Aantekeningen college Infancy en early childhood: de basis - Universiteit Utrecht 22/23
Hoorcollege 5 aantekeningen
Zintuigen:
- Zien
- Horen
- Boelen
- Ruiken
- Proeven
Bij geboorte zien we nog niet zo veel.
- Kinderen volgen liever gezichten dan objecten.
- Oogbewegingen vooral saccadisch (in sprongen). Wij doen het heel vloeiend.
- Ze knipperen wanneer dingen op ze af komen
Na 2 maanden:
- Vloeiend visueel volgen (niet meer saccadisch)
- Beginnen bewegingen te anticiperen
- Binoculaire visie ontwikkelt zich: vanaf deze leeftijd kunnen de kinderen de twee 2D plaatjes combineren tot een 3D plaatje
- Sticky fixation hebben ze nu. Hun aandacht blijft plakken. Moeilijk als ze ergens op gefocust zijn, hun aandacht te switchen.
Na 3 maanden:
Beter beeld al beetje
Bij 4 maanden:
- Beginnen verschillen tussen kleuren te zien: vooral primaire kleuren
- Kunnen menselijke gezichten en apengezichten uit elkaar houden
- Zien verschil tussen positieve en negatieve emoties
- Geen sticky fixation meer
Bij 6 maanden:
- Begint het visuele veld echt te scannen. Nu zoeken ze echt dingen
- Beginnen subjectieve vormen in complexe patronen te herkennen: dingen in een inktvlek te zien
- Zien emotionele uitdrukkingen steeds meer als geheel: eerst reageerden ze vooral alleen op de tanden of op de ogen
- De kleuren worden al iets duidelijker
Na 12 maanden → zicht min of meer hetzelfde als volwassenen.
Mensengezichten goed uit elkaar halen, maar apengezichten niet meer → specialisatie. Kinderen zijn extreem flexibel, maar dit specialiseert zich.
Auditieve ontwikkeling
Bij geboorte:
- Onderscheid maken tussen geluiden
- Geluiden lokaliseren binnen visuele veld
- Ze vinden het stemgeluid van de moeder prettiger dan andere geluiden → ze komen uit de buik
Bij 4 maanden:
Verschil herkennen tussen spraakgeluiden (fonemen). Foneem gaat over het geluid, kleine geluidsdeeltjes in spraak. Die beginnen ze te herkennen.
Bij 12 maanden:
- Hoeft niet langer naar mond te kijken om spraak te herkennen
- Ook vorm van specialisatie → kunnen alleen nog fonemen uit eigen taal uit elkaar halen
Tactiele ontwikkeling
Bij geboorte:
- Verwerken en onthouden informatie over vormen die ze met hun handen voelen
- Ze reageren positief op aanraking, maar met te veel druk negatief
- Ze reageren negatief op grote wisselingen in textuur en/of temperatuur
- Ze voelen pijn
Bij 2 maanden:
Verkennen vormen en texturen vaak met hun mond
Bij 4 maanden:
- Aanraking alleen nog ervaren als op het lichaam (maar niet in relatie tot de echte wereld).
- Experiment bij volwassenen: Benen laten kruisen en je laat ze naar hun benen kijken, dan kietel je een been en dan hebben ze de neiging om hun rechter been dan weg te halen, want het visuele systeem heeft de overhand. Terwijl je het linkerbeen kietelde
- Bij 4 maanden zie je dat nog niet, daar volgen de baby’s gewoon hun tactiele zintuig en daarin zijn baby’s eigenlijk beter dan wij.
Chemosensatie (proeven en ruiken)
Bij geboorte:
- Geuren tijdens de zwangerschap beïnvloeden voorkeuren na geboorte
- Baby’s verkiezen zoete geuren en smaken boven andere smaken
We nemen waar om dingen te doen!
Gibson’s theory of affordances: baby’s zien hun omgeving in mogelijkheden tot acties.
Klif experiment:
- Op het begin van kruipen gaan baby’s gewoon over de rand heen, maar na paar weken kruipervaring, hebben ze al diepte-ervaring. Ze zijn vgm niet bang, want dat was niet te zien aan hun emotie.
- Maar daarna als ze kunnen lopen gaan ze weer pompiedom over de rand heen. Dus weer een leerproces. 4 lear curves: zit, kruipen, cruise en lopen.
- Ze leren de relatie tussen hun lichaam en de omgeving. Ze leren dat zonder enige vorm van angst.
- Geiten voelen geen angst, maar ze weten gewoon dat ze niet over de rand heen moeten lopen, dat zien we ook bij baby’s.
