Staatsrecht 1 - RUG - Hoorcollegeaantekeningen & Sheetnotes
- 1610 keer gelezen
Dit college is erg de nadruk gelegd op artikel 7 van de Grondwet, met name lid 1 (Drukpers)
Vorig jaar ging het vooral over artikel 10 Grondwet.
Voorbeeld 1. Meneer van Ooijen, radicaal evangelist met 16 kinderen zet op zijn dakpannen ‘Jezus redt’. De gemeente wil dat niet hebben. Er speelt godsdienstvrijheid tegenover het welstandsbeleid van de gemeente.
Voorbeeld 2. Rosti Rostelli, een hypnotiseur, wil optreden in Rijssen, een streng Christelijke gemeente. Zij willen echter geen provocerend gedrag in de zaal die hij wil huren van de gemeente. Er speelt vrijheid van meningsuiting tegenover het standpunt van de gemeente die zegt ‘Grondrechten gelden tussen de overheid en de burger, ik ben nu geen overheid, wij verhuren gewoon een zaal’
Voorbeeld 3. Facebook, Microsoft, Google et cetera. Gelden de grondrechten ook tegenover deze bedrijven? (Gelden ze hetzelfde als tegenover de overheid?)
De theoretische ontwikkeling van de grondrechten is begonnen met Locke, Life, liberty en property.
Een grondrecht lijkt universeel en logisch, voor iedereen te gelden maar ze zijn pas vrij laat ‘ontdekt’. Hoe moeten deze grondrechten worden gefundeerd?
Locke, een contractsfilosoof zegt; “Mensen zijn redelijke wezens. Ze willen bescherming. De staat is opgericht om life, liberty en property te beschermen en dus ook ter afbakening van het overheidsgezag’
Er is een verschil tussen wanneer de grondrechten ontstonden en wanneer deze werden opgenomen in de wet.
In 1215 kwam er in Engeland de Magna Carta; De adel dwong de machthebbers tot meer politieke vrijheid en godsdienstvrijheid.
In 1679, ook in Engeland, de Habeas Corpus Act; Dit was tégen willekeurige vrijheidsberoving. De koning sloot tegenstanders willekeurig zonder proces op. Dit is nog steeds geldend recht.
In 1776 kwam in de VS de Declaration of Independence: Er kwamen individuele grondrechten, onvervreemdbare rechten. Life, liberty and persuit of happiness
In 1789 de Déclaration des Droit de l’Homme et du Citoyen: Dit was ook een onafhankelijkheidsverklaring met ongeveer de zelfde grondrechten.
In 1798 de Staatsregeling Bataafsche volk: Dit was de eerste keer dat in dit gebied allerlei grondrechten werden geformuleerd.
In 1815 de Grondwet van het Koninkrijk der Nederlanden. Er kwamen veel grondrechten in voor.
Latere belangrijke grondwetten van Nederland waren overigens, 1840, 1848, 1983 et cetera. De grondwet van 1983 was een volledige herziening.
Er zijn nationale en internationale grondrechten.
De schrik van de wereldoorlogen zorgde ervoor at er verdragen kwamen met veel grondrechten.
In 1948 kwam er zo de Universele verklaring voor de rechten van de mens van de Verenigde Naties. Dit was geen verdrag en dus ook niet bindend. Het is wel belangrijk.
In 1950 kwam daarop het EVRM, dit kwam van de Raad van Europa, een ieder verbindende verdragsbepaling. Op grond van art. 93, 94 Gw kunnen deze worden ingeroepen door burgers. Wetten in formele zin kunnen aan het EVRM worden getoetst.,
In 1966 kwam daarop het Internationaal verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten
En zo waren er nog meer belangrijke verdragen.
Er is een verschil tussen klassieke en sociale grondrechten. Een klassiek grondrecht is als de burger beschermd wordt tegenover de overheid. Die mag iets NIET doen. het worden ook wel vrijheidsrechten genoemd. Dat de overheid iets niet mag doen is echter wel wat kort door de bocht. Je moet immers wel mogelijkheden hebben om vrijheid te hebben. Zo moet de overheid bijvoorbeeld bij een demonstratie zorgen dat de demonstranten zijn beschermd tegenover tegenstanders.
Sociale grondrechten zeggen dat de overheid moet handelen. Zo moet werkgelegenheid, milieu, zorg et cetera worden gestimuleerd.
