Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>

TentamenTests bij Toepassing van Onderzoeksmethoden en Statistiek aan de Universiteit Utrecht

Vragen

Vraag 1

Uit een onderzoek naar het effect van therapie op faalangst, is het resultaat in onderstaande ANOVA-tabel gepresenteerd. Patiënten zijn door middel van random toewijzing in drie verschillende groepen ingedeeld. De patiënten uit groep 1 kregen gedragstherapie, de patiënten uit groep 2 kregen cognitieve gedragstherapie en de patiënten uit groep 3 kregen geen therapie (controle groep). De afhankelijke variabele is angstklachten na afloop van de therapie.

bronSSdfMS

between

within

40  
total9022 

Blijkt uit bovenstaande tabel dat de therapieën significant verschillen in effectiviteit bij α = .05?

  1. Ja, de therapieën verschillen significant, want Fobs < Fkritiek

  2. Ja, de therapieën verschillen significant, want Fobs > Fkritiek

  3. Nee, de therapieën verschillen niet significant, want Fobs < Fkritiek

  4. Nee, de therapieën verschillen niet significant, want Fobs > Fkritiek

Vraag 2

In 2006 is er een onderzoek uitgevoerd naar gevoelens van spijt ten aanzien van relaties en verschillen in die gevoelens tussen mannen en vrouwen. De proefgroep bestond uit 40 vrouwen en 29 mannen, gemiddelde leeftijd 19 jaar (sd = 1.18). Elke deelnemer heeft een vragenlijst ingevuld volgens de volgende instructies:

Als je terugkijkt op je relatie, is er dan iets waar je echt veel spijt van hebt? Iets dat je anders had willen doen. Iets waar je wel of juist geen actie had willen ondernemen.

Bram en Bart moeten voor hun statistiekcursus een onderzoek doen. Na het lezen van een artikel over het onderzoek naar spijtgevoelens hebben ze zelf een soortgelijk onderzoek gedaan. Samen hebben ze een lijstje opgesteld met potentieel genante of ongemakkelijke situaties die in relaties voorkomen (de vraag 'Ben ik te dik?' met 'Ja' beantwoorden, samen naar de sauna, enzovoort). 40 medestudenten worden gevraagd om mee te werken aan dit onderzoek: 20 vrouwelijke studenten en 20 mannelijke studenten. Ze worden gevraagd aan te geven hoeveel spijt ze hebben van de beschreven situaties (waar 0 'geen spijt' en 10 'heel erg veel spijt' betekent). De helft van de vrouwen en de helft van de mannen wordt gevraagd de vragen te beantwoorden over een romantische relatie (een vaste vriend of vriendin), de andere helft wordt gevraagd dit te doen over een vriendschappelijke relatie (een goede vriend of vriendin).

SPSS output van de analyseresultaten van de verzamelde data staan in onderstaande tabellen:

Between-Subjects Factors

  Value LabelN
Sekse1Man20
 2Vrouw20
Relatie1Romantisch20
 2Vriendschappelijk20

Tests of Between-Subjects Effects

Dependent Variable: Mate van spijt

SourceType III Sum of SquaresdfMean SquareFSig.
Corrupted Model49,658..16,5538,297,000
Intercept1783,049..1783,049893,781,000
Sekse,780..  ,536
Relatie32,513..  ,000
Sekse * Relatie16,365..  ,007
Error71,818..1,995  
Total1904,525..   
Corrected Total121,477..   

De vrijheidsgraden ontbreken in de SPSS output. Hoeveel vrijheidsgraden zijn er voor het interactie-effect tussen sekse en soort relatie?

  1. 1

  2. 2

  3. 3

  4. 4

Vraag 3

Wat is de waarde van de toetsingsgrootheid die de verschillen in mate van spijtscores toetst tussen de romantische relaties en de vriendschappelijke relaties?

  1. 8.297

  2. 0.391

  3. 16.298

  4. 8.203

Vraag 4

Een sportpsychologe is geïnteresseerd in de relatie tussen de mate van training en de rust-hartslag. In een aselecte steekproef van 15 wielrenners vindt zij een correlatie van r = + .50. Zij wil toetsen of dit resultaat significant is bij α = .05. Hoe luidt haar conclusie?

  1. Het resultaat is niet significant, want Robs < Rkritiek (=.514)

  2. Het resultaat is significant, want Robs < Rkritiek (=.514)

  3. Het resultaat is significant, want Robs > Rkritiek (=.482)

  4. Het resultaat is niet significant, want Robs > Rkritiek (=.428)

Vraag 5

De volgende beschrijvende statistieken zijn beschikbaar voor twee variabelen X en Y:

Descriptive Statistics

  NMeanStd. Deviation
Pair 1X343.61.25
 Y242.50.93

Verder weten we dat de correlatie tussen X en Y gelijk is aan r = +.87. Wat is de regressievergelijking om Y te voorspellen aan de hand van X?

