Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
Op weg naar evenredigheid
Opleiding is belangrijk voor de kansen van alle mensen. Dit hoofdstuk beschrijft hoe het met het onderwijsniveau staat voor de niet-westerse migranten (niet-westerse migranten): de totale groep en de afzonderlijke herkomstgroepen. Ook kijken de auteurs naar de positie van deze groepen en of deze beter wordt door een beter onderwijsniveau. Ten slotte zal specifiek het basisonderwijs bekeken worden.
Het opleidingsniveau van de niet-schoolgaande migrantenpopulatie
De SIM (survey integratie minderheden) en de EBB (enquête beroepsbevolking) zijn gebruikt voor dit hoofdstuk, dit zijn zeer recente, maar voorlopige cijfers.
Van de personen tussen 15 en 64 die geen opleiding meer volgen hebben 35% van de Turkse en 45% van de Marokkaanse Nederlanders geen of uitsluitend een basisopleiding. Van Antilliaanse en Surinaamse Nederlanders is dit maar 15%, en bij autochtone Nederlanders 7%. Deze volgorde geldt ook voor mensen met een hoger onderwijsdiploma. Bij Turkse en Marokkaanse groepen zijn de mannen gemiddeld beter opgeleid dan de vrouwen, alleen bij hoger onderwijs is dit verschil er niet. Bij de Surinaamse en Antilliaanse groepen zijn de vrouwen juist beter opgeleid dan de mannen, en bij de autochtone Nederlanders is dit verschil gering.
Het verschil tussen de generaties is moeilijk te meten, omdat veel jongeren nog naar school gaan, daarom is een schatting gemaakt naar welke opleidingen ze nu volgen. Echter, dit kan overschat zijn door schoolverlaters en jongeren die nog verder studeren. De tweede generatie is of wordt veel hoger opgeleid dan de eerste. Een startkwalificatie is een diploma op minimaal mbo-2of havo/vwo-niveau. Startkwalificaties zijn bij de eerste generatie migranten tussen de 15 en 64 als volgt verdeeld:
34% van de Turkse Nederlanders
40% van de Marokkaanse Nederlanders
59% van de Surinaamse Nederlanders
64% van de Antilliaanse Nederlanders
Bij de tweede generatie migranten tussen de 15 en de 64 ongeveer:
75% van de Turkse Nederlanders
75% van de Marokkaanse Nederlanders
80% van de Surinaamse Nederlanders
80% van de Antilliaanse Nederlanders
Van autochtone Nederlanders is het aandeel onder de hele bevolking 71% en bij de groep jongeren is dit 81%.
Een derde van de eerste generatie Marokkaanse vrouwen is nooit naar school geweest. Bijna de helft van de Turkse en Marokkaanse eerste generatie heeft niet meer dan basisonderwijs gedaan. Laag opleidingsniveau van de ouders heeft effect op de leerprestaties van de kinderen. Van Surinaamse en Antilliaanse Nederlanders is bijna iedereen ooit naar school gegaan.
Het opleidingsniveau van de Nederlandse bevolking stijgt gestaag en de afgelopen twintig jaar aanzienlijk sneller onder migrantengroepen dan onder autochtone Nederlanders. In de jaren '80 ging dit juist omlaag. Vooral in de Marokkaanse groep neemt het opleidingsniveau snel toe. De aandelen ongediplomeerden (maximaal basisonderwijs) nemen sterk af bij alle groepen, terwijl tegelijkertijd de aandelen gediplomeerden op mbo-niveau of hoger aanzienlijk toenemen. Voor mannen en vrouwen is dit gelijk bij migranten, maar bij de autochtone Nederlanders stegen in de jaren '90 de vrouwen sneller dan de mannen. Een verdere stijging van opleidingsniveau onder migranten is de lijn der verwachting.
