
HC36: Roken, fysiologische effecten
Algemene informatie
- Welke onderwerpen worden behandeld in het hoorcollege?
- In dit college worden de effecten van roken op het menselijk lichaam besproken
- Welke onderwerpen worden besproken die niet worden behandeld in de literatuur?
- Alle onderwerpen in dit college worden ook behandeld in de literatuur
- Welke recente ontwikkelingen in het vakgebied worden besproken?
- Er zijn geen recente ontwikkelingen besproken
- Welke opmerkingen worden er tijdens het college gedaan door de docent met betrekking tot het tentamen?
- Er zijn geen opmerkingen over het tentamen gemaakt
- Welke vragen worden behandeld die gesteld kunnen worden op het tentamen?
- Er zijn geen mogelijke vragen behandeld
Samenstelling van een sigaret
Een sigaret bestaat uit een aantal (verslavende) stoffen:
- Teer
- Samengesteld uit N, H, CO2en CO
- Organische en anorganische deeltjes
- Vele carcinogenen
- Nicotine
- CO
- NO2
- Ciliotoxische stoffen
- O.a. blauwzuur (HCN)
- Metalen
- 30 verschillende soorten, waaronder carcinogene zware metalen
- Radioactieve stoffen
Effecten van roken
Tijdens het roken worden neergeslagen deeltjes in de mond-keelholte doorgeslikt. Hoe kleiner deze deeltjes zijn, hoe meer distale depositie in de long → de long is een geweldig resorptie orgaan. Roken heeft verschillende effecten:
- Acute effecten
- Nicotine
- Geeft een prettig gevoel/opkikker in het centrale zenuwstelsel
- Zorgt voor tachycardie op cardiovasculair niveau
- Werkt verslavend (tot meer dan 6-7 sigaretten per dag)
- Gaat op receptoren zitten, waardoor de receptoren steeds meer behoefte krijgen aan nicotine
- CO
- Bezet hemoglobine → HbCO
- Hemoglobine heeft een hoge affiniteit voor CO → zuurstofopname vermindert
- Zuurstof wordt moeilijker aan weefsels afgegeven
- Bezet hemoglobine → HbCO
- Diverse stoffen geven directe slijmvliesirritatie
- Functieverlies van trilharen
- Ontstekingen in de luchtwegen
- Nicotine
- Lange termijn effecten
- Ziekte veroorzakend
- Hart- en vaatziekten
- Carcinomen
- Longcarcinoom
- Hoofdhalstumoren
- Bovenste tractus digestivus tumoren (inclusief pancreascarcinoom)
- Blaascarcinoom
- COPD
- Pneumothorax
- Treedt eerder op bij lange, dunne mensen
- Enkele intersistiële longziekten (fibrose-achtige ontstekingsziekten in het longparenchym)
- Ziekte verhevigend
- Ziekte veroorzakend
- Meeroken
- Toename van het risico op longkanker (2x)
- Toename van het risico op COPD
- Als ouders roken kan het kind astma en luchtwegklachten krijgen
- Roken tijdens de zwangerschap veroorzaakt later klachten bij het kind
Longkanker:
Omdat bij roken de long constant wordt beschadigd, kan bij herstel mutaties ontstaan en wordt het DNA steeds slechter. Hierdoor kunnen carcinomen ontstaan. Een longcarcinoom gaat 4 stadia door:
- In het eerste stadium is er alleen een primaire tumor
- In het tweede stadium komen de kankercellen in de regionale lymfeklieren
- In het derde stadium komen de kankercellen ook in de lymfeklieren in het mediastinum voor
- In het vierde stadium komen er uitzaaiingen → de metastase
Bij metaplasie luisteren de kankercellen helemaal niet meer naar signalen van buitenaf. Ze hebben ook geen kenmerken meer van het weefsel.
