Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>

Image

Arbeidsrecht hoorcollege 4 - Rechten UL B2 (2019-2020)

Arbeidsrecht hoorcollege 4 - Rechten UL B2 (2019-2020) - Collectief arbeidsrecht

1. Welke onderwerpen worden in het hoorcollege behandeld?

  • Het stakingsrecht
  • De collectieve arbeidsovereenkomst
  • Gebondenheid aan CAO (art. 9 Wet CAO)
  • Algemeen verbindendverklaring
  • Ondernemingsraden

Het stakingsrecht

Het stakingsrecht is een onmisbaar onderdeel van de collectieve onderhandelingsvrijheid (art. 6 lid 4 ESH). In het arrest van 1986 over spoorstakingen bepaalde de Hoge Raad dat het Europees Sociaal Handvest rechstreekse werking in Nederland heeft. Het biedt een tegenwicht tegen de macht van werkgevers. Staken is toegestaan als er een prikkel van kan uitgaan op de onderhandelingen (Amsta, AA 79). Het is ook toegestaan tegen overheidsmaatregelen die ingrijpen in arbeidsvoorwaarden. Er is echter geen recht op loon.

Het is echter niet altijd toegestaan, bijvoorbeeld als grote maatschappelijke ontwrichting dreigt. Zo was een staking van bagageverwerkers op Schiphol niet toegestaan, omdat dan enorme opstoppingen zouden ontstaan. Soms moeten stakingen ook van te voren aangekondigd worden. Van groot belang zijn echter wel de rechten van derden. Die kunnen voor beperkingen op het stakingsrecht zorgen. Ook algemene belangen als de openbare orde en de volksgezondheid moeten niet te erg in gevaar komen. Een politiestaking tijdens een voetbalwedstrijd was zo bijvoorbeeld verboden.

De collectieve arbeidsovereenkomst

In Nederland wordt echter vooral gepolderd, er geldt een overlegeconomie. Dit vindt ook binnen de arbeidsverhoudingen plaats. Op privaatrechtelijk gebied zijn er de Stichting van de arbeid, cao-overleggen, Pensioenfondsen en de Ondernemingsraad. Publiekrechtelijk zijn er de Sociaal Economische Raad en de verschillende bedrijfscommissies. De collectieve onderhandelingen moeten leiden tot cao's. Stakingen vormen dan een stok achter de deur. CAO's hebben dus een pacificatiefunctie en zorgen voor uniformering. Dit vergemakkelijkt het aantal onderhandelingen en verkleint de kans op geschillen. Daarnaast gaan cao-bepalingen vaak verder dan de wettelijke minimumvereisten, en bieden ze extra nuttige arbeidsvoorwaarden ('service-functie'). Ook worden zaken die voor bedrijfstakken in het algemeen nuttig zijn, vaak via een cao geregeld, bijvoorbeeld een vakopleiding voor bouwvakkers. Ten slotte kan bij cao's van wettelijke regels (3/4 dwingend recht) afgeweken worden. Dit is de 'maatwerkfunctie'.

Er zijn twee typen cao's (art. 1 lid 1 Wet CAO):

De bedrijfstakcao: hierbij zijn werkgeversorganisaties en vakbonden partij. bijv.: Metaal-cao, horeca-cao.

De ondernemingscao: Hierbij zijn werkgevers en vakbonden partij. Zo is er een Philips-cao en een Ahold-cao.

CAO-bepalingen zijn obligatoir op het niveau van de onderhandelaars. Daarnaast kunnen er ook diagonale verplichtingen zijn, die individuele leden van werkgeversorganisaties hebben richting de vakbond. Dit is bijvoorbeeld het afdragen van geld voor de vakopleiding. Tussen de werkgeversorganisaties en de vakbondsleden zijn er tenslotte nog de normatieve bepalingen.

Gebondenheid aan CAO (art. 9 Wet CAO)

Je moet hiervoor allereerst lid zijn van een CAO-partij en betrokken zijn bij de cao. Dit betekent dat je onder de werkingssfeer van de cao moet vallen. Indien zowel de werkgever als de werknemer gebonden is, is afwijken nietig (art. 12 ). Bij een minimumcao mag echter afgeweken worden naar boven, dit is het gunstigheidsbeginsel. Van een standaardcao mag niet afgeweken worden. (HR Boonen/Quicken): beoordelen per beding, niet kijken naar het totaalplaatje. Aanvulling via art. 13.

Er zijn echter ook ongebonden werknemers, inmiddels de meerderheid van de Nederlandse werknemers. Art. 14 Wet CAO: plicht gebonden werkgever om cao toe te passen, ook op niet-leden, dus via aanbod en aanvaarding van cao-voorwaarden. Een ongebonden werknemer heeft echter geen recht op aanbod, hij kan naleving niet afdwingen. Alleen de cao-partijen kunnen naleving afdwingen (art. 14). Als ongebonden werknemer kan je echter toch gebonden raken: via een algemeenverbindendverklaring of via een incorporatiebeding in het arbeidscontract. Ook kan gebondenheid ontstaan als de cao in een bedrijf, in individuele gevallen, gebruikelijk is.

Algemeen verbindendverklaring

Dit is geregeld in de Wet AVV. Het geschiedt op verzoek van cao-partijen, en is vooral bedoeld om zoveel mogelijk werknemers onder bescherming van de cao te laten vallen. De minister beslist hierover, er is geen beroep mogelijk. Voorwaarde is wel dat de cao al geldt voor een 'belangrijke meerderheid' en geldt er een toetsingskader. Wel is een vrijstelling mogelijk. Na de avv geldt de cao voor de hele bedrijfstak, ongeacht lidmaatschap van een cao-partij. Ook ongeorganiseerden hebben dan bepaalde rechten.

