Oefenmaterialen Bestuursprocesrecht - UL
- 2763 keer gelezen
De gemeente Puttershoek heeft vergunningen verleend aan supermarktketen Elka om een nieuwe vestiging te openen, inclusief slijterij. Vijf kilometer verderop, in de binnenstad van Puttershoek, is supermarkt Miro gevestigd met eveneens een slijterij. Miro vreest voor oneerlijke concurrentie met Elka: in de vergunning voor Elka staat dat de slijterij volledig automatisch en zonder personeel mag functioneren. Dit terwijl de Miro hier geen vergunning voor heeft gekregen, omdat de gemeente stelde dat het op grond van artikel 24 van de Drank- en Horecawet verplicht is om tijdens openingstijden een leidinggevende in een slijterij aanwezig te hebben. Met dit artikel wordt beoogd de verkoop van alcohol aan jongeren en drankmisbruik te voorkomen. Nadat de bezwaarfase is doorlopen, tekent Miro beroep aan bij de rechtbank en stelt dat de slijtersvergunning is verleend in strijd met de Drank- en Horecawet. Het college van burgemeester en wethouders van gemeente Puttershoek stelt dat het beroep van Miro geen kans van slagen heeft, omdat artikel 8:69a Awb hier aan in de weg staat.
Heeft dit verweer kans van slagen? (8 punten)
Een maand voor de zitting wordt de advocaat van Miro benaderd door de rechtbank. De rechtbank vraagt toestemming om bedrijfsvertrouwelijke gegevens van Elka te mogen gebruiken bij het oordeel, zonder dat Miro deze gegevens mag inzien. Deze gegevens maken deel uit van de aanvraag en zitten in het besluitvormingsdossier van het college van burgemeester en wethouders. Geeft u als advocaat van Miro de rechtbank deze toestemming? Waarom wel / niet? (8 punten)
Twee weken voor de zitting constateert Miro dat er meer mis is met de slijterij van Elka. De sluitingstijd die in de Drank- en horecavergunning is opgenomen is namelijk een uur later dan de Drank- en Horecawet toelaat en daardoor mag de Elka langer open zijn dan Miro. Miro stuurt direct een brief naar de rechtbank. Zal dit argument nog een rol kunnen spelen in de procedure? Daarbij mag u ervan uitgaan dat de Drank- en Horecawetvergunning niet uit verschillende onderdelen bestaat (6 punten).
Maurits is molenaar. Hij vraagt op 1 maart 2018 een omgevingsvergunning aan voor de verbouwing van zijn monumentale molen in Haarlem (op grond van artikel 2.1 lid 1 onder a en f van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, Wabo). Op 29 maart verzendt het college van burgemeester en wethouders het besluit waarin staat dat de vergunning is verleend. Maurits ontvangt het besluit op 30 maart 2018.
De Stichting ‘Monumentenbelangen Haarlem’ komt op voor het behoud van monumenten in Haarlem. De stichting wil een bezwaarschrift indienen tegen de verleende omgevingsvergunning voor de verbouwing van de molen. Wat is de laatste dag waarop de stichting nog bezwaar kan maken? (6 punten)
De Stichting ‘Monumentenbelangen Haarlem’ komt op voor het behoud van monumenten in Haarlem. Op basis van haar statuten doet zij dit onder andere door het voeren van juridische procedures. De afgelopen tijd heeft de stichting op die manier veelvuldig aantastingen van het monumentale karakter van panden weten tegen te gaan. De stichting Monumentenbelangen Haarlem dient een bezwaarschrift in tegen de vergunningverlening aan Maurits, maar doet dit te laat.