Opleidingsachterstanden verklaard
Migranten stijgen dan wel sterk in opleidingsnivWe eau, ze lopen nog flink achter. Met een decompositieanalyse voor het gerealiseerde opleidingsniveau van niet-schoolgaande 15-64-jarigen proberen de auteurs dit te verklaren. In de literatuur wordt het opleidingsniveau van de ouders als belangrijk gezien. Hulpbronnentheorieën zeggen dat naarmate migranten over meer menselijk kapitaal beschikken, zij eerder een goede maatschappelijke positie zullen verwerven. Het cultureel kapitaal van ouders is hierbij belangrijk. Ook het land waarin iemand is opgeleid is bepalend voor het niveau. De kwaliteit van het onderwijs en de onderwijsexpansie is in andere landen vaak lager. Turkse en Marokkaanse Nederlanders zijn veel vaker alleen maar in hun herkomstland naar school geweest, Surinaamse en Antilliaanse Nederlanders hebben vaker (deels) in Nederland hun opleiding gehad.
De opleidingsniveaus van de migrantengroepen zijn uitgedrukt in procentpunten verschil van de autochtone Nederlanders. Bij Turkse en Marokkaanse Nederlanders is dit 25 punten. Verklaringen blijken te zijn:
Opleiding van de ouders. Bij Turkse Nederlanders verklaart dit 50% van het verschil, bij Marokkaanse Nederlanders 65%, bij Surinaamse en Antilliaanse Nederlanders 25%.
Het land waar de opleiding is gevolgd verklaart de rest van het verschil.
De auteurs moeten dus concluderen dat als niet-westerse migranten in Nederland naar school waren geweest én even hoog opgeleide ouders hadden gehad als autochtone Nederlanders, er geen verschil zou zijn in uiteindelijk gerealiseerd opleidingsniveau.
Leerprestaties in het basisonderwijs
Wat betekenen deze ontwikkelingen voor het basisonderwijs? Nog voor een kind leerplichtig is kan het al naar peuterspeelzaal, of VVE (voor- en vroegschoolse educatie). Bij dit laatste staat ontwikkelingsstimulering centraal. Van de Turks- en Marokkaans Nederlandse kinderen doet ongeveer een derde mee aan VVE. De deelname onder autochtone Nederlandse leerlingen ligt een stuk lager (7%). Ook peuterspeelzalen zijn voorzieningen om ontwikkelingsachterstanden van jonge kinderen weg te werken. Onder kinderen van Turkse en Marokkaanse herkomst is de deelname aan peuterspeelzalen de afgelopen jaren spectaculair toegenomen. In de deelname van kinderen van Antilliaanse en Surinaamse origine aan peuterspeelzalen is sinds midden jaren negentig weinig veranderd.
Effectiviteit van VVE is echter onvoldoende aangetoond, vanwege wisselende onderzoeksresultaten. Een aantal condities maken VVE effectief:
groepsgrootte
duur van de programma’s
kwaliteit van de programma’s
professionaliteit van het personeel
Met name in taal maken programma's een verschil in de beginfase van het basisonderwijs, maar de effecten doven na verloop van tijd uit.
In de kleuterklassen wordt al gewerkt aan o.a. woordenschat. De aanvangsachterstand in taal van niet-westerse leerlingen blijkt aanzienlijk te zijn. Turks-Nederlandse leerlingen scoren veruit het slechtst op taal, maar ook andere groepen scoren slecht. Wel gaan alle groepen wat vooruit.
De vaardigheden in rekenen zijn een stuk beter bij de jongste groepen migranten, maar nog steeds slechter dan bij autochtone kinderen. Antilliaanse kleuters doen het hier het slechtst, Surinaamse het best. Turkse en Marokkaanse kinderen doen het hierin steeds beter. De aanvangsachterstanden in het basisonderwijs worden langzamerhand kleiner voor kleuters van Turkse en Marokkaanse herkomst, maar vooral in taal is er nog een grote kloof.
Deze achterstand blijft zichtbaar tot aan groep 8. Taalvaardigheden in groep 8 zijn het best bij Surinamers, daarna Marokkaanse Nederlanders, daarna Turkse en Antilliaanse kinderen. De toestroom van kansarme kinderen uit Curaçao zorgt voor een stagnatie in de vooruitgang van alle Antilliaanse kinderen. Marokkaans-Nederlandse leerlingen boeken het meeste vooruitgang in taal.
