Werkgroep week 2 goederenrecht

Opdrachten

Opdracht 1

Fatima vindt op een afgelegen parkeerplaats een jong katje en neemt dit mee naar huis.

Vraag 1a

Is Fatima eigenaar geworden van het katje?

Vraag 1b

Luidt het antwoord op vraag a anders indien Fatima niet een katje vond, maar een doosje met (oude) munten?

Opdracht 2

Welke van de navolgende kwalificaties - rechthebbende; eigenaar; bezitter (al of niet te goeder trouw); houder – is /zijn van toepassing op:

Vraag 2a

een huurder van een fiets;

Vraag 2b

een erfpachter van een stuk grond;

Vraag 2c

een bruiklener van een boek, die niet van zins is het boek ooit terug te geven;

Vraag 2d

Een dief van een autoradio; en

Vraag 2e

een schuldeiser met een geldvordering uit hoofde van geldlening.

Opdracht 3

Vraag 3a

Wat is het verschil tussen eigenlijke en oneigenlijke vermenging?

Vraag 3b

Wat is het verschil tussen de verkrijgende en de bevrijdende verjaring?

Opdracht 4

Niels Bijl heeft een fietsenwinkel waarin hij hippe fietsen verkoopt. In september 2017 betrekt hij een tiental fietsen zonder zadel van de Fietsenfabriek, die standaard onder eigendomsvoorbehoud levert. De zadels en houten kratten (dienend als houten fietskrat vóór op de fiets) betrekt hij van een sympathieke start up “Saddle U” genaamd, die volledig duurzaam gefabriceerde fietsbenodigdheden produceert. Deze zadels en houten kratten worden onder eigendomsvoorbehoud geleverd aan Niels, zij het dat Saddle U zich de eigendom voorbehoudt. Niels monteert alle zadels en een aantal houten kratten op de fietsen en zet de fietsen te koop in zijn winkel. Hij heeft de facturen van beide leveranciers nog niet betaald.

Vraag 4a

Bespreek gemotiveerd wie eigenaar en bezitter en houder van de fietsen is. Geef aan of de eigendom ook de zadels omvat.

Vraag 4b

Wie is volgens u eigenaar van de houten kratten die op de fietsen zijn gemonteerd?

Vraag 4c

Wie is volgens u eigenaar van de houten kratten die (nog) niet op de fietsen zijn gemonteerd?

Stel nu dat in het magazijn van Niels in totaal twintig identieke houten kratten bevinden, tien daarvan behoren tot de nog onbetaalde september leverantie, de overige kratten zijn eerder geleverd en reeds betaald door Niels.

Vraag 4d

Op welke problemen stuit Saddle U als zij de onbetaalde kratten zou willen revindiceren?

Vraag 4e

Wat is precies het verschil met de situatie sub d indien de onbetaald gebleven leverancier geen kratten maar kilo’s schroeven zou hebben geleverd die zich hadden vermengd met een restant aan Niels toebehorende identieke soort schroeven?

Opdracht 5

Ernst heeft een aantal boeken geleend van Michael. Op een dag krijgen zij hevige ruzie en Ernst roept naar Michael dat hij zijn boek mooi niet meer terugkrijgt.

Vraag 5a

Bespreek de rechtspositie van Ernst voor de ruzie en na de ruzie.

Vraag 5b

Is het mogelijk voor Ernst om eigenaar te worden van het boek?

Opdracht 6

Sinds Nienke en Kees in 1998 hun nieuwbouwwoning betrokken, gebruiken zij een gemeentelijke strookje groen direct grenzend aan hun achtertuin. Zo hebben zij bij de aanleg van hun eigen tuin in 1998 in de gemeentelijke groenstrook een fraaie beukenhaag geplant, op het gemeentelijke strookje groen, om inkijk vanuit het achterliggende plantsoen te minimaliseren en daarmee tevens hun erfgrens af te bakenen.

