De term onderneming (in termen van vennootschapsrecht) wordt omschreven als een organisatorisch verband dat zich richt op duurzame participatie in het economische verkeer.
In de reële benadering zien we de onderneming als vermogensobject.
De instrumentele benadering waarin de onderneming wordt gezien als een verband van goederen en mensen die met een bepaalde doelstelling (bijvoorbeeld het maken van winst) door de eigenaar (de vennootschap) wordt gedreven.
In de institutionele benadering wordt de onderneming gezien als een organisatie van mensen waarin niet alleen de eigenaar of de aandeelhouders maar ook de werknemers betrokken worden in het besluitvormingsproces.
De organisatie van de vennootschap bestaat uit een aantal functionele eenheden, die in vennootschapsrechtelijke zaken door de wet of statuten met beslissingsbevoegdheden zijn bekleed.
De organen van de vennootschap:
Bestuur
AVA
Bij een NV mogen het bestuur en de AVA zich niet mengen in elkaars taken.
Formele doel van de vennootschap moet in de statuten worden opgenomen.
Het einddoel zijn de belangen in het beleid van de vennootschap die voorop dienen te staan.
Het shareholders-model gaat uit van de belangen van de aandeelhouders.
Het stakeholders-model gaat uit van een bredere definitie van belangen.
Omdat de vennootschap een deelrechtsorde is kan men stellen dat deze zich bezighoudt met externe belangen zoals milieu en werkgelegenheid.
Boek 2 BW is verdeeld in 9 titels:
Titel 1. Algemene bepalingen.
Titel 2. Verenigingen.
Titel 3. Coöperaties en onderlinge waarborgmaatschappijen.
Titel 4. Naamloze vennootschappen.
Titel 5. Besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid.
Titel 6. Stichtingen.
Titel 7. Fusie en splitsing.
Titel 8. Geschillenregeling en het recht van enquête.
Titel 9. De jaarrekening en het jaarverslag.
De drie meest algemene bepalingen zijn art. 5, 8 en 25.
De vierde titel van Boek 2 BW is gewijd aan de NV.
De vijfde titel van Boek 2 BW is gewijd aan de BV.
Corporate Governance duidt het geheel aan regels en praktijken aan dat binnen de vennootschap de zeggenschapsverhoudingen bepaalt tussen aandeelhouders, bestuur en commissarissen.
Voor afwijking van de corporate governance code (overigens vaak afgekort tot “NCGC”) behoeft geen goedkeuring van de AVA.
Beperkte aansprakelijkheid van de aandeelhouders is een van de belangrijkste kenmerken van een BV of NV.
De tweede en derde misbruikwet van 1987, ook wel bekend onder de naam WBA en WBF, zijn belangrijk om misbruik te bestrijden.
De misbruikwet van 1982 stelt hoofdaannemers hoofdelijk aansprakelijk voor premie sociale verzekering en loonbelasting, verschuldigd door onderaannemers en uitleenbedrijven (koppelbazen).
De misbruikwet van 1987 regelt persoonlijke aansprakelijkheid van bestuurders en rechtspersonen voor premie, loon- en omzetbelasting die door de rechtspersoon dient te worden afgedragen.
De Aanpassingswet bepaalt dat, indien de aandelen van een NV of BV in één hand zijn, dit gemeld moet worden bij het handelsregister.
Het onderscheid tussen een vennootschap die zelfstandig is en een vennootschap die tot een concern behoort is de toepassing van een aantal vennootschapsrechtelijke regels.
In een moeder-dochterverhouding (het kleinst denkbare concern) wordt de rechtspersoon die meer dan de helft van de stemrechten in de algemene vergadering kan uitoefenen aangeduid als moedermaatschappij. De dochtermaatschappij is dan de rechtspersoon waarin de stemrechten worden uitgeoefend.
Groepsmaatschappijen spreken we van als rechtspersonen en vennootschappen in een groep met elkaar zijn verbonden.
Eigen vermogen van de vennootschap wordt verkregen doordat één of meer personen bij de oprichting deelnemen in het kapitaal van de vennootschap.
Nominale waarde is het bedrag wat elk aandeel vertegenwoordigt.
