Burgerlijk Recht - Recht - RUG - B2 - Sheetnotes & Collegeaantekeningen
- 1757 reads
Voor dit college zijn geen sheetnotes beschikbaar.
Vorderingen op naam zijn van gigantisch belang in het handelsverkeer. Bedrijven zijn eerder gebaat bij het hebben van bezittingen dan het hebben van vorderingen op naam. Bijvoorbeeld de post debiteuren is een vordering op naam. Veel bedrijven zullen die post liever omzetten dan een daadwerkelijke bezitting. Als je dat geld wel kan gebruiken, kan je bijvoorbeeld investeringen doen waar je meer aan hebt. Daarvoor zullen de vorderingen op naam dus liquide gemaakt moeten worden. Dit kan op verschillende manieren.
Factoring – de vordering wordt dan overgedragen aan een factoringsbedrijf. Die koopt de vordering voor een bepaald bedrag, waardoor er direct geld voorhanden is.
Securitisatie – hierbij worden de debiteuren ook aan een ander bedrijf overgedragen, een special purpose vehicle. Om de balans dan weer recht te trekken worden er obligatieleningen aan het publiek uitgegeven. Als die betalen, kunnen de obligaties afgelost worden.
Op de balans houden – geld lenen bij de bank om aan verplichtingen te kunnen voldoen. Vervolgens kunnen de vorderingen bijvoorbeeld verpand worden.
Individuele vordering cederen – dan is er ook meteen geld voorhanden.
Goederen kunnen zowel zaken als vermogensrechten zijn. Vorderingen vallen daar ook onder, het zijn namelijk vermogensrechten. Er is nog een onderscheid te maken tussen vorderingen aan order en aan toonder. In de praktijk zijn vorderingen op naam belangrijker.
Daarnaast is bij een vordering het verbintenissenrecht een aspect. Want de schuldenaar heeft een betalingsverbintenis, die hij moet voldoen aan schuldeiser.
Volgens het nemo plus-beginsel gaat een vordering bij overdracht over in de staat waarin hij zich bevindt. Eventuele afhankelijke rechten zoals pand en hypotheek worden in dat geval dus ook overgedragen. Ook andere rechten die de positie van de schuldeiser versterken gaan mee met de vordering. Denk hierbij aan borgtocht, boetebedingen en rentevorderingen.
Behalve de goederenrechtelijke overdracht is er ook een mogelijkheid om een vordering door middel van het verbintenissenrecht mee te laten gaan. Bij subrogatie (6:150 BW) kan een derde voor de schuldeiser betalen. Die kan er met die betaling voor zorgen dat de vordering van de schuldeiser op hem overgaat. In andere woorden, degene die de schuldeiser betaalt wordt zelf ook schuldeiser.
Bij de overdracht van vermogensrechten is er een probleem van overdraagbaarheid. Een verbintenis is de vrucht van partijautonomie. Het is mogelijk om in een overeenkomst een niet-overdraagbaarheidsbeding op te nemen.
Een voorbeeld is een geval waarin schuldeiser Elands een vordering had op EVN. Het betrof hier een aannemingsovereenkomst. In de branche waarin ze opereerden kwamen niet-overdraagbaarheidsvorderingen en niet-verpandbaarheidsbedingen relatief vaak voor. Desondanks had Elands een pandrecht op de vordering gevestigd. Dat pandrecht was gevestigd ten behoeve van Oryx, die het pandrecht wilde uitoefenen. Het verweer was dat er nooit een pandrecht gevestigd kon zijn door de niet-verpandbaarheidsovereenkomst. Oryx zei hierop dat ze niets van dat beding wisten en dat derdenbescherming van toepassing zou zijn. Ook al was het beding niet in reen register vastgelegd, was er geen vorm van derdenbescherming van toepassing. Het pandrecht is namelijk nooit tot stand gekomen. Belangrijk verschil hierbij is dat het bij derdenbescherming gaat om de bevoegdheid van een schuldeiser. In dit geval was die wel bevoegd, maar leende de overeenkomst zich simpelweg niet voor een overeenkomst.
Een optie zou nog kunnen zijn om je te beroepen op 3:36 met gerechtvaardigd vertrouwen. Er is namelijk in redelijk vertrouwen op de verklaring afgegaan. Hier zegt de schuldenaar dat de vordering niet te verpanden is, maar heeft die schuldenaar nooit contact gehad met de uiteindelijke koper. Ook een beroep op 3:36 is hier dus tevergeefs.