Inmiddels is het 2019 en de gemeente is wakker geschrokken door recente jurisprudentie van de Hoge Raad. Na een rondgang door het dorp ontdekt de gemeente onder andere de erfafscheiding van Nieke en Kees, om te concluderen die dat over de erfgrens heen staat. Zij vraagt aan Nienke en Kees de haag te verwijderen, althans haar eigendom te erkennen. Nienke en Kees stellen zich echter op het standpunt inmiddels zelf eigenaar te zijn geworden van de groenstrook door verjaring en weigeren de haag te verwijderen. De gemeente stapt naar de rechter en vordert de verwijdering van de haag en een verklaring voor recht dat de strook grond met beukenhaag toebehoort aan de gemeente. De gemeente stelt zich op het standpunt dat zij onmogelijk van de inbezitneming kennis had kunnen nemen, nu de beukenhaag in de gemeentelijke groenstrook is gepland, en daarom de verkrijgende verjaring niet is begonnen te lopen.

Vraag 6a

Zal de revindicatie van de gemeente slagen? Onderbouw uw antwoord.

Vraag 6b

Ziet u (ook) een andere route voor de gemeente om de strook grond terug te krijgen?

Stel nu dat Nienke en Kees in 1998 geprobeerd zouden hebben de strook van de gemeente te kopen. En stel voorts dat de gemeente hier niets van wilde weten en zelfs Nienke en Kees gesommeerd zou hebben de beukenhaag te verwijderen, maar dat daarna niets meer door de gemeente is ondernomen.

Vraag 6c

Hoe zou in dat geval uw antwoord op vraag b luiden?

Opdracht 7

Op grond van art. 3:105 BW kan een dief van een roerende zaak of een occupant van een onroerende zaak na twintig jaar de eigenaar van de zaak worden. In de parlementaire geschiedenis (T.M., Boek 3 BW, p. 416) is over deze bepaling het volgende opgemerkt:

“Evenals in het Franse recht is dus in het ontwerp gebroken met de thans bestaande anomalie, dat de werkelijke rechthebbende de zaak niet kan opvorderen en anderzijds de bezitter in zijn bezit beschermd wordt, maar met niet meer dan bezitsacties. Het recht dient zich op den duur bij de feiten aan te sluiten, vooral wanneer dit recht de nodige rechtsvorderingen om wijzigingen te brengen in de feitelijke verhouding aan de rechthebbende onthoudt. Gevallen waarin een rechthebbende niettegenstaande zijn revindicatie verjaard was, nog iets aan zijn recht had, zijn in de rechtspraak voorgekomen.”

Vraag 7a

Welk argument van de wetgever ligt (kennelijk) ten grondslag aan de regeling van de verkrijgende verjaring?

Vraag 7b

Welk moreel argument kan tegen verkrijging na extinctieve verjaring aangevoerd worden ?

Vraag 7c

Bekijk nog eens HR 24 februari 2017, ECLI:NL:HR:2017:309 (Gemeente Heusden/Verweerders) en uw antwoord op casusvragen 3b en 3c hierboven. Kunt u de door de Hoge Raad gegeven oplossing in verband brengen met de morele argumenten tegen de zogenoemde extinctieve verjaring ex art. 3:105 BW?

 

Antwoordindicatie

Opdracht 1

Vraag 1a

Een kat is geen res nullius art. 5:4. Het katje behoort namelijk hoogstwaarschijnlijk tot iemand toe. Op grond van art. 5:19 verliest de eigenaar van tamme dieren het eigendom indien het dier uit zijn macht is en is verwilderd. De casus geeft geen aanleiding dat het katje is verwilderd doordat het enkel op een afgelegen parkeerplaats staat. Fatima kan het katje voor haarzelf gaan houden, en wordt dan onmiddellijk bezitter. Zij wordt geen eigenaar, omdat er geen eigendomsoverdracht ex. art. 3:84 lid 1 plaats vindt. Zij kan eigenaar van het katje worden door verkrijgende verjaring. In geval zij te goeder trouw is, wordt zij na een onafgebroken bezit na verloop van 3 jaar eigenaar ex. art. 3:99 BW. Als zij te kwader trouw is, dan wordt zij na verloop van 20 jaar eigenaar van het katje ex. art. 3:105 BW. Indien het katje verwilderd is ex. art. 5:19, dan wordt Fatima eigenaar op grond van art. 5:4 en heeft zij het katje gekregen door inbezitneming art. 3:113. 

