TentamenTests bij de 8e druk van Psychologie van Gleitman et al.

Welke onderzoeksmethoden kent de psychologie? - TentamenTest 1

Vragen

Vraag 1

Wat zijn twee belangrijke voorwaarden voor een goede hypothese?

Vraag 2

Welke twee manieren bestaan er om data te analyseren?

Vraag 3

Wat is het verschil tussen een experiment en een observationele studie?

Vraag 4

Wat is een meta-analyse?

Vraag 5

Noem een voorbeeld van een ethische voorwaarde waar onderzoekers zich aan moeten houden.

Antwoordindicatie

Vraag 1

De hypothese moet testbaar zijn en falsifieerbaar.

Vraag 2

Beschrijvende en inferentiële statistiek.

Vraag 3

Bij een experiment wordt een onafhankelijke variabele gemanipuleerd. Bij observationele studies wordt deze manipulatie niet gedaan.

Vraag 4

Een statistische methode voor het combineren van de resultaten van meerdere studies naar een bepaald onderwerp.

Vraag 5

Bijvoorbeeld: een informed consent en/of een debriefing.

Wat is de genetische en evolutionaire basis van gedrag? - TentamenTest 2

Vragen

Vraag 1

Wat is een gen?

Vraag 2

Wat wordt met ‘genexpressie’ bedoeld?

Vraag 3

Wat is het verschil tussen het genotype en het fenotype?

Vraag 4

Wat is het sleutelmechanisme van de theorie van Darwin?

Antwoordindicatie

Vraag 1

Een gen is een deel van het DNA-molecuul molecuul dat instructies bevat over hoe en wanneer er een eiwit wordt gevormd.

Vraag 2

Dit is het proces waarmee genen kunnen worden ‘aan-‘ of ‘uitgezet’.

Vraag 3

De complete set van alle genen van een individu noemen we het genotype. De kenmerken en capaciteiten van een organisme worden aangeduid met het fenotype.

Vraag 4

Natuurlijke selectie.

Welke functies hebben de hersenen en het zenuwstelsel in het menselijk lichaam? - TentamenTest 3

Vragen

Vraag 1

Wat is een neuron?

Vraag 2

Uit welke drie delen bestaat een neuron?

Vraag 3

Leg kort uit hoe de communicatie binnen een neuron en de communicatie tussen neuronen plaatsvinden.

Vraag 4

Waar worden neuroimaging technieken voor gebruikt?

Vraag 5

In welke drie typen weefsels wordt de cerebrale cortex vaak onderverdeeld?

Antwoordindicatie

Vraag 1

Een neuron is een gespecialiseerde cel in het zenuwstelsel die informatie bijeenbrengt en verspreidt.

Vraag 2

Een neuron bestaat uit de volgende drie delen: dendriet, cellichaam en axon.

Vraag 3

De communicatie die plaatsvindt binnen een neuron (van de ene kant naar de andere kant) betreft elektrische signalen (via een actiepotentiaal) maar de communicatie tussen neuronen (van het ene neuron naar het andere) betreft chemische signalen (door middel van neurotransmitters).

Vraag 4

Neuroimaging technieken kunnen worden gebruikt om het levende brein te onderzoeken.

Vraag 5

De cerebrale cortex wordt onderverdeeld in de volgende drie typen weefsels: sensorische, motorische en associatiegebieden.

Hoe uiten menselijke zintuigen zich? - TentamenTest 4

Vragen

Vraag 1

Wat houdt het onderzoeksveld van de psychofysica in?

Vraag 2

Welke twee stappen zijn nodig om binnenkomende sensorische input te verwerken?

Vraag 3

Beschrijf de weg van geluidsgolven naar horen.

Vraag 4

Beschrijf de weg van visuele input naar zien.

Antwoordindicatie

Vraag 1

Het onderzoeksveld van de psychofysica probeert de kenmerken van een fysieke stimulus te relateren aan zowel de kwaliteit als de intensiteit van de sensorische ervaring.

Vraag 2

De stappen transductie en sensorische codering.

