Psychology and behavorial sciences - Theme
- 15753 keer gelezen
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
Uit onderzoek is gebleken dat bij negatieve emoties de verhoogde hartslag langer aanwezig blijft als de emotie al weg is. Bij positieve emoties wat er geen verhoogde hartslag aanwezig na de emotie. Aurousal heeft effect op de mate van lichamelijke respons en de valentie, negatief of positief, heeft effect op een eventueel verlengde respons. Bij negatieve emoties blijft de lichamelijke reactie langer, door de gedachtes over de stressor. Gedachtes over de stressor worden cognitieve representatie van de stressor genoemd. Voorbeelden hiervan zijn je zorgen maken, piekeren en catastroferen. Wanneer het affectieve deel van de emotie al weg is, blijft het cognitieve deel door middel van je zorgen maken langer aanwezig. De doorgaande cognitieve representaties van negatieve emotionele informatie worden perseverative emotional cognition of perseverative cognition (cognitieve perseveratie) genoemd.
cognitieve perseveratie heeft een belangrijke rol in het veroorzaken en onderhouden van angststoornissen, post traumatische stress stoornis en obsessieve compulsieve stoornis. Je veel zorgen maken kan ook leiden tot somatoforme stoornissen. Het verschil tussen andere dieren en mensen is dat mensen na kunnen denken over het verleden en de toekomst. Dit kan handig zijn voor leerprocessen en voor het voorbereiden op verschillende toekomstige situaties. Het nadeel aan deze eigenschap is dat mensen stressoren kunnen verlengen door er over na te blijven denken. Andere dieren maken zich geen zorgen. In de menselijke samenleving zijn wel meer chronische stressoren, maar chronische stress lijkt toch vooral te komen door het zorgen maken over de stressor.
Patiënt E. P. had door een virus zijn hippocampus verloren. Hij had geen herinneringen aan het verleden en kon niet nadenken over de toekomst. Doordat hij alleen in het nu leefde, kon hij zich geen zorgen maken en had hij geen last van stress. Waarschijnlijk was hij daardoor altijd erg vrolijk. Het in het nu zijn komt ook terug in meditatie technieken.
Volgens de cognitieve perseveratie hypothese hebben representaties van de stressor in het brein de zelfde lichamelijke effecten als de echte stressor. De vroegere reactiviteit hypothese ging ervan uit dat regelmatige en intense cardiovasculaire of hormonale responsen tijdens stress zorgde voor pathogene staten, zoals verlengde verhoogde bloeddruk. Pathogene staten zijn staten die deregulerend of beschadigend zijn voor het lichaam. De meeste stressoren zijn echter te kort aanwezig om een groot effect te hebben. Mensen worden ziek, doordat ze zich voor en na de daadwerkelijke stressor al veel zorgen maken. Dit leidt tot langere tijd van verhoogde hartslag, verlaagd immuun systeem, hoge bloeddruk en hoge adrenaline en cortisol niveaus. Dit is wel een risico voor het krijgen van pathogene staten en ontwikkeling van ziekte. Stressoren zijn geen risico voor de gezondheid zonder cognitieve perseveratie.
De cognitieve perseveratie hypothese is nog vrij nieuw. Veel van het stress onderzoek was gebaseerd op dierstudies. Deze dieren hebben veel minder last van verlengde stress, tenzij ze zich in een continu stressvolle situatie bevinden. Er werd vooral getest met acute stress. Dat dieren niet vooruit en terug kunnen denken zoals mensen dat kunnen, werd pas later bekend. Hierdoor werd de cognitieve perseveratie hypothese dus later opgesteld. Sommige stress onderzoekers zijn het er echter nog niet met dit verschil tussen mensen en andere dieren eens.
Volgens het model van de cognitieve perseveratie hypothese kan zowel de stressor als de stress gerelateerde psychologische aanleg (dispositions) door cognitie perseveratie leiden tot verlengde activiteit. De stressor en de aanleg interacteren met elkaar. Dit betekent dat ze elkaars effect kunnen versterken. Aanleg heeft wel een stressor nodig om enig effect te hebben. Zonder aanleg kan een stressor echter wel effect hebben. Cognitieve perseveratie medieert de effecten van de stressor en de aanleg. Cognitieve perseveratie kan ervoor zorgen dat er een verlengde stress respons optreedt, wat kan leiden tot ziekte.