Vraag 1b

Als je een doosje munten op een afgelegen parkeerplaats valt, is het aannemelijk dat deze zijn achtergelaten en niet langer aan iemand toebehoren op grond van art. 5:4 wordt iemand dan eigenaar en onmiddellijk bezitter. Als het doosje met munten wel aan iemand toebehoort, zal er sprake zijn van vinderschap.

Opdracht 2

Vraag 2a

De huurder van een fiets is onmiddellijk houder ex. art. 3:107 lid 4 jo. lid 2.

Vraag 2b

De erfpachter is dan onmiddellijk houder ex. art. 3:107 lid 4 jo lid 2. 

Vraag 2c

Deze persoon is dan onmiddellijk houder ex. art. 3:107 lid 4 jo. lid 2. Omdat er sprake is van een overeenkomst, wordt deze persoon geen bezitter doordat hij zich later bedenkt het boek niet meer terug te geven ex. art. 3:111 BW.

Vraag 2d

Een dief wordt onmiddellijk bezitter (te kwader trouw) ex. art. 3:107 lid 1 jo lid 2Hij steelt de radio namelijk met de intentie het voor zichzelf te houden. Na verloop van 20 jaar kan de dief ook eigenaar worden ex. art. 3:105 BW.

Vraag 2e

Rechthebbende en onmiddellijk bezitter ex. art. 3:107 lid 1 jo. lid 2.

Opdracht 3

Vraag 3a

In geval van eigenlijke vermenging is er sprake van vermenging van vloeistoffen die niet meer te onderscheiden zijn. In geval van oneigenlijke vermenging gaat het om bijvoorbeeld flessen wijn, golfballen of erwten. Deze worden bij elkaar gegooid, maar de zijn nog los van elkaar. 

Vraag 3b

Verkrijgende verjaring staat in art. 3:99 BW. Dit is het geval indien de bezitter te goeder trouw is. Wanneer de bezitter dat niet is, moet worden gekeken naar bevrijdende verjaring in art. 3:105 BW. Tevens zit er verschil in het verplichte onafgebroken bij art. 3:99 en de verjaringstermijn.

Opdracht 4

Vraag 4a

Alle goederen worden onder eigendomsvoorbehoud geleverd. De fietsen zijn dus nog eigendom van de Fietsenfabriek totdat Niels de Fietsenfabriek heeft betaald. Niels is onmiddellijk houder van de fietsen art. 3:107 lid 4. De zadels worden door het monteren bestanddeel van de fiets. Op grond van de verkeersopvatting is een fiets namelijk niet compleet zonder zadel (arrest Depex/Curatoren). Dit geldt niet voor de kratten die tevens zonder beschadiging van de fietsen kunnen worden verwijderd. Uit art. 5:14 blijkt dat de eigenaar van de hoofdzaak ook eigenaar wordt van de bestanddelen. Dit betekent dat de Fietsenfabriek eigenaar is van de fietsen inclusief zadels. De fiets is in casu duidelijk de hoofdzaak ex. art. 5:14 lid 3, omdat de waarde van de fiets aanmerkelijk hoger is dan enkel een zadel. 

Niels is dus onmiddellijk houder van de fietsen met zadel ex. art. 3:107 lid 4. Het is namelijk geleverd onder eigendomsvoorbehoud. De Fietsenfabriek is middellijk bezitter (art. 3:107 lid 3) en eigenaar (art. 5:1) van de fietsen met zadel. 

Vraag 4b

De houten kratten worden op grond van natrekking geen onderdeel van de fiets art. 3:4 jo art. 5:3 BW. Kratten behoren volgens de verkeersopvatting niet tot een standaard fiets (Depex/Curatoren) en de kratten zijn tevens makkelijk zonder beschadiging te verwijderen (art. 3:4 lid 2). Dit betekent dat Niels onmiddellijk houder is ex. art. 3:107 lid 4 en Saddle U is middellijk bezitter (art. 3:107 lid 3) en eigenaar (art. 5:1). De Fietsenfabriek neemt geen goederenrechtelijke positie in ten aanzien van de houten kratten.