Vraag 3

Geluid beweegt zich voort in geluidsgolven die variëren in frequentie en amplitude. De geluidsgolven zorgen ervoor dat het trommelvlies begint te trillen. De vibraties worden door de gehoorbeentjes overgebracht naar het ovale raam waardoor het slakkenhuis wordt gevuld met een vloeistof.

Vraag 4

De staafjes en kegeltjes stimuleren de bipolaire cellen die de ganglioncellen stimuleren. Deze ganglioncellen verzamelen informatie van het hele netvlies en de axonen van deze cellen vormen tezamen de optische zenuw.

Wat is perceptie? - TentamenTest 5

Vragen

Vraag 1

Waar hangt perceptie van af?

Vraag 2

Wat doen kenmerkcellen?

Vraag 3

Via welke twee belangrijke paden wordt informatie vanuit de visuele cortex verzonden naar de rest van de hersenen?

Vraag 4

Hoe kunnen we een driedimensionale wereld waarnemen?

Vraag 5

Wat wordt bedoeld met aandacht?

Antwoordindicatie

Vraag 1

Perceptie hangt af van zowel de input die het oog binnenkrijgt – datgene wat werkelijk gebeurt voor je ogen – als de manier waarop je deze input organiseert en interpreteert.

Vraag 2

Gespecialiseerde kenmerkcellen onderscheiden bepaalde kenmerken van een voorwerp dat wordt waargenomen.

Vraag 3

Via het ‘wat’-systeem (via de temporale cortex) en het ‘waar’-systeem (via de pariëtale kwab).

Vraag 4

We kunnen een driedimensionale wereld waarnemen door middel van dieptecues.

Vraag 5

Aandacht is het proces dat ons in staat stelt om ons te focussen op slechts één item.

Wat is introspectie en de functie van bewustzijn? - TentamenTest 6

Vragen

Vraag 1

Wat wordt bedoeld met het bewustzijn?

Vraag 2

Welke methode wordt vaak gebruikt om iemands bewustzijn te achterhalen?

Vraag 3

Noem een aantal nadelen van deze methode.

Vraag 4

Wat houdt de globale werkhypothese in?

Vraag 5

Welke twee verschillende soorten slaap bestaan er over het algemeen?

Antwoordindicatie

Vraag 1

Bewustzijn is het besef van onszelf, onze gedachten en onze omgeving op een bepaald moment.

Vraag 2

Om iemands bewustzijn te achterhalen wordt vaak gebruik gemaakt van introspectie.

Vraag 3

Er kunnen moeilijkheden ontstaan in de communicatie van introspecties (het onder woorden brengen ervan) en veel van onze gedachten, overtuigingen en gevoelens spelen zich buiten het bewustzijn af (het cognitieve onbewuste). Ook kunnen interpretaties fout zijn.

Vraag 4

De globale werkhypothese stelt dat werkruimteneuronen het bewustzijn aansturen door ons in staat te stellen stimuli of ideeën te koppelen in dynamische, coherente representaties.

Vraag 5

Langzame golf-slaap en REM-slaap.

Wat zegt de leertheorie over de verschillende leerprocessen? - TentamenTest 7

Vragen

Vraag 1

Hoe wordt ‘leren’ gedefinieerd?

Vraag 2

Wat houdt klassieke conditionering in?

Vraag 3

Wat houdt operante conditionering in?

Vraag 4

Wat is shaping?

Vraag 5

Wat houdt observationeel leren in?

Antwoordindicatie

Vraag 1

Leren is de verzamelnaam van verschillende processen waarbij associaties wordne gecreëerd.

Vraag 2

Hierbij wordt een stimulus gepaard met een andere stimulus zodat het organisme de relatie tussen deze twee stimuli leert.

Vraag 3

Hierbij ontvangt een proefpersoon alleen een beloning wanneer hij of zij de gewenste respons uitvoert.

Vraag 4

Shaping is het proces waarbij een gewenste respons wordt uitgelokt door bepaald gedrag te belonen dat in toegenomen mate gelijk is aan de respons.