Veel studies zijn gedaan met acute stress. Er zijn minder studies die gekeken hebben naar de verlengde effecten van stress. Vaak wordt er bij studies naar verlengde stress gekeken naar werk stressoren, niet werk stressoren of prive stressoren en negatieve emotionele episodes die niet gelinkt zijn aan een specifieke stressor. Onder de negatieve emotionele episodes vallen angstgevoelens, woedegevoelens en depressieve gevoelens zonder dat er sprake is van een stoornis. Cardiovasculaire variabelen werden gemeten. In sommige studies werd er langer gemeten dan in andere studies. Sommige studies maten effecten die doorliepen tot dagen na de stressor. Echter werd er in een derde van de werkstress studies geen significant effect gevonden.
De bovengenoemde stressoren zijn ook gerelateerd aan verlengde verhoogde hartactiviteit en bloeddruk tijdens de slaap. Slaap is bedoeld als een periode om uit te rusten en te herstellen. Deze herstelperiode wordt in gevaar gebracht als de effecten van stress tijdens de slaap doorwerken. Dit kan leiden tot hypertensie, weefselschade en disregulatie van het immuunsysteem, wat een groot risico geeft voor de gezondheid. In onderzoeken naar de effecten van stress op slaap wordt er onderscheidt gemaakt in niet kunnen slapen of een ontregelde slaap hebben. Het gaat hier om de ontregelde slaap. Een onderzoek vond dat het hele slaappatroon verstoord kon worden door mensen te vertellen dat zij de volgende ochtend een presentatie moesten geven. Deze mensen sliepen niet veel korter maar hadden wel een afwijkende EEG en de hartslag en bloeddruk bleven hoog tijdens de slaap. Wanneer er op een stressor geanticipeerd wordt heeft dit dus gevolgen voor de slaap. Mensen kunnen zich tijdens de slaap niet bewust zorgen maken. Wat er dan gebeurd wordt beschreven in hoofdstuk vier.
Emotionele aanleg voor de persoonlijkheidstrekken hostiliteit, angst, depressie en zorgen maken is een risicofactor voor cardiovasculaire ziekte. Mensen die neigen naar angst, hostiliteit, zorgen maken en depressieve gevoelens hebben eerder een continu geactiveerd cardiovasculair systeem. Deze continue activatie gaat zelfs door wanneer de emoties niet aanwezig zijn. Het effect van de emotie blijft waarschijnlijk door cognitieve perseveratie doorgaan.
Om een natuurlijke variant van zorgen maken en ‘woede piekeren’ na te bootsen in een lab wordt aan de participanten gevraagd om zich zorgen te maken zoals ze normaal doen of om zich een woede gevende situatie voor de geest te halen. Als de participanten erna afgeleid werden gingen de fysiologische effecten sneller weg. Wanneer er na de opdracht geen afleiding was, was het herstel van de effecten langzamer. Dit kan komen doordat de participanten dan verder gingen met piekeren of zorgen maken. Uit later onderzoek bleek dat deze zaken niet altijd voor de verlengde effecten zorgen. Dit zou eventueel een andere vorm van cognitieve perseveratie kunnen zijn. Dit wordt besproken in hoofdstuk vier.
Uit studies buiten het lab bleek ook dat zorgen maken kan leiden tot verlengde fysiologische responsen. Deze studies worden ‘abulatory studies’ of ‘ecological momentary assesments’ genoemd. Hierbij worden er constant metingen gedaan. De metingen kunnen fysiologisch zijn of ze kunnen gevoelens meten. Er wordt statistisch gecorrigeerd voor andere zaken die invloed gehad kunnen hebben op de uitkomst. Verlengde activiteit tijdens de slaap bleek ook door zorgen maken te komen. De resultaten van de studies zijn ondersteunend voor de cognitieve perseveratie hypothese. Zorgen maken medieert de verlengde effecten van stressors op verlengde activiteit.
Uit onderzoek is gebleken dat mensen die zich veel zorgen maken meer kans hebben op een tweede hartaanval en hartproblemen. Daarnaast kan het ook leiden tot minder erge lichamelijke klachten, zoals nekpijn. Ook hoofdpijn, rugpijn, buikpijn, hoesten en ademhalingsproblemen komen vaker voor. Dit is ook bewijs dat zorgen maken de effecten van stress medieert.
Deze samenvatting is te gebruiken bij hoofdstuk 3 uit de reader ‘Stress, Health and Disease’ Course (Reader) van Jos F. Brosschot, PhD - Health, Medical and Neuropsychology Unit, Institute of Psychology, Leiden University
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Field of study
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
1493 | 1 |
Add new contribution