Bestuursrecht - UU - Werkgroepopdrachten 2015/2016
- 1954 reads
Zoek de Wet op de dierproeven op. Volgens deze wet heeft de Minister van Economische zaken de bevoegdheid tot het nemen van een besluit omtrent de verlening van een vergunning voor het houden van dierproeven.
Op welke wijze is de Minister aan deze bevoegdheid gekomen?
Geef aan in hoeverre delegatie of mandaat hier juridisch mogelijk is. Besteed daarbij tevens aandacht aan de vraag of en in hoeverre een wettelijke basis noodzakelijk is.
Geef bij de onderstaande bestuurshandelingen aan of er sprake is van een besluit in de zin van de Awb. Besteed daarbij aandacht aan de elementen van het besluitbegrip.
Bij brief van het college van burgemeester en wethouders wordt aan u medegedeeld dat de aan u verstrekte uitkering op grond van de Wet Werk en bijstand (Participatiewet) wordt ingetrokken.
De schriftelijke beslissing van het college van burgemeester en wethouders tot afwijzing van een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het oprichten van een varkenshouderij (vergelijk artikel 2.1, eerste lid en onder e, Wabo).
De schriftelijke afwijzing van Provinciale Staten van een verzoek om een provinciale verordening te wijzigen.
De brief van het college van burgemeester en wethouders aan de bewoners van de wijk Pauwenburg waarin medegedeeld wordt dat er binnenkort een skatepleintje zal worden aangelegd in het gemeentelijk park.
Het niet tijdig beslissen van het college van burgemeester en wethouders op een aanvraag van een terrasvergunning.
De aan U gerichte schriftelijke mededeling van het college van burgemeester en wethouders dat voor de morgen geplande kap van een eik in de tuin van uw buurman geen omgevingsvergunning is vereist.
Melding straatfeest: In de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) van de gemeente X is, in het hoofdstuk Openbare orde, de navolgende bepaling opgenomen:
Artikel 3.8 APV
lid 1: Openbare feestelijkheden, zoals straatfeesten, waaraan door minder dan 50 personen zal worden deelgenomen, moeten vooraf worden gemeld bij de burgemeester. Naar aanleiding van de melding kunnen door de burgemeester nadere voorwaarden aan de voorgenomen feestelijkheid worden gesteld.
lid 2: Voor openbare feestelijkheden waaraan door meer dan 50 personen zal worden deelgenomen is een vergunning van de burgemeester vereist.
U bent bestuurslid van de buurtvereniging “Zeeheldenbuurt” die een straatfeest in de Jan van Speykstraat wil organiseren, waarbij u ongeveer 40 mensen verwacht. U meldt uw voornemen bij de burgemeester. U ontvangt, na een melding uwerzijds, een brief van de burgemeester waarin hij opmerkt dat uw melding in goede orde ontvangen is. Is de brief van de burgemeester een besluit?
U bent bestuurslid van de “Heiligenbuurt” en ontvangt, na uw melding een brief van de burgemeester met de onderstaande inhoud. Is deze brief een besluit?
Naar aanleiding van uw melding van het straatfeest te houden op zaterdag 24 september 2013 in de Gerardus Majellastraat van 16:00 uur tot 24:00 uur bericht ik u dat u zich daarbij aan het navolgende dient te houden:
De gemeente is eigenaar van een groot terrein (gemeentewerf), waar ten behoeve van de gemeentelijke diensten voor afvalverwijdering en de plantsoenendienst allerlei bedrijfsgebouwen en opslagruimtes staan. Vlakbij de erf grens plaatst de gemeente op zekere dag een grote container voor ingezamelde kleding. Buurman Colbert zegt door de container veel (schaduw) hinder in zijn tuin te hebben en vreest ook schade aan zijn groenteperken door overwaaiend (kleding)afval. Hij verzoekt het college van burgemeester en wethouders daarom de plaatsing van de container ongedaan te maken en te besluiten om de container ten minste tien meter van de erf grens te plaatsen. Het college van burgemeester en wethouders weigert bij brief om aan het verzoek van Colbert tegemoet te komen. Wat kan Colbert tegen de weigering van het college van burgemeester en wethouders ondernemen?