Vraag 5

Observationeel leren is een vorm van leren waarbij iemand bekijkt hoe anderen zich gedragen.

Hoe werkt het menselijk geheugen? - TentamenTest 8

Vragen

Vraag 1

Welke drie stappen gaan er vooraf voordat we ons iets kunnen herinneren?

Vraag 2

Welke twee typen geheugen bestaan er over het algemeen?

Vraag 3

Wat houdt geheugenconsolidatie in?

Vraag 4

Waar kan het expliciet geheugen in worden onderverdeeld?

Vraag 5

Waar kan het impliciet geheugen in worden onderverdeeld?

Antwoordindicatie

Vraag 1

Deze stappen zijn verwerven, opslaan en ophalen.

Vraag 2

Het werkgeheugen en het lange termijngeheugen.

Vraag 3

Geheugenconsolidatie is het biologische proces waardoor herinneringen worden getransformeerd van een tijdelijke en fragiele status naar een meer permanente en robuuste staat.

Vraag 4

Het episodisch en het semantische geheugen.

Vraag 5

Procedureel geheugen, priming, perceptueel leren en klassiek conditioneren.

Welke denkpatronen zijn te onderscheiden? - TentamenTest 9

Vragen

Vraag 1

Wat zijn mentale representaties?

Vraag 2

Wat houdt denken in?

Vraag 3

Wat zijn de vier verschillende denkprocessen?

Vraag 4

Wat houdt de duale verwerkingstheorie in?

Vraag 5

Wat is redeneren?

Antwoordindicatie

Vraag 1

Mentale representaties zijn delen in de geest die staan voor een bepaald voorwerp of een bepaalde gebeurtenis.

Vraag 2

Denken’ is het analyseren en het beschouwen van mentale representaties en het vergelijken van meerdere mentale representaties om conclusies te trekken en problemen op te lossen.

Vraag 3

Beoordeling, redeneren, besluiten maken en problemen oplossen.

Vraag 4

De duale verwerkingstheorie stelt dat beoordeling twee typen van denken behelst: een snelle, efficiënte, maar soms onjuiste set van strategieën (bijvoorbeeld heuristieken), - genaamd Systeem 1, en een langzamere, meer moeizame, maar minder risicovolle set van strategieën – genaamd Systeem 2.

Vraag 5

Redeneren is het proces waarbij de implicaties van bepaalde overtuigingen worden uitgezocht.

Hoe vormt taal het menselijke mentale leven? - TentamenTest 10

Vragen

Vraag 1

Wat zijn de kleinste eenheden van een taal?

Vraag 2

Wat houdt de prototype theorie van betekenis in?

Vraag 3

Noem de drie niveaus waarop kinderen woordjes leren.

Vraag 4

Wat wordt bedoeld met de sensitieve periode?

Antwoordindicatie

Vraag 1

Fonemen.

Vraag 2

In deze theorie worden concepten van woordbetekenissen gevormd rond de gemiddelde of typische waarden.

Vraag 3

Het basisniveau, het subordinate niveau en het superordinate niveau.

Vraag 4

Er is een bepaalde periode waarin kinderen moeten worden blootgesteld aan taal om een taal te kunnen leren. Dit noemen we de sensitieve periode.

Wat is intelligentie en wat betekent IQ? - TentamenTest 11

Vragen

Vraag 1

Wat is algemene intelligentie?

Vraag 2

Welke afkorting wordt gebruikt voor algemene intelligentie?

Vraag 3

Wat is het verschil tussen vloeiende en gekristalliseerde intelligentie?

Vraag 4

Uit welke onderdelen bestaat emotionele intelligentie?

Vraag 5

Wat houdt het Flynn-effect in?

Antwoordindicatie

Vraag 1

Algemene intelligentie is een mentale eigenschap is die bijdraagt aan de prestatie op vrijwel elke intelligentietest.

Vraag 2

Met de letter ‘g’.

