Samenvattingen en studiehulp voor Psychologie Bachelor 1 aan de Rijksuniversiteit Groningen

 

Bundle items:
Overzicht van de psychologie: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG
Theoretische Introductie in de Onderzoeksmethoden: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG
Crossroads: activities
This content is used in bundle:

Samenvattingen Psychologie Rijksuniversiteit Groningen

Samenvattingen en studiehulp voor Psychologie Bachelor 1 aan de Rijksuniversiteit Groningen

Samenvattingen en studiehulp voor Psychologie Bachelor 1 aan de Rijksuniversiteit Groningen

Studiemateriaal Psychologie jaar 2 RUG

Studiemateriaal Psychologie jaar 2 RUG

Deze bundel bevat studiemateriaal zoals en oefententamens bij de vakken aan de Rijksuniversiteit Groningen, studie Psychologie, jaar 2.

  • oefenmaterialen en tentamenvragen
  • Samenvattingen
  • verwijzing naar de Bundel van de collegeaantekeningen

Als je nog aanvullingen of opmerkingen hebt, laat dit dan vooral even weten. Updates naar de aantekeningen voor dit jaar of nieuwe oefententamens bijvoorbeeld, bij onderstaande vakken of andere vakken, zijn altijd welkom. Start sharing!

English Notes - Psychology year 1 - Groningen
English Notes - Psychology year 2, Groningen

Statistiek 1: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG

Oefenvragen bij het boek Introduction to the Practice of Statistics van Moore & McCabe
Begrippenlijst bij het vak statistiek

Begrippenlijst bij het vak statistiek

 

  • Regressie analyse (simpele regressie)

Een manier van het voorspellen van een uitkomstvariabele d.m.v. een voorspellende variabele.

  • Regressie analyse (multipele regressie)

Een manier van voorspellen van een uitkomstvariabele d.m.v. meerdere voorspellende variabelen.

  • Method of least squares

Met deze methode kan gekeken worden welke lijn het beste de verzamelde date beschrijft (de lijn die door de meeste datapunten heen gaat).

  • Intercept

Het punt waarop de lijn de verticale as van de grafiek raakt.

  • Regressie coëfficiënten

De helling en de intercept, dus de parameters bₓ en bₒ.

  • Residual/residu

De deviaties. De regressielijn overschat of onderschat de ware data. De afstand tot de lijn en de ware data is het residu.

  • Goodness of fit

Kijken hoe goed de regressielijn de data representeert, omdat de best gevonden lijn nog niet een goed representatie hoeft te zijn.

  • Total sum of squares

Het kwadrateren van de verschillen tussen de geobserveerde data met het gemiddelde.

  • Residual sum of squares

Het kwadrateren van het verschil tussen de geobserveerde data en de regressielijn.

  • R^2

Het delen van de residual sum of squares door de total sum of squares. Het representeert het percentage variantie dat verklaard wordt door het model (de regressielijn).

  • F-ratio

Een meting van hoeveel het model de voorspelling verbeterd heeft vergeleken met het niveau van onnauwkeurigheid.

  • B expected

De b-waarde die we verwachten als de nul-hypothese waar is.

  • Simpele lineaire regressie

De uitkomstvariabele Y wordt voorspeld met gebruik van de vergelijking van een rechte lijn.

  • Multiple R

Een veelvoudige correlatie coëfficiënt. Dit is de geobserveerde waarden van Y en de waarden van Y die door het model zijn voorspeld.

  • R^2

De hoeveelheid variantie die door het model verklaard kan worden.

  • Hiërarchische regressie voorspellers

Ze worden geselecteerd d.m.v. eerder werk en de onderzoeker besluit in welke volgorde de voorspellers in het model worden gedaan. Als algemene regel is er dat belangrijke voorspellers eerst in het model gestopt moeten worden.

  • Forced entry

Er wordt geen onderscheid gemaakt in

.....read more
Access: 
Public
Samenvattingen en studiehulp voor Psychologie Bachelor 1 aan de Rijksuniversiteit Groningen

Samenvattingen en studiehulp voor Psychologie Bachelor 1 aan de Rijksuniversiteit Groningen

Sociale en cross-culturele psychologie: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG

Summaries and study notes with the 9th edition of Social Psychology by Hogg & Vaughan - Bundle
College-aantekeningen bij Sociale en cross-culturele psychologie aan de Rijskuniversiteit Groningen - 2015/2016

College-aantekeningen bij Sociale en cross-culturele psychologie aan de Rijskuniversiteit Groningen - 2015/2016


Hoorcollege 1: Doel van het vak

Leerdoelen

Je kunt een samenvatting geven van de belangrijkste theorieën, onderzoeksresultaten en wetenschappers in de sociale en cross-culturele psychologie. Daarnaast is de integratie en toepassing van de kennis van belang. Je moet verbanden kunnen leggen tussen onderzoeksresultaten en concepten en theorieën in de SCCP. Ook moet je verbanden kunnen leggen met concrete voorbeelden uit de praktijk. Hiervoor is de stof uit het boek relevant voornamelijk de key words aan het begin van elk hoofdstuk, maar ook de stof uit de colleges is tentamenstof.

Wat is sociale psychologie?