De meeste cao's gelden voor twee jaar en lopen dan af. Ze hebben echter nawerking: de bepalingen zijn onderdeel geworden van de arbeidsovereenkomst. Een AVV heeft echter geen nawerking (Beenen/Vandulho): na aflopen cao gelden voorwaarden die je alleen aan de avv ontleent niet meer, met uitzondering van de 'verkregen rechten'. Salaris en vakantiedagen vallen hier echter niet onder.

Ondernemingsraden

Bij meer dan 50 werknemers geldt voor werkgevers de plicht tot het instellen van een ondernemingsraad. Bij minder dan 50 werknemers is vrijwillige instelling mogelijk. Een ondernemingsraad faciliteert personeelsvertegenwoordiging bij belangrijke beslissingen binnen het bedrijf (medezeggenschap). Het belang van het personeel kan dan meegewogen worden. De werkgever houdt echter het laatste woord. De Wet op de OR heeft een iets andere definitie van het begrip onderneming: een organisatorische eenheid die in het maatschappelijk verkeer zelfstandig functioneert. De faculteit der Rechtsgeleerdheid zou dan dus ook een onderneming in de zin van de WOR zijn. Rechtspersoonlijkheid en winstbejag zijn niet vereist. De ondernemer is volgens de WOR de (rechts)persoon die de onderneming in stand houdt.

De ondernemer moet de OR faciliteiten bieden, bijvoorbeeld het beschikbaar stellen van vergaderruimte onder werktijd. Ook moet de ondernemer de OR informeren over belangrijke informatie met betrekking tot de onderneming. De OR heeft ook een adviesrecht bij bepaalde bedrijfseconomische zaken en een instemings- en beroepsrecht.

Adviesrecht (art. 25 WOR). Dit geldt voor belangrijke economische/organisatorische besluiten, bijvoorbeeld het afstoten of overnemen van zeggenschap over andere ondernemingen. Dit is een limitatieve opsomming. De procedure is als volgt: Er is een voorgenomen besluit van de ondernemer, die legt dit voor aan de ondernemingsraad. Dit moet op het moment dat het advies nog van wezenlijke invloed kan zijn op het besluit. Het is dus niet de bedoeling dat het besluit al volledig genomen is voordat het advies gevraagd wordt. Als de ondernemer vervolgens een ander besluit neemt dan het advies voorstelt, moet hij dit motiveren en geldt een maand wachttijd voor het besluit. De OR mag dan namelijk in beroep bij de ondernemingskamer, die toetst of het besluit wel redelijk is. De ondernemer 'moet in redelijheid niet tot het besluit hebben kunnen gekomen gezien de betrokken belangen'. Dit betekent een zeer marginale toetsing. Werkgevers worden vaak alleen afgestraft op onvoldoende motivering, te laat advies vragen, etc. Ondernemingsraden kunnen de besluitvorming van ondernemers dus danig frustreren, ook al hebben ze weinig directe bevoegdheden.

Voor een aantal besluiten heeft de OR wel een instemmingsrecht: art. 27 WOR). Het gaat dan bijvoorbeeld om personeelsbeleid. Als iets al uitdrukkelijk geregeld is in een cao, gaat de cao voor.

2. Welke onderwerpen worden besproken die niet worden behandeld in de literatuur?

Er worden geen onderwerpen besprokken die niet worden behandeld in de literatuur.

3. Welke recente ontwikkelingen in het vakgebied worden besproken?

De recente stakingen in zorg en onderwijs worden besproken. Hoewel dit nu niet zo lijkt, is Nederland internationaal gezien echter een land waar erg weinig gestaakt wordt, en waar meestal via overleg tot oplossingen en afspraken gekomen wordt.

4. Welke opmerkingen worden door de docent gedaan met betrekking tot het tentamen?

Er worden geen opmerkingen gedaan met betrekking tot het tentamen.

5. Welke vragen worden behandeld die gesteld kunnen worden op het tentamen?

Er worden geen tentamenvragen behandeld.

 

Image  Image  Image  Image

Access: 
Public
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Comments, Compliments & Kudos:

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.

Image

Check how to use summaries on WorldSupporter.org

Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why would you use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the menu above every page to go to one of the main starting pages
    • Starting pages: for some fields of study and some university curricula editors have created (start) magazines where customised selections of summaries are put together to smoothen navigation. When you have found a magazine of your likings, add that page to your favorites so you can easily go to that starting point directly from your profile during future visits. Below you will find some start magazines per field of study
  2. Use the topics and taxonomy terms
    • The topics and taxonomy of the study and working fields gives you insight in the amount of summaries that are tagged by authors on specific subjects. This type of navigation can help find summaries that you could have missed when just using the search tools. Tags are organised per field of study and per study institution. Note: not all content is tagged thoroughly, so when this approach doesn't give the results you were looking for, please check the search tool as back up
  3. Check or follow your (study) organizations:
    • by checking or using your study organizations you are likely to discover all relevant study materials.
    • this option is only available trough partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
    • by following individual users, authors  you are likely to discover more relevant study materials.
  5. Use the Search tools
    • 'Quick & Easy'- not very elegant but the fastest way to find a specific summary of a book or study assistance with a specific course or subject.
    • The search tool is also available at the bottom of most pages

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Field of study

Check the related and most recent topics and summaries:
Institutions, jobs and organizations:
Statistics
1324