Rechtsbescherming is in het bestuursrecht gekoppeld aan het besluitbegrip (vergelijk artikel 8:1 Awb). Doordat het besluitbegrip de toegangspoort is tot rechtsbescherming wordt dit begrip meer dan eens strategisch ingezet door de wetgever en de bestuursrechter. Geef hiervan een duidelijk voorbeeld en neem een standpunt in of het besluitbegrip toereikend is om de toegang tot de bestuursrechter af te bakenen.
De Minister van Economische zaken heeft de bevoegdheid gekregen wegens attributie (Art. 2 lid 1 Wet op de dierproeven). De Minister krijgt de bevoegdheid voor het eerst. De Minister kan regels stellen in de wet.
De minister overweegt om deze bevoegdheid niet meer zelf uit te oefenen. Hij denkt erover deze bevoegdheid te delegeren of te mandateren aan de directeur-generaal Energie, Telecom en Mededinging.
Volgens Art. 20:14 Awb is delegatie aan een ondergeschikte niet toegestaan. In de Awb gaat het over bestuursbevoegdheden. Daarnaast ontbreekt ook een vereiste wettelijke grondslag in de Wet op de dierproeven (Art. 10:15 Awb).
Mandaat mag wel aan ondergeschikten gegeven worden Hiervoor is geen wettelijke grondslag vereist, tenzij per wettelijk voorschrift anders is gepaald of de aard van de bevoegdheden zich hiertegen verzet (Art. 10:3 lid 2 Awb). De aard van de bevoegdheden verzet zich tegen het mandaat. De directeur-generaal doet hele andere dingen dan de Minister van Economische Zaken. Het is dus niet logisch dat het mandaat aan hem wordt gegeven. Door de aard van de bevoegdheid loopt het stuk. Er is geen mandaat mogelijk.
Art. 1:3 Awb beschrijft het besluit als een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling. Dit is de algemene definitie van het woord besluit, deze definitie is dus toepasselijk in iedere wet en dus niet alleen in de Awb. De definitie kan worden opgedeeld in vereisten:
Van een bestuursorgaan: Zie week 1 over wat een bestuursorgaan is. Het bestuursorgaan dient het besluit te nemen.
Beslissing: Dus niet, voornemens, voorstellen etc. Het moet echt gaan om een beslissing. Het is een concrete wilsuiting.
Schriftelijk: Het besluit moet worden vastgelegd in een document, zowel op papier als digitaal is mogelijk.
Publiekrechtelijke rechtshandeling: een rechtshandeling is een handeling die betekenis heeft in de wereld van het recht. Dit is het geval indien er een rechtsgevolg in het leven wordt geroepen, het scheppen, wijzigen of tenietgaan van rechten en plichten. Strikt genomen is iets al een besluit als dit ‘’is gericht’’ op rechtsgevolg. Een rechtshandeling is publiekrechtelijk indien het een typische overheidstaak betreft die niet aan de vrije markt overgelaten kan worden. Deze overheidstaak dient een wettelijke taak te zijn, dus deze dient in de wet te zijn opgenomen als overheidstaak.
Van een bestuursorgaan: Het College van Burgemeesters en Wethouders wijst een aanvraag af. Dit is een orgaan van de Gemeente (Art. 6 Gemw.). De gemeente is een rechtspersoon krachtens publiekrecht ingesteld (Art. 2:1 BW). Dit maakt het College van Burgemeesters en Wethouders een bestuursorgaan in de zin van Art. 1:1 sub a Awb. Aan dit criterium is voldaan.
Beslissing: In casu wordt er een uitkering ingetrokken. Dit is een beslissing, geen voornemen of voorstel. Het gaat gebeuren, het wordt eenzijdig bindend opgelegd. Aan dit criterium is voldaan.
Schriftelijk: In casu wordt er een brief gestuurd, dit is dus schriftelijk. Aan dit criterium is voldaan.