Alle nominale bedragen bij elkaar zijn bij oprichting het geplaatste kapitaal.
Het geplaatste kapitaal kan maximaal worden uitgebreid tot het in de statuten genoemde maatschappelijk kapitaal door de uitgifte van meer aandelen.
A pari kunnen aandelen worden uitgegeven, tegen nominale waarde met andere woorden.
Agio is het verschil van de hogere koers en de nominale waarde.
Nominale waarde staat niet gelijk aan de werkelijke waarde van een aandeel.
Gestort kapitaal is geplaatst kapitaal wat gestort is.
Men spreekt van opgevraagd kapitaal wanneer de aandeelhouders op korte termijn gevraagd wordt de op hun rustende stortingsplicht te voldoen.
Het aanvangskapitaal van de vennootschap vormt voor schuldeisers de waarborg dat de vennootschap haar verplichtingen kan nakomen oftewel kapitaalbescherming of kapitaalrealiteit.
Het gebonden vermogen van de vennootschap bestaat dan uit kapitaal, wettelijke reserves en statutaire reserves.
Er zijn 3 categorieën regels te onderscheiden wat betreft kapitaalbescherming:
Regels m.b.t. het doen van uitkeringen aan aandeelhouders en andere winstgerechtigden;
Regels m.b.t. inkoop van eigen aandelen;
Regels m.b.t. Kapitaalvermindering.
Het maatschappelijk, geplaatst en gestort kapitaal van een NV dient ten minste 45.000 E te bedragen.
Is er bij oprichting van een NV niet voldaan aan de minimumeisen voor het gestorte kapitaal , dan betekent dit dat de bestuurders hoofdelijk aansprakelijk zijn voor alle rechtshandelingen van de vennootschap.
Art. 80 start met de verklaring dat bij het nemen van een aandeel daarop het nominale bedrag dient te worden gestort, alsook het bedongen agio.
Art. 191, 191a en 191b regelen de algemene bepalingen over de stortingsplicht bij de BV’s.
De bankverklaring moet naast de akte van oprichting en andere stukken ten kantore van het handelsregister worden gedeponeerd.
De Wet Flex-BV heeft voor de BV de bankverklaring geheel afgeschaft.
Inbreng anders dan geld mag worden ingebracht, mits dit naar economische maatstaven gewaardeerd kan worden bij zowel een BV als een NV.
De inbreng in natura moet door de vennootschap worden aanvaard, dit kan door een verklaring in de akte van oprichting.
Een accountant dient te verklaren dat de omschreven waarde van de inbreng in natura correct is.
De beschrijving en de accountantsverklaring dienen aan de akte van oprichting te worden gehecht.
De Wet Flex-BV heeft de verplichte accountantsverklaring voor de BV geheel afgeschaft.
Voor inbreng in nature na oprichting bij een NV is goedkeuring van AVA vereist.
'Quasi-inbreng of ‘Nachgründung’: Een nemer van aandelen die goederen tegen een te hoge waarde wil inbrengen, zou in plaats daarvan in geld kunnen storten met de afspraak dat de NV de goederen, die hij eigenlijk in had willen brengen, tegen een te hoge prijs van hem zal overnemen.
Goedkeuring van de AVA is vereist voor een rechtshandeling die ertoe strekt tot het verkrijgen van goederen.
In de Wet Flex-BV is de Nachgründungsregel voor de BV verwijderd.
Winst die niet in een reserve hoeft te worden gebonden of vrije reserves kunnen in de vorm van dividend aan de aandeelhouders en andere winstgerechtigden worden uitgekeerd.
Interim-dividend, oftewel een tussentijdse uitkering.
Ongeoorloofde uitkering van dividend kan als onverschuldigd betaald worden teruggevorderd.
Bij een BV geldt er een beperkte balanstest met een op de toekomst gerichte uitkeringstest om schuldeisers beter te beschermen.
Uitkering mag alleen besloten worden zolang het eigen vermogen groter is dan de wettelijke of statutaire reserves van de BV.
Voor BV’s gelden dezelfde winstuitkeringsregels als voor NV’s.
