Rechtseconomie - UL - B2 - Hoorcollegeaantekeningen 2019/2020
- 1531 keer gelezen
1. Welke onderwerpen worden behandeld in het hoorcollege?
Privaatrecht alleen is niet voldoende om alle maatschappelijke problemen te voorkomen of op te lossen. Soms is ook het publiekrecht nodig.
Denk aan vervuilende industrie, watervervuiling, overlast van een nabijgelegen luchthaven, etc.
Dit zijn nadelen verbonden aan de consumptie of productie van een goed die aan anderen dan de consumenten of producenten toevallen, zonder dat hier een tegenprestatie tegenover staat. Dit kan een oorzaak van marktfalen zijn. Er is dan overproductie of overconsumptie en de maatschappelijke marginale kosten van productie of consumptie zijn groter dan de private marginale kosten. Dit betekent dat er geen Pareto-optimum bereikt wordt. Het nadeel dat derden ondervinden doet namelijk afbreuk aan de maatschappelijke welvaart.
Wat is de invloed van het recht op gedrag en op de maatschappelijke welvaart? Het milieurecht is een poging om marktfalen als gevolg van negatieve externe effecten tegen te gaan. Dit kan allereerst via de privaatrechtelijke weg. Er moet dan een markt voor leefmilieu gecreërd worden via de invoering van exclusieve gebruiksrechten. Volgens het Coase-theorema moet dan een efficiënte uitkomst tot stand komen. Voorwaarde is wel dat er geen transactiekosten bestaan. Wanneer de transactiekosten hoog zijn, verhindert dit effectieve onderhandelingen, en legt zo'n privaatrechtelijke oplossing meteen ook de eindsituatie vast. Dan is het publiekrecht nodig.
Elke vervuilende aanbieder moet een heffing betalen die gelijk is aan het negatieve externe effect dat hij veroorzaakt. Op deze manier worden producenten gedwongen rekening te houden met het nadeel dat zij aan derden toebrengen. Dit leidt uiteindelijk tot een efficiënte omvang van de productie/consumptie. Dit geeft een prikkel om nieuwe, minder vervuilende technologieën te gebruiken.
Hier is sprake van een heffing waarvan de hoogte niet afhankelijk is van de mate van vervuiling, maar vastgesteld wordt per eenheid van een gebruikt product. Bij de juiste vaststelling, leidt dit tot een efficiënte uitkomst. Hier is er echter geen stimulans tot het gebruiken van schonere technieken. De heffing gaat hier namelijk niet van naar beneden, omdat je nog steeds het product gebruikt. EEn voordeel is dat de kosten van handhaving bij een uniforme heffing lager zijn.
In dit systeem mag je alleen vervuilen als hier van te voren een recht voor gekocht hebt. Als ze eenmaal in de markt gebracht zijn, kunnen partijen in deze rechten handelen. De overheid kan dan de totale hoeveelheid rechten bepalen. Dit wordt ook wel een 'cap-and-trade system' genoemd. De voordelen hiervan zijn dat de hoeveelheid uitstoot door de overheid bepaald kan worden. Partijen hebben de keuze tussen het aankopen van emissierechten of het schoner maken van hun productie, zodat ze minder emissierechten hoeven te kopen. Dit leidt ertoe dat producenten die goedkoop kunnen zuiveren, dit ook zullen doen. Daar waar zuivering erg duur zou zijn, worden juist extra emissierechten gekocht. Dit leidt tot een efficiënte vervuilingsreductie. Het nadeel is dat er uitgebreide adminstratie- en handhavingskosten aan verbonden zijn.
2. Welke onderwerpen worden besproken die niet worden behandeld in de literatuur?
Er worden geen onderwerpen besproken die niet worden behandeld in de literatuur.
3. Welke recente ontwikkelingen in het vakgebied worden besproken?
Er worden geen recente ontwikkelingen in het vakgebied besproken.
4. Welke opmerkingen worden er tijdens het college gedaan door de docent met betrekking tot het tentamen?
Er worden geen opmerkingen gedaan met betrekking tot het tentamen.
5. Welke vragen worden behandeld die gesteld kunnen worden op het tentamen?
Er worden geen tentamenvragen behandeld.
Stof: Recht en Efficiëntie, § 2.7.1 + hoofdstuk 8
Markt met volledige mededinging.
Hier hoort een evenwichtsprijs bij. Consumentensurplus houdt er plezier in. Aanbodcurve vertelt ons wat het organiseren per rondvaart kost voor de producent. Het verschil wat hij ontvangt en wat het hem kost is wat hij er netto aan overhoudt. Producentensurplus is de onderste driehoek in het plaatje.