Is de termijnoverschrijding verschoonbaar? In hoeverre is het voor beantwoording van de vraag of deze termijnoverschrijding verschoonbaar is relevant dat de rechtsmiddelenclausule onder het besluit ontbrak? (6 punten)
Buurtbewoner Sarah hoort, nog tijdens de bezwaartermijn, van Maurits dat volgende week de bouwwerkzaamheden zullen starten. Zij vreest voor de aantasting van de molen en wil snel iets doen. Leg uit wat Sarah moet doen om een voorlopige voorziening in te kunnen stellen, formuleer de te vragen voorziening, beschrijf de elementen waaraan de bestuursrechter het verzoek toetst en schat in hoe groot de kans is dat de rechter die toewijst. (10 punten)
Stel: nog voordat Sarah een bestuursrechtelijk rechtsmiddel heeft kunnen aanwenden, verbouwt Maurits toch de molen. Sarah baalt hier enorm van. Drie maanden later, op 10 juni 2018, besluit Sarah het er niet bij te laten zitten. Sarah wendt zich tot de civiele rechter en stelt dat de gemeente een onrechtmatige daad heeft gepleegd jegens haar door het verlenen van de omgevingsvergunning. Is de civiele rechter bevoegd en heeft de vordering van Sarah kans van slagen? (6 punten)
De ABRvS heeft in hoger beroep een meer retrospectieve benadering, de CRvB en het CBb hebben een meer integrale benadering van het hoger beroep. Leg uit wat hiermee wordt bedoeld en schrijf een betoog waarin u uiteenzet wat u vindt van deze verschillende benaderingen in bestuursprocesrecht.
In het begin van de 20ste eeuw werd een debat gevoerd tussen Loeff en Struycken over de rechtsbeschermingsmogelijkheden in het bestuursrecht. Op welk cruciaal punt verschilden Loeff en Struycken van
mening? Benoem wie welk standpunt innam. (6 punten)
Wat wordt bedoeld met ambtshalve beoordeling en ambtshalve aanvulling van rechtsgronden door de bestuursrechter en noem een verschil en een overeenkomst tussen de twee begrippen. (8 punten)
De bestuursrechter verklaart een ingesteld beroep kennelijk ongegrond. Kan eiser hiertegen een rechtsmiddel aanwenden? Zo ja, welk en zo nee, waarom niet? (3 punten)
Leg aan een leek uit wat er gebeurt als de bestuursrechter de rechtsgevolgen van een besluit in stand laat en onder welke omstandigheden de bestuursrechter dat doet. (7 punten)
In de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen in het voorjaar van 2018 wil Mohammad een politieke partij oprichten die opkomt voor de belangen van studenten. Hij wil dat zijn partij met de aanduiding ‘Politieke Partij voor de Belangen van Studenten’ op de kieslijst wordt gezet. Omdat de aanduiding meer dan 35 letters bevat, beschikt het centraal stembureau op grond van art. G 1 lid 4 sub d van de Kieswet afwijzend op dit verzoek. Mohammad wil tegen dit besluit rechtsmiddelen aanwenden. Beschrijf de rechtsbeschermingsprocedure tot in hoogste instantie. (6 punten)
Veelgemaakte fouten: rechtsregels niet toepassen op de casus, conclusie die ontbreekt, correctie Widdershoven niet genoemd/behandeld
Veel gemaakte fouten:
Veel gemaakte fouten: uitsluitend artikel 8:58 van de Awb noemen, dat niet zonder meer doorslaggevend is en niet het gehele beginsel van een goede procesorde weergeeft.
Veelgemaakte fouten:
Veelgemaakte fouten:
Veel gemaakte fouten zijn:
Veel gemaakte fouten:
(NB: ook zou kunnen worden gesteld dat de eiser niet ontvankelijk is, omdat er een bestuursrechtelijke voorziening open heeft gestaan. ( ‘de kan of kon’ benadering). Deze benadering ligt echter minder voor de hand en is ook niet de benadering die het handboek kiest.)
Wat wordt hiermee bedoeld (8 pnt)
Ik vind het verschil goed/slecht, want... (7 pnt)
Taal/structuur: 5 pnt
Veel gemaakte fouten:
Loef: Rechtsbescherming door een onafhankelijke rechter (3 pnt) Struycken: Rechtsbescherming d.m.v. administratief beroep door democratisch gelegitimeerd hoger bestuursorgaan. (3 pnt)
Veelgemaakte fouten:
Ambtshalve toetsing door de bestuursrechter ziet op aspecten die hij los van het beroepschrift in iedere zaak beoordeelt. Dit ziet op aspecten van openbare orde (1 pnt), zoals de bevoegdheid van het bestuursorgaan en de rechter en de ontvankelijkheid van het beroepschrift en termijnen (1 pnt). Ambtshalve aanvullen van de rechtsgronden ziet op de verplichting van de rechter om op grond van artikel 8:69, tweede lid van de Awb (1 pnt) de aangevoerde (feitelijke) beroepsgronden juridisch
te duiden en de relevante rechtsregels toe te passen. (1 pnt)
Veel gemaakte fouten:
Ja, verzet (2 pnt gezamenlijk) art. 8:55 jo 8:54 Awb. (1 pnt)
Veelgemaakte fout: hoger beroep
Rechtsgevolgen van een besluit in stand laten is geregeld in art. 8:72 lid 3 Awb. De rechter spreekt dan tegelijkertijd uit dat het besluit onrechtmatig is en wordt vernietigd, maar toch zijn rechtsgevolgen behoudt. Dit doet de rechter in het kader van definitieve/finale geschilbeslechting. Het bestuursorgaan hoeft vervolgens geen nieuw besluit te nemen. De bestuursrechter kan de rechtsgevolgen bijvoorbeeld in stand laten als het bestuursorgaan vasthoudt aan zijn besluit, het besluit alsnog voldoende motiveert en de andere partij zich daarover in voldoende mate heeft kunnen uitlaten. Daarbij is beslissend of de inhoud van het vernietigde besluit na de kenbaar gemaakte motivering de rechterlijke toets kan doorstaan. Niet vereist is dat nog slechts één beslissing mogelijk is.
