Psychology and behavorial sciences - Theme
- 16059 reads
Het is een belangrijke taak voor adolescenten om autonoom te worden en te individualiseren van ouders. Het autonomie-verwantschapsperspectief stelt dat gezonde autonomie ontwikkeling alleen bereikt kan worden door heroriëntering van de bestaande ouder-kind relatie terwijl er uiteindelijk een verbinding met de ouders blijft. Ouders en kinderen kunnen loskomen van communicatie als een strategisch middel om hun relatie opnieuw vorm te geven op een minder autoritaire en meer gelijkwaardige manier. Tegelijkertijd is communicatie een belangrijk middel om verbinding en intimiteit tussen ouders en hun kinderen te bereiken en te versterken. Tijdens de verandering van ouder-kind relaties in de adolescentie, hebben ouders en kinderen het daardoor steeds nodig om een manier te vinden waarop ze met elkaar communiceren waarbij er wel rekening wordt gehouden met de behoefte van de adolescent naar autonomie en onafhankelijkheid, terwijl er nog wel sprake moet zijn van verbondenheid en verwantschap. Deze studie onderzoekt hoe ouders en kinderen communiceren met elkaar tijdens het herstructureren van hun relatie vanaf de vroege tot de late adolescentie.
Het is een belangrijke taak voor adolescenten om autonoom te worden en te individualiseren van ouders. Het autonomie-verwantschapsperspectief stelt dat gezonde autonomie ontwikkeling alleen bereikt kan worden door heroriëntering van de bestaande ouder-kind relatie terwijl er uiteindelijk een verbinding met de ouders blijft. Ouders en kinderen kunnen loskomen van communicatie als een strategisch middel om hun relatie opnieuw vorm te geven op een minder autoritaire en meer gelijkwaardige manier. Tegelijkertijd is communicatie een belangrijk middel om verbinding en intimiteit tussen ouders en hun kinderen te bereiken en te versterken. Tijdens de verandering van ouder-kind relaties in de adolescentie, hebben ouders en kinderen het daardoor steeds nodig om een manier te vinden waarop ze met elkaar communiceren waarbij er wel rekening wordt gehouden met de behoefte van de adolescent naar autonomie en onafhankelijkheid, terwijl er nog wel sprake moet zijn van verbondenheid en verwantschap. Deze studie onderzoekt hoe ouders en kinderen communiceren met elkaar tijdens het herstructureren van hun relatie vanaf de vroege tot de late adolescentie.
Als tieners naar de middelbare school gaan, neemt het aantal uren per dag die ze doorbrengen en de dingen die ze doen zonder supervisie van hun ouders toe. Ouders zijn zich hier niet altijd van bewust. Dit is in het bijzonder het geval omdat de meeste adolescenten niet vrijwillig alle informatie over wat ze doen, delen met hun ouders. Ouders moeten hierdoor communiceren met hun kind om ervoor te zorgen dat ze geìnformeerd blijven en proberen om te zorgen dat hun kinderen open blijven. Ouders kunnen kinderen bijvoorbeeld om informatie vragen of ze kunnen regels en beperkingen stellen. In deze studie wordt er gemeten of adolescenten informatie vrijwillig delen met ouders of iets geheim houden, of ouders gedrag laten zien wat hiermee te maken heeft, zoals controle, en in hoeverre ouders weten wat hun adolescente kind doet in de vrije tijd.
Vanuit de separatie-individualisatie en de autonomie-verwantschap perspectieven, is het aannemelijk dat ouderlijke kennis, en ook onderliggende ouder-kind communicaties, worden aangepast in de adolescentie. Dat wil zeggen, de verschillende behoeften van adolescenten kunnen de balans van ouder-kind communicatie geleidelijk duwen naar een nieuw evenwicht. De vroege adolescentie wordt voornamelijk gekenmerkt door een streven naar grotere autonomie en onafhankelijkheid. Met toenemende adolescente individuatie laten kinderen hun ouders misschien niet alles meer weten over hun leven. Dit wordt gekenmerkt door een afname in de intensiteit en de frequentie van communicatie tussen ouders en hun kinderen. Adolescenten zelf kunnen hun autonomie doen gelden door het trekken van grenzen rondom informatie die zij zien als persoonlijk, bijvoorbeeld door geheimen te hebben voor ouders.
Ouders kunnen de ontwikkeling van adolescenten hierin bevorderen door hun privacy te geven en door hen steeds meer het recht te geven om hun eigen keuzes te maken zonder eerst hierover te overleggen met hun ouders.
Dus zowel ouders als adolescenten spelen een rol in het verminderen van de intensiteit van communicatie om zo adolescenten te helpen bij hun behoefte aan autonomie. Onderzoek hiernaar suggereert een patroon van scheiding en onthechting in de vroege adolescentie.