Sociale psychologie is de wetenschap van het alledaagse sociale gedrag. Het omvat dingen zoals samenwerking en gevoelens: liefde, haat, etcetera. Sociale psychologen proberen te begrijpen hoe gedachten, gevoelens en gedrag van individuen wordt beïnvloed door de (ingebeelde) aanwezigheid van anderen. Volgens de definitie is er een wisselwerking tussen cognitie en gedrag van jezelf en sociaal gedrag van anderen. Het gaat er dus over hoe andere mensen invloed hebben op ons gedrag en onze gevoelens. Je eigen cognitie en gedrag wordt beïnvloed door de cognitie en het gedrag van anderen, en vice versa.

Het bystander effect houdt in dat hoe meer mensen er aanwezig zijn hoe minder verantwoordelijkheid bij jou ligt. Dit komt doordat men niet ingrijpen als ze geweld zien wat ze moeten doen terwijl ze in een grote groep zijn. Hoe meer mensen aanwezig zijn, hoe minder kans er is dat er iemand de hulpbehoevende zal helpen. Dit komt omdat mensen zich niet verantwoordelijk voelen omdat de verantwoordelijkheid wordt gedeeld. Ook willen mensen anoniem blijven en geen gevaar lopen. Daarnaast is sprake van sociale conformiteit. Mogelijke oplossingen voor dit probleem zijn bewustwording met het probleem, en specifiek een persoon aanwijzen van wie je hulp wilt. Dit is sociale psychologie omdat de aanwezigheid van anderen inloed heeft op ons denken en handelen.

Sociale psychologie zoekt verklaringen voor sociaal gedrag en de perceptie van mensen. Dit doet hij door empirische en dan vooral experimentele onderzoeken. Onderzoek beantwoordt vragen zoals of psychische problemen in onze genen zitten. Een andere vraag is of we dit inzichtelijk kunnen maken met de hersenscanner. Een heel belangrijke kwestie is of we de oplossing vinden in het medicijnkastje. Naast deze voornamelijk medische benaderingen zijn nog andere manieren van aanpak. Bentall en Verhaege leggen de oorzaak van depressie bij mensen die zich nergens thuis voelen. Zij duiden sociale factoren aan die tot depressie leiden. Met dergelijke opmerkingen levert de sociale psychologie een bijdrage aan de klinische psychologie.

Het onderzoek van.....read more

Access: 
JoHo members
TentamenTickets bij Sociale en cross-culturele psychologie aan de Rijksuniversiteit Groningen

TentamenTickets bij Sociale en cross-culturele psychologie aan de Rijksuniversiteit Groningen


TentamenTickets

Algemene tips voor je tentamen zijn:

  • In het tentamen komen zowel begrippen voor alsook namen van onderzoekers. Zorg er dus voor dat je de namen van de onderzoekers ook altijd weet bij de belangrijke begrippen
  • Train jezelf om ook de toepassingen in het dagelijks leven van deze sociaal psychologische processen te herkennen
  • Het boek en de colleges zijn thematisch opgebouwd - ieder college gaat over een bepaald onderwerp dat overeenkomt met het thema in het boek. Leer dus per college, dan houd je de belangrijkste begrippen en namen bij elkaar.
  • Het zwaartepunt op het tentamen ligt bij de verschillende begrippen in de sociale- en crossculturele psychologie. Maak dus je eigen begrippenlijst, of gebruik de JoHo BulletPoint samenvatting
  • Begrippen en theoriëen worden zowel in het Nederlands als in het Engels gegeven op het tentamen. Voor het tentamen maakt het dus niet uit in welke taal je de begrippen leert - maar voor je verdere studie zijn de Engelse termen wel handig om paraat te hebben
  • Het boek dat wordt voorgeschreven bij deze cursus is inhoudelijk sterk maar complex geschreven; vergeet niet om de JoHo samenvatting naast het boek te leggen
  • De colleges bieden een duidelijk overzichtelijk over de sociale en cross-culturele psychologie en bieden een goede voorbereiding op het tentamen
  • Het boek dat bij deze cursus wordt gebruikt is inhoudelijk sterk, maar lastig geschreven. Je wordt aangeraden om de colleges goed te volgen

Na het volgen van deze cursus heb je:

  • Inzicht in de verschillende manieren waarop gedachten, gevoelens en gedrag worden beïnvloed door anderen
  • Een overzicht van de belangrijkste theorieën, wetenschappers en onderzoeken binnen de voornaamste deelgebieden van de sociale psychologie

Belangrijke thema's bij dit vak zijn:

  • groepsprocessen
  • intieme relaties
  • conflict tussen groepen
  • sociale waarneming
  • sociale cognities
  • emoties en het zelfconcept

Oefenvragen

Vraag 1: Disclosure reciprocity (reciprocity=wederkerigheid) is....

A) het idee dat mensen minder openheid geven over zichzelf dan de ander om het gevoel van eigenwaarde te beschermen.

B) het idee dat mensen alleen informatie over zichzelf geven als de andere persoon openheid over zichzelf geeft

C) het idee dat wanneer mensen informatie over zichzelf geven, zij de mate van openheid van de ander kopiëren

Vraag 2: Epley en Whitchurch (2008) bewerkten foto's van proefpersonen en vonden dat zij hun gezicht iets gemakkelijker herkenden als de foto aantrekkelijk gemaakt was, en iets moeilijker herkenden als de foto onaantrekkelijker was gemaakt. Door welk proces wordt dit waarschijnlijk verklaard?