Vraag 4c

De houten kratten die nog niet zijn gemonteerd zijn eigendom van Saddle U, omdat de kratten zijn geleverd onder eigendomsvoorbehoud. De levering ex. art. 3:84 lid 1 geschiedt via art. 3:90 jo art. 3:91. De titel is een koopovereenkomst art. 3:92 en Saddle U was eigenaar dus ook beschikkingsbevoegd. Dit betekent dat Niels voorwaardelijk eigenaar is geworden. Pas als hij heeft betaald aan Saddle U wordt hij volledig eigenaar. 

Vraag 4d

Er is sprake van oneigenlijke vermenging. Er is niet duidelijk welke kratten al wel zijn betaald en welke nog niet. Het gaat om identieke zaken die wel te onderscheiden zijn, maar niet meer individualiseerbaar zijn (arrest Teixeira de Mattos). Hierdoor is het voor Saddle U onmogelijk om aan te wijzen welke kratten nog van hen zijn. Dit heeft als gevolg dat revindicatie zal mislukken voor Saddle U. Ex. art. 3:109 jo art. 3:119 lid 1 wordt Niels vermoed het goed voor zichzelf te houden ook rechthebbende te zijn.  De bewijslast ligt nu bij Saddle U.

Vraag 4e

In dit geval zou er sprake zijn van eigenlijke vermenging, doordat het gaat om vermenging van soortzaken art. 5:15. In art. 5:15 wordt bepaald dat art. 5:14 van toepassing is. Indien geen de partijen even veel schroeven hebben ingebracht dan is er sprake van mede-eigendom op grond van art. 5:15 jo art. 5:14 lid 2. Indien de eigenaren een verschillend aantal hebbe ingebracht, zal er sprake van mede-eigendom ieder voor een aandeel evenredig aan de waarde van de zaak.

Opdracht 5

Vraag 5a

Voor de ruzie: Micheal leent boeken uit aan Ernst. Dit betekent dat Micheal middellijk bezitter art. 3:107 lid 3 BW en eigenaar art. 5:2 BW is. Ersnt is onmiddellijk houder art. 3:107 lid 4 BW.

Na de ruzie: Ernst geeft aan dat hij de boeken niet meer wil teruggeven. De rechtspositie blijkt echter onveranderd ten opzichte van voor de ruzie. Op grond van art. 3:111 ‘interversie van houderschap’ kan de rechtspositie niet zomaar worden veranderd. Ernst zal een beroep doen op tegenspraak van diens recht, maar hiervoor is een mededeling nodig tegenover degene die het bezit heeft. De bezitter moet weten dat hij dan moet gaan revindiceren. Dit betekent dat er geen sprake is van de uitzonderingen vermeldt in art. 3:111, waardoor de rechtspositie hetzelfde blijft. 

Vraag 5b

Ernst was houder en kan hierdoor geen eigenaar worden. (Voor bevrijdende verjaring is bezit vereist en dat is hier het geval.) Als Ernst en Micheal het zouden bijleggen, zou Ernst eigenaar kunnen worden door een koopovereenkomst. Ersnt zou ook na verloop van 20 jaar ex. art. 3:105 eigenaar kunnen worden indien hij slaagt in de tegenspraak art. 3:111.