  1. Ŷ = 0.65X + 0.17

  2. Ŷ = 1.17X + 0.68

  3. Ŷ = 1.17X - 1.71

  4. Ŷ = 0.65X + 1.98

Vraag 6

Iemand van CITO doet onderzoek naar de nieuwe rekentoets. Als deel van dit onderzoek heeft hij bij kinderen van allerlei verschillende scholen rekenvaardigheids- en taalvaardigheidsscores bepaald. Omdat tegenwoordig veel van de rekensommen veel tekst bevatten, wil hij kijken of hij de rekenvaardigheidsscores kan voorspellen aan de hand van de taalvaardigheidsscores.

Annova*

Model Sum of SquaresdfMean SquareFSig.
1Regression149,91149,895,760.018**
 Residual4631,917826,02  
 Total4781,8179   

*. Dependent Variable: rekenv

**. Predictors: (Constant), taalv

Coefficients*

  Unstandardized CoefficientsUnstandardized Coefficients 
Model BStd. ErrortSig.
1

(Constant)

taalv

13,027

-,165

.832

,069

15,653

-2,400

,000

,018

*. Dependent Variable: rekenv

Is er een significante relatie (bij α = .05) tussen de rekenvaardigheids- en taalvaardigheidsscores?

  1. Nee, want t is negatief

  2. Ja, want t = 15.65 en p < .001

  3. Ja, want t = -2.40 en p = .009

  4. Ja, want F = 5.76 en p = .018

Vraag 7

Welk percentage van de totale spreiding in rekenvaardigheidsscores wordt verklaard door het lineaire verband met taalvaardigheidsscores?

  1. 5.76%

  2. 3.1%

  3. 6.9%

  4. 96.9%

Vraag 8

In een onderzoek wordt bekeken of 'seksueel voorgelicht zijn door ouders' voor jongens anders is dan voor meisjes. Er zijn honderd aselect gekozen jongens en honderd aselect gekozen meisjes boven de twaalf jaar ondervraagd. Er is een χ2-toets uitgevoerd en de verdeling van Voorlichting door ouders blijkt significant te verschillen tussen jongens en meisjes. Deel van de SPSS output staat in deze tabel:

Voorgelicht * sekse Crosstabulation

 SekseSekseTotal
 JongenMeisje 

Voorgelicht Nee Count

                           Expected Count

80

67,5

55

67,5

135

135,0

Voorgelicht Ja Count

                        Expected Count

20

32,5

45

32,5

65

65,0

Total           Count

                    Expected Count

100

100,0

100

100,0

200

200,0

Wat is de waarde van de toetsingsgrootheid χ2?

  1. 1.14

  2. 7.85

  3. 14.25

  4. 16.08

Vraag 9

In elke groep van het onderzoek naar seksueel voorgelicht zijn door ouders wordt een vragenlijst ingevuld over seksualiteit en promiscuïteit. Wanneer we de gemiddelde promiscuïteitsscores willen vergelijken tussen jongens en meisjes en tussen niet en wel voorgelichte jongeren, welke analysetechniek moeten we dan gebruiken?

  1. Punt-biseriële correlatie

  2. ANOVA

  3. Tweeweg ANOVA

  4. Chi-kwadraat test of independence

Vraag 10

Vergeleken met andere survey-methoden is face-to-face onderzoek ...

  1. vaker gebaseerd op gesloten vragen

  2. gevoeliger voor onduidelijke vragen

  3. gevoeliger voor interviewer effecten

  4. lastiger om een random steekproef voor te trekken

Vraag 11

Er worden peilingen gehouden onder een representatieve steekproef van volwassen Nederlanders over wat ze van plan zijn te gaan stemmen. Wanneer respondenten die van plan zijn Piratenpartij te gaan stemmen dit niet willen zeggen om een goede indruk bij de interviewer te maken, dan is dit een voorbeeld van vertekening door ...

  1. de interviewer

  2. nonresponse

  3. sociale stijging

  4. sociale wenselijkheid

Vraag 12

Een Latijns vierkant (Latin Square) ontwerp verschilt van een factorieel ontwerp doordat het Latijns vierkant ontwerp ...

  1. altijd een factor tussen personen (between subjects) heeft

  2. altijd een factor binnen personen (within subjects) heeft

  3. altijd een gemengd ontwerp (mixed design) is

  4. bij een Latijns vierkant niet gerandomiseerd kan worden

Vraag 13

Het static group comparison ontwerp is een zwak experimenteel ontwerp omdat ...

  1. het tot antwoordvertekeningen leidt

  2. vertekeningen door uitval (mortaliteit) niet onder controle worden gehouden

  3. de onderzoeker niet weet of verschillen in de posttest komen door bestaande verschillen of door de afhankelijke variabele

  4. de onderzoeker niet weet of verschillen in de posttest komen door bestaande verschillen of door de onafhankelijke variabele

Vraag 14

Wat wordt in kwalitatief onderzoek bedoeld met de uitspraak 'De onderzoeker is zelf het meetinstrument'?