Als ouders en adolescenten niet langer ruziemaken over onderwerpen met betrekking tot autonomie en onafhankelijkheid, en adolescenten een stabiel ‘zelf’ hebben ontwikkeld, beginnen de meeste adolescenten hun relatie met hun ouders weer te waarderen. Uiteindelijk streven ouders en kinderen er in de volwassenheid naar om een kwalitatief andere relatie te hebben die bestaat uit onderlinge afhankelijkheid en wederzijds respect, terwijl jongvolwassenen op hetzelfde moment autonoom mogen functioneren. Om te begrijpen hoe adolescenten een bevredigende, nieuwe en volwassen relatie krijgen met hun ouders, is het belangrijk om te kijken naar de veranderingen in de ouder-kind communicatie tijdens de midden en de late adolescentie. Doordat openheid vanuit het kind bijdraagt aan de affectieve kwaliteit van ouder-kind relaties, stellen de onderzoekers voor dat een toename van openheid vanuit de adolescent bijdraagt aan een verhoogde mate van verbondenheid. Het is echter niet meer dezelfde openheid als voor de adolescentie, waarin ouders veel controle hadden. Er is meer sprake van democratische en volwassen interacties.
Sekseverschillen in deze veranderingen, ondanks dat ze nog niet goed begrepen worden, zijn aannemelijk. Verschillende ouder-kind communicatie patronen tussen jongens en meisjes worden gewoonlijk gevonden. In empirische studies, ervaren meisjes hogere niveaus van ouderlijke kennis, ouderlijke controle en verzoeken dan jongens en ze geven zich ook meer open en hebben minder geheimen over hun vrije tijd in de vroege adolescentie. Daarnaast kan de leeftijdsgerelateerde afname in kennis en openheid en de toename in geheimhouding vanaf de vroege tot de midden adolescentie minder uitgesproken zijn bij meisjes dan bij jongens. Ook zijn meisjes in de late adolescentie meer onderling afhankelijk van ouders dan jongens. Meisjes lijken een betere relatie te ervaren met hun ouders dan jongens en vertrouwen meer op hun ouders als een bron van steun, leiding en hulp. Dit suggereert een meer frequente communicatie. Deze studie zal dus onderzoeken of er een verschil is tussen jongens en meisjes.
Deze studie heeft als doel om de theoretisch aannemelijke ontwikkelingsveranderingen binnen de communicatie tussen ouders en hun kind en de kennis van ouders van de leeftijd 12 - 19 jaar oud in kaart te brengen. De hypothese is dat ouderlijke kennis en pogingen om toezicht te houden zullen afnemen tijdens de vroege adolescentie. Daarnaast zou vanaf de midden adolescentie geheimhouding afnemen en openheid toenemen vanuit de adolescent. Daarnaast is de verwachting dat meisjes over het algemeen hogere niveaus van openheid, ouderlijke kennis, ouderlijke verzoeken en controle ervaren dan jongens. Ook hebben zij lagere niveaus van geheimhouding. Meisjes zullen ook tijdens de midden adolescentie minder geheimen hebben dan jongens.
Deze longitudinale studie begon met 390 studenten die gemiddeld ongeveer 12 jaar oud waren. Hiervan waren er 320 nog steeds betrokken bij het onderzoek na 8 jaar. 58% van de studenten waren meisjes, 42% was jongens. Op 9 verschillende momenten is er data verzameld. De meeste informatie is verzameld door vragenlijsten die ingevuld werden op school. Na de middelbare school werd dit voortgezet bij iemand thuis.
Een algemeen patroon voor sekseverschillen is gevonden, dat iets meer uitgesproken was in de midden tot late adolescentie. Jongens rapporteerden lagere mate van ouderlijke controle en verzoeken dan meisjes. Meisjes rapporteerden meer openheid dan jongens en hadden minder geheimen voor hun ouders. Ouderlijke kennis was hoger voor jongens. Dus, voorspelde sekseverschillen waren aanwezig in de ouder-kind communicatie, echter deze waren niet consistent tijdens de verschillende meetmomenten.
Ouderlijke pogingen om toezicht te houden veranderden tijdens de adolescentie. Zoals verwacht nam de ouderlijke controle af vanaf 14-jarige leeftijd voor zowel jongens als meisjes. Ouderlijke verzoeken namen af in de vroege adolescentie en namen iets toe in de midden adolescentie, echter alleen voor meisjes.
Informatiebeheer door adolescenten veranderde ook tijdens de adolescentie, met herkenbare sekseverschillen in deze ontwikkelingspatronen. Bij jongens nam de openheid af in de vroege adolescentie (12 – 14) en was hierna stabiel. Bij meisjes nam deze openheid ook af tussen hun 12e en 14e, maar nam daarna toe. Bij jongens was geheimhouding stabiel tijdens de adolescentie, bij meisjes nam deze eerst toe maar daarna af. Ten slotte nam ouderlijke kennis af tijdens de adolescentie, behalve voor een periode van stabiliteit bij meisjes in de midden adolescentie.
