Oefententamens Verbintenissenrecht - UU
- 3927 keer gelezen
Hadrian Blackwater, eigenaar van een gloednieuwe caravan, haalt zijn broer Royce over om zijn (Hadrian’s) caravan ook eens te proberen. Hadrian hoopt dat Royce zo enthousiast zal worden dat ook hij een caravan zal aanschaffen en dat zij en hun gezinnen er in de nabije toekomst samen op uit zullen trekken. Omdat Royce geen enkele ervaring heeft met het rijden met een caravan, besluit hij om samen met zijn vrouw Gwen eerst eens een lang weekend naar een camping in Zeeland te gaan. Alles staat klaar; de door Hadrian uitgeleende caravan is aangekoppeld aan de auto van Royce. Royce zit achter het stuur en Gwen zit naast hem. Royce manoeuvreert met auto en caravan achteruit zijn afrit af teneinde op de openbare weg te komen.
De altijd behulpzame buurman Alric staat klaar op de weg om aanwijzingen te geven, maar vergeet daarbij op het verkeer te letten. Op dat moment komt de heer Groen in zijn jeep aanrijden; de heer Groen heeft zijn mobiele telefoon in de hand en is aan het telefoneren. Hij rijdt ongeveer 40 km per uur. Alric ziet de jeep niet aankomen en een aanrijding is onvermijdelijk. Alric loopt daarbij een gecompliceerde breuk aan zijn rechterbeen op. Een fractie van een seconde later rijdt Royce de openbare weg op. De jeep ramt de achterkant van de caravan, waardoor een deuk in de caravan ontstaat en blikschade aan de jeep. Gwen heeft na de aanrijding last van haar nek. Een week nadien blijkt, uit onderzoek in het ziekenhuis, dat zij door de aanrijding een nekwervelblessure heeft opgelopen.
Is Groen aansprakelijk voor de schade die Alric lijdt, en - zo ja - dient hij in dat geval alle schade te vergoeden?
Is Royce aansprakelijk voor de schade die Gwen lijdt?
Voor de door hem (Groen) geleden schade stelt Groen Royce aansprakelijk. Is in het kader van de vraag of Royce tot betaling van deze schade is gehouden, de reflexwerking van art. 185 WVW van belang?
Is Royce aansprakelijk voor de schade van Hadrian?
Met enige vertraging vertrekken Royce en Gwen alsnog, maar op hun tocht rust geen zegen. De camping in Zeeland wordt weliswaar zonder oponthoud bereikt en Royce slaagt erin de caravan op de door de campingbeheerder aangewezen plaats neer te zetten, maar de volgende ochtend valt het klapraam van de caravan boven op de vingers van Royce. Hij loopt ernstig letselschade aan zijn rechterhand op. Onderzoek wijst uit dat de caravan van Hadrian een constructiefout bevat, in die zin dat de veiligheidspal van de klapramen niet naar behoren functioneert.
Kan Royce met succes Hadrian voor zijn schade aansprakelijk stellen?
Arista Land uit het Twentse Denekamp heeft in het najaar van 2007 deelgenomen aan het succesvolle tv-programma ‘Boerin zoekt man’. Hierbij heeft zij haar huidige vriend Emery, een boer uit het Drentse dorp Eelde, leren kennen. Aangezien elke zondagavond vier miljoen Nederlanders afstemden op het programma, heeft Arista landelijke bekendheid verworven. Zij heeft een aardig zakcentje verdiend met het geven van diverse interviews in tv-programma’s en damesbladen.
Tijdens het thuis bekijken van de uitzendingen van ‘Boerin zoekt man’ is het Arista opgevallen dat de vloerbedekking in haar woonkamer wel erg gedateerd is. In maart 2008 besluit zij dan ook van haar extra verdiensten een mooie nieuwe parketvloer aan te schaffen. Bij Joep’s Parket vindt zij haar droomvloer: een parketvloer (voor 40 m2 oppervlak) met de specificatie ‘Eiken prime’ tegen een prijs van € 4.000 (inclusief het leggen van de vloer). Hiervan voldoet zij een bedrag van € 1.500 vooraf.