Veel gemaakte fouten:
Bij besluit van 11 juni 2018 heeft de burgemeester van Den Haag aan het Naga Thai op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening een exploitatievergunning verleend voor een Thaise afhaalservice aan het Frederik Hendrikplein 18.
De Naga Thai dient een bezwaarschrift in, omdat zij het niet eens is met een aan de vergunning verbonden voorschrift. Dit voorschrift bepaalt dat de Thai om 23.00 uur moet sluiten. Naga Thai wil echter langer openblijven, namelijk tot 03:00 uur, zodat uitgaanspubliek ook na een avond stappen nog kan eten.
Groot is de verbazing van Naga Thai als zij de beslissing op bezwaar ontvangt. In deze beslissing is namelijk een nieuw voorschrift toegevoegd. Dit voorschrift bepaalt dat bezoekers buiten geen consumpties mogen gebruiken. Volgens het Naga Thai is dit in strijd met het verbod van reformatio in peius. Leg uit wat dit verbod inhoudt, of dit verbod geschonden is en of het daarbij van belang is of naast het Naga Thai tegen de vergunning ook bezwaar is gemaakt door de overbuurman die overlast vreest door vervuiling op straat door lege afhaalbakjes.
Vijf dagen voor de zitting stuurt de overbuurman, die eerder beroep heeft ingesteld tegen de beslissing op bezwaar, een brief naar de rechtbank waarin hij aanvoert dat hij ook last zal hebben van geluidsoverlast van het Naga Thai. Kan deze brief door de rechtbank worden meegenomen bij de uitspraak?
Op 15 november 2018 ziet de overbuurman dat er grote posters op de snackbar zijn geplakt. Op deze posters is te lezen dat op 27 november 2018 de feestelijke opening van Naga Thai zal zijn. De overbuurman is boos: hoe kan Naga Thai nu open gaan terwijl de rechtbank nog helemaal niet op zijn beroep heeft beslist?! Hij wendt zich tot u als zijn advocaat. Leg aan de overbuurman uit:
In de uitspraak verklaart de rechtbank de beroepsgrond van Naga Thai dat het verbod van reformatio in peius is geschonden ongegrond. De rechtbank verklaart de beroepsgrond over de (beperkte) openingstijden wel gegrond. Volgens de rechtbank zijn de beperkte openingstijden in strijd met het gelijkheidsbeginsel, omdat de naastgelegen Chinese afhaalrestaurants ook tot 03.00 uur open mogen zijn. Naga Thai twijfelt of zij in hoger beroep moet gaan tegen de uitspraak. U bent haar advocaat. Wat adviseert u haar? En is daarbij van belang of de overbuurman in hoger beroep is gegaan?
De termijn voor het instellen van hoger beroep tegen een uitspraak van de rechtbank is drie maanden verstreken. Uw beroep is ongegrond verklaard. U krijg
.....read moreDe gemeente Puttershoek heeft vergunningen verleend aan supermarktketen Elka om een nieuwe vestiging te openen, inclusief slijterij. Vijf kilometer verderop, in de binnenstad van Puttershoek, is supermarkt Miro gevestigd met eveneens een slijterij. Miro vreest voor oneerlijke concurrentie met Elka: in de vergunning voor Elka staat dat de slijterij volledig automatisch en zonder personeel mag functioneren. Dit terwijl de Miro hier geen vergunning voor heeft gekregen, omdat de gemeente stelde dat het op grond van artikel 24 van de Drank- en Horecawet verplicht is om tijdens openingstijden een leidinggevende in een slijterij aanwezig te hebben. Met dit artikel wordt beoogd de verkoop van alcohol aan jongeren en drankmisbruik te voorkomen. Nadat de bezwaarfase is doorlopen, tekent Miro beroep aan bij de rechtbank en stelt dat de slijtersvergunning is verleend in strijd met de Drank- en Horecawet. Het college van burgemeester en wethouders van gemeente Puttershoek stelt dat het beroep van Miro geen kans van slagen heeft, omdat artikel 8:69a Awb hier aan in de weg staat.