Met geluidsoverlast voor derden: negatief extern effect. De producent heeft kosten, bijvoorbeeld diesel en personeel. Hij heeft geen schadevergoeding te betalen aan degene die overlast geeft. Boven de kosten voor producenten moeten de kosten voor het negatieve externe effect te zien zijn. het negatieve externe effect is bijvoorbeeld de milieuschade, de schade die aangebracht wordt binnen de grachten. Bijvoorbeeld het geluid dat komt van de boten die iedere dag door de gracht varen, vervuiling, etc. Er is natuurlijk ook nog verschil in het soort motor dat je bijvoorbeeld hebt. Bij oude motors is het geluid harder. Er is natuurlijk ook nog een verschil in het aantal rondvaarten per dag. Als het aantal heel hoog is, is dat natuurlijk veel vervelender dan wanneer er maar 5 boten per dag langskomen.
Conclusie:
Elke rondvaart tussen 0 en 200 (V>Am) vergroot per saldo de maatschappelijke welvaart.
Elke rondvaart boven de …
Aanpak milieuproblematiek
Ons leefmilieu (grond, water, lucht, stilte, ruimte, veiligheid) is begonnen als common.
Bevolkingsgroei en technologische ontwikkelingen leiden in toenemende mate tot rivaliteit
Wat eerst geen probleem was, mondt vroeger of later uit in overgebruik.
Oorzaak: iedereen kijkt naar de eigen netto-opbrengst, maar houdt geen rekening met kosten voor anderen.
In beginsel kan marktfalen vanwege milieuproblemen op twee manieren worden aangepakt.
privaatrechtelijk: creëer een markt voor het leefmilieu door invoering van exclusieve gebruiksrechten (Coase).
publiekrechtelijk: stuur bestaande markten van goederen en diensten bij zodat de bijbehorende milieuschade wordt beperkt.
Coase-theorema 1
Toekenning van exclusief gebruiksrecht aan omwonenden. Omwonenden willen compensatie voor hun verlies. Er ontstaat een marge voor de wederzijds voordelige ruil. Wat de ene wil betalen, is groter dan wat de ander vraagt als compensatie. Van de omwonenden mogen de boten dan alsnog varen, omdat die omwonenden dan ruimschoots worden gecompenseerd. Er komt netjes een efficiënte hoeveelheid tot stand.
Coase-theorema 2
Toekenning van het exclusief gebruiksrecht aan producenten en consumenten. Coase belooft dat er in een inefficiënte situatie alsnog een efficiënte situatie tot stand kan komen, als er maar genoeg wordt onderhandeld. Onderhandelingen van een maximum en een minimum. Het aantal rondvaarten kan dan worden beperkt. Het maakt niet uit aan wie je de rechten geeft, zolang de transactiekosten 0 zijn. Zolang er onderhandelt kan worden, is er geen probleem.
Rol van de transactiekosten
1. Lage transactiekosten
Privaatrechtelijke oplossing, toekenning van de eigendomsrechten legt de uitgangspositie vast.
Via overdrachten komt efficiënte uitkomst tot stand.
2. Hoge transactiekosten
Privaatrecht biedt geen goede oplossing: wederzijds voordelige overdrachten komen niet van de grond
Verschillende publiekrechtelijke instrumenten zijn bruikbaar:
algemene regels en vergunningen
belastingen/heffingen
verhandelbare emissierechten
Proportionele heffing
De marginale kosten van de producenten = Ap+heffing = Am
Marktevenwicht = maatschappelijk optimale hoeveelheid
De proportionele heffing is een reguliere heffing.
Consumenten, producenten en de overheid plus de overlast vormen samen een driehoek.
Uniforme heffing
Bij iedere rondvaart komt een vast bedrag aan heffing bovenop. Aanbodcurve hangt natuurlijk heel erg af van de hoogte van de heffing.