Longkankergetallen:
- Incidentie in 2017: bijna 13.000 in Nederland
- Mortaliteit in 2016: 10.600 in Nederland
- In 35 landen is het de fataalste vorm van kanker
- Vormt 35% van de mensen die sterven aan kanker
- Vormt 8% van de totale sterfte
- In Nederland geneest 15%
Een zware roker heeft een risico van 30% op longkanker. Een niet-roker heeft een risico van slechts 1% → door roken verhoogt het risico 10-30x.
COPD:
Van de rokers krijgt 20% COPD. COPD staat voor "Chronic Obstructive Pulmonary Disease". Het is een veelvoorkomende, vermijdbare en behandelbare ziekte. COPD wordt gekarakteriseerd door persisterende ademhalingssymptomen en beperking van de flow door abnormaliteiten in de luchtwegen en alveoli. Meestal wordt het veroorzaakt door stikstofdeeltjes of -gassen. Het is een irreversibele, meestal progressieve obstructie. Comorbiditeit komt ook vaak voor.
Voor COPD worden 4 stadia vastgelegd (ABCD assesment tool):
- FEV1 is > 80%
- FEV1 is 50-80%
- FEV1 is 30-50%
- FEV1 is <30%
Er zijn 3 ziekten die onder COPD vallen:
- Chronische bronchitis in de centrale luchtwegen
- Er wordt te veel slijm geproduceerd → veroorzaakt ontstekingen
- "Small airways disease" in de bronchioli
- Er is te veel littekenweefsel door vroegere schade aan het longweefsel
- Longemfyseem in de alveoli
- Alveoli gaan kapot → smelten samen tot grote lacunes → het contactoppervlak wordt steeds minder
De prevalentie van COPD is in de afgelopen jaren gestegen.
De Fletcher Curve laat het verschil zien tussen COPD-patiënten die doorgaan met roken en die gestopt zijn met roken. Door te stoppen met roken wordt de COPD minder progressief.
Hart- en vaatziekten:
Roken heeft ook veel effect op het hart en de vaten:
- Bij de vaten is er een verhoogd risico op atherosclerose
- De kans op een myocardinfarct verdrievoudigd
- Roken op jonge leeftijd heeft hierop de meeste invloed, op oudere leeftijd zijn andere oorzaken waarschijnlijker (diabetes, hoge bloeddruk, etc.)
- Er is meer kans op coronair lijden (atherosclerose in de kransslagaders)
- Endotheelbeschadiging
- De vaten worden door vasculaire dysfunctie stijver
- Het endotheel wordt beschadigd → productie van NO neemt af
- Het endotheel trekt monocyten aan
- Monocyten gaan de bloedvatwand in → worden macrofagen
- Macrofagen nemen cholesterol op
- Lipiden
- Er komt ook inflammatie en proliferatie van de spiercellen → de wand wordt dikker
- Als er meer lipiden in het weefsel komt, zorgen de vrije radicalen ervoor dat ze geoxideerd worden
- Geoxideerde lipiden gaan infiltreren → er komt een plaque die zorgt voor een dikkere wand van cholesterolkristallen
- Trombose
- Als er in de verdikte wand een wondje ontstaat komen er bloedstollingsfactoren uit het bloed → trombocyten activatie
- Er ontstaat een groeiende trombus
- Endotheelbeschadiging
Deze processen vinden plaats in alle arteriën, maar vormen vooral in de coronairen, carotis en aorta problemen → leidt tot hypertensie en myocardinfarcten. Hoe meer iemand rookt, hoe groter de kans op deze aandoeningen.
Mortaliteit
In 10 jaar tijd is de mortaliteit voor rokers verdubbeld t.o.v. niet-rokers. Hierbij heeft meeroken ook een significant effect. Stoppen met roken is heel zinvol: het verlaagt de mortaliteit en de kans op ziekten. Na 20 jaar is de kans ongeveer hetzelfde als voor een niet roker.