A) Self-enhancement

B) Self-monitoring

C) Self-verification

Antwoordindicaties

Vraag 1

C

Vraag 2

A

Access: 
Public
Samenvattingen en studiehulp voor Psychologie Bachelor 1 aan de Rijksuniversiteit Groningen

Samenvattingen en studiehulp voor Psychologie Bachelor 1 aan de Rijksuniversiteit Groningen

Biopsychologie: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG

Samenvatting Biological Psychology - Kalat - 11e druk

Samenvatting Biological Psychology - Kalat - 11e druk

Samenvatting Biological Psychology - Kalat - 11e druk. Voor samenvattingen bij volgende drukken van dit boek maak je gebruik van de zoekfunctie


Waar houdt de biologische psychologie zich mee bezig? - Chapter 1

Biologische psychologie en gedrag

Er zijn veel vragen gesteld over de relatie tussen fysica en psychologie, maar ook over ons bestaan. Gotfried Leibniz (1714) stelde bijvoorbeeld de vraag ‘Waarom is er iets in plaats van niets?’. Andere vragen over ons bestaan zijn ‘Hoe is het universum ontstaan?’ en ‘Wat als de vier fundamentele krachten van ons universum (zwaartekracht, elektromagnetisme, sterke en zwakke kernkracht) verschillend in verhouding zouden zijn?’ Onderzoekers zijn er sinds 1980 achter gekomen dat er een haast ontelbaar aantal universa naast dat van ons moeten zijn, met verschillende natuurwetten. In veel universa zou leven zoals wij het kennen niet mogelijk zijn, denk aan de volgende redenen:

  • Als de zwaartekracht zwakker zou zijn, zou materie zich niet concentreren in sterren en planeten. Als de zwaartekracht sterker zou zijn, zouden sterren helderder branden en hun brandstof te snel opmaken, nog voordat leven kan ontstaan.

  • Als de elektromagnetische kracht sterker zou zijn, zouden de protonen binnen een atoom elkaar afstoten; zo sterk dat de atomen uit elkaar zouden spatten.

  • Als eerste was er waterstof. De andere elementen werden gevormd door fusie met sterren. De enige manier om deze elementen uit de sterren te krijgen en in planeten is als een ster ontploft als een supernova en zijn inhoud de Melkweg in stuurt. Als de zwakkere kernkracht òf een beetje sterker was òf een beetje zwakker, kon een ster niet ontploffen (als na de oerknal de zwakke kernkracht een beetje sterker zou zijn geweest, zou het universum uit bijna niets meer dan waterstof bestaan; als de kernkracht een beetje zwakker zou

.....read more
Access: 
Public
College-aantekeningen bij Biopsychologie aan de Rijksuniversiteit Groningen - 2015/2016

College-aantekeningen bij Biopsychologie aan de Rijksuniversiteit Groningen - 2015/2016


Hoorcollege 1: Hersenen & geest

Over de relatie tussen beiden zijn verschillende opvattingen. De dualistische opvatting zegt dat geest en materie twee totaal verschillende dingen zijn. Deze opvatting is terug te zien in de meeste godsdiensten: het lichaam is sterfelijk maar de ziel blijft voortbestaan in het hiernamaals. Binnen het dualisme zijn een aantal stromingen. Het parallellisme stelt dat mind en brain volkomen onafhankelijk van elkaar zijn. Het interactionisme zegt dat er wel contact is tussen beide.

Het monisme zegt daarentegen dat er maar één ding is: ofwel het geestelijke, ofwel het stoffelijke. Bij het monisme gaat men ervan uit dat wat men denkt beïnvloed wat wij doen. Er vindt dus interactie plaats tussen lichaam en geest. Volgens Descartes vindt deze interactie plaats in de pijnappelklier. Ook hierbinnen zijn verschillende stromingen. Het mentalisme zegt dat al het stoffelijke een product is van onze verbeelding. Het materialisme zegt daarentegen dat er alleen stof/materie is: bloed, vlees, hersenen etcetera. Het identiteitsstandpunt is: The mind is what the brain does.

Binnen de biopsychologie zijn de meesten materialistisch. Er zijn verschillende stromingen. Reductionist: als we snappen wat de hersenen doen, zal de taal van de psychologie overbodig worden. We kunnen dan alles beschrijven in termen van atomen en zenuwcellen, de activiteit daartussen etcetera. Nonreductionist: we kunnen het verband tussen verschillende beschrijvingsniveaus misschien snappen, maar dat wil niet zeggen dat alles in die termen beschreven kan worden.

De biopsychologie houdt zich bezig met de relatie tussen biologische factoren en gedrag. Dus hoe het biologische niveau in interactie staat met wat we op gedragsniveau laten zien. De biopsychologie verschaft aanvullende observeringsmogelijkheden: niet alleen het gedrag, maar ook de hersenen en het lichaam. Toch gaat het er vooral om dat je de relaties begrijpt tussen functionele, fysiologische en fysische beschrijvingsniveaus. Bij vrijwel alle vormen van psychologie (experimentele psychologie, ontwikkelingspsychologie, sociale psychologie) wordt de biopsychologie gebruikt.