Heeft dit verweer kans van slagen? (8 punten)
Een maand voor de zitting wordt de advocaat van Miro benaderd door de rechtbank. De rechtbank vraagt toestemming om bedrijfsvertrouwelijke gegevens van Elka te mogen gebruiken bij het oordeel, zonder dat Miro deze gegevens mag inzien. Deze gegevens maken deel uit van de aanvraag en zitten in het besluitvormingsdossier van het college van burgemeester en wethouders. Geeft u als advocaat van Miro de rechtbank deze toestemming? Waarom wel / niet? (8 punten)
Twee weken voor de zitting constateert Miro dat er meer mis is met de slijterij van Elka. De sluitingstijd die in de Drank- en horecavergunning is opgenomen is namelijk een uur later dan de Drank- en Horecawet toelaat en daardoor mag de Elka langer open zijn dan Miro. Miro stuurt direct een brief naar de rechtbank. Zal dit argument nog een rol kunnen spelen in de procedure? Daarbij mag u ervan uitgaan dat de Drank- en Horecawetvergunning niet uit verschillende onderdelen bestaat (6 punten).
Maurits is molenaar. Hij vraagt op 1 maart 2018 een omgevingsvergunning aan voor de verbouwing van zijn monumentale molen in Haarlem (op grond van artikel 2.1 lid 1 onder a en f van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, Wabo). Op 29 maart verzendt het college van burgemeester en wethouders het besluit waarin staat dat de vergunning is verleend. Maurits ontvangt het besluit op 30 maart 2018.
De Stichting ‘Monumentenbelangen Haarlem’ komt op voor het behoud van monumenten in Haarlem. De stichting wil een bezwaarschrift indienen tegen de verleende omgevingsvergunning voor de verbouwing van de molen. Wat is de laatste dag waarop de stichting nog bezwaar kan maken? (6 punten)
De Stichting ‘Monumentenbelangen Haarlem’ komt op voor het behoud van monumenten in Haarlem. Op basis van
.....read moreWat wordt bedoeld als men het heeft over "ongelijkheidscompensatie" in het bestuursprocesrecht en geef één voorbeeld van hoe de bestuursrechter hier uitvoering aan geeft?
Leg aan een leek uit wat ermee wordt bedoeld dat termijnen van bezwaar en beroep worden beschouwd als van 'openbare orde'. Besteed daarbij ook aandacht aan de vraag waarom deze termijnen van openbare orde zijn.
Bezwaar en administratief beroep hebben beide rechtsbescherming als functie. Administratief beroep heeft daarnaast nog een andere functie die bezwaar niet heeft. Welke is dat en wat houdt deze functie in?
De heroverweging in bezwaar mag in beginsel niet leiden tot een verslechtering van de rechtspositie van de geadresseerde van het primaire besluit. Hoe wordt dit uitgangspunt ook wel genoemd en uit welk wetsartikel wordt dit uitgangspunt afgeleid? Noem één situatie waarin de heroverweging in bezwaar toch kan leiden tot een achteruitgang voor de geadresseerde van het primaire besluit.
Welk beginsel wordt toegepast om te beoordelen of nieuwe gronden die na het verstrijken van de beroepstermijn worden ingediend, nog bij de procedure kunnen worden betrokken? Noem minimaal drie elementen die de bestuursrechter bij de te maken afweging betrekt?
De Autoriteit Consument en Markt (ACM) legt op grond van artikel 56 van de Mededingingswet een
Stel dat de voorwaarden voor studiefinanciering in de Wsf 2000 met ingang van 1 januari 2016 zijn aangescherpt, waardoor u minder snel een studiebeurs voor uitwonende studenten kunt krijgen.