De steeds slechtere prestaties van autochtone kinderen en de snel verbeterende prestaties van vooral Turkse en Marokkaanse kinderen zorgen voor een verkleining van de kloof in rekenen. De inhaalslag van leerlingen van Marokkaanse en Turkse komaf in rekenen is spectaculair. Wel is er nog een verschil in rekenen tussen autochtone en migrantenkinderen.
Aan de Cito eindtoets, die een belangrijke rol speelt in de schoolkeuze, doet 80% van de scholen mee, en ook niet altijd alle kinderen van een school. Tussen de schooljaren 1994/’95 en 2007/’08 is een duidelijk stijgende lijn in de Cito- scores van Turks-Nederlandse en Marokkaans-Nederlandse leerlingen te zien. Bij Antillianen is nauwelijks progressie. Marokkaans-Nederlandse leerlingen hebben de meeste achterstand ingelopen. Ondanks de duidelijke vooruitgang van niet-westerse leerlingen op de Cito Eindtoets, behalen zij nog lang niet het niveau van autochtone leerlingen.
Kinderen met een havo- of vwo-advies tussen 1994/’95 en 2007/’08:
Autochtone kinderen 50%
Turkse-Nederlandse kinderen van 11% naar 19%
Marokkaans-Nederlandse kinderen van 14% naar 24%
Surinaamse en Antilliaanse kinderen van 21% naar 26%
Alle achterstanden nemen dus af. De verklaring ligt voor een belangrijk deel bij het gestegen opleidingsniveau van de ouders. Dit betekent dat een stijgend opleidingsniveau van niet-westerse migranten als vanzelf tot gevolg heeft dat hun kinderen het beter gaan doen in het basisonderwijs. Een andere verklaring kan liggen in de toenemende beheersing van de Nederlandse taal onder ouders van basisschoolleerlingen. Vooral onder Marokkaans-Nederlandse moeders neemt de taalbeheersing snel toe.
In multivariate regressieanalyses is gekeken of de opgaande lijn in leerprestaties van leerlingen uit migrantengroepen te verklaren is door het stijgende opleidingsniveau van de ouders. Hieruit blijkt dat het toenemende opleidingsniveau van de ouders de opgaande lijn in leerprestaties voor een deel verklaart.
Leerachterstanden ten opzichte van autochtone leerlingen verklaard
Ondanks het feit dat ouders van niet-westerse herkomst steeds hoger opgeleid raken, hebben ze nog niet het gemiddelde niveau van autochtone ouders. Ook zijn er vaak nog problemen met de Nederlandse taal. Het is daarom te verwachten dat een substantieel deel van de achterstand van migrantenleerlingen ten opzichte van autochtone leerlingen te verklaren is uit de verschillen in opleidingsniveau en taalvaardigheid van de ouders. De kwaliteit van de leeromgeving blijkt belangrijk te zijn, zoals een klas met veel kinderen van hoogopgeleide ouders. Een hoog aandeel migranten op een school zou juist negatief uitwerken op leerprestaties, en migranten zitten vaker op scholen met veel niet-westerse leerlingen. Zwarteschooleffecten in het basisonderwijs blijken echter relatief gering te zijn.
Door middel van decompositieanalyses, waarbij rekening gehouden wordt met clustering van leerlingen binnen scholen, kijken de auteurs naar leerprestaties in begrijpend lezen en rekenen in groep 8. De volgende kenmerken worden meegenomen:
Opleidingsniveau van ouders
Taalvaardigheid van ouders
Of ouders werk hebben
Een- of meeroudergezin
Aandeel niet-westerse leerlingen op de school
Gemiddelde opleidingsniveau van ouders op de school
Hieruit blijkt dat:
Alle migranten 7 tot 12 procentpunten lager scoren op begrijpend lezen in groep 8
De grootste verschillen worden verklaard door gezins-, school- en leerlingkenmerken
Bij leerlingen van Marokkaanse en overig niet-westerse herkomst wordt zelfs de gehele achterstand verklaard
De belangrijkste verklaring is minder gunstige gezinskenmerken, zoals het lagere opleidingsniveau van de ouders, achterblijvende taalvaardigheid van de ouders.