Opdracht 6

Vraag 6a

De gemeente doet voor revindicatie een beroep op art. 5:2. Je kan enkel revindiceren als je bezitter bent. Uit de casus blijkt dat Nienke en Kees door middel van inbezitneming bezitter van het stuk grond zijn geworden art. 3:113 lid 1 en de gemeente het bezit heeft verloren art. 3:117. Deze casus komt overeen met het arrest Gemeente Heusden/Verweerders. Ingevolge art. 3:314 lid 2 BW vangt de verjaringstermijn van een rechtsvordering die strekt tot beëindiging van het bezit van een niet-rechthebbende aan op de dag nadat de niet-rechthebbende bezitter is geworden. Ex. art. 3:107 jo 3:108 volgt dat of iemand bezitter is moet worden beantwoord naar verkeersopvatting. Uit art. 3:113 lid 2 volgt dat op zichzelf staande machtsuitoefeningen ontoereikend zijn. Vervolgens moet er ook sprake zijn van openbaar en niet-dubbelzinnig bezit. In casu is aan deze vereisten voldaan. Het plaatsen van een beukenhaag getuigt van machtsuitoefening. De uitoefening is tevens openbaar, omdat naar buiten toe kenbaar is. Tot slot is het bezit ook niet-dubbelzinnig, doordat zij naar eenieder en ook naar de Gemeente toe zich gedragen als eigenaar. Dit betekent dat er sprake is van bezit. Art. 3:306 bepaalt dat een rechtsvordering door verloop van 20 jaar verloopt. Art. 3:314 lid 2 bepaalt dat de aanvang van de verjaringstermijn begint met de aanvang van de dag volgende op die waarop een niet-rechthebbende is geworden. Nienke en Kees hebben het bezit sinds 1998, wat betekent dat de verjaringstermijn is verlopen in 2019. Dit betekent dat Nienke en Kees nu niet enkel onmiddellijk bezitter zijn, maar ook eigenaar ex. art. 5:1. De gemeente kan nu niet meer geslaagd revindiceren, omdat de gemeente geen eigenaar is.

Vraag 6b

Een andere route voor de gemeente om de strook grond te krijgen is via een beroep op onrechtmatige daad art. 6:162. Dit wordt ook vermeld in het arrest Gemeente Heusden/Verweerders. Een persoon die een zaak in bezit neemt en houdt, wetende dat een ander daarvan eigenaar is, handelt tegenover die eigenaar immers onrechtmatig. Op grond van art. 6:103 kan de bezitter worden veroordeeld bij wijze van schadevergoeding de wederrechtelijk in bezit genomen zaak aan de benadeelde in eigendom over te dragen.

Vraag 6c

In dit geval zou geen sprake zijn van niet-dubbelzinnig bezit. De eigenaar kan dan niet afleiden dat de bezitter pretendeert eigenaar te zijn. Nienke en Kees zullen dan niet als bezitter worden gezien waardoor zij ook het eigendom niet kunnen verkrijgen door middel van bevrijdende verjaring.

Opdracht 7

Vraag 7a

De rechtszekerheid. Zo zal de rechtspositie weer aansluiten of de feitelijke werkelijkheid. 

Vraag 7b

Het morele bezwaar is dat misdaden niet mogen lonen. Door middel van extinctieve verjaring wordt iemand te kwader trouw na verloop van 20 jaar beloond met het eigendom van het bezit. Op deze manier lijkt misdaad toch wat op te leveren.

Vraag 7c

De oplossing is een beroep doen op onrechtmatige daad art. 6:162. Hierdoor heeft de grondeigenaar toch nog een mogelijkheid om zijn oorspronkelijke eigendom terug te krijgen. 5 jaar na het moment dat de benadeelde bekend is mijn zijn eigendomsverlies kan nog een beroep op onrechtmatige daad worden ingesteld.

Image

Access: 
Public

Image

Image

 

 

Contributions: posts

Help other WorldSupporters with additions, improvements and tips

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.

Image

Spotlight: topics

Check the related and most recent topics and summaries:
Institutions, jobs and organizations:
WorldSupporter and development goals:

Image

Check how to use summaries on WorldSupporter.org

Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, notes and practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the summaries home pages for your study or field of study
  2. Use the check and search pages for summaries and study aids by field of study, subject or faculty
  3. Use and follow your (study) organization
    • by using your own student organization as a starting point, and continuing to follow it, easily discover which study materials are relevant to you
    • this option is only available through partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
  5. Use the menu above each page to go to the main theme pages for summaries
    • Theme pages can be found for international studies as well as Dutch studies

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Main summaries home pages:

Main study fields:

Main study fields NL:

Follow the author: mandycassa@hotmail.com
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Statistics
1663