Vraag 3

Vloeiende intelligentie is de mogelijkheid om om te gaan met nieuwe en ongebruikelijke problemen, terwijl gekristalliseerde intelligentie verwijst naar iemands kennis en vaardigheden.

Vraag 4

Emotionele intelligentie bestaat uit het vermogen om emoties accuraat waar te nemen, emoties te gebruiken om denken en redeneren te vergemakkelijken, emoties te begrijpen en deze onder woorden te brengen, en emoties onder controle te hebben.

Vraag 5

Het Flynn effect is het patroon van een wereldwijde toename van IQ-scores over de laatste decennia, met een toename van drie IQ-punten per decennium.

Wat doen motivatie en emotie met een persoon? - TentamenTest 12

Vragen

Vraag 1

Wat houdt homeostase in?

Vraag 2

Wat is obesitas?

Vraag 3

Wat houdt de ‘fight or flight’-reactie in van Cannon?

Vraag 4

Uit welke vier fasen bestaat de seksuele resonscyclus?

Vraag 5

Wat zijn drie belangrijke componenten van emoties?

Antwoordindicatie

Vraag 1

Met homeostase bedoelen we de neiging van het lichaam om de condities van de innerlijke omgeving in stand te houden door verschillende vormen van zelfregulatie.

Vraag 2

Obesitas wordt gedefinieerd als een BMI van 30 of meer.

Vraag 3

Walter Cannon stelde dat intense sympathische arousal dient als een alarmerende reactie dat het organisme voorbereidt voor een crisis zodat het kan vechten of vluchten. Dit heet de ‘fight or flight’-reactie.

Vraag 4

Opwinding, plateaufase, orgasme en herstel.

Vraag 5

Veranderingen in gedrag, subjectieve ervaringen en fysiologie.

Wat houdt de discipline sociale psychologie in? - TentamenTest 13

Vragen

Vraag 1

Wat is sociale cognitie?

Vraag 2

Wat is een causale attributie?

Vraag 3

Welke twee causale attributies bestaan er?

Vraag 4

Noem drie manieren waarop attitudes kunnen worden veranderd.

Vraag 5

Welke drie typen van sociale invloed bestaan er?

Vraag 6

Wat is groepspolarisatie?

Antwoordindicatie

Vraag 1

Sociale cognitie is de manier waarop we andermans gedrag interpreteren en hoe anderen ons gedrag interpreteren.

Vraag 2

Een causale attributie is een conclusie over wat iemands gedrag heeft veroorzaakt.

Vraag 3

Situationele en dispositionele attributies.

Vraag 4

Attitudes kunnen worden veranderd door middel van overtuiging, ervaring en door het eigen gedrag.

Vraag 5

Conformiteit, gehoorzaamheid en toestemming.

Vraag 6

Groepspolarisatie is het patroon waarbij de attitudes van personen extremer worden wanneer zij zich in een groep bevinden.

Welke ontwikkelingsfasen doorloopt een mens? - TentamenTest 14

Vragen

Vraag 1

Welke fasen onderscheidde Piaget in het proces van een kinderlijke denkstijl naar een volwassen denkstijl?

Vraag 2

Wat wordt met hechting bedoeld?

Vraag 3

Welke hechtingsstijlen bestaan er?

Vraag 4

Welke vier ouderstijlen zijn er?

Vraag 5

Wat is de naam van de theorie van Erikson over de fasen waardoor men het leven heen gaat?

Vraag 6

Hoe heet het conflict dat mensen hebben in de leeftijd tussen 40 en 60 jaar?

Antwoordindicatie

Vraag 1

De sensori-motorische, pre-operationele, concreet-operationele en formeel-operationele perioden.

Vraag 2

Hechting is de sterke, langdurige, emotionele band tussen een kind en zijn verzorgers.

Vraag 3

De zekere, angstig-resistente, angstig-vermijdende en ongeorganiseerde hechtingsstijl.

Vraag 4

Authoritarian, permissive, authoritative en disengaged.

Vraag 5

De ‘eight ages of man’.

Vraag 6

Het ‘generativiteit vs. stagnatie conflict’.