Depressie

Dit wordt genoemd als voorbeeld van het nut van biopsychologie. Iemand die depressief is ervaart somberheid, lusteloosheid, enzovoorts. Het is dan mogelijk om op lager niveau te meten wat er aan de hand is. Bij depressieve mensen is een interferentie gevonden bij de Stroop-taak. Ze besteden onnodig veel aandacht aan negatieve emotionele factoren in de omgeving. Je kunt voor meer begrip ook naar de genetica kijken. Hier is bijvoorbeeld ontdekt dat mensen met een korte variant van het 5-HTTLPR-gen minder goed serotonine kunnen aanmaken.

Een ander voorbeeld is oxytocine, een hormoon.....read more

Access: 
JoHo members
Samenvattingen en studiehulp voor Psychologie Bachelor 1 aan de Rijksuniversiteit Groningen

Samenvattingen en studiehulp voor Psychologie Bachelor 1 aan de Rijksuniversiteit Groningen

Overzicht van de psychologie: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG

Samenvatting Cognitive Neuroscience, the biology of the mind (Gazzaniga, 3e druk 2008)

Samenvatting Cognitive Neuroscience, the biology of the mind (Gazzaniga, 3e druk 2008)


Hoofdstuk 1. De Geschiedenis van Neurowetenschappen

Het menselijk brein, zoals we deze nu kennen, bestaat ongeveer 100.000 jaar. Men is pas na gaan denken over het brein toen de noodzaak dagelijks bezig te zijn met overleven, minder werd. De enorme uitbreiding van de corticale hersengebieden in onze evolutionaire ontwikkeling is hetgeen wat ons onderscheid van andere dieren. Het is deze uitbreiding geweest die het mogelijk heeft gemaakt dat de mens niet alleen over taal kan beschikken maar ook over o.a. kunst, cultuur en uiteraard wetenschap. De cognitieve neurowetenschap kreeg zijn naam eind zeventiger jaren. Cognitie betekent het proces van begrijpen en de neurowetenschap bestudeerd het zenuwstelstel. Grote beperking die er vroeger was, was dat men geen methoden had om de psyche systematisch en op experimentele wijze te onderzoeken. Willis was de eerste die specifieke schade aan het brein kon relateren aan storingen in gedrag. Hij stelde een theorie op die beschreef hoe informatie door het brein getransporteerd werd (neuronale conductie). Zodoende staat Willis aan het begin van de cognitieve neurowetenschap.

Het brein

De moderne wetenschap houdt zich in essentie bezig met de vraag of het brein als een geheel werkt of in delen. In de negentiende eeuw ontwikkelde met name de heren Gall en Spurzheim de frenologie. Aanhangers van de frenologie stellen dat ieder deel van het brein betrokken is bij een specifieke functie, zoals taal, maar ook persoonlijkheidskenmerken. Er werden in totaal 35 specifieke functies onderscheiden. Wanneer een functie vaker wordt gebruikt, zal het bijbehorende deel van het brein groeien waardoor er een bult ontstaat. Door uitwendig onderzoek naar deze bulten kon de persoonlijkheid worden bepaald, waaronder bijvoorbeeld een criminele persoonlijkheid. Gall noemde dit anatomische personologie, hij testte zijn ideeën niet, maar zijn idee van specifieke functies en specifieke hersendelen sluit aan bij het idee van Willis.

Flourens bestreed het lokalisatie standpunt. Op grond van dieronderzoek meende hij dat het gehele brein een rol speelt bij gedrag. Hij maakte beschadigingen in het brein van dieren en merkte op dat de locatie van de beschadiging niet gepaard ging met specifiek functieverlies,  maar dat het dier volledig herstelde. Hieruit maakte hij op dat het brein juist als een geheel functioneerde. Hij noemde dit idee ook wel de agregate field theory.

Hughlings Jackson observeerde patiënten met hersenbeschadiging en kwam

.....read more
Access: 
JoHo members
College-aantekeningen bij Overzicht van de Psychologie aan de Rijksuniversiteit Groningen - 2016/2017

College-aantekeningen bij Overzicht van de Psychologie aan de Rijksuniversiteit Groningen - 2016/2017


Hoorcollege 1

Hoofdstuk 1 – The Science of Psychology

1.1 Psychologie als Wetenschap

De doelen in de Psychologie zijn het verklaren van:

  • Mentale processen

  • Sociale interacties

  • Hoe gedrag wordt aangeleerd en verandert.

Hierbij is kritisch denken cruciaal.

 

1.2 Grondslagen van de psychologie

Door de geschiedenis van de psychologie heen hebben we verschillende tegenstellende stromingen gekend, die psychologie hebben gemaakt zoals die nu is. Allereerst het nature-nurture debat. Hierbij staat nature voor het nativisme: de opvatting dat kennis aangeboren is. Hier was Plato een voorstander van. Nurture staat voor het empiricisme: de stroming die stelt dat wij onze kennis verkrijgen door leren. Aristoteles stond achter deze stroming.

Ten tweede is er de tegenstelling: introspectie-gedrag. Introspectie staat voor structuralisme waarbij de mentale processen belangrijk zijn, en de mens bewust moet zijn en in zichzelf moet proberen te kijken. Daar tegenover staat behaviorisme, die stelt dat men juist moet uitgaan van het uiterlijke gedrag.

