Vraag 1a
Zoals altijd is het gezellig druk bij Noorderslag. Tussen de theaterlocaties staan allerlei kraampjes met etenswaren. Dirk, een bezoeker van het festival, manoeuvreert met veel moeite een dienblad met plastic bekertjes Thaise curry door de menigte. Hij loopt heel langzaam met het dienblad naar enkele vrienden die zich op terrasstoeltjes hebben geïnstalleerd. Op een van die stoeltjes zit Charles met de rug naar het pad toe. Net op het moment dat Dirk hem passeert, staat Charles op. Dirk kijkt op dat moment naar de bekertjes op het dienblad en heeft Charles niet in het vizier. De bekertjes met de gloeiendhete curry glijden van het dienblad op het nieuwe jasje van Charles. Het jasje raakt onherstelbaar beschadigd. Vaststaat dat Dirk tegen wettelijke aansprakelijkheid verzekerd is.
Heeft Dirk jegens Charles een onrechtmatige daad begaan? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op grond waarvan? Betrek bij uw antwoord tevens de ‘insteek’ die in Spier-Hartlief ten aanzien van deze materie wordt gekozen (6).
Vraag 1b
Stel dat Dirk tijdens dat festival als vrijwilliger in een café aan de rand van het Noorderplantsoen werkzaam was en een dienblad met hete curry uit zijn handen laat vallen, waardoor een van de vaste klanten van het café ernstige brandwonden oploopt met blijvend letsel als gevolg. Vaststaat dat Dirk vóórdat hij zijn werk in het café begon, van de chef op tal van onderdelen van de bediening strenge instructies had ontvangen. Achteraf komt vast te staan dat Dirk in de haast van het moment vergeten was de gegeven instructies in praktijk te brengen.
Kan de gelaedeerde klant de exploitant van het café met succes voor de schade aanspreken? Zo neen, waarom niet? Zo ja, op grond waarvan? (6).
Vraag 2
Op maandagochtend april 2014 fietst de 16-jarige Anna samen met een vriendin naar school. Anna heeft iets meer vaart dan haar vriendin en de afstand tussen de twee meiden wordt steeds groter. Als Anna op een gegeven moment lachend achterom kijkt en op haar trappers gaat staan om nog meer vaart te maken, komt ze met een harde klap in aanraking met de onderkant van een verkeersbord dat boven het fietspad geplaatst is. Vast staat dat het bord in december 2014 gedeeltelijk los is komen te hangen nadat een automobilist per ongeluk het bord had geraakt met een aan zijn auto gekoppelde boedelbak. Daardoor was de doorrijhoogte onder het bord nogal lager geworden. Anna stelt de gemeente als wegbeheerder aansprakelijk voor haar schade op grond van artikel 6:174 BW.
a. Kan de gemeente op grond van artikel 6:174 BW met succes worden aangesproken vanwege het te laag hangend verkeersbord. U mag ervan uitgaan dat het bord lager was komen te hangen dan de wettelijke verkeersvoorschriften toestaan (6).
b. Stel dat komt vast te staan dat het verkeersbord 5 minuten.....read more
Add new contribution