U vraagt op 5 januari 2016 een uitwonendenbeurs aan. Bij besluit van 25 januari 2016, verzonden op dezelfde datum, wordt de beurs geweigerd omdat u niet aan de (nieuwe) criteria voldoet. Wat is de laatste dag waarop u bezwaar kunt maken?
Uw bezwaar wordt ongegrond verklaard. Omdat u geen uitwonende beurs krijgt, begint uw financiële situatie nijpend te worden. U wilt daarom snel duidelijkheid en een voorlopige voorziening aanvragen. Wat moet u doen om de voorlopige voorziening in te kunnen stellen, wat verzoekt u en hoe groot acht u de kans dat de bestuursrechter de voorziening treft?
U zou uw beroepsgrond met bewijsstukken kunnen onderbouwen, maar dat kost nog wel wat tijd. U doet een bewijsaanbod en vraagt de rechter u in de gelegenheid te stellen het nadere bewijs te leveren. Hoe beoordeelt u die strategie?
Drie weken voor de zitting bemerkt u dat u alleen gronden tegen de boete heeft gericht, maar niet tegen de terugvordering van de teveel betaalde studiefinanciering. Kunt u alsnog een grond tegen de terugvordering richten?
U heeft de rechtbank overtuigd. De bestuursrechter is van oordeel dat u op uw geregistreerde adres woont en dat de bestuurlijke boete ten onrechte is opgelegd. Is het voor de bestuursrechter mogelijk om het geschil finaal te beslechten? Zo ja, noem de meest voor de hand
.....read moreU hebt bezwaar gemaakt tegen een subsidiebesluit omdat u het niet eens bent met de hoogte van het toegekende subsidiebedrag. Drie weken vóór de hoorzitting ontvangt u een besluit waarin de subsidie nog lager is vastgesteld. Moet u tegen dit laatste besluit een bezwaarschrift indienen om het aan te kunnen vechten
Lees onderstaande stelling en geef gemotiveerd aan waarom deze juist dan wel onjuist is: ‘Voor toepassing van art. 7:11 lid 2 Awb moet het bezwaar gegrond zijn’
Leg aan een leek uit:
wat wordt bedoeld met ex tunc-toetsing
Waarom de bestuursrecht dat doet, en
noem twee uitzondering op het uitgangspunt van ex tunc- toetsing.
Kunt u van de bestuursrechter een oordeel krijgen over de rechtsmatigheid van een wetswijziging? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe? (7 punten)
In hoeverre kunnen beroepsgronden die door de rechtbank ongegrond zijn verklaard in een latere procedure tegen het nieuwe besluit, dat na de vernietiging wordt genomen, nog ter discussie worden gesteld? Benoem zowel de hoofdregel als een uitzondering.
Maarten exploiteert een avondwinkel onder de naam “Nightshop”. Deze winkel is gelegen in het centrum van Rotterdam en is zeven dagen per week geopend van 13.00 uur tot 22.00 uur. Ingevolge artikel 2 van de Winkeltijdenwet is het verboden een winkel voor het publiek tussen 22.00 en 06.00 uur geopend te hebben, maar van dat verbod kan ontheffing worden verleend. In de Verordening Winkeltijden Rotterdam 2010 is de ontheffingsbevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders verder uitgewerkt.
Maarten wil de naam van zijn winkel meer eer aan doen en besluit het college te verzoeken hem een ontheffing te verlenen. Op grond van artikel 2 van de Verordening kan het college een ontheffing weigeren, indien naar zijn oordeel moet worden aangenomen dat de exploitatie van de winkel gevaar zal opleveren voor de openbare orde of veiligheid, dan wel het woon- en leefklimaat ter plaatse op ontoelaatbare wijze nadelig zal beïnvloeden. Het college weigert de aanvraag van Maarten, omdat zijn winkel ligt in de omgeving van het Leidseplein. Het college vreest dat de verruimde openingstijden zullen leiden tot een toename van overlast door rondhangende jongeren die zich voor het uitgaan willen gaan indrinken met in de winkel van Maarten gekochte alcoholhoudende dranken.
Maarten gaat in bezwaar, maar zijn bezwaar wordt ongegrond verklaard. (De Winkeltijdenwet is niet in uw wettenbundel opgenomen, maar voor beantwoording van de vragen heeft u die ook niet nodig)
Maarten wil beroep instellen tegen de beslissing op bezwaar. Kan hij beroep instellen en zo ja bij welke rechterlijke instantie kan hij terecht? Kan Maarten vervolgens nog in hoger beroep?
