Staatsrecht 3 - RUG - Oefententamen 2015

Onderstaande oefenvragen zijn gebaseerd op tentamens uit 2015/2016

Vragen

Vraag 1

  1. In het Verenigd Koninkrijk heeft het parlementair stelsel zich heel geleidelijk kunnen ontwikkelen. Leg uit hoe het ontstaan van ‘the Cabinet’ de sleutel is geweest tot de totstandkoming van het Britse parlementaire stelsel zoals dat nog altijd functioneert.

  2. Beschrijf kernachtig wanneer en op welke juridische wijze de huidige Bondsrepubliek van 16 landen tot stand is gekomen.

Vraag 2

Het Verenigd Koninkrijk heeft het EVRM pas in 1998 omgezet naar Brits recht, maar is eerder al enige malen veroordeeld wegens schending van het EVRM. Hoe is dat te verklaren?

Vraag 3

  1. Leg kort uit wat ‘Überhangmandate’ zijn en verklaar waarom het Franse kiesstelsel een dergelijk fenomeen niet kent.

  2. Verklaar waarom het verschijnsel ‘by-election’ bij een openvallende plek in het Lagerhuis zich niet voordoet bij de verkiezing van leden van de Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers.

Vraag 4

Het Duitse Grundgesetz beschouwt de Bondsdag als het Duitse kernorgaan, van waaruit alle andere staatsorganen gelegitimeerd worden. De zogeheten constructieve motie van wantrouwen beperkt niettemin de vrijheid van de Bondsdag om de Bondsregering ten val te brengen. Verklaar vanuit historisch perspectief waarom de Duitse grondwetgever voor deze beperking heeft gekozen.

Vraag 5

De gemiddelde levensduur van een Franse regering is kort. Noem, naast de situatie van een intern conflict in de ministerraad, tenminste drie situaties die naar vast gebruik leiden tot de val van de Franse regering.

Antwoordindicatie

Vraag 1

  1. De Koning (ihb de Duitser George III) rekruteerde in de 18 e eeuw zijn adviseurs uit het parlement om zo het contact met het parlement te verbeteren. Dit Cabinet (genoemd naar de ruimte waarin ze werden ontvangen) diende de besluiten van de Koning in het parlement te verdedigen en zo ontstond ministeriële verantwoordelijkheid. Tot op de dag van vandaag maken ministers deel uit van het parlement en zijn zij afhankelijk van het parlementaire vertrouwen.

  2. Na de val van de Muur in 1989 is in 1990 een Einigungsvertrag gesloten waarbij de landen van de DDR zijn verenigd met de BRD door middel van de zogenaamde Beitritt.

Vraag 2

Het Verenigd Koninkrijk was na ratificatie al wel gebonden aan het EVRM. Dit verdrag voorzag in een statenklachtrecht en ook hebben de Britten het individueel klachtrecht (na uitputting van de nationale rechtsmiddelen) erkend (art. 34 EVRM). Zo kon het Verenigd Koninkrijk worden aangesproken op het niet-naleven van de bepalingen van het verdrag, ook voordat het verdrag was omgezet in nationaal recht.

Vraag 3

  1. In het Duitse kiessysteem brengt ieder Duitser twee stemmen uit, één in het kiesdistrict waar hij woont (de Erststimme) en één op een landelijke lijst van een politieke partij (de Zweitstimme). Iedere kandidaat is zowel in een kiesdistrict als op de landelijke lijst verkiesbaar. Wordt een kandidaat zowel in zijn district als op de lijst gekozen, dan vervalt de behaalde lijstzetel: de kandidaat is al gekozen. Wordt hij niet in het district maar wel op de lijst gekozen, dan krijgt hij de door hem behaalde lijstzetel toegewezen. Maar wordt hij wel in zijn district, maar niet via de lijst gekozen, dan kan er geen corresponderende lijstzetel worden weggestreept voor de betreffende kandidaat en is er dus een districtszetel ‘over’. Dit is een zogeheten Überhangmandat. De Bondsdag wordt in dat geval dus groter. In het Franse kiesstelsel heeft iedere kiezer slechts één stem, die hij in een districtenstelsel met absolute meerderheid uitbrengt. Een ‘overhangmandaat’ is daar dan ook niet mogelijk.

  2. In het Verenigd Koninkrijk dienen er, in verband met het gehanteerde meerderheidsstelsel, nieuwe verkiezingen te worden gehouden in het district dat door het wegvallen van de parlementariër niet meer wordt vertegenwoordigd. België kent evenwel een stelsel van evenredige vertegenwoordiging (art. 62). Bij het openvallen van een plaats bezet de volgende beschikbare kandidaat op de lijst van de desbetreffende partij de zetel.

Vraag 4

In de in 1919 ingevoerde grondwet (de Weimarer Verfassung) was de (negatieve) vertrouwensregel gecodificeerd: ministers die het vertrouwen van de Rijksdag niet meer hadden, moesten de Rijkspresident om hun ontslag vragen. Toen na de economische crisis van 1929 het Duitse electoraat toenemend radicaliseerde leidde dat er uiteindelijk toe dat de communistische KPD en Hitlers NSDAP samen een meerderheid in de Rijksdag kregen. Ze gebruikten hun gezamenlijke meerderheid om regeringen ten val te brengen door moties van wantrouwen zonder het eens te zijn over de opvolging. Om een dergelijke ontwrichting van het parlementaire stelsel onmogelijk te maken is in het Grundgesetz de constructieve motie van wantrouwen ingevoerd: een Bondskanselier kan alleen naar huis gestuurd worden als een meerderheid van de Bondsdag het eens is over de opvolging.

Vraag 5

De volgende punten:

  • Vertrouwensbreuk met de Assemblée (art. 49 lid 1, 2 of 3 juncto art. 50)

  • Op uitdrukkelijk verzoek van de President

  • Bij presidentsverkiezingen

  • Bij verkiezingen Assemblée (hetzij regulier hetzij na ontbinding)

Image

Access: 
Public

Image

Image

 

 

Contributions: posts

Help other WorldSupporters with additions, improvements and tips

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.

Image

Spotlight: topics

Check the related and most recent topics and summaries:
Institutions, jobs and organizations:
Activities abroad, study fields and working areas:

Image

Check how to use summaries on WorldSupporter.org

Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, notes and practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the summaries home pages for your study or field of study
  2. Use the check and search pages for summaries and study aids by field of study, subject or faculty
  3. Use and follow your (study) organization
    • by using your own student organization as a starting point, and continuing to follow it, easily discover which study materials are relevant to you
    • this option is only available through partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
  5. Use the menu above each page to go to the main theme pages for summaries
    • Theme pages can be found for international studies as well as Dutch studies

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Main summaries home pages:

Main study fields:

Main study fields NL:

Follow the author: Law Supporter
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Statistics
1889