Het nemen van eigen aandelen direct bij uitgifte niet mogelijk en inkoop wordt beperkt toegelaten.
Voor intrekking van aandelen is een bijzondere procedure voorgeschreven (art. 208 - 209).
De regeling van de inkoop van eigen aandelen staat vermeld in de artikelen 207 – 207d.
Verkrijging van volgestorte aandelen is de NV bij een dergelijke verkrijging niet gebonden aan de grenzen aangegeven in art. 98 lid 2 en 4.
Voor de BV vind je de hoofdregels in art. 207 lid 1 jo. lid 4: het bestuur besluit zelfstandig over verkrijging van eigen aandelen, machtiging van de AVA is niet nodig.
Voor NV is het verboden om diverse handelingen die de vennootschap of dochtermaatschappij zouden kunnen verrichten ter financiële ondersteuning van derden die aandelen willen nemen of verkrijgen.
Kapitaalvermindering kan plaatsvinden door intrekking van de aandelen of door het nominale bedrag van de aandelen te verminderen.
Kapitaalvermeerdering kan plaatsvinden door onderhandse of openbare uitgifte van aandelen, mits er ruimte is binnen het maatschappelijk kapitaal.
Emissie is de uitgave van aandelen of obligaties en voor de uitgifte zelf is een notariële akte vereist en een rechtsgeldig emissiebesluit (art 206).
Er wordt gesproken van emissie ter introductie als er voor de emissie een beursnotering wordt verkregen.
De AVA heeft de bevoegdheid tot de emissie te besluiten en moet dit besluit publiceren.
Doel van emissie is het verkrijgen van nieuw eigen vermogen.
Preferente aandelen; geven recht op een bepaald percentage van de nominale waarde ten laste van de winst voordat enige uitkering aan de gewone aandeelhouders wordt gedaan.
Prioriteitsaandelen; zijn aandelen waaraan de statuten bijzondere zeggenschapsrechten verbinden
Prioriteitsbewijzen; zijn verhandelbare bewijzen, waaraan bijzondere rechten verbonden zijn. Deze aandelen vertegenwoordigen echter geen aandeel in het kapitaal van de vennootschap.
Letter-aandelen; de statuten duiden soms bepaalde categorieën aandelen aan met een letter, deze aandelen zijn dan te kenmerken verschillende soorten prioriteitsaandelen.
Oprichtersaandelen; zijn verhandelbare bewijzen die recht geven op een uitkering uit de winst maar geen aandeel in het kapitaal vertegenwoordigen.
Participatiebewijzen; zijn verhandelbare bewijzen die een ‘participatie’ in het eigen vermogen van de vennootschap vertegenwoordigen en tegen storting verkregen kunnen worden.
Bonus aandelen; Hiervan is sprake als een vennootschap ten laste van een reserve aan de aandeelhouders nieuwe aandelen uitkeert. Worden de aandelen uitgekeerd ten laste van de bedrijfswinst over het juist afgesloten boekjaar dan spreek je meestal van stockdividend.
Claim; Is een recht dat aan een aandeelhouder toegekend kan zijn voor deelname in de uitgifte van nieuwe aandelen. Gelet op het feit dat de uitgiftekoers voor de claimhouder meestal lager is dan de beurskoers heeft de claim zelfstandige waarde en is hij als zodanig te verhandelen.
Verzamelbewijs (Global Certificate); Is een aandeelbewijs waarin alle aandelen aan toonder van een bepaalde soort in een bepaald fonds belichaamd zijn, art. 1 Wge.
Optie; Is: a. het recht tot het nemen van aandelen tegen een bepaalde koers (art. 206 lid 2, 96 lid 5) of b. rechten die op een optiebeurs worden verhandeld.
Warrants of optie-bewijzen; Door een beurs-NV uitgegeven verhandelbare stukken, waarvan een bepaald aantal rechten meebrengt voor verkrijging van een aandeel in een vennootschap tegen een bepaalde koers, tijdens een bepaalde periode.
Certificaten van aandelen; aandelen uitgegeven door een administratiekantoor.
Obligaties; zijn schuldbewijzen of schuldbrieven (art. 102, 103).