Op de door Arista (op 4 maart 2008) voor akkoord getekende offerte staat vermeld dat de algemene voorwaarden van Joep’s Parket op de overeenkomst van toepassing zijn, dat deze voorwaarden in de winkel ter inzage liggen en bovendien op verzoek zullen worden toe-gezonden. Op 25 maart 2008 wordt de vloer bij Arista gelegd. Op 22 april 2008 stuurt Arista Joep’s Parket een schriftelijke sommatie tot herstel dan wel
vervanging van de parketvloer op uiterlijk 19 mei 2008. De vloer beantwoordt namelijk volgens Arista niet aan de overeenkomst vanwege een aantal grote noesten en vanwege het feit dat de vloer lelijke kleurverschillen vertoont.
De vóór het sluiten van de koopovereenkomst aan Arista overhandigde documentatie betreffende ‘kwaliteitseisen’ hield onder meer het volgende in:
noesten tot 25 mm doorsnede zijn onbeperkt toegestaan;
kleurverschillen zijn toegestaan.
Door een door Arista ingeschakelde deskundige van de Consumentenbond is geconstateerd dat circa 15 noesten in de bij Arista gelegde vloer een afmeting hebben die groter is dan de voor de ‘Eiken prime’ geldende norm, namelijk variërend van 35 tot 50 mm doorsnede. Ook heeft deze deskundige melding gemaakt van het bestaan van opmerkelijke kleurverschillen tussen diverse planken.
Omdat Joep’s parket niet voldoet aan de sommatie, ontbindt Arista de overeenkomst op 20 mei 2008 door middel van een schriftelijke verklaring aan Joep’s Parket. Joep’s Parket betwist niet dat sprake is van non-conformiteit, maar het bedrijf beroept zich op zijn algemene voorwaarden, waarin in artikel 9 staat vermeld dat klachten binnen 14 dagen na levering kenbaar dienen te worden gemaakt - op straffe van verval van de rechten van de koper wat betreft het beweerde tekortschieten van de verkoper - , hetgeen niet is geschied. Wanneer dit verweer niet mocht slagen, meent het bedrijf in elk geval dat ontbinding niet tot de mogelijk-heden behoort. In dat kader stelt Joep’s Parket dat de desbetreffende vloerdelen gemakkelijk kunnen worden vervangen.
Arista heeft het inmiddels helemaal gehad met Joep’s Parket en blijft vasthouden aan ontbinding. Ze laat Joep’s Parket weten dat ze met de algemene voorwaarden van het bedrijf niets te maken heeft en stapt naar de rechter om haar ontbinding bevestigd te zien.
(Bespreek aan de hand van afdeling 6.5.3 de stelling van Arista dat zij met de algemene voorwaarden van Joep’s Parket niets te maken heeft.
Veronderstel dat Joep’s Parket geen algemene voorwaarden voert, maar dat het bedrijf het voormelde beding dat klachten binnen 14 dagen na levering kenbaar dienen te worden gemaakt op de offerte zelf heeft vermeld. Zou Joep’s Parket in dat geval met succes kunnen aanvoeren dat het recht van Arista op ontbinding is komen te vervallen?
Veronderstel dat Arista tijdig aan Joep’s Parket melding heeft gedaan van de beweerde tekortkoming. Hoe zal de rechter oordelen ten aanzien van haar beroep op ontbinding, mede gelet op het in dat kader gevoerde verweer van Joep’s Parket?
Op de boerderij van Arista komt elke dag een melkwagen van De Nederlandse Melkunie (DNM) langs om de melktank te legen en de melk te vervoeren naar de zuivelfabriek van DNM in Oldenzaal. Het contract tussen Arista en DNM loopt af op 1 mei 2008. Omdat Arista niet tevreden is over DNM, wil ze het contract met DNM niet verlengen. Ze heeft inmiddels twee offertes gekregen van resp. zuivelgigant Frisian Foods en de Twentse zuivelfabriek De Melkbroeders.
Omdat Arista erg druk is, wil haar nieuwe geliefde Emery haar graag helpen. De melkvee-houderij van Emery en zijn vader doet al jaren naar volle tevredenheid zaken met Frisian Foods. Als verrassing besluit Emery dan ook namens Arista de offerte van Frisian Foods op 25 april 2008 telefonisch te accepteren. Hij zegt tegen Frisian Foods dat Arista hem op-dracht heeft gegeven de zaken voor haar te regelen. Op 28 april 2008 stuurt Arista zelf een fax naar De Melkbroeders waarin zij hun aanbod accepteert. Op 1 mei 2008 komt de melktruck van Frisian Foods voorrijden. Tien minuten later verschijnt de melkwagen van De Melkbroeders.