Publiekrechtelijke rechtshandeling: Er is sprake van een rechtsgevolg. Voor de beslissing had je nog recht op een uitkering, na de beslissing niet meer. Er is dus een verandering in rechten en plichten. De beslissing is ook gericht op dit rechtsgevolg, namelijk dat de overheid geen uitkering meer aan jou hoeft te betalen. Er is dus sprake van een rechtshandeling. Is deze publiekrechtelijk? Ja, want het betreft een typische overheidstaak die niet aan de vrije markt overgelaten kan worden. De overheid beheert de uitkeringen. De bevoegdheid is ontleend aan de Wet Werk en Bijstand (Art. 7 lid 1 jo. 11 Participatiewet). Aan dit criterium is voldaan.
Aan alle criteria voor een besluit in de zin van Art. 1:3 Awb is voldaan. Er is dus sprake van een besluit.
Van een bestuursorgaan: Het College van Burgemeesters en Wethouders wijst een aanvraag af. Dit is een orgaan van de Gemeente (Art. 6 Gemw.). De gemeente is een rechtspersoon krachtens publiekrecht ingesteld (Art. 2:1 BW). Dit maakt het College van Burgemeesters en Wethouders een bestuursorgaan in de zin van Art. 1:1 sub a Awb. Aan dit criterium is voldaan.
Beslissing: Het afwijzen van een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het oprichten van een varkenshouderij kan worden aangemerkt als beslissing. Er is geen sprake van een voornemen of een voorstel. Tevens blijkt uit de casus dat het om een beslissing gaat. Aan dit criterium is voldaan.
Schriftelijk: Uit de casus blijkt dat de afwijzing schriftelijk is gegaan. Aan dit criterium is dus voldaan.
Publiekrechtelijke rechtshandeling: Er is geen sprake van een rechtsgevolg. Voor de schriftelijke beslissing had de aanvrager geen vergunning voor het oprichten van een varkenshouderij, en na de afwijzing heeft hij nóg geen vergunning. Er is dus geen sprake van een verandering in de wereld van het recht. In beginsel is er dan geen sprake van een besluit. Echter kent de wet een gelijkstelling, ter bescherming van de rechten van de aanvrager. De wetgever heeft in Art. 1:3 lid 2 Awb de beschikking gecodificeerd en heeft daarmee gezegd: ‘’Ook een afwijzing of weigering van een aanvraag om een beschikking is een besluit’’. Er staat dan een beroep open naar de bestuursrechter.
De beslissing is publiekrechtelijk, de grondslag is te vinden in de Wabo.
Op grond van Art. 1:3 lid 2 Awb is de afwijzing van de aanvraag voor een omgevingsvergunning voor de oprichting van een varkenshouderij een besluit in de zin van Art. 1:3 Awb.
Van een bestuursorgaan: De Provinciale Staten is een orgaan van de Provincie (Art. 6 Pw). De Provincie is een rechtspersoon krachtens publiekrecht ingesteld (orgaan van een rechtspersoon krachtens publiekrecht ingesteld, in dit geval de gemeente) (Art. 2:1 BW). Dit maakt de Provinciale Staten een bestuursorgaan in de zin van Art. 1:1 sub a Awb. Aan dit criterium is voldaan.
Beslissing: De afwijzing van een verzoek om een provinciale ordening te wijzigen is een beslissing. Het betreft geen voorstel of voornemen. Aan dit criterium is voldaan.
Schriftelijk: Uit de casus blijkt dat de afwijzing schriftelijk geschied. Aan dit criterium is dus ook voldaan.
Publiekrechtelijke rechtshandeling: Er is geen verandering in de wereld van het recht, er is dus geen sprake van een rechtsgevolg. De wetgever heeft in Art. 1:3 lid 2 Awb de beschikking gecodificeerd en heeft daarmee gezegd: ‘’Ook een afwijzing of weigering van een aanvraag om een beschikking is een besluit’’. De beslissing is wel publiekrechtelijk, de wettelijke grondslag is Art. 145 Pw. Er in dit geval geen sprake van een besluit, maar er is sprake van een besluit van algemene strekking. Art. 1:3 lid 2 Awb gaat in dit geval niet op.
De schriftelijke afwijzing van een verzoek tot wijziging van een provinciale verordening is níet aan te merken als een besluit in de zin van Art. 1:3 Awb. Het is een besluit van algemene strekking, het heeft namelijk betrekking op de gehele provincie.