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
Collegeaantekeningen bij Basis tot Homeostase 2019/2020
- Basis tot Homeostase HC2: Homeostase en de vitale orgaansystemen
- Basis tot Homeostase HC3: Fysiologische regelsystemen
- Basis tot Homeostase PD1: Inspanningstest
- Basis tot Homeostase HC4: Hemodynamica
- Basis tot Homeostase HC5: Ventilatie, gaswisseling en transport
- Basis tot Homeostase HC6: Zuren, basen en buffers
- Basis tot Homeostase HC8: Anatomie van het hart
- Basis tot Homeostase HC9: Actiepotentiaal
- Basis tot Homeostase HC10: Impulsvorming en geleiding
- Basis tot Homeostase HC11: Genese ECG
- Basis tot Homeostase HC12: Elementaire ECG-diagnostiek
- Basis tot Homeostase PD2: Ritmestoornissen en pacemakers
- Basis tot Homeostase HC13: Contractiemechanismen
- Basis tot Homeostase HC14: Excitatie- en contractiekoppeling
- Basis tot Homeostase HC15: Hartspierfysiologie
- Basis tot Homeostase HC16: Hartfunctie
- Basis tot Homeostase HC17: Statistiek Einthoven Science Project
- Basis tot Homeostase HC18, 19, 20 & 21: Mini Symposium Organisatie van Zorg
- Basis tot Homeostase HC22: Anatomie cardiovasculair systeem
- Basis tot Homeostase HC23: Vasculaire functie
- Basis tot Homeostase HC24: Cardiovasculaire interactie
- Basis tot Homeostase HC25: Neurale regeling
- Basis tot Homeostase HC26: Humorale regeling
- Basis tot Homeostase HC27: Macro- en microanatomie ademhalingsstelsel
- Basis tot Homeostase HC28: Bouw ademstelsel, klinische aspecten
- Basis tot Homeostase HC29&30: Longmechanica
- Basis tot Homeostase HC30&31: Gaswisseling en -transport
- Basis tot Homeostase HC33: Ademregulatie 1
- Basis tot Homeostase HC34: Ademregulatie 2
- Basis tot Homeostase HC35: Hart-long interactie
- Basis tot Homeostase HC36: Roken, fysiologische effecten
- Basis tot Homeostase HC37: Roken, global health
- Basis tot Homeostase PD4: Hart-long interactie
- Basis tot Homeostase PD5: Nierfunctie
- Basis tot Homeostase HC38&39: Microscopie en anatomie nieren
- Basis tot Homeostase HC40: Klaring en GFR
- Basis tot Homeostase HC41: Regeling van GFR en RBF
- Basis tot Homeostase HC42: Tubulaire functies - natrium en chloride
- Basis tot Homeostase HC43: Tubulaire functies - concentrering en verdunning urine
- Basis tot Homeostase HC44: Osmoregulatie
- Basis tot Homeostase HC45: Volumeregulatie
- Basis tot Homeostase HC46: Zuur-base
- Basis tot Homeostase HC47: Zuur-base en kaliumregulatie
- Basis tot Homeostase HC48: Farmacologie
- Basis tot Homeostase HC49: Van fysiologie naar kliniek
- Basis tot Homeostase HC50: Embryologie
- Basis tot Homeostase HC51: Hypertensie, cardiovasculaire en pulmonale aspecten
- Basis tot Homeostase HC52: Hypertensie, renale aspecten
- Basis tot Homeostase HC53: Evaluatie verslag roken
- Basis tot Homeostase HC54: Hartfalen, mechanismen
- Basis tot Homeostase HC55: Hartfalen, klinisch
- Basis tot Homeostase HC56: Cardiorenaal syndroom
- Basis tot Homeostase: deeltoets 24 februari 2020
- Basis tot Homeostase: proefdeeltentamen
- Basis tot Homeostase: proeftoets ademhaling
- Basis tot Homeostase: proeftoets nieren

Contributions: posts
Spotlight: topics
Collegeaantekeningen bij Basis tot Homeostase 2019/2020
Deze bundel bevat alle hoorcolleges en (proef)tentamens voor het blok van Basis tot Homeostase 2019/2020 van de opleiding Geneeskunde aan de Universiteit Leiden.
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
Add new contribution