Inleiding Sociaal Recht: sheetnotes week 7

1. Wat zijn de veranderingen in de hoorcolleges?

  • Er was deze week maar één hoorcollege. De onderwerpen, besproken door professor Vonk, zijn grotendeels hetzelfde gebleven, maar een in enkele gevallen aangevuld. Het hoorcollege van week 7A is te vergelijken met hoorcollege 2A van vorig jaar. De volgende onderwerpen worden in 17/18 behandeld die niet in 16/17 voorkwamen:

    • Motieven voor bemoeienis internationale gemeenschap: internationale grondrechtenproject, bevordering sociale bescherming, bescherming migrerende werknemers, regelen rechtsconflicten.
    • Bronnen van het internationaal sociaal recht: internationale en Europese grondrechten en normverdragen, verdragen voor regulering van grensoverschrijdende arbeid, EU-recht.
    • De internationale arbeidsorganisatie (ILO).
    • Sociaal recht van de EU: over beleid en harmonisatie van wetgeving, vrij verkeer van personen en coördinatie van wetgeving.
    • Grensoverschrijdende arbeid en detachering: arbeidsrechtelijke en socialezekerheidsrechtelijke aspecten.

 

2. Welke onderwerpen worden besproken die niet worden behandeld in de literatuur.

  • Er worden geen onderwerpen besproken die niet voorkomen in de literatuur.
  • De docent geeft daarnaast extra voorbeelden, namelijk:
    • NS-arrest, ‘Kinderen van uitgeprocedeerde vreemdelingen’, ‘Bed, bad, brood’: over doorwerking van het internationaal sociaal recht.
    • FNV/ Remak: over grensoverschrijdende arbeid.

 

3. Welke recente ontwikkelingen in het vakgebied worden besproken?

  • Er zijn geen recente ontwikkelingen besproken.

 

4. Wat is belangrijk voor het tentamen?

  • Op het tentamen komt bijna altijd een vraag over detachering.
  • Kijk vooral deze week goed naar de oefenvragen, dan weet je op welk niveau je deze stof moet kennen.

 

Oefenvragen internationaal en Europees sociaal recht

  1. Wat is de belangrijkste doelstelling van het  EU-cöordinatierecht op basis van Verordening (EG) nr. 883/2004?
  1. Introductie van minimale voorschriften wat betreft tot de hoogte van de uitkeringen en het percentage burgers die door de nationale stelsels in bescherming worden genomen.
  2. Bescherming van socialezekerheidsaanspraken van burgers die gebruik willen maken van hun recht op vrij verkeer binnen de EU.
  3. Zorgen voor afstemming van het socialezekerheidsbeleid van de lidstaten.

 

  1. De rechtbank Groningen oordeelde in kort geding in de zaak FNV tegen de Poolse onderneming Remak, dat Remak de basisvoorwaarden van de algemeen verbindend verklaarde cao moest naleven ten opzichte van gedetacheerde Poolse werknemers die in Eemshaven aan het werk zijn. Deze verplichting volgt uit:

 

  1. EG-Verordening nr. 883/2004 over de coördinatie van sociale zekerheidsstelsels.
  2. IAO-verdrag nr. 98 over het recht op collectief onderhandelen.
  3. Richtlijn 97/71/EG (detacheringsrichtlijn).

 

  1. Sonja, Pieter en Klaas werken in een zaak in katoenen kleding in Budapest, Hongarije. Hun baas Vincent ziet het wel zitten om een nevenvestiging openen in Rotterdam, want daar zou een goede markt bestaan voor “coton”. Om zijn droom te verwezenlijken opent Vincent een nevenvestiging in de De Steenstraat in Rotterdam. Hij detacheert de drie werknemers voor de duur van 16 maanden naar Rotterdam. De bedoeling is om de winkel te starten. Vincent vraagt zich af onder welk stelsel van arbeidsrecht en sociale zekerheid de werknemers vallen. Wat is correct?