Van een bestuursorgaan: Het College van Burgemeesters en Wethouders wijst een aanvraag af. Dit is een orgaan van de Gemeente (Art. 6 Gemw.). De gemeente is een rechtspersoon krachtens publiekrecht ingesteld. Dit maakt het College van Burgemeesters en Wethouders een bestuursorgaan in de zin van Art. 1:1 sub a Awb. Aan dit criterium is voldaan.
Beslissing: Er wordt in de casus een brief gestuurd dat er binnenkort een skatepleintje zal worden aangelegd in het gemeentelijk park. Dit is wel een wilsuiting. De gemeente gaat het plan uitvoeren, het is dus een mededeling en een beslissing. Aan dit criterium is voldaan.
Schriftelijk: Het voornemen wordt per brief verstuurd. Dit is schriftelijk. Aan dit criterium is voldaan.
Publiekrechtelijke rechtshandeling: Er is sprake van feitelijk handelen, omdat dit een plan is. Dit is dan geen rechtshandeling, dit gebeurt pas als het plan is uitgevoerd. De beslissing is publiekrechtelijk van aard, dit is een taak van het College van B&W.
Nu niet is voldaan aan alle criteria, kan er al geen sprake meer zijn van een besluit in de zin van Art. 1:3 Awb. Door het feitelijk handelen is er geen sprake van een rechtshandeling.
Van een bestuursorgaan: Het College van Burgemeesters en Wethouders wijst een aanvraag af. Dit is een orgaan van de Gemeente (Art. 6 Gemw.). De gemeente is een rechtspersoon krachtens publiekrecht ingesteld. Dit maakt het College van Burgemeesters en Wethouders een bestuursorgaan in de zin van Art. 1:1 sub a Awb. Aan dit criterium is voldaan.
Beslissing: Het College van B&W beslist níet tijdig op de aanvraag van een terrasvergunning. Er is dus nog geen beslissing genomen en dus is aan dit criterium niet voldaan.
Schriftelijk: Er is nog geen reactie gevolgd op de aanvraag. Er is nog niet aan dit criterium voldaan.
Publiekrechtelijke rechtshandeling: Er is geen sprake van een rechtshandeling, aangezien er nog geen rechtsgevolg in het leven is geroepen. Er is een aanvraag gedaan, maar het antwoord blijft uit. Je had voor de aanvraag dus geen vergunning, en na de aanvraag heb je nu nog steeds geen vergunning. In beginsel is er dan geen sprake van een besluit.
De wetgever heeft echter bepaald dat als een bestuursorgaan níet tijdig beslist, de burger hiertegen in beroep kan gaan bij de bestuursrechter (Art. 6:2 aanhef en onder b Awb). Dit is ook het geval bij weigering tot beslissing (onder a). Er is dan weer sprake van een gelijkstelling met een besluit. Het niet tijdig beslissen kan dus wél als besluit in de zin van Art. 1:3 Awb worden aangemerkt.
Van een bestuursorgaan: Het College van Burgemeesters en Wethouders wijst een aanvraag af. Dit is een orgaan van de Gemeente (Art. 6 Gemw.). De gemeente is een rechtspersoon krachtens publiekrecht ingesteld (Art. 2:1 BW). Dit maakt het College van Burgemeesters en Wethouders een bestuursorgaan in de zin van Art. 1:1 sub a Awb. Aan dit criterium is voldaan.
Beslissing: Het betreft een antwoord op een gestelde vraag. Dit is een beslissing, namelijk: Nee, er is geen omgevingsvergunning vereist. Aan dit criterium is voldaan.
Schriftelijk: Uit de casus blijkt dat de mededeling schriftelijk wordt gedaan. Aan dit criterium is dus voldaan.
Publiekrechtelijke rechtshandeling: Er is geen sprake van een rechtsgevolg Je buurman had geen vergunning en heeft deze ook niet nodig. Er is geen verandering in de wereld van het recht. Om deze reden kan er in beginsel geen sprake zijn van een besluit in de zin van Art. 1:3 Awb. Echter kan in sommige gevallen de rechter de beslissing gelijkstellen met een besluit, op grond van een bestuurlijk rechtsoordeel (HR Bovenleidingportaal Duiven, r.o. 2.8, blz. 440). De beslissing is publiekrechtelijk, de bevoegdheid is ontleend aan de Wabo.