  1. De onderzoeker werkt in de dataverzameling uitsluitend alleen om een goede relatie met participanten op te bouwen

  2. Voor kwalitatief onderzoek bestaan geen duidelijke richtlijnen voor dataverzameling, dus ontwikkelt de onderzoeker zelf het eigen dataverzamelingsinstrument

  3. De onderzoeker interpreteert zelf de informatie uit de dataverzameling en trekt op basis van die interpretaties zijn/haar conclusies

  4. In kwalitatief onderzoek bestaan geen duidelijke richtlijnen voor data-analyse, dus bepaalt de onderzoeker zelf de kwaliteit van de uitgevoerde data-analyse

Vraag 15

Welke van onderstaande stellingen is juist?

  1. als er in een onderwijskundig onderzoek op een school drie verschillende klassen met elkaar vergeleken worden die elk een andere lesmethode ondergaan, dan is er sprake van een zuiver experiment (true experimental design)

  2. bij een dubbel blind onderzoeksontwerp kunnen we er van uitgaan dat de verschillende groepen gelijk zijn samengesteld

  3. bij een volledig gerandomiseerd experiment, waarbij het randomiseren ook goed gelukt is, kunnen we er van uitgaan dat de onderzoeksgroep(en) en controlegroep(en) dezelfde waardeverdeling hebben om de gemeten en ongemeten (achtergrond)variabelen

  4. bij een quasi-experiment zijn de groepen altijd volledig gerandomiseerd

Vraag 16

Bij een onderzoek naar de verschillen tussen grote en kleine steden in de mate van delinquentie besluiten de onderzoekers daarvoor statistische gegevens te interpreteren die te vinden zijn op de CBS website. De onderzoekers moeten hierbij vooral letten op ...

  1. de omvang van de informatie

  2. de validiteit van de informatie

  3. de betrouwbaarheid van de informatie

  4. de kosten van de informatie

Vraag 17

Stel dat je opdracht hebt gekregen om het wapengebruik onder studenten onderzoeken. Je besluit om daarvoor in het nieuwsarchief van de afgelopen vijf jaar te zoeken naar nieuwsberichten over casussen waarin sprake was van een studenten die aangetroffen werden met een wapen. Deze aanpak is een voorbeeld van:

  1. Literatuuronderzoek

  2. Secundaire analyse

  3. Veldexperiment

  4. Analyseren van bestaande gegevens

Vraag 18

Een onderzoeker krijgt een manuscript terug van een universiteitsblad, met commentaar van de redactie en twee reviewers, met een aanmoediging van de redactie om het na verwerking van het commentaar opnieuw in te dienen. Verwerking van het commentaar houdt in dat zij vooral ...

  1. nieuwe ideeën toevoegd of nieuwe analyses uitvoert

  2. een vertaler de taalfouten in het Engels laat herstellen

  3. zich weinig aantrekt van kritiek

  4. geen van bovenstaande stellingen is juist

Vraag 19

In kwalitatief onderzoek wordt vaak gesproken over het combineren van verschillende dataverzamelingsmethoden om zo de validiteit van het onderzoek te vergroten. Over welke strategie wordt hier gesproken?

  1. Cyclisch verloop

  2. Member validatie

  3. Normalisatie

  4. Triangulatie

Antwoordindicatie

1. b

2. a

3. c

4. a

5. a

6. d

7. b

8. c

9. c

10. c

11. d

12. c

13. d

14. c

15. c

16. b

17. d

18. a

19. d

 

Bron

  • Deze oefenvragen zijn gebaseerd op de tentaminering van het eerstejaarsvak MTS 2 aan de Universiteit Utrecht
  • MTS 2 is de voorloper van Toepassing van onderzoeksmethoden en statistiek aan de Universiteit Utrecht

Image

Access: 
Public

Image

Image

 

 

Contributions: posts

Help other WorldSupporters with additions, improvements and tips

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.

Image

Spotlight: topics

Image

Check how to use summaries on WorldSupporter.org

Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why would you use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, study notes and practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the menu above every page to go to one of the main starting pages
    • Starting pages: for some fields of study and some university curricula editors have created (start) magazines where customised selections of summaries are put together to smoothen navigation. When you have found a magazine of your likings, add that page to your favorites so you can easily go to that starting point directly from your profile during future visits. Below you will find some start magazines per field of study
  2. Use the topics and taxonomy terms
    • The topics and taxonomy of the study and working fields gives you insight in the amount of summaries that are tagged by authors on specific subjects. This type of navigation can help find summaries that you could have missed when just using the search tools. Tags are organised per field of study and per study institution. Note: not all content is tagged thoroughly, so when this approach doesn't give the results you were looking for, please check the search tool as back up
  3. Check or follow your (study) organizations:
    • by checking or using your study organizations you are likely to discover all relevant study materials.
    • this option is only available trough partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
    • by following individual users, authors  you are likely to discover more relevant study materials.
  5. Use the Search tools
    • 'Quick & Easy'- not very elegant but the fastest way to find a specific summary of a book or study assistance with a specific course or subject.
    • The search tool is also available at the bottom of most pages

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Field of study

Follow the author: Psychology Supporter
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Statistics
2796 3