Gibson’s theory of affordances:
- De motorische ontwikkeling van kinderen hangt af van de affordances/mogelijkheden in de omgeving
Behalve bij reflexen.
- Reflex = onvrijwillige reactie op externe stimulatie
- Sommige reflexen zijn permanen, andere zijn tijdelijk
- Alle reflexen staan in het boek
Drinkreflexen:
- Zuigreflex: Baby zuigt op de vinger → ritmisch zuigen, Verdwijnt na 6 maanden
- Rooting response → vinger op zijkant van de wand, dan draaien ze naar je toe → om te drinken. Verdwijnt na 3-4 maanden
- Bapkin reflex. Als je een kind met de duimen op de handpalmen drukt, gaan de ogen dicht, mond open, hoofd naar binnen toe. Ook met drinken te maken. Verdwijnt na 3-4 maanden
Grijpreflexen
- De palmar greep: Je legt iets in de hand en ze grijpen. Verdwijnt na 3-4 maanden.
- Babinski reflex. Zijkant van de voetzool strijken. Voet waaiert uit. Grote teen omhoog. De rest van de tenen krullen naar binnen. Verdwijnt tegen het einde van het eerste jaar
- De plantar greep. Druk op de bal van de voet → alle tenen krullen naar binnen. Verdwijnt na 8-12 maanden. Dit is evolutionair gezien goed voor apen, deze reflex. Vastklampen aan de haren van je moeder. Dit is een theorie.
Stabilisatie & opvang reflexen. Ook helpen bij de bevalling om het kind eruit te krijgen.
- Moro reflex. Kind naar achter laten vallen. Armen en benen naar buiten, daarna armen naar binnen en vuist ballen. Deze verdwijnt na 6-7 maanden.
- (Asymmetrische) Tonic Reflex. Waar je het hoofd heen draait, aan die kant strekken arm en been, aan die andere kant krommen arm en been (ook wel fencing position genoemd). Verdwijnt na 5-7 maanden.
- Stepping reflex. Als je het kind boven een zacht oppervlak houdt, begint hij automatisch een loopbeweging te maken. Verdwijnt na 3-4 maanden.
Ontwikkeling over de maanden heen:
- 0-1 maanden: Reflexen zitten er vanaf het begin in.
- 1-4 maanden: Daarna Primary circular reactions. Op eigen lichaam gericht en herhaald. Ze zijn bezig met op zichzelf slaan en wrijven, ze zijn bezig hun eigen lichaam en motoriek te experimenteren.
- 4-8 maanden: Secondary (op buitenwereld gericht) circular reactions (circular = herhaald). Rammen met dingen op de tafel.
- 8-12 maanden: De secundaire reacties worden meer gecoördineerd. Dat is het begin van intentioneel en doelgericht gedrag. Ze halen sommige dingen weg om iets te grijpen.
- 12-18 maanden: Tertiary (de kleine wetenschapper), circular (herhaald) reactions. Doelbewuster met bewegingen omgaan. Je ziet meer cognitieve ontwikkeling. Experimenteren met wat hun bewegingen doen. Ze gooien dingen op de grond.
- 18-24 maanden. Symbolic representations & mental combination. Ze gaan meer symbolisch en op mentaal niveau opereren.
Primaire emoties / basic emoties
Directe respons op de omgeving
Secundaire emoties/self-conscious emotions
Emoties na ontwikkeling sociaal zelfbewustzijn: schuld en schaamte
Na enkele weken beginnen baby’s te huilen als uiting van ongemak. Dit is nog geen verdriet → ik wil dat er iets gebeurt, de ouder mag uitzoeken wat.
Emotionele ontwikkeling
- Na 2 maanden → eerste uitingen van plezier. Sociale glimlach.
- Na 3 maanden → opwinding en verveling.
- Na 4 maanden → het lachen begint.
- Na 6-7 maanden → eerste uitingen van angst, boosheid en verlegenheid. Deze boosheid is niet meer uiting van frustratie.
- Na 9 maanden → stranger danger, angst voor vreemden. Daarvoor is iedereen prima.
- Na 12 maanden → eerste uitingen van soort van jaloezie.
- Na 18 maanden → eerste uitingen van schaamte
- Na 21 maanden → begint waarden van de ouders te begrijpen. Eerste begrip van goed en slecht
- Na 36 maanden (3 jaar) → eerste uitingen van trots en schuld. Anders dan schaamte. Schaamte trek je je terug, bij schuld probeer je de relatie weer te repareren
- Na 72 maanden (7 jaar) → begint te begrijpen dat je meerdere emoties tegelijk kunt voelen.