 

  1. Op grond van het EU recht blijft het Hongaarse arbeids- en socialezekerheidsrecht van toepassing op de arbeidsverhouding tussen Vincent en de werknemers.
  2. Op grond van het EU-recht wordt de arbeidsverhouding tussen Vincent en de werknemers bepaalt door het Nederlandse arbeids- en socialezekerheidsrechtrecht.
  3. Op grond van het EU-recht is  de zogenaamde “harde kern” van het Nederlandse arbeidsrecht van toepassing, maar blijven de werknemers onderworpen aan het Hongaarse socialezekerheidsstelsel.

 

  1. Het in Arnhem gevestigde theater “Het Roze Plankje” heeft een contract afgesloten met een Mexicaans artiestenbureau inhoudende dat deze gedurende een half jaar elke dag in het theater een cabaretvoorstelling geeft met muziek, dans en gedichten. Daarvoor worden de artiesten gedetacheerd door het bureau bij het theater. Na geruchten in de media over allerlei misstanden over de Mexicaanse artiesten, bekijkt de burgemeester de zaak nog eens goed. Ook de Inspectie SZW is betrokken bij het onderzoek. Uit het onderzoek volgt dat de Mexicaanse artiesten minder verdienen dan het wettelijk minimumloon. Het Mexicaanse artiestenbureau verklaart dat de artiesten onder Mexicaans recht worden ingehuurd en loon krijgen dat vele malen hoger ligt dan wat een artiest in Mexico zou ontvangen Wat is correct?

    1. Als gekozen is voor toepassing van Mexicaans recht betekent dit niet dat het theaterbureau zomaar de verplichtingen uit hoofde van de Nederlandse Wet op het minimumloon kan negeren.
    2. In het internationale arbeidsrecht is er de hoofdregel van vrije rechtskeuze. Als gekozen is voor Mexicaans recht, geldt het Nederlandse arbeidsrecht niet.
    3. In het internationale arbeidsrecht geldt de hoofdregel van lex loci laboris (werklandbeginsel), dat betekent dat in dit geval het Nederlandse arbeidsrecht geldt.

 

  1. Eline werkt als een tijdelijke arbeidskracht in kledingwinkel in Heerenveen. Deze zomer gaat ze van 1 juli tot en met 31 augustus in de bediening werken in Portugal bij Tante Toos die in Porto een strandtent heeft: “De Blauwe Druif”. Haar overeenkomst met de kledingwinkel is dan geëxpireerd.  Ze vraagt zich af of zij tijdens haar werk in de zomer onder het socialezekerheidsstelsel van Portugal (werkland) zal vallen of onder de regels van haar woonland Nederland. Haar nichtje Sonja studeert rechten en denkt dat Eline onder het Nederlandse socialezekerheidswetgeving blijft vallen. Wat is correct?

a. Sonja heeft gelijk, het werklandbeginsel van Vo. 883/2004 geldt niet voor werk van korte duur van minder dan zes maanden.
b. Sonja heeft niet gelijk, het werklandbeginsel van Vo. 883/2004 verplicht dat Eline als werknemer onder de Portugese wetgeving valt
c. Sonja heeft gelijk: hier is er een detacheringsituatie in de zin van Vo. 883/2004.

 

Antwoorden oefenvragen internationaal en Europees recht

  1. A is het goede antwoord. B en C zijn het gewoon niet. 
  2. B is het goede antwoord. Antwoord A is opzich waar, maar niet wat betreft de harde kern. Antwoord C is zonder meer fout. 
  3. A is het goede antwoord. B: absoluut niet goed. C: ook niet, want we harmoniseren geen sociale zekerheid in de EU.
  4. A is het goede antwoord. Is hier alleen niet een direct voortvloeisel van de Europese richtlijn.
  5. C is het goede antwoord. B: is de hoofdregel, maar in dit geval geldt een uitzondering. A: is niet goed.

 

Image

Access: 
Public

Image

Image

 

 

Contributions: posts

Help other WorldSupporters with additions, improvements and tips

Image

Spotlight: topics

Check the related and most recent topics and summaries:
Institutions, jobs and organizations:

Image

Check how to use summaries on WorldSupporter.org
Submenu: Summaries & Activities
Follow the author: Mirandavt
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Statistics
Search a summary, study help or student organization