 

Ten derde is er het mind-body probleem, waarbij men twijfelde of de geest en het lichaam gescheiden zijn, of dat de geest gewoon de waarneming van de hersenen is. Hierbij hoort bij mind het functionalisme waarin gezegd wordt dat mentale processen als functionele toestanden opgevat kunnen worden. Darwin en William James waren hier voorstanders van. Daartegenover stond het reductionisme van René Descartes waarbij men geloofde dat de mentale processen zowel gescheiden als verstrengeld zijn met het lichaam.

Twee andere benaderen in de psychologie zijn psychoanalyse en gestaltpsychologie. Psychoanalyse is een methode ontwikkeld door Sigmund Freud. Hierbij veranderde men het onderbewustzijn in bewustzijn, zodat de problemen die eerst niet gezien konden worden bloot lagen.

In de gestaltpsychologie gelooft men dat de mens een geheel is, en niet opgedeeld kan worden in stukjes. Hierbij zijn alle verschillende functies van het menselijk lichaam minder waard in delen, dan in een geheel.

 

1.3 Recente ontwikkelingen

In de biologie zijn er meerdere dingen ontwikkeld:

  • Evolutie

  • Genetica

  • Neurale basis van mentale processen

  • Wisselwerking van hersendelen

Ook zijn de niveaus van analyse ontwikkeld. Ze gaan om: Biologisch, individueel, sociaal en cultuur.
Ook wordt hierbij (net als in de gestaltpsychologie) gelooft dat het geheel meer is dan de som der delen (sheetnr 9, Dr. P.H. de Vries, 07-09-15). Hierbij gaat het om:

  • Sociale groepen

  • Organismen

  • Cellen

  • Moleculen

 

Meerdere moleculen samen vormen cellen, die zichzelf opnieuw kunnen delen. Cellen vormen samen organismen, die doelgericht gedrag kunnen vertonen......read more

Access: 
JoHo members
Samenvattingen en studiehulp voor Psychologie Bachelor 1 aan de Rijksuniversiteit Groningen

Samenvattingen en studiehulp voor Psychologie Bachelor 1 aan de Rijksuniversiteit Groningen

Theoretische Introductie in de Onderzoeksmethoden: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG

Study Notes bij Theoretische Introductie in de Onderzoeksmethoden - Psychologie - RUG - B1

Study Notes bij Theoretische Introductie in de Onderzoeksmethoden - Psychologie - RUG - B1


Introductie in onderzoeksmethoden HC 1

Om iemand ergens van te overtuigen moet je onderzoek met 'reasonable experimental conditions' doen.

Nieuwe kennis

We proberen betrouwbare kennis te krijgen over onszelf en over de wereld. Een probleem dat zich hierbij voordoet is dat veel dingen meerdere betekenissen hebben. Wat je ziet en wat er is, is niet altijd hetzelfde. Om betrouwbare kennis van de wereld te krijgen wil je zo dicht mogelijk komen bij wat er daadwerkelijk is. We worden hierbij voor de gek gehouden door onze zintuigen, door onze verwachtingen en door andere mensen.

Verschillende soorten kennis worden geproduceerd door verschillende soorten waarnemingen;

  • intuitieve kennis: 'ik voel gewoon dat...'
  • logica als basis van de kennis: 'als je er logisch over nadenkt...'
  • argument van autoriteit: 'hij/zij zei...'
  • kennis op basis van observatie: 'deze studie laat zien dat...'

De principes van wetenschap

Om uiteindelijk tot betrouwbare kennis te komen heeft de wetenschap de volgende principes:

Determinisme betekent dat het dagelijks spraakgebruik niet helemaal hetzelfde betekent als wat wetenschappers er mee bedoelen. Determinisme houdt in: 'de wereld is in principe te begrijpen'. Er bestaat zoiets als een wetmatigheid: dingen gebeuren niet zomaar, maar met een reden. Die reden kunnen we ontdekken, en als we die ontdekken kunnen we ze leren begrijpen, verklaren en voorspellen. Het doel van wetenschappelijk onderzoek is theorieën vormen over causale verbanden, deze te ontdekken en te toetsen. Hiermee wordt niet de 'vrije wil' bedoeld. Het gaat er om dat menselijk gedrag ergens door veroorzaakt wordt. Bijvoorbeeld dat je iets ziet, je daardoor geprikkeld bent iets te doen. Maar hierbij is altijd een oorzaak, en die kun je in principe achterhalen.

Empirisme is waarnemen. Waarnemen is geen gemakkelijke bezigheid. Om (menselijke) vergissingen uit te sluiten is het belangrijk om systematisch waar te nemen. Daarnaast is het ook belangrijk om niet zomaar dingen aan te nemen die andere mensen zeggen. Probeer het ook zelf uit. We kunnen alleen wetenschappelijke uitspraken doen over dingen die we op de een of andere manier kunnen observeren.

Spaarzaamheid houdt in dat je soms moet kiezen tussen 2 verschillende theorieën of verklaringen. Beide theorieën werken, stemmen overeen met de data en doen nauwkeurige voorspellingen. Dit principe zegt dat je dan in beginsel kiest voor de meest simpele theorie. Vind een zo simpel mogelijke theorie die zoveel mogelijk bespaart (occam's razor).

Toetsbaarheid: wetenschappelijke theorieën moeten toetsbaar zijn. Je moet kunnen zien of ze in strijd zijn met je observaties.