Is Arista verplicht de melk te leveren aan Frisian Foods, aan De Melkbroeders of aan beide?
Is de volgende stelling juist of onjuist?
Een gemotoriseerde zal, na een botsing met een ongemotoriseerde, nooit zijn gehele schade van deze ongemotoriseerde vergoed krijgen.
Art. 185
Een motorrijtuig: groen is een automobilist en zit dus in een motorrijtuig Het bevindt zich op de openbare weg. Er is sprake van een ongeval: Groen rijdt Alric aan Er is sprake van schade: Alric heeft een beenbreuk
De tenzij clausule van de overmachtssituatie gaat niet op: Is er sprake van overmacht? > verwijzen anar Chan-a-Hung Maalsté : Overmacht is als er rechtens geen enkel verwijt is. Er is echter wel een verwijt. Groen is namelijk aan het telefoneren tijdens het rijden en dit mag niet.
De aansprakelijkheid is nu vastgesteld. We gaan nu naar de omvangsfase.
Er is in casu sprake van eventuele eigen schuld. Dit is geregeld in art. 101. De omvang van de schadevergoedingsverplichting kan worden verminderd op eigen schuld van de benadeelde. In casu is er sprake als geregeld in art. 185 WVW. Uit het Chang a Hung arrest kun je de 50% en 100% regel afleiden. De betrokkene is ouder dan 14 dus de 50% regel geldt hier. Alric krijgt dus minstens 50% van zijn schade vergoed.
Uit art. 101 volgt vervolgens dat er een causale verdeling moet worden gemaakt om de vergoedingsverplichting vast te stellen.
Vervolgens moet deze nog worden redelijkheids- en billijkheidscorrectie worden toegepast.
Getrouwd zijn is geen belemmering voor aansprakelijkheid. Art. 185 is niet van toepassing op inzittenden van het motorrijtuig volgt uit lid 3. Misschien heeft Royce tegenover Gwen een onrechtmatige daad gepleegd. Blijkbaar is Royce volledig op Alric afgegaan. De vraag is of hij dus zorgvuldig heeft gehandeld.
De onrechtmatige daad is geregeld in art. 162. Door niet zelfstandig te kijken heeft Royce een gevaar gecreëerd. Kelderluik hoef je niet te kennen. Dit is toerekenbaar op grond van schuld. Royce heeft zelf niet gekeken en hier heeft hij zelf schuld aan.
Er is ook sprake van schade: letselschade, ze heeft een nekwervelblessure.
Relativiteit: het is ook onzorgvuldig tegenover Gwen, daarom is ook aan deze eis voldaan.
Er is in casu geen sprake van een rechtvaardigingsgrond.
Er is ook sprake van een causaal verband. Als Royce niet naar achter had gereden zonder om te kijken was de schade niet onstaan want dan had er geen botsing plaatsgevonden.
Dus ja, Royce is aansprakelijk.
De reflexwerking van art. 185 WVW. Geregeld in Rechts a hung (R.o. 3.6)
In casu is de reflexwerking enkel van toepassing wanneer een gemotoriseerde tegen een ongemotoriseerde. In casu is er echter sprake van een vordering tussen een gemotoriseerde tegen een andere gemotoriseerde. De reflexwerking is hier dus niet van belang.
Schade aan de caravan.
De vraag is welke vordering is hier van toepassing? Om dit te bepalen is van belang dat de vraag wordt beantwoord of er sprake is van een contract. In casu is er sprake van een bruikleenovereenkomst. Hadrian vindt dat Royce de overeenkomst niet goed nakomt want hij heeft schade toegebracht aan de caravan. Hadrian kan Royce aansprakelijk stellen op grond van art. 6:74 wanprestatie. Er moet sprake zijn van een tekortkoming: Royce schiet tekort want hij kan niet het goed in originele staat terug geven en schendt daarmee de overeenkomst.
Schade: er is schade aan de caravan
Causaal verband
Toerekenbaarheid: is te wijten aan schuld, art 6:75 dus hij is aansprakelijk
Verzuim is niet nodig want nakoming is blijvend onmogelijk.
Royce is dus aansprakelijk voor de schade aan de caravan.