Uniform vs proportioneel
Effecten
Reductie vervuiling tegen laagste kosten
Uniform: kan, bij de juist hoogte heffing
Proportioneel: ja
Introductie nieuwe milieubesparende technieken
Uniform: nee, geen stimulans
Proportioneel: ja, wel stimulans
kosten administratie en handhaving
Uniform: laag
Proportioneel: hoog
Autobelastingen in Nederland
Benzineaccijns
Verhandelbare emissierechten
Deze rechten zijn exclusieve vervuilingsrechten. Ze zijn onderling overdraagbaar. De overheid kan milieuschade direct beperken door de beperking van aantallen. De bedrijven die vervuiling relatief moeilijk kunnen terugdringen, zullen emissierechten (bij) willen kopen. Bedrijven die vervuiling makkelijk kunnen terugdringen, kunnen geld verdienen door hun emissierechten te verkopen. Zo zuiveren zij uitstoot en verdienen ze er nog geld aan ook. De kosten van emissierechten zijn een stimulans tot de introductie van nieuwe milieubesparende technieken. Hier is een goede administratie en handhaving voor nodig, en een behoorlijk werkende markt.
Stof: Recht en Efficiëntie, § 2.7.1 + hoofdstuk 8
(zie bijlage figuur 5)
Bij bovenstaand figuur is de producten surplus de onderste driehoek, namelijk 125.000, en de consumenten surplus is de bovenste driehoek, namelijk ook 125.000.
Er kan marktfalen optreden door bepaalde negatieve externe effecten, omdat er dan teveel wordt geproduceerd en er geen rekening wordt gehouden met de echte kosten. Negatieve effecten kunnen worden opgelost met cos.
Als de vastlegging van bepaalde eigendomsrechten ervoor zorgt dat zowel consument als producent erop achteruit gaan, zal er geen Pareto-verbetering zijn. Als deze eigendomsrechten leiden tot een grotere maatschappelijke welvaart, waarbij de winst van de winnaar dus groter is dan de winst van de verliezers, is dat een Hicks-Kaldor verbetering.
Een privaatrechtelijke regeling van de eigendomsrechten zal volstaan om een milieuprobleem aan te pakken als de transactiekosten laag zijn.
Een proportionele heffing betaal je naar de schade die je maakt.
Indien de overheid door middel van een proportionele heffing wil bereiken dat de maatschappelijke optimale hoeveelheid van een goed wordt gerealiseerd, is een veel voorkomend probleem dat de overheid een heleboel informatie nodig heeft.
Stel dat twee bedrijven eenzelfde hoeveelheid CO2 per jaar uitstoten, namelijk allebei 3000 ton per jaar. Samen stoten zij dus 6000 ton uit. De overheid wil de uitstoot van CO2 terugdringen, en voert daarom verhandelbare emissierechten in. Omdat de twee bedrijven nagenoeg “hetzelfde” zijn, krijgen zij beide gratis emissierechten voor 1000 ton CO2 uitstoot per jaar. De overheid wil hiermee dus bereiken dat de bedrijven hun uitstoot reduceren tot 1000 ton per jaar, omdat ze alles wat zij daarboven nog uitstoten moeten kopen met emissierechten. De kosten voor zuivering of aanpassing van het productieproces om hierdoor de uitstoot te reduceren voor bedrijf A twee keer zo hoog zijn als voor bedrijf B (A betaalt 8 euro per ton, B maar 4 euro).
Na initiële toedeling van de verhandelbare emissierechten is de reductie van CO2-uitstoot van de twee bedrijven dus met 4000 verminderd. Er mag nog maar 1000 ton worden uitgestoten per bedrijf, wat samen op 2000 ton komt. Oude uitstoot was 6000 ton, min 4000 ton maakt 2000 ton. De kosten voor de reductie zijn voor bedrijf A 2000 x 8 euro = 16.000, en voor bedrijf B slechts de helft, dus 8000 euro.
Er is ruimte voor wederzijds voordelige handel in CO2-emissierechten. De bedrijven die vervuiling relatief moeilijk kunnen terugdringen, zullen emissierechten (bij) willen kopen. Bedrijven die vervuiling makkelijk kunnen terugdringen, kunnen geld verdienen door hun emissierechten te verkopen. Zo zuiveren zij uitstoot en verdienen ze er nog geld aan ook. De kosten van emissierechten zijn een stimulans tot de introductie van nieuwe milieubesparende technieken. Hier is een goede administratie en handhaving voor nodig, en een behoorlijk werkende markt.
In dit geval zal bedrijf B zijn rechten voor 6 euro per ton verkopen aan bedrijf A. Dit levert hem namelijk 2 euro per ton extra op, want zuivering kost hem slechts 4 euro per ton. Bedrijf A bespaart hierdoor 2 euro per ton op zuiveringskosten.
De totale reductie van CO2-uitstoot is na het verhandelen van de emissierechten nog steeds 2000 ton.
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Main summaries home pages:
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
1732 |
Add new contribution