Het principe van falsifieerbaarheid geeft weer dat je in principe nooit kunt zeggen dat een theorie 'waar' is, omdat je niet weet of hij in.....read more

Access: 
JoHo members
Samenvattingen en studiehulp voor Psychologie Bachelor 1 aan de Rijksuniversiteit Groningen

Samenvattingen en studiehulp voor Psychologie Bachelor 1 aan de Rijksuniversiteit Groningen

Geschiedenis van de psychologie: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG

Pioneers of Psychology Bundle - Fancher & Rutherford - 5e druk English summary

Pioneers of Psychology Bundle - Fancher & Rutherford - 5e druk English summary

Pioneers of Psychology - Fancher & Rutherford - 5e edition

English summary per chapter

Lecture notes for History and application of psychology at the University of Groningen - 2015/2016

Lecture notes for History and application of psychology at the University of Groningen - 2015/2016


Lecture 1: Introduction to the History of Psychology

Charles Darwin

Charles Darwin was not a psychologist, but rather a naturalist or biologist. He is fundamental for introducing a new way of looking at nature and human beings. He revolutionised our perspectives on the world, introducing a naturalistic way of looking at the natural world. There were no miracles - everything, humans included, had a natural cause. Thus, the mind and behaviour should be explainable by natural causes. In Darwin's day, this was rather controversial, and it made atheism a valid belief.

Darwin was fascinated with variation and extinction within species. He studied fossils and eventually came up with the theory of evolution and natural selection. This was opposed by religious people. For one, Darwin's theories went against what was written in the Bible. However, there were also many philosophical arguments.
 

The Religious View

William Paley's Argument from Design is one of the most well-known of these arguments. It goes like this: Suppose you don't know what a clock is, and you wonder to yourself, where does it come from? You open it up and realise that all of the parts of the clock are perfectly designed for the purpose of telling time. This perfection shows that the clock has been designed, and the same goes for the perfection within plants and animals. According to Paley's theory, plants and animals must have come from an intelligent designer, or God. As it turns out, though, the organs of many species are not very well designed. They have flaws that would not have resulted from being constructed from scratch.

Another argument for the religious argument is that the world was actually rather young. James Usher calculated the age of the Earth back to 4004 BC, based on the genealogy of Jesus Christ. This theory opposed Darwin's evolutionary theory because evolution takes time. The proposed age of the Earth was not long enough to support Darwin's theory.

However, more and more evidence against the religious view came to light, including fossils and variation, and naturalistic theories were become more popular.

The Naturalistic View
 

Jean-Baptiste Lamarck theorised that individuals of a species acquire characteristics over life. For example, giraffes have very long necks. This could have occurred due to the giraffes reaching for food, stretching its neck. According to Lamarck's theory, the offspring's neck would be a little bit longer, and the pattern would continue. Unfortunately, there are many physical characteristics that do not.....read more

Access: 
JoHo members
Samenvattingen en studiehulp voor Psychologie Bachelor 1 aan de Rijksuniversiteit Groningen

Samenvattingen en studiehulp voor Psychologie Bachelor 1 aan de Rijksuniversiteit Groningen

Samenvattingen en studiehulp voor Psychologie aan de Rijksuniversiteit Groningen - Jaargang 2022/2023

Samenvattingen en studiehulp voor Psychologie Bachelor 1 aan de Rijksuniversiteit Groningen

Samenvattingen en studiehulp voor Psychologie Bachelor 1 aan de Rijksuniversiteit Groningen

Ontwikkelingspsychologie: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG

Experience Human Development - Papalia & Martorell - 11e druk 2009 - Samenvatting

Experience Human Development - Papalia & Martorell - 11e druk 2009 - Samenvatting


Hoofdstuk 1 – De studie naar de ontwikkeling van de mens

Het onderzoeksveld van ontwikkelingpsychologie bestaat uit het bestuderen van de ontwikkelingsprocessen van de mens vanaf het moment van conceptie tot de sterfdag. Hierbij worden zowel de veranderingen in een mens onderzocht, als de eigenschappen die stabiel blijven door de jaren heen.

In vroegere jaren bestudeerden ontwikkelingswetenschappers voornamelijk de babyjaren. Vaak waren hun eigen kinderen onderwerp van onderzoek. De resultaten die hieruit naar voren kwamen waren vaak erg speculatief. Charles Darwin was een van de eerste die de ontwikkelingsnatuur van baby’s beschreef en een meer wetenschappelijke waarde aan de baby onderzoeken toevoegde.

Aan het einde van de negentiende eeuw deden zich ontwikkelingen voor die ertoe hebben geleid dat het onderzoek naar de menselijke ontwikkeling steeds meer een wetenschappelijke studie werd. Het nature-nurture debat kwam op gang, kinderen werden meer vrijgesteld van werken en ouders en leraren kregen steeds meer oog voor de belangen van een kind. Pas aan het begin van de twintigste eeuw werd adolescentie als een aparte levensfase beschouwd dankzij het werk van Stanley Hall. Daarnaast hadden beroemde wetenschappers zoals Sigmund Freud en Jean Piaget invloed op de kennis die ontstond met betrekking tot verschillende fasen van ontwikkeling. Stanley Hall was ook een van de eerste wetenschappers die interesse had voor de ontwikkeling gedurende de laatste fase van het leven.