Grondrechten kunnen horizontaal en verticaal gelden. In principe geldt een grondrecht verticaal. Dat is dan de relatie tussen hoog en laag en dus de verhouding tussen overheid en burger. Dit is ook de bedoeling waarmee een grondrecht is beschreven.
Er bestaat ook een werking tussen burgers onderling, de horizontale gelding die ook wel derden-werking wordt genoemd. Voor 93 kon deze derden-werking indirect werken. Daarna werd de horizontale werking meer erkend. Horizontale werking wordt per geval bij de rechter bepaald.,
Grondrechten staan beschreven in de grondrecht, voornamelijk in het eerste hoofdstuk. Veel van deze grondrechten worden verder uitgewerkt in nadere wetten. Verder kun je ze vinden in het EVRM en in de nadere protocollen van het EVRM. Veel van de grondrechten worden zowel in het EVRM als in de grondwet genoemd.
Het is belangrijk om na te gaan of de aantasting in het recht gerechtvaardigd is. Voor de Grondwet en het EVRM is er een ander systeem.
Voor de grondwet geldt dat de wetgever de taak heeft te kijken of de beperking gerechtvaardigd is. Dat valt op te maken uit het woordje ‘Behoudens’. Er is dus een groot vertrouwen in de wetgever.
Er moet een specifieke grondslag zijn voor de beperking van een grondrecht. Een verordenende bevoegdheid is op zich niet voldoende.
In de grondwet zijn er vooral competentievoorschriften, weinig inhoudelijke grenzen. Ook is er een toetsingsverbod. Waarmee ook niets beperkt kan worden. Daarnaast wordt er ook door de grondwet amper een bevoegdheid beperkt.
In het EVRM staat vaak in het tweede lid van het artikel de uitzonderingen op het grondrecht. Er is dus al meer verteld over de inhoud. Er zijn echter wel veel doelcriteria. Het is een ruime opsomming die erg ruim wordt geformuleerd.
Op grond van artikel 8 lid 2 moet de beperking zijn voorzien bij de wet. Het woordje wet kan in dit verband als recht worden gelezen. Inhoudelijk gezien moet je het dus kunnen kennen. Het gedrag van de overheid moet daarmee dus voorzienbaar zijn.
De beperking moet daarmee ook noodzakelijk zijn in een democratische samenleving. De beperking moet dus echt nodig zijn. ‘Is het voordeel van de inbreuk wel groot genoeg t.o.v. de nadelen’
Wanneer er wordt gekeken naar een gedraging waarbij beroep wordt gedaan op grondrechten moeten een aantal vragen worden gesteld.
De eerste vraag is; Valt een gedraging onder de reikwijdte van het grondrecht?
Wordt de gedraging door het grondrecht beschermd?
Is er sprake van een beperking van het grondrecht?
Zo ja? Wordt voldaan aan de beperkingssystematiek.
Effectuering van vrijheidsrechten kan juist om overheidshandelen vragen?
“ Als A wil betogen moet A dat veilig kunnen doen”
In beginsel zou de overheid niet moeten mogen ingrijpen bij het handelen van A.
Speelt ook een rol bij horizontale werking van grondrechten (EVRM)
De staat heeft de verplichting ervoor te zorgen dat in horizontale verhoudingen het grondrecht geeffectueerd kan worden.
Zijn grondrechten er dan ook voor ambtenaren? Zij zijn immers ook deels een overheidsorgaan..
Ja, maar in de ambtenarenwet staan beperkingen voor zover dat nodig is voor een goede vervulling van het ambt. In voor- en nadeel van de ambtenaar.
En voor gedetineerden?
Ja, art. 15 zegt alleen dat dat wel enigszins beperkt is.
In deze samenvatting worden kort drie grondrechten besproken. Per grondrecht wordt vermeld waar ze te vinden zijn, wat er in staat en wat daaruit mag worden afgeleid.
Drie specifieke grondrechten (de anderen zijn niet minder belangrijk)
Het gelijkheidsbeginsel/discriminatieverbod
Algemene wet gelijke behandeling
De vrijheid van meningsuiting
De vrijheid van vergadering en betoging
De wet openbare manifestaties
Art. 1 GW
Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld. Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook, is niet toegestaan
Art. 14 EVRM
Het genot van de rechten en vrijheden die in dit Verdrag zijn vermeld, moet worden verzekerd zonder enig onderscheid op welke grond ook, zoals geslacht, ras, kleur, taal, godsdienst, politieke of andere mening, nationale of maatschappelijke afkomst, het behoren tot een nationale minderheid, vermogen, geboorte of andere status.