Er is sprake van risicoaansprakelijkheid voor gebrekkige zaken, geregeld in art. 173. Hadrian is bezitter van de caravan. Deze voldoet niet aan de eisen die je mag verwachten in deze omstandigheden en deze heeft een gevaar opglevererd voor een persoon: lestselschade aan de rechterhand. De tenzij clausule gaat hier niet op Echter staat in lid 2 dat ook moet worden gekeken of de producent aansprakelijk is als het gaat om een geberek als bedoeld in afdeling 3 van titel 3. Art. 186 stelt dat er sprake van een gebrek als het niet de veiligheid biedt die men mag verwachten. In casu is hier sprake van. Het heeft een onveilige situatie opgeleverd. De producent is hier aansprakelijk voor als hij het product in het verkeer heeft gebracht met gebrek. Een van de uitzonderingen van art. 185 is niet van toepassing. Uit art. 187 blijkt nog dat het moet gaan om een roerende zaak: is aan voldaan.
In art. 190 staat nog dat het moet gaan om schade voor lichamelijk letsel.
De vraagt die speelt is of deze algemene voorwaarden van toepassing zijn. Gerdien heeft de offerte getekend. Hiermee heeft ze ook de algemene voorwaarden aanvaard. Er heeft aanbod en aanvaarding plaatsgevonden. Dus ze kan niet stellen dat ze überhaupt niets mee te maken heeft. Op grond van art. 6:232 kan zij hier ook aan gebonden zijn als zij niet wist wat deze voorwaarden inhielden. Uit art. 6:231 Er moet gekeken worden op grond van art. 6:233 sub b of er sprake was van een redelijke mogelijkheid tot kennis neming. Art. 234 lid 1 stelt dat er sprake moet zijn van het ter handstellen. Dit is niet gebeurt. Dan moet er gekeken worden of dit niet mogelijk was. In casu was dit wel mogelijk geweest.
Dan moet er nog sprake zijn of er sprake was dienstverlening in de zin van art. 6:230c, de uitzondering die gesteld is is dus niet van toepassing. De voorwaarden hadden gewoon terhand moeten worden gesteld. Sub a. Is er een consument? In casu is sprake van een consument en ze verkrijgt van een handelaar. Dit geeft het recht om te kijken naar de grijze en zwarte lijst. Het niet voldoen aan de kennisgeven van art. 9 van de algemene voorwaarde, binnen 2 weken klagen, zou leiden tot verval van rechten van Arista. Op grond van sub h van art. 237 wordt het beding vermoed onredelijk bezwarend te zijn. Hierdoor ligt de bal weer bij de wederpartij die moet aantonen dat het niet onredelijk bezwarend is.
Klachtrecht in het kooprecht: Is er sprake van een consumentenkoop? Art. 7:5. Er is sprake van een roerende zaak, daarnaast gaat het om een verkoper die handelt in het kader van zijn handelsbedrijf: joep’s parket. Arista is een natuurlijke persoon. Op grond van art. 6 is er sprake van dwingen recht ten nadele van de consument. Volgens het klachtrecht heeft Arista te laat geklaagd. Echter wordt in artikel 7:23 lid 1 gesteld dat er een termijn van twee maanden is. Er is dus sprake van een dwingend rechterlijke rechtsbepaling. Op grond van art. 3:40 lid 2 leidt dit tot vernietigbaarheid aangezien er sprake is van een bepaling die uitsluitend strekt tot bescherming van één van de partijen bij een meerzijdige rechtshandeling.
Ontbinding bij consumentenkoop
Art. 7:17
Art. 7:22 (zie ook lid 2)
Art. 7:21 lid 3
Terug naar boek 6 : gevolgen ontbinding, ongedaansmakingsverbintenis
Melkbroeders: ja, sprake van aanbod en aanvaarding. Dit is gebeurt via fax op 28 april 2008. Simpele aanbod en aanvaarding zorgt ervoor dat je hieraan gehouden bent. Frisian Foods: nee, er was geen bevoegde vertegenwoordiging.
Onjuist, reflexwerking 185WVW, Chan a Hung/Maalsté
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
Deze bundel bevat oefententamens bruikbaar bij het vak Verbintenissenrecht, Rechtsgeleerdheid jaar 2, Universiteit Utrecht.
Verbintenissenrecht - B2 - Rechten - UU - Tentamen 2018/2019
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Main summaries home pages:
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
2072 |
Add new contribution