Er is in casu sprake van een bestuurlijk rechtsoordeel, het betreft een antwoord op een gestelde vraag. Dit kent geen rechtsgevolg. Als de boom wordt gekapt, daarna is hij weg. Dit is een onomkeerbaar gevolg, waardoor een gelijkstelling met een besluit mogelijk is. Het is ene besluit in de zin van Art. 1:3 Awb.
Nee, dit is geen besluit in de zin van Art. 1:3 Awb. Het voornemen dat ik als bestuurslid van de buurtvereniging heb opgestuurd, is nog niet inhoudelijk bekeken of behandeld. Hierover heb ik nog geen toezegging of afwijzing gekregen. Er is sprake van een algemene mededeling, namelijk, dat het voornemen is ontvangen door de gemeente (ontvangstbevestiging). Indien ik wél een antwoord had ontvangen, was er wel sprake geweest van een besluit, op grond van Art. 6:2 aanhef en onder b Awb. Hiervan is in casu nog geen sprake.
Van een bestuursorgaan: In de casus beslist de burgemeester. Op grond van Art. 6 Gemw. Is de burgemeester een orgaan van de gemeente. De gemeente is een rechtspersoon krachtens publiekrecht ingesteld. De burgemeester is dus een bestuursorgaan in de zin van Art. 1:1 sub a Awb.
Beslissing: De burgemeester stuurt de regels op naar het bestuurslid. Dit is aan te merken als een beslissing, een goedkeuring, mits hij zich aan de regels houdt. Er is dus een wilsuiting. Aan dit criterium is voldaan.
Schriftelijk: Het bestuurslid krijgt een brief. Deze is schriftelijk. Aan dit criterium is voldaan.
Publiekrechtelijke rechtshandeling: Er is sprake van een rechtshandeling, aangezien er een goedkeuring is van het feestje door de burgemeester, mits het bestuurslid zich aan de voorschriften houdt. Er is dus een rechtsgevolg, namelijk, dat het feest door kan gaan. Ook worden er plichten gesteld, de burger krijgt dus een verplichting. De rechtshandeling is tevens publiekrechtelijk van aard, omdat de burgemeester de enige persoon is die toestemming kan geven.
Er is sprake van een besluit in de zin van Art. 1:3 Awb.
Hert gaat om een veprlaatsing van een container op eigen terrein van de gemeente. Dit is een feitelijke handeling, dit is geen rechtshandeling. Er gaat verder geen uitzondering op. Colbert kan alleen een actie uit onrechtmatige daad starten bij de burgerlijke rechter en de gemeente dus civielrechtelijk aanspreken.
Voorbeeld: Je wilt een vergunning, maar deze krijg je niet, of je krijgt niet tijdig een antwoord.
Strategisch besluitbgsrip: Beslissing dat niet als besluit te beschouwen is, maar wordt toch onder bepaalde omstandigheden door de wetgever en bestuursrechter gelijkgesteld met een besluit.
Slechts indien er sprake is van een besluit in de zin van Art. 1:3 Awb is er in beginsel de mogelijkheid om naar de bestuursrechter te stappen. Echter kent zowel de wet als de rechtspraak een aantal gelijkstellingen. Op grond van de wet wordt er rechtsbescherming geboden, indien er sprake is van een afwijzing of weigering van een aanvraag (Art. 1:3 lid 2 Awb). Daarnaast wordt er bescherming geboden bij het niet tijdig nemen van een besluit door het bestuursorgaan, of het weigeren een besluit te nemen (Art. 6:2 aanhef en onder b Awb). Op grond van de rechtspraak kan de rechter door middel van een bestuurlijk rechtsoordeel een antwoord op een aanvraag gelijkstellen met een besluit. Wel is hiervoor vereist dat er een alternatief is dat onevenredig bezwarend is voor de belanghebbende.
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
Deze bundel bevat de werkgroepopdrachten met antwoordindicaties uit 2015/2016, te gebruiken bij het vak Bestuursrecht aan de Universiteit Utrecht
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Main summaries home pages:
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
1820 |
Add new contribution