Schoolkenmerken dragen niet significant bij aan de verklaring
Als gecorrigeerd wordt zouden bijna alle migrantenkinderen het beter doen bij rekenen dan autochtone kinderen
Rekenscores van de migrantengroepen liggen veel dichter bij die van autochtone leerlingen
Het lagere opleidingsniveau van de ouders is veruit de belangrijkste verklaring voor de achterblijvende rekenprestaties
Veruit het grootste deel van de achterstand van migrantenkinderen komt dus door de minder gunstige uitgangspositie, waarbij vooral de opleiding van de ouders een rol speelt. Toch is bij de taalachterstand een deel onverklaard en zijn er dus nog andere factoren. Misschien spreken ze thuis en op straat weinig Nederlands. Voor het feit dat migrantenkinderen gecorrigeerd beter zijn in rekenen moeten de auteurs ook gissen naar verklaringen, zoals de ervaring die scholen inmiddels hebben in lesgeven aan migranten. Scholen hebben meer geld gekregen voor taalstimulering, leesonderwijs, extra personeel, en er is meer aandacht voor vergroting van de woordenschat en het leren van een tweede taal.
Conclusies
Het opleidingsniveau onder niet-westerse migranten stijgt gestaag en de achterstand ten opzichte van autochtone Nederlanders neemt af. Toch zijn migranten nog beduidend lager opgeleid dan autochtone Nederlanders, vooral bij de eerste generatie Turken en Marokkanen. De achterstand van migrantenleerlingen in het basisonderwijs heeft voor een groot deel te maken met hun ongunstiger gezinsachtergrond, zoals ouders met een lage opleiding en gebrekkige kennis van het Nederlands.
Contributions: posts
Spotlight: topics
Online access to all summaries, study notes en practice exams
- Check out: Register with JoHo WorldSupporter: starting page (EN)
- Check out: Aanmelden bij JoHo WorldSupporter - startpagina (NL)
How and why use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?
- For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
- For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
- For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
- For compiling your own materials and contributions with relevant study help
- For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.
Using and finding summaries, notes and practice exams on JoHo WorldSupporter
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
- Use the summaries home pages for your study or field of study
- Use the check and search pages for summaries and study aids by field of study, subject or faculty
- Use and follow your (study) organization
- by using your own student organization as a starting point, and continuing to follow it, easily discover which study materials are relevant to you
- this option is only available through partner organizations
- Check or follow authors or other WorldSupporters
- Use the menu above each page to go to the main theme pages for summaries
- Theme pages can be found for international studies as well as Dutch studies
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
- Check out: Why and how to add a WorldSupporter contributions
- JoHo members: JoHo WorldSupporter members can share content directly and have access to all content: Join JoHo and become a JoHo member
- Non-members: When you are not a member you do not have full access, but if you want to share your own content with others you can fill out the contact form
Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance
Main summaries home pages:
- Business organization and economics - Communication and marketing -International relations and international organizations - IT, logistics and technology - Law and administration - Leisure, sports and tourism - Medicine and healthcare - Pedagogy and educational science - Psychology and behavioral sciences - Society, culture and arts - Statistics and research
- Summaries: the best textbooks summarized per field of study
- Summaries: the best scientific articles summarized per field of study
- Summaries: the best definitions, descriptions and lists of terms per field of study
- Exams: home page for exams, exam tips and study tips
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
- Studies: Bedrijfskunde en economie, communicatie en marketing, geneeskunde en gezondheidszorg, internationale studies en betrekkingen, IT, Logistiek en technologie, maatschappij, cultuur en sociale studies, pedagogiek en onderwijskunde, rechten en bestuurskunde, statistiek, onderzoeksmethoden en SPSS
- Studie instellingen: Maatschappij: ISW in Utrecht - Pedagogiek: Groningen, Leiden , Utrecht - Psychologie: Amsterdam, Leiden, Nijmegen, Twente, Utrecht - Recht: Arresten en jurisprudentie, Groningen, Leiden
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
800 |
Add new contribution