Art. 26 IVBPR
Allen zijn gelijk voor de wet en hebben zonder discriminatie aanspraak op gelijke bescherming door de wet. In dit verband verbiedt de wet discriminatie van welke aard ook en garandeert een ieder gelijke en doelmatige bescherming tegen discriminatie op welke grond ook, zoals ras, huidskleur, geslacht, taal, godsdienst, politieke of andere overtuiging, nationale of maatschappelijke afkomst, eigendom, geboorte of andere status.
“Allen die zich in Nederland bevinden”
Welke gevallen gelijk behandelen?
Wat zijn gelijke gevallen?
Zijn het juridisch gezien gelijke gevallen? (man vs. Vrouw)
Wanneer zijn kenmerken dan juridisch gelijk?
Hierop is geen antwoord te geven. Het ligt aan de politieke opvattingen.
Art. 1 GW helpt te bepalen waarover geen onderscheid mag worden gemaakt. Dat mag onder andere niet op godsdienst, levensovertuiging, politiek, etc. Voor deze punten is gekozen omdat deze eigenschappen zo bepalend zijn voor wie je bent, dat daar niet op gediscrimineerd mag worden. Je moet vrij kunnen zijn in wie je bent.
Het zinnetje, op welke grond dan ook, maakt het extra lastig. Onderscheid is daarom niet toegestaan als het buiten proportioneel, niet subsidiabel, niet object gerechtvaardigd is.
Er wordt een onderscheid gemaakt tussen directe en indirecte discriminatie. (In de wet gelijke behandeling). (art. 1 AWGB)
Directe discriminatie is onderscheid op een verboden grond.
Indirecte discriminatie is het maken van onderscheid op een niet verboden grond die niettemin resulteert in een onderscheid op een verboden grond.
Vb. Onderscheid full- en parttime, valt grotendeels samen met het onderscheid van man en vrouw.
De vrijheid van meningsuiting
Art. 7 lid 1 GW;
Niemand heeft voorafgaand verlof nodig om door de drukpers gedachten of gevoelens te openbaren, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet.
Art. 10 EVRM
1. Een ieder heeft recht op vrijheid van meningsuiting. Dit recht omvat de vrijheid een mening te koesteren en de vrijheid om inlichtingen of denkbeelden te ontvangen of te verstrekken, zonder inmenging van enig openbaar gezag en ongeacht grenzen. Dit artikel belet Staten niet radio- omroep-, bioscoop- of televisieondernemingen te onderwerpen aan een systeem van vergunningen.
2.Daar de uitoefening van deze vrijheden plichten en verantwoordelijkheden met zich brengt, kan zij worden onderworpen aan bepaalde formaliteiten, voorwaarden, beperkingen of sancties, die bij de wet zijn voorzien en die in een democratische samenleving noodzakelijk zijn in het belang van de nationale veiligheid, territoriale integriteit of openbare veiligheid, het voorkomen van wanordelijkheden en strafbare feiten, de bescherming van de gezondheid of de goede zeden, de bescherming van de goede naam of de rechten van anderen, om de verspreiding van vertrouwelijke mededelingen te voorkomen of om het gezag en de onpartijdigheid van de rechterlijke macht te waarborgen.
Art. 19 IVBPR;
1.Een ieder heeft het recht zonder inmenging een mening te koesteren.
2.Een ieder heeft het recht op vrijheid van meningsuiting; dit recht omvat mede de vrijheid inlichtingen en denkbeelden van welke aard ook te garen, te ontvangen en door te geven, ongeacht grenzen, hetzij mondeling, hetzij in geschreven of gedrukte vorm, in de vorm van kunst, of met behulp van andere media naar zijn keuze.
3.Aan de uitoefening van de in het tweede lid van dit artikel bedoelde rechten zijn bijzondere plichten en verantwoordelijkheden verbonden. Deze kan derhalve aan bepaalde beperkingen worden gebonden, doch alleen beperkingen die bij de wet worden voorzien en nodig zijn:
(a)in het belang van de rechten of de goede naam van anderen;
(b)in het belang van de nationale veiligheid of ter bescherming van de openbare orde, de volksgezondheid of de goede zeden.