Stel dat Maarten zijn beroepschrift aan een verkeerde instantie heeft gestuurd. Wat moet de onbevoegde instantie nu doen?
In zijn beroep
.....read moreOp grond van welk Awb-artikel is een bestuursorgaan verplicht om in een beroepsprocedure het procesdossier aan de bestuursrechter toe te zenden en op grond van welk Awb-artikel kan het bestuursorgaan weigeren om stukken uit dit dossier te verstrekken?
Is onderstaande stelling juist of onjuist? Licht uw antwoord kort toe.
“Besluiten van bestuursorganen die niet tot een specifieke persoon zijn gericht, hoeven uitsluitend langs digitale weg bekend te worden gemaakt.”
Noem één overeenkomst en één verschil tussen de klachtprocedure in de Awb en de tevens in die wet neergelegde bepalingen over bezwaar en beroep. Verwijs waar mogelijk naar artikelen in de Awb.
Stel, u komt in bezwaar tegen een aan uw buurman verleende ‘omgevingsvergunning voor de activiteit kappen’, maar u dient uw bezwaarschrift in bij het verkeerde bestuursorgaan. Dit bestuursorgaan ontvangt uw bezwaarschrift op 12 januari 2016. Is deze datum van belang voor de beantwoording van de vraag of u uw bezwaarschrift tijdig heeft ingediend? Waarom wel/niet?
Maakt het voor de beantwoording van de voorgaande vraag d uit of u uw bezwaarschrift niet bij een verkeerd bestuursorgaan indient, maar ten onrechte aan een rechtbank verstuurt? Waarom wel/niet?
U doet er naar alle waarschijnlijkheid goed aan om niet te volstaan met het indienen van een bezwaarschrift tegen de verleende ‘omgevingsvergunning voor de activiteit kappen’. Welke rechtsmiddel wendt u daarnaast aan en waarom?
In welke zin verschilt de beoordeling van een bezwaarschrift van de beoordeling van een administratief beroepschrift?
De verschillende hogerberoepscolleges denken verschillend over de functie van het hoger beroep. Welke college stelt strikte grenzen aan de herkansingsfunctie?
Tussen het bewijsrecht in het bestuursrecht en het strafrecht bestaan overeenkomsten en verschillen. Noem twee verschillen.Opgave 1j Mevrouw Meuldijk ontvangt een negatieve beschikking op haar aanvraag voor een terrasvergunning. Een rechtsmiddelenclausule ontbreekt en hierdoor gaat mevrouw Meuldijk te laat in bezwaar. Op welk Awb-artikel kan zij zich beroepen?
Acht u het beroep van mevrouw Meuldijk kansrijk? Waarom wel/niet?
Leg kort uit wat bedoeld wordt met de preventieve, respectievelijk de repressieve aanpak van misbruik van procesrecht.
Met ingang van 1 januari 2016 is de Subsidieregeling verwijdering asbestdaken in werking getreden. Deze regeling is op 2 december 2015 in de Staatscourant gepubliceerd. (Strcrt.2015, 42366). Meneer Bob woont in Almelo en heeft op een van zijn akkers nog een schuur staan met een asbestdak. Hij besloot vooruitlopend op de regeling dit asbestdak op 5 december 2015 alvast te verwijderen. Uiteindelijk dient hij op 15 januari 2016 een subsidieaanvraag in. Bij beschikking van 31 maart 2016 stelde de minister van infrastructur en Milieu (hierna: de minister) de subsidie vast op € 25.000,00. Dee beschikking werd op dezelfde dag verzonden.
Meneer Bob is niet tevreden met deze beschikking tot subsidievaststelling, omdat het verwijderen van het asbestdak €
.....read moreIn deze bundel worden o.a. samenvattingen, oefententamens en collegeaantekeningen gedeeld voor het vak Bestuursprocesrecht voor de opleiding Rechten, jaar 3, aan de Universiteit Leiden.
Voor een compleet overzicht van de door JoHo aangeboden samenvattingen & studiehulp en de beschikbare geprinte samenvattingen voor Europees Recht ga je naar Rechten Leiden: Bachelor en Master UL - Samenvattingen en studiehulp op WorldSupporter
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
Waag jij binnenkort de sprong naar het buitenland? Verzeker jezelf van een goede ervaring met de JoHo Special ISIS verzekering
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Field of study
Add new contribution