De studie naar de ontwikkeling van de mens heeft zich langzamerhand ontwikkeld tot een studie naar de ontwikkeling van de levensloop. Hierbij wordt de ontwikkeling van de mens gezien als een levenslang proces, welke wetenschappelijk onderzocht kan worden.

Tegelijkertijd met de ontwikkelingen op het gebied van onderzoek naar de levensloop, veranderden ook de doelen van dit onderzoek. De

.....read more
Access: 
JoHo members
College-aantekeningen bij Ontwikkelingspsychologie aan de Rijksuniversiteit Groningen - 2015/2016

College-aantekeningen bij Ontwikkelingspsychologie aan de Rijksuniversiteit Groningen - 2015/2016


Hoorcollege 1 : Doel van het vak

Doelstellingen

Allereerst is het belangrijk om een beeld te krijgen van de herkomst van theorieën en hoofdstromingen in de ontwikkelingspsychologie. Een aantal theorieën zullen als een rode draad door de stof heenlopen. Daarnaast is het inzicht verkrijgen in de veranderingsprocessen op het terrein van de fysieke, cognitieve en psychosociale ontwikkeling van belang. Vervolgens dien je een beeld te vormen van de verschillende fasen in de levensloop en de samenhang tussen die fasen.

Bij ontwikkelingspsychologie gaat het erover hoe veranderingen er over de tijd uitzien. Als je iemand een poosje niet ziet, lijkt diegene plotseling heel erg veranderd als je hem na een langere tijd ziet. Je kinderen zie je daarentegen elke dag, waardoor de verschillen je niet of nauwelijks opvallen. Ontwikkeling is tevens persoonsgebonden. Mensen ontwikkelen allemaal op een andere manier. Dat is iets dat je bij het boek in je achterhoofd moet houden. Het heet wel 'ontwikkelingspsychologie', maar ontwikkeling van wie? Bedenk je dat er veel verschillen bestaan tussen individuen.

Het boek Human Development

De ontwikkelingspsychologie heeft zich de afgelopen jaren van een kinderpsychologie naar een levenslooppsychologie ontwikkeld. Vroeger lag de nadruk op de kinderlijke ontwikkeling omdat de veranderingen daar erg snel optreden. Bij de ontwikkelingspsychologie worden verschillende invalshoeken gebruikt. Allereerst het beschrijven van gedrag. Daarnaast het verklaren van gedrag. Ook wil je weten waar de ontwikkeling naar toe gaat. Dit valt onder het voorspellen van gedrag. Tenslotte is de mogelijkheid tot ingrijpen relevant. Dit is interventie.

Er zijn drie domeinen van ontwikkeling: fysiek, waarbij je kunt denken aan de motoriek of de breinontwikkeling, cognitief (denken en taal) en psychosociaal (persoonlijkheid en interacties). Deze scheiding is handig om je werkterrein op te delen, maar er is veel overlap tussen de verschillende gebieden.

Een ander aspect dat door het boek loopt is de periodisering van ontwikkeling. Dat is echter niet de manier waarop ontwikkelingspsychologen naar ontwikkeling kijken. Voor hun zijn de fases meer van belang. Een van de belangrijke vragen is hoe een kind van de ene fase in de volgende komt. De laatste kwestie waar het boek op ingaat zijn de oorzaken van de verschillende fasen. Is het een biologisch gegeven, of is het een sociale constructie? Veel fasen zijn het product van een sociale constructie.

De academische psychologie ontstond pas aan het begin van de 20e eeuw, maar ideeën over levensfases bestonden daarvoor al, in het dagelijks leven. Dit komt bijvoorbeeld naar voren in prenten over ‘trappen des ouderdoms’.

Invloeden op de ontwikkeling

Welke factoren hebben invloed op de ontwikkeling? Allereerst.....read more

Access: 
JoHo members
Samenvattingen en studiehulp voor Psychologie Bachelor 1 aan de Rijksuniversiteit Groningen

Samenvattingen en studiehulp voor Psychologie Bachelor 1 aan de Rijksuniversiteit Groningen

Persoonlijkheid en individuele verschillen: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG

Samenvatting bij Personality Psychology: Domains of Knowledge About Human Nature - Larsen & Buss - 5e druk

Samenvatting bij Personality Psychology: Domains of Knowledge About Human Nature - Larsen & Buss - 5e druk


Wat is persoonlijkheid? - Chapter 1 (5)

Persoonlijkheid is een veelzijdig begrip. Persoonlijkheid wordt omschreven als een verzameling geordende en relatief stabiele psychologische karaktereigenschappen en mechanismen. Deze eigenschappen en mechanismen beïnvloeden de interactie met aspecten van de intrapsychische, fysieke en sociale omgeving van een individu. Hieronder volgt een uitgebreidere uitleg van deze definitie.

Allereerst zijn psychologische karaktereigenschappen eigenschappen die een persoon voor langere tijd kenmerken en die personen van elkaar onderscheiden. Karaktereigenschappen worden vaak beschreven door middel van adjectieven zoals vrolijk, arrogant of chaotisch. Ze omschrijven de gemiddelde tendens van een persoon. Zeer spraakzame personen zullen bijvoorbeeld gemiddeld genomen meer gesprekken starten dan mensen die minder spraakzaam zijn.