In art. 7 GW staat het woord drukpers. Dat is bij verandering van de grondwet niet veranderd omdat hierover al zoveel nieuwe jurisprudentie was. Dit wordt ruim uitgelegd. lid 3 maakt het zelfs nog ruimer.
In het artikel staat ook het verbod op censuur, ‘behoudens ieders verantwoordelijkheid’. Het kan je niet bevolen worden je niet te uiten. Je kan er alleen achteraf op worden aangesproken.
In art. 7 lid 1; kern; Wat je denkt en wat je voelt mag je uiten. Dit wordt het openbaringsrecht genoemd. In de jurisprudentie wordt hieraan ook het recht om te verspreiden toegedeeld. Je kunt iets immers moeilijk openbaren als je het niet mag verspreiden.
Het recht om te verspreiden is daarmee het connexe recht, het bijkomende recht.
Het verspreidingsrecht staat daarmee niet expliciet in de wet. Daarom mogen de lagere regelgevers dit recht beperken. Dit is ook weer beperkt, als je bijvoorbeeld aanplakken wil verbieden moet je zorgen voor plekken waar dat wel mag.
De vrijheid van vergadering en betoging
De wet openbare manifestaties
Art. 9 Gw;
1. Het recht tot vergadering en betoging wordt erkend, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet.
2. De wet kan regels stellen ter bescherming van de gezondheid, in het belang van het verkeer en ter bestrijding of voorkoming van wanordelijkheden
Art. 10 EVRM;
1.Een ieder heeft recht op vrijheid van meningsuiting. Dit recht omvat de vrijheid een mening te koesteren en de vrijheid om inlichtingen of denkbeelden te ontvangen of te verstrekken, zonder inmenging van enig openbaar gezag en ongeacht grenzen. Dit artikel belet Staten niet radio- omroep-, bioscoop- of televisieondernemingen te onderwerpen aan een systeem van vergunningen.
2.Daar de uitoefening van deze vrijheden plichten en verantwoordelijkheden met zich brengt, kan zij worden onderworpen aan bepaalde formaliteiten, voorwaarden, beperkingen of sancties, die bij de wet zijn voorzien en die in een democratische samenleving noodzakelijk zijn in het belang van de nationale veiligheid, territoriale integriteit of openbare veiligheid, het voorkomen van wanordelijkheden en strafbare feiten, de bescherming van de gezondheid of de goede zeden, de bescherming van de goede naam of de rechten van anderen, om de verspreiding van vertrouwelijke mededelingen te voorkomen of om het gezag en de onpartijdigheid van de rechterlijke macht te waarborgen.
Art. 11 EVRM;
1.Een ieder heeft recht op vrijheid van vreedzame vergadering en op vrijheid van vereniging, met inbegrip van het recht met anderen vakverenigingen op te richten en zich bij vakverenigingen aan te sluiten voor de bescherming van zijn belangen.
2.De uitoefening van deze rechten mag aan geen andere beperkingen worden onderworpen dan die, die bij de wet zijn voorzien en die in een democratische samenleving noodzakelijk zijn in het belang van de nationale veiligheid, de openbare veiligheid, het voorkomen van wanordelijkheden en strafbare feiten, voor de bescherming van de gezondheid of de goede zeden of de bescherming van de rechten en vrijheden van anderen. Dit artikel verbiedt niet dat rechtmatige beperkingen worden gesteld aan de uitoefening van deze rechten door leden van de krijgsmacht, van de politie of van het ambtelijk apparaat van de Staat.
Ook bij dit artikel geldt dat er alleen achteraf mag worden opgetreden. “Behoudens ieders verantwoordelijkheid”
In de Wet openbare manifestaties worden voor de vrije betoging en vergadering wel regels gegeven. Deze hebben dan geen betrekking op de inhoud maar op de manier waarop er betoogt wordt. Er mogen natuurlijk geen verkeersopstoppingen of onveilige situaties ontstaan.
Hostile audiences: publiek dat tegen de manifestatie is, is zelfs geen reden om de manifestatie te verbieden. De overheid moet de demonstranten kunnen beschermen. (zegt de Hoge Raad.)
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Main summaries home pages:
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
2404 | 1 |
Sheetnotes Law Supporter contributed on 29-03-2018 12:22
Op deze pagina vind je handige sheetnotes bij de hoorcolleges van 17/18. Deze kun je gebruiken om te bepalen wat de toegevoegde waarde voor jou is van de hoorcolleges en welke wijzigingen er zijn!
Add new contribution