In geval van certificering van aandelen worden op naam gestelde aandelen overgedragen aan een administratiekantoor.
De rechten van certificaathouder en aandeelhouder komen deels overeen:
Hij mag ter vergadering verschijnen en daar het woord voeren.
Hij heeft recht op een kosteloos afschrift van de jaarrekening (art. 212/102).
Hij kan een geautoriseerde bijeenroeping van de AVA.
Hij kan een enquête uitlokken.
Bij een beurs-NV heeft certificering het karakter van een beschermingsconstructie.
Bij de BV en niet beurs-NV wordt certificering toegepast om de zeggenschap in de AVA in handen van bepaalde personen te geven.
Gemeenschappelijk bezit constructie houdt in dat het publiek indirect zeggenschap heeft over de werkmaatschappijen door aandelen die zijn uitgegeven door de Holding NV.
Bij een stemovereenkomst verplichten aandeelhouders zich om in bepaalde gevallen op een bepaalde manier te stemmen.
Het stemrecht is in het vennootschapsrecht één van de belangrijkste rechten van de aandeelhouder.
Er dient jaarlijks tenminste één vergadering gehouden te worden (art. 218/108), daarnaast kunnen net zoveel vergaderingen georganiseerd worden als men wilt.
Een voorwaarde voor het uitoefenen van het recht om op de vergadering in persoon te verschijnen is dat de persoon handelingsbekwaam is.
Bestuurders en commissarissen hebben in de AVA een adviserende stem.
Het bestuur dient het belang van de vennootschap inclusief externe belangen.
De vennootschap is niet bevoegd om buiten haar doelomschrijving te handelen en is daarom beperkt handelingsbevoegd en daarom zijn de bevoegdheden van het bestuur beperkt.
Eventuele verdere beperkingen van het bestuur kunnen in de statuten worden opgenomen en de tot het bestuur gerichte bepalingen.
De bestuursautonomie brengt mee dat de strategie van een vennootschap in principe behoort tot de taken van het bestuur.
Bestuurders met een direct of indirect persoonlijk belang dat tegenstrijdig is met dat van de vennootschap of haar onderneming nemen niet deel aan de beraadslaging en besluitvorming van het bestuur.
Bij one-tier board wordt het toezicht op het bestuur niet opgedragen aan een RvC, maar zijn 1/meer uitvoerende en 1/meer niet uitvoerende bestuurders in 1 orgaan verenigd.
Een bestuurder kan ook als rechtspersoon optreden, waarbij de bestuursverantwoordelijkheid dan ligt bij de bestuurder(s) van deze rechtspersoon.
Men spreekt van een directe externe werking wanneer benoeming, schorsing of ontslag van bestuurders door de AVA of RvC geldt als een direct tot de betrokkene gerichte rechtshandeling.
Een enquêteprocedure kan de Ondernemingskamer (OK) bestuurders schorsen, ontslaan of tijdelijk benoemen (art. 356).
Er is sprake van dienstbetrekking/arbeidsverhouding die de contractuele verhouding vormt wanneer de bestuurder voor zijn regelmatige werkzaamheden betaald wordt.
Bij ontslag van een bestuurder zal zal hij in het algemeen direct van zijn functie ontheven worden en voor het beëindigen van de dienstbetrekking zal echter de arbeidsrechtelijke opzegtermijn in acht genomen moeten worden.
De rechter mag schorsing ongedaan maken.
Het bestuur is en elke bestuurder afzonderlijk verantwoording schuldig voor het genoemde beleid tegenover de AVA.
De inspanningsverbintenis houdt in dat de bestuurder de plicht heeft zijn functie/taak naar behoren te vervullen.
Kwijting kan worden verleend door de vennootschap aan de aansprakelijke bestuurder.
Een externe aansprakelijkheid op de bestuurder(s) door deze hoofdelijk aansprakelijk te stellen indien de bestuurder(s) verwijtbaar heeft gefaald bij de betaling van bepaalde premie- en belastingschulden.
In concernverhoudingen wordt soms de moedermaatschappij aansprakelijk gehouden tegenover de crediteuren van de dochter.
Add new contribution