Hoe wordt persoonlijkheid gevormd? - TentamenTest 15

Vragen

Vraag 1

Hoe heten de vijf dimensies van de Big Five persoonlijkheidstheorie?

Vraag 2

Wat houdt het temperament van een individu in?

Vraag 3

Wat stelt de psychodynamische benadering over persoonlijkheid?

Vraag 4

Wat zijn twee kenmerken van de humanistische benadering over persoonlijkheid?

Vraag 5

Wat is de focus van sociaal-cognitieve onderzoekers in hun studies naar persoonlijkheid?

Antwoordindicatie

Vraag 1

Extraversie, neuroticisme, mildheid, ordelijkheid en autonomie.

Vraag 2

Een karakteristiek patroon van emotie, aandacht en gedrag dat grotendeels wordt bepaald door genetische factoren.

Vraag 3

Volgens de psychodynamische benadering zijn menselijke gedragingen en gedachten de expressie van motieven en wensen die zijn verworven tijdens de kindertijd en die voor het grootste deel onbekend zijn voor de persoon zelf.

Vraag 4

Twee kenmerken van de humanistische benadering zijn het eigen perspectief van de persoon en het concept van menselijke motivatie.

Vraag 5

Sociaal-cognitieve onderzoekers focussen op de diverse cognitieve kenmerken waarin persoonlijkheden kunnen verschillen. Overtuigingen over onszelf en over onze wereld nemen hier een belangrijke plaats in.

Wat bestudeerd de psychopathologie? - TentamenTest 16

Vragen

Vraag 1

Wat is de definitie van psychopathologie?

Vraag 2

Wat zijn de drie belangrijke processen bij het vaststellen van een mentale stoornis?

Vraag 3

Noem vier angststoornissen zoals geclassificeerd door de DSM.

Vraag 4

Wat is het verschil tussen een depressieve stoornis en een bipolaire stoornis?

Vraag 5

Wat is schizofrenie?

Antwoordindicatie

Vraag 1

Psychopathologie is de studie van mentale stoornissen of de term voor een mentale stoornis.

Vraag 2

Drie belangrijke processen bij het vaststellen van een mentale stoornis zijn definiëren, assessment en diagnosticeren.

Vraag 3

Voorbeelden van juiste antwoorden: (sociale of specifieke) fobie, paniekstoornis, agorafobie, gegeneraliseerde angststoornis, obsessieve-compulsieve stoornis en stress-stoornissen.

Vraag 4

Depressie behelst verdrietige en hopeloze gevoelens. Een bipolaire stoornis wordt gekarakteriseerd door zowel manische als depressieve episodes.

Vraag 5

Schizofrenie is een groep hevige mentale stoornissen die zijn gekarakteriseerd door verschillende positieve, negatieve en cognitieve symptomen.

Hoe kunnen mentale stoornissen worden behandeld? - TentamenTest 17

Vragen

Vraag 1

Wat is het doel van psychologische behandelingen van mentale stoornissen?

Vraag 2

Welke vier psychologische benaderingen bestaan er voor het behandelen van mentale stoornissen?

Vraag 3

Hoe noemen we de groep medicijnen die de manifestaties van verschillende mentale stoornissen controleert of matigt?

Vraag 4

Noem drie niet-farmacologische behandelingen (psychotherapie uitgesloten).

Vraag 5

Wat is het ‘dodo bird verdict’?

Antwoordindicatie

Vraag 1

Psychologische behandelingen bestaan uit systematische pogingen om het denkpatroon en het gedrag van de patiënt te veranderen.

Vraag 2

Psychodynamisch, humanistisch, gedragsmatig en cognitief-gedragsmatig.

Vraag 3

Psychotropische medicijnen.

Vraag 4

Voorbeeld van een juist antwoord: psychochirurgie, ECT en DBS.

Vraag 5

Uit verschillende meta-analyses komt naar voren dat heel verschillende therapievormen gelijke effectiviteit kunnen hebben. Dit resultaat wordt vaak het dodo bird verdict genoemd.