NHG-standaard (Geneeskunde): Otitis Media Acuta bij kinderen - M09
Otitis media acuta is een infectieuze ontsteking van het middenoor met een duur korter dan drie weken. Otitis media acuta gaat meestal gepaard met: oorpijn, algemeen ziek zijn, koorts en soms een loopoor, en wordt gekenmerkt door een rood, bomberend of niet-doorschijnend trommelvlies.
De incidentie van OMA is 20 per 1000 patiënten per jaar. De hoogste incidentie ligt bij kinderen jonger dan 5 jaar en de aandoening recidiveert geregeld, de kans op recidiveren is het grootst wanneer de eerste episode optreedt in het eerste levensjaar. De aandoening heeft meestal een gunstig natuurlijk beloop: bij zeker 80% van de kinderen zijn de ergste klachten na twee -drie dagen over. Soms treedt een perforatie op van het trommelvlies waardoor een loopoor ontstaat. Na de OMA is er vaak nog sprake van een OME.
Etiologie
Verwekkers: pneumokokken (30-40%), Haemophilus influenzae, Moraxella catarrhalis, de hemolytische streptokok en/of virussen. Bij zuigelingen en peuters moet de huisarts bij algemene ziekte symptomen als koorts, prikkelbaarheid, nachtelijke onrust of gastro-intestinale verschijnselen rekening houden met een OMA. In 4 tot 8% van de gevallen treedt bij otitis media acuta een trommelvliesperforatie op, waardoor otorroe ontstaat (een loopoor). Ernstige complicaties zoals mastoïditis en meningitis zijn zeer zeldzaam.
Risicogroepen voor complicaties zijn kinderen jonger dan zes maanden en kinderen met anatomische afwijkingen in het KNO-gebied (syndroom van Down, palatoschisis)
Anamnese
oorpijn, loopoor, gehoorverlies; enkel- of dubbelzijdig voorkomen van deze klachten
algemene symptomen: koorts, prikkelbaarheid, nachtelijke onrust, buikpijn, braken, diarree, slecht eten of drinken, sufheid
klachten van een bovenste luchtweginfectie (hoesten, snotneus, keelpijn)
ernst, duur en beloop van de klachten
eerdere episoden van oorontsteking in de afgelopen twaalf maanden
aanwezigheid van trommelvliesbuisjes.
Risicogroepen voor complicaties:
kinderen jonger dan 6 maanden
kinderen met anatomische afwijkingen in het KNO-gebied (syndroom van Down en palatoschisis)
ooroperatie in de voorgeschiedenis
immuungecompromitteerde kinderen
Wanneer risicofactoren voor complicaties aanwezig zijn of er sprake is van ernstig toenemend ziek zijn en er overwogen wordt een antimicrobieel middel voor te schrijven moet de patiënt gezien worden.
De overige gevallen is de waarschijnlijkheidsdiagnose OMA op basis van anamnese verantwoord en is een telefonisch advies voldoende, mits in goed overleg.
Lichamelijk onderzoek
inspectie beide trommelvliezen, waarbij links en rechts worden vergeleken.
aspect van het trommelvlies: kleur, vaatinjectie, al of niet doorschijnend
stand van het trommelvlies: normaal, bomberend of ingetrokken
otorroe, trommelvliesperforatie, aanwezigheid van trommelvliesbuisjes.
Let op: afstaan van het oor, drukpijnlijk mastoïd, nekstijfheid of een verminderd bewustzijn.
De diagnose OMA wordt gesteld bij oorpijn of ziek zijn + één van de volgende verschijnselen:
een rood, bomberend of niet-doorschijnend trommelvlies; of
een trommelvlies met duidelijk links-rechtsverschil in roodheid; of
kort bestaande otorroe, via een trommelvliesperforatie of trommelvliesbuisje.
Vaatinjectie van beide trommelvliezen is weinig specifiek want dit kan ook voorkomen bij een verkoudheid of door huilen.
Bij kinderen van > 2 jaar zijn de ergste klachten vaak binnen een paar dagen over en is verdere controle niet nodig. Bij jongere kinderen kunnen de klachten langer duren.
Antimicrobiële middelen eventueel bij:
kinderen onder de 2 jaar met dubbelzijdige acute middenoorontsteking -> minder pijn en koorts.
het vlak na het ontstaan van de middenoorontsteking een loopoor ontstaan.
Een ernstig ziek kind of als het kind zieker wordt
Bij risicofactoren voor complicaties.
Wanneer na drie dagen nog geen verbetering heeft opgetreden.
Bij een loopoor of perforatie liever niet met het hoofd onder water zwemmen. Dit kan mogelijk leiden tot prikkeling van het labyrint en duizeligheid. Mogelijk bestaat er tot enkele weken na een OMA geleidingsverlies door vochtophoping wat weer verdwijnt na een tijdje. Douchen kan wel gewoon en ook is het niet nodig kinderen die frequent last hebben van een otitis media acuta het zwemmen te ontraden. Tijdens of gedurende enkele weken na een otitis media acuta is er slechthorendheid op basis van geleidingsverlies door vochtophoping achter het trommelvlies. De slechthorendheid verdwijnt meestal vanzelf in de loop van enkele weken tot maanden.
Behandeling
Altijd symptomatische behandeling met paracetamol (rectaal of oraal). Eventueel decongestieve neusdruppels bij verstopte neus. Antimicrobieel middel van eerste keus is amoxicilline. Alternatieve zijn: azitromycine of cotrimoxazol. Indien klachten niet verminderen binnen 48 uur weer contact opnemen met huisarts.
Controle van een kind met OMA is meestal niet nodig behalve bij otorroe. Check in dit geval na een maand of de trommelvliesperforatie is gesloten.
Verwijs het kind naar een KNO arts bij het:
uitblijven van verbetering 48 uur na het starten van een kuur met een antimicrobieel geneesmiddel
vermoeden van mastoiditis of meningitis
persisteren van een loopoor na een kuur met een antimicrobieel geneesmiddel
persisteren van een trommelvliesperforatie een maand na het ontstaan van een loopoor
kinderen met frequente recidieven (drie of meer episoden per half jaar of vier episoden per jaar).
- 1035 reads
Add new contribution