Vroeger moest er bij de overdracht van een vordering op naam altijd een akte opgemaakt worden en een mededeling gedaan worden aan de betrokkene. Nu is er echter ook de mogelijkheid tot een stille cessie op grond van art. 3:94 BW. Dit is mogelijk gemaakt in de context van de eerder genoemde securisatie. Stel bijvoorbeeld dat een groot bedrijf al haar vorderingen wil overdragen, kunnen moeilijk alle klanten een mededeling krijgen. In dat geval is het nu dus ook mogelijk om over te dragen door middel van een akte, zolang deze akte geregistreerd is.
De schuldenaar wordt door dit artikel nog enigszins beschermd. Deze kan namelijk bevrijdend aan de cedent betalen als hij nog geen mededeling heeft ontvangen. Daarnaast is er pas definitief gekeverd als de mededeling is gedaan.
Voor de vestiging van een pandrecht gelden dezelfde regels als voor de overdracht. Dat komt door de schakelbepaling van art. 3:98 BW.
In het arrest De Liser de Morsain / Rabobank waren er twee Rabobanken die gingen fuseren. Deze zijn allebei rechtspersonen. In deze zaak droeg Rabobank Rijswijk alles over aan Rabobank Den Haag, alle vorderingen inbegrepen. Hier had zowel de Rabobank als de Morsain een vordering op een bedrijf. Morsain zou zijn vordering pas moeten krijgen als de vordering van de Rabobank ook was voldaan.
Daardoor ontstond een vordering van de Rabobank op de Morsain, omdat de laatste zijn geld ten onrechte al had gekregen. Omdat alle bezittingen van de Rabobank Rijswijk overgingen op de Rabobank Den Haag, was er een cessieakte nodig waarin alle vorderingen omschreven waren. In dit geval was dat gedaan, maar was er een heel vaag geformuleerde lijst van uitzonderingen van overdracht. Morsain betoogde dat haar vordering onder die uitzondering vielen.
Volgens de Hoge Raad moest gekeken worden naar de Haviltex criteria. In dit geval betekent dat dat er gekeken moet worden naar wat de Rabobank in haar overeenkomst bedoeld had. Dat was lastig, omdat de vorderingen niet allemaal bepaalbaar gemaakt waren.
Volgens het bepaalbaarheidsvereiste moeten afspraken in een overeenkomst voldoende bepaalbaar zijn. Bijvoorbeeld de term “overige debiteuren”, is niet erg bepaald.
Volgens de Hoge Raad is het voldoende als de betreffende akte genoeg gegevens bevat om (eventueel achteraf) te kunnen vaststellen om welke vorderingen het gaat. In andere woorden, zolang er genoeg gegevens in de akte staan, kan het ook achteraf bepaald worden.
De debitor cessus is de schuldenaar. Hieromtrent zijn een aantal verbintenisrechtelijke bepalingen. Zo kan de debitor cessus op grond van art. 3:94 BW een uittreksel van de akte en de titel vragen. Ook werkt de betaling aan een verkeerd persoon toch bevrijdend, blijkt uit art. 6:34 BW. Voorwaarde is wel dat hij op redelijke gronden mocht aannemen dat daaraan betaald moest worden. Verder heeft de debitor cessus het opschortingsrecht op grond van art. 6:37 BW, als hij redelijke gronden heeft om te twijfelen aan wij hij moet betalen.
Levering van de vordering op naam wordt geregeld in art. 3:94 BW. Via de schakelbepaling van 3:98 is 3:97 dan ook geldig. Er kan ook bij voorbaat geleverd worden. Dan verbind je je al van tevoren om een bepaalde vordering te leveren. Hierbij is het bepaalbaarheidsvereiste geen probleem. Stel dat je zegt, ik lever bij voorbaat al mijn toekomstige vorderingen. Nu zijn die vorderingen misschien niet bepaalbaar, maar zodra een toekomstige vordering bestaat, is hij dus ook bepaalbaar.
In art. 3:94 lid 3 BW is wel een beperking opgeworpen voor stille cessies. In die bepaling is namelijk opgenomen dat het is vereist dat de vordering reeds bestaat op het moment dat er een stille cessie wordt gedaan.
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Main summaries home pages:
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
2024 |
Add new contribution