Bij onderzoek naar persoonlijkheidseigenschappen worden vier soorten vragen gesteld:

  • Hoeveel eigenschappen bestaan er?
  • Hoe zijn ze georganiseerd?
  • Wat is de oorsprong van de iegenschappen?
  • Wat zijn de correlaties en gevolgen van eigenschappen?

De drie functies van karaktereigenschappen zijn het omschrijven van mensen, het verklaren van gedrag en het voorspellen van toekomstig gedrag. Psychologische mechanismen hebben meer te maken met de innerlijke verwerking van persoonlijkheid. De meeste psychologische mechanismen bestaan uit drie processen:

    .....read more
    Access: 
    Public
    College-aantekeningen bij Persoonlijkheid en individuele verschillen aan de Rijksuniversiteit Groningen - 2015/2016

    College-aantekeningen bij Persoonlijkheid en individuele verschillen aan de Rijksuniversiteit Groningen - 2015/2016


    College 1

    Algemene informatie

    In deze collegereeks zal veel informatie gegeven worden die niet in het boek staat. Een belangrijk aspect uit het boek wat wel veel terug zal komen in de collegereeks is de indeling in zes domeinen. Deze domeinen bestaan uit het dispositionele domein, het biologische domein, het intrapsychische domein, het cognitieve/experiëntiële domein, het sociale en culturele domein en het aanpassingsdomein. Deze domeinen zijn ook te linken aan verschillende soorten psychologie.

    Persoonlijkheid in het dagelijkse leven

    Als mensen een omschrijving van zichzelf geven vertellen ze meestal algemene informatie zoals naam, leeftijd, interesses en eigenschappen. Deze beschrijvingen zijn meestal positief. In deze zelfbeschrijvingen zitten individuele verschilvariabelen: aspecten waarop je jezelf onderscheidt van anderen. Mensen kunnen op veel manieren van elkaar verschillen.

    De persoonlijkheid heeft betrekking op psychologische en stabiele individuele verschilvariabelen. De persoonlijkheid is deels genetisch bepaald en niet situatieafhankelijk. De oorsprong van het woord persoon ligt in het theater. Personare is latijn voor doorklinken; het geluid dat door een theatermasker kan worden laten horen. ‘Karakter’ is geen synoniem voor persoonlijkheid, want het karakter is het type van een persoon. Karakterbeschrijvingen zijn vaak moraliserend en verwijzen naar iets wat uit evenwicht is. Karakterbeschrijvingen zijn wel een deelverzameling van de persoonlijkheid.

    Het temperament is ook een deelverzameling van de persoonlijkheid, en overlapt deels met het karakter. De Oude Grieken zagen temperament als een ideale mengvorm van humores, ofterwijl lichaamssappen. De vier verschillende lichaamssappen waren bloed, etter/slijm, gal en zwarte gal. Deze sappen zijn gebaseerd op het idee van de vier pure elementen vuur, water, aarde en lucht. Galenus verbond aan de vier lichaamssappen het woord temperament en baseerde er vier soorten temperament op: sanguinisch, cholerisch, flegmatisch en melancholisch. Nu wordt het temperament gezien als persoonlijkheidsaspecten die grotendeels aangeboren zijn en al vroeg zichtbaar zijn bij kinderen.

    Onderzoeksgebied

    Is er veel overlap tussen persoonlijkheidspsychologie met andere deelgebieden in de psychologie. Daardoor kun je vanuit de persoonlijkheidspsychologie andere deelgebieden onderzoeken. Dit gebeurd vooral in het buitenland, vooral in Duitsland en Amerika. In Nederland is dit echter omgekeerd; er zijn heel weinig persoonlijkheidspsychologen waardoor persoonlijkheid vooral vanuit andere deelgebieden wordt onderzocht. Toepassingsgebieden van de ontwikkelingspsychologie zijn bijvoorbeeld in de arbeids- en organisatiepsychologie te vinden (personeelsselectie) of in de klinische psychologie (diagnostiek).

    Terugkerende issues in vraagstukken over persoonlijkheid

    Wat zijn traits/eigenschappen? Wat zijn de belangrijkste eigenschappen van de persoonlijkheid? Eigenschappen (traits) zijn verborgen (interne) kenmerken van mensen die bepalen hoe ze zich gedragen. Er zijn verschillende benaderingen voor de belangrijkste/meest basale eigenschappen van personen. Zo zijn er theoretische modellen en kun je relevante eigenschappen vinden in onderzoek. In het boek worden deze benaderingen de lexicale benadering en de statistische benadering genoemd. De belangrijkste theorie hierover is de theorie van Eysenck, die in hoofdstuk drie wordt besproken. Ook de theorie.....read more

    Access: 
    JoHo members
    Samenvattingen en studiehulp voor Psychologie Bachelor 1 aan de Rijksuniversiteit Groningen

    Samenvattingen en studiehulp voor Psychologie Bachelor 1 aan de Rijksuniversiteit Groningen

    Follow the author: Psychology Supporter
    Contributions, Comments & Kudos

    Add new contribution

    CAPTCHA
    This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
    Image CAPTCHA
    Enter the characters shown in the image.
    Access level of this page
    • Public
    • WorldSupporters only
    • JoHo members
    • Private
    Statistics
    2336 1 1