Het algemene doel van deze studie was om te onderzoeken hoe ouders en kinderen hun ouder-kind communicatie aanpassen tijdens het hervormen van hun relatie tijdens de adolescentie (12-19). Verschillende veranderingen zijn gevonden. Overeenkomstig met de verwachtingen, rapporteerden vroege adolescenten een afname in hun bereidheid om zich open te stellen, daarnaast rapporteerden meisjes in de vroege adolescentie een afname in ouderlijke verzoeken en een toename in geheimhouding. Zoals verwacht, rapporteerden adolescenten vanaf de midden adolescentie een afname van ouderlijke controle. Daarnaast rapporteerden meisjes het verwachte open-communicatiepatroon vanaf de midden adolescentie. Zoals aangegeven door toename van openheid en verzoeken en minder geheimhouding. Daarnaast nam kennis van ouders geleidelijk af tijdens de adolescentie. Sekseverschillen werden gevonden: meisjes rapporteerden intensere ouder-kind communicatie en een minder sterke dip in de midden adolescentie.
Deze studie draagt op 3 manieren bij aan bestaande literatuur. Ten eerste laat deze studie duidelijk zien dat veranderingen in de ouder-kind communicatie niet alleen in de vroege adolescentie gebeuren, maar ook in de midden en late adolescentie. Ten tweede was er een verschillende timing van veranderingen in gedrag van ouder en kind. Ten derde lijken er belangrijke sekseverschillen te zijn binnen de ouder-kind communicatie in de late adolescentie. De theoretische implicaties van deze bevindingen worden hieronder besproken.
Er is gesuggereerd dat ouder-kind communicatiepatronen een functionele rol spelen in autonomie-gerelateerde processen binnen de ouder-kind relatie. Dat wil zeggen, door middel van het aanpassen van het communicatiepatroon, kunnen ouders en kinderen de balans tussen autonomie/individualiteit en verwantschap/verbondenheid veranderen in een evenwicht dat tegemoet komt aan de specifieke behoeften van adolescenten en hun ouders tijdens de verschillende fases van de adolescentie. Dit idee wordt empirisch ondersteund door de resultaten van deze studie.
De timing van deze veranderingen binnen de communicatie was anders voor ouders en adolescenten. Dit suggereert dat adolescenten de drijvende kracht zijn achter belangrijke veranderingen in de ouder-kind relatie doordat zij de balans naar een minder frequente communicatie duwen. Waar ouderlijke kennis en verzoeken en adolescente geheimhouding en openheid al afnamen in de vroege adolescentie, waren de meest uitgesproken veranderingen in de ouderlijke controle gevonden vanaf de midden adolescentie.
Dit suggereert dat kinderen actieve pogingen doen om hun toenemende behoefte aan privacy en autonomie te bevredigen. Zij reguleren op een strategische wijze de hoeveelheid informatie die ze ouders geven in de vroege adolescentie. De overlap met afname in ouderlijke verzoeken suggereert dat ouders over het algemeen de privacy van hun kind erkennen. Echter, de latere timing van afname in controle suggereert dat ouders kiezen voor een langzamer tijdsschema als het gaat om autonomie van hun kind.
Ze vinden nog steeds dat veel zaken onder hun verantwoording vallen en aarzelen over het uit handen geven van deze controle.
Bevindingen geven aan dat meisjes en jongens en hun ouders uiteindelijk een andere balans behalen tussen autonomie/individualiteit en verwantschap/verbondenheid. Na een afname in open communicatie in de vroege adolescentie, rapporteerden jongens stabiele lage niveaus van zowel de bereidheid tot openheid en ouderlijke verzoeken vanaf de midden adolescentie en hoge niveaus van geheimhouding. Meisjes daarentegen, rapporteerden een toenemende open stroom van informatie na een eerste afname in de vroege adolescentie. Deze bevindingen suggereren dat meisjes en hun ouders werken richting een volwassen relatie die zowel onafhankelijkheid als verbondenheid bevat. Voor jongens lijkt de relatie in de late adolescentie meer op een onafhankelijke relatie.
De eerste beperking is dat adolescenten gerapporteerd hebben over beide ouders, waardoor er geen verschillen kunnen worden onderzocht tussen vaders en moeders. Daarnaast was er weinige etnische variabiliteit binnen de onderzoeksgroep. Ook moeten deze veranderingen verder onderzocht worden om te kijken of bepaalde veranderingen overlappen met bijvoorbeeld probleemgedrag.
De bevindingen van deze studie dragen bij aan huidige theoretische ideeën op drie verschillende manieren: ten eerste geeft het aan dat ontwikkelingsveranderingen in de ouder-kind communicatie doorgaan tijdens de midden en late adolescentie en wellicht een middel zijn om de affectieve kwaliteiten van de relatie weer te versterken. Ten tweede lijken adolescenten op actieve wijze de communicatiepatronen te duwen richting een nieuw evenwicht. Ten derde suggereren de bevindingen in de late adolescentie dat meisjes uiteindelijk een status bereiken met autonomie en verbondenheid met hun ouders terwijl jongens meer gaan voor onafhankelijkheid.
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Main summaries home pages:
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
1157 | 1 |
Add new contribution