Temperament: individuele verschillen in hoe kinderen op de omgeving reageren → eerste echte ontwikkeling van persoonlijkheid. Dit is van invloed op relatie tussen kind en ouder: attachment. Ook invloed op hoe ouders hun ouderschap uitoefenen.
Attachment = hechting. Belang kinder ouder relatie wordt al in het werk van Freud gezegd.
Sociale leertheorie:
- Moedermelk is een psychologische belonging. Is een primary reinforcer
- Moeder → secondary reinforcer (zij heeft controle over de moedermelk). Ze raken gehecht aan de moeder, zij geeft de beloning
- Er werd gedacht dat de voeding de basis van attachment is.
Harlow’s monkey. Harlow zei een science of love.
- Wees aapje. Zijn dekentje wordt weggehaald, hij wordt helemaal gek.
- Hij kiest voor het aapje met het dekentje, dus niet bij alleen voeding.
- Lack of love kan een organisme voor het leven aantasten.
- Tijdens 2-4 jaar geen fijne omgeving → adult die geen gezonde relaties met andere mensen aan kan gaan.
- Het idee van voeding voor basis voor attachment klopt niet.
- Er is een apart bindingssysteem.
Lorentz was met imprinting. John Bowlby is de vader van de uiteindelijke moderne ‘attachment theory’.
Er is een apart sociaal emotioneel systeem.
- Bi-directioneel. Bij voeding zou je denken kind hecht aan ouder, maar niet andersom. Maar dat is wel zo.
- Evolutionair adaptief → kind achterlaten = risico voor kind en dus voor voortplanting. Voordelig voor kind en voor moeder.
- Hoe ziet dat systeem eruit
- Je ziet een negatieve reactie wanneer de ouder het kind alleen laat
- Positieve reactie wanneer de ouder weer terug komt
Ontwikkeling:
- Op het begin nog geen vorm van attachment.
- Pre-attachment/asocial stage (0-2 maanden). Stem moeder wel prettig, maar geen sterke emotionele reacties naar vreemden.
- Indiscriminate stage (2-7 maanden): bekende mensen herkennen. Begin stranger danger vgm
- Volledige / specfieke attachmenty (7-24 maanden): protesteren bij alleen alteen, stranger danger. Paar mensen leuk, de rest eng of vervelend
- Multiple attachments (na 10 maanden): vormt banden met meerdere mensen
- Goal directed partnerships (na 2 maanden): sociale relaties worden tweezijdig gezien. Ze snappen dat anderen ook om hen geven, ze hebben beginnen ook vrienden te krijgen.
Strange situation taak:
- Kind en ouder met vreemde in een lab
- Kind verkent de kamer
- Ouder gaat weg, vreemde blijft → stressvolle situatie
- Ouder komt weer terug → kind zoekt ouder weer op = stressreductie.
- Kind wordt alleen gelaten dus ook zonder vreemde → stressvolle situatie. Soms eerst vreemdeling dan terug.
- Ouder komt weer terug, dan wordt steeds gekeken hoe reageert het kind op de ouder.
Dit vormt een internal working model voor sociale relaties in het algemeen. Dus hoe je later sociale relaties aangaat. Ook veel individuele verschillen → attachment styles.
Verschillende attachment styles
Secure
- Ouders zijn responsief en positief interactief
- Het kind heeft een negatieve reactie, maar stopt vrij snel met huilen zodra de moeder weer terugkomt
Insecure avoidant attachment style
- Ouders sociaal afwezig
- Tijdens de procedure zijn de mensen onafhankelijker en sociaal minder geïnteresseerd. Minder behoefte aan sociale binding.
Insecure resistant / ambivalent
- Ouders zijn sociaal inconsistent (soms wel positief, soms niet)
- Daar hebben de kinderen constant behoefte aan bevestiging, maar ook moeite met mensen vertrouwen
Insecure disorganized / disoriented
- Ouders extreem inconsistent (relatief vaker bij mishandeling van kinderen)
- Moeite met het interpreteren van emoties van anderen.
Attachment bijna alleen maar in het Westen geobserveerd. Cross-cultureel zijn we mee bezig. In het Westen zien we deze patronen wel consistent.
Demandingness: hoeveel je van je kind verwacht, hoeveel grenzen je stelt
Responsiveness: hoeveel je met je kind bezig bent.
Authoritative
- Wel grenzen en responsief
- Grenzen stellen en je legt uit waarom grenzen er zijn. Warm uitleggen waarom.
