrachtigd. Meijs c.s. gaan tegen deze overweging in hoger beroep bij het Hof 's Hertogenbosch.
Hof
In hoger beroep voeren Meijs c.s. aan dat, in tegenstelling tot wat de rechtbank beweerde, Diva de overeenkomst niet bekrachtigd kan hebben. Het Hof geeft hen gelijk en verklaart Diva niet-ontvankelijk. Het Hof overweegt dat de rechtbank ten onrechte heeft gerefereerd aan art. 2:93 lid 1 en art. 2:203 lid 1 BW. Deze artikelen geven NVs en BVs het recht om, als ze eenmaal opgericht zijn, rechtshandelingen te bekrachtigen die in hun naam tijdens hun oprichting zijn verricht. Deze bepalingen gelden volgens het Hof echter alleen voor de NV en de BV, niet voor andere soorten rechtspersonen zoals de stichting. Hiertegen gaat Diva in cassatie bij de Hoge Raad.
Hoge Raad
De Hoge Raad vernietigt de uitspraak van het Hof. 'Aangenomen moet worden dat het bepaalde in art. 2:93 lid 1 en 2:203 lid 1 van overeenkomstige toepassing is op andere rechtspersonen.' Daarmee is de kous af.
Conclusie
Door deze uitspraak gelden de artikelen 2:93 en 2:203 BW ook voor andere rechtspersonen dan de BV en de NV. Ook andere rechtspersonen kunnen dus ingevolge deze bepalingen rechtshandelingen bekrachtigen die namens hen, tijdens hun oprichting, zijn verricht.
Arresten en jurisprudentie
- Arresten en jurisprudentie : waar vind je meer uittreksels en samenvattingen op WorldSupporter?
- Arresten en jurisprudentie: hoe kan je ze lezen, begrijpen en bestuderen?
- Arrestsamenvattingen: waar vind je per vakgebied arresten verzameld op WorldSupporter?
Samenvattingen en studiehulp
Studie in het buitenland
- Recht & Bestuur: opleiding tot studeren in het buitenland
- Juridische en bestuurlijke vaardigheden: leren of versterken
Vacatures en Stage in het buitenland
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
Add new contribution