Autoritaire opvoedingsstijl:
- Dit moet je doen, omdat ik het zeg. Je bent niet responsief.
- Meer straffen, minder uitgelegd waarom dingen nou moeten.
Permissive stijl
- Niet veel van kind verwachten.
- Geen regels, maar wel heel warm en responsief: permissive stijl. Geen duidelijke regels, maar wel als ze iets nodig hebben ervoor zijn. → verwend zijn?
- Geen sociale grenzen leren kennen.
Uninvolved:
- Geen grenzen stellen, maar ook niet responsief. ‘’I really don’t care.’’ Neglect ga je dan misschien heen, kinderen die verwaarloosd worden.
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
Studiehulp Ontwikkelingspsychologie - UU (2022-2023) - Psychologie
- Aantekeningen college Introductie Ontwikkelingspsychologie - Universiteit Utrecht 22/23
- Aantekeningen college Theorie en methode bij Ontwikkelingspsychologie - Universiteit Utrecht 22/23
- Aantekeningen college Human development - Universiteit Utrecht 22/23
- Aantekeningen college Evolutionary developmental Psychology - Universiteit Utrecht 22/23
- Aantekeningen college Infancy en early childhood: de basis - Universiteit Utrecht 22/23
- Aantekeningen college Infancy en early childhood: Cognitieve en Conceptuele ontwikkeling - Universiteit Utrecht 22/23
- Aantekeningen college Infancy en childhood: Sociale ontwikkeling I, Sociale cognitie en communicatie - Universiteit Utrecht 22/23
- Aantekeningen college Infancy en childhood: Sociale ontwikkeling II - Universiteit Utrecht 22/23
- Aantekeningen college Midden Kindertijd - Universiteit Utrecht 22/23
- Aantekeningen college Adolescentie - Universiteit Utrecht 22/23
- Aantekeningen college Vroege Volwassenheid - Universiteit Utrecht 22/23
- Psychologie jaar 1 - UU (2022-2023)
Contributions: posts
Spotlight: topics
Studiehulp Ontwikkelingspsychologie - UU (2022-2023) - Psychologie
In deze bundel vind je de aantekeningen van alle werkgroepen en hoorcolleges van het vak Ontwikkelingspsychologie, Psychologie, Universiteit Utrecht.
Online access to all summaries, study notes en practice exams
- Check out: Register with JoHo WorldSupporter: starting page (EN)
- Check out: Aanmelden bij JoHo WorldSupporter - startpagina (NL)
How and why use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?
- For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
- For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
- For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
- For compiling your own materials and contributions with relevant study help
- For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.
Using and finding summaries, notes and practice exams on JoHo WorldSupporter
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
- Use the summaries home pages for your study or field of study
- Use the check and search pages for summaries and study aids by field of study, subject or faculty
- Use and follow your (study) organization
- by using your own student organization as a starting point, and continuing to follow it, easily discover which study materials are relevant to you
- this option is only available through partner organizations
- Check or follow authors or other WorldSupporters
- Use the menu above each page to go to the main theme pages for summaries
- Theme pages can be found for international studies as well as Dutch studies
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
- Check out: Why and how to add a WorldSupporter contributions
- JoHo members: JoHo WorldSupporter members can share content directly and have access to all content: Join JoHo and become a JoHo member
- Non-members: When you are not a member you do not have full access, but if you want to share your own content with others you can fill out the contact form
Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance
Main summaries home pages:
- Business organization and economics - Communication and marketing -International relations and international organizations - IT, logistics and technology - Law and administration - Leisure, sports and tourism - Medicine and healthcare - Pedagogy and educational science - Psychology and behavioral sciences - Society, culture and arts - Statistics and research
- Summaries: the best textbooks summarized per field of study
- Summaries: the best scientific articles summarized per field of study
- Summaries: the best definitions, descriptions and lists of terms per field of study
- Exams: home page for exams, exam tips and study tips
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
- Studies: Bedrijfskunde en economie, communicatie en marketing, geneeskunde en gezondheidszorg, internationale studies en betrekkingen, IT, Logistiek en technologie, maatschappij, cultuur en sociale studies, pedagogiek en onderwijskunde, rechten en bestuurskunde, statistiek, onderzoeksmethoden en SPSS
- Studie instellingen: Maatschappij: ISW in Utrecht - Pedagogiek: Groningen, Leiden , Utrecht - Psychologie: Amsterdam, Leiden, Nijmegen, Twente, Utrecht - Recht: Arresten en jurisprudentie, Groningen, Leiden
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
1620 | 1 |
Add new contribution