Je vertrek voorbereiden of je verzekering afsluiten bij studie, stage of onderzoek in het buitenland
Study or work abroad? check your insurance options with The JoHo Foundation
Nieren
Diabetes Mellitus
Crescentic glomerulonefritis
IgA Nefropathie
Membraneuze glomerulonefritis
Maagdarm kanaal
Intestinaal type adenocarcinoom oesophagus, biopt
Intestinaal type adenocarcinoom oesophagus, resectie
Lymfekliermetastase adenocarcinoom
Plaveiselcelcarcinooom oesophagus
Intestinaal maagcarcinoom
Chronisch actieve gastritis met intestinale metaplasie
Diffuus groeiend maagcarcinoom
Tubulair adenoom van het colon
Tubulair adenocarcinoom van het colon
Diabetische nefropathie: nodulaire mesangiale sclerose (Kimmelstiel-Wilson laesies). De nodulaire mesangiale sclerose in de glomeruli is karakteristiek voor diabetische nefropathie: Kimmelstiel-Wilson laesies. Grote velden bindweefsel te zien als veel aankleuring in de tuft. Het heeft een nodulair, vezelig aspect.
Cresentic glomerulonefritis (ook wel rapidly progressive glomerulonefritis): het gele deel is de crescent. Verschillende aandoeningen kunnen crescentic glomerulonefritis veroorzaken. Er ontstaat door glomerulopathie necrose van de glomerulaire tuft, waardoor fibrine weglekt en dit prikkelt extracapillaire ‘proliferatie’ van pariëtaal epitheel, fibrine, soms leukocyten en kernpuin. Als tenminste 1/3e van de glomerulus gevuld is met proliferaat, spreek je van crescent (halve maan). Deze kan later fibroseren. De glomerulus bevat een tuft, maar een deel van de ruimte van Bowman is gevuld (niet met bindweefsel).
IgA Nefropathie
Dit is een mesangiale aandoening met hematurie. Dit ontstaat idiopathisch of secundair. Op immunofluorescentie zie je veel mesangiale cellen. Lichtmicroscopisch zie je ook veel mesangiale cellen. De tuft is helemaal vol met cellen.
Membraneuze glomerulpathie
Er is een verdikt glomerulair basaalmembraan met een rafelige structuur. De immunofluorescentie aankleuring is granulair en ligt subepitheliaal. Hierbij verwacht je proteïnurie, omdat de podocytenfunctie verstoord wordt. Er ontstaat geen endotheel of glomerulair basaalmembraan schade. Er zijn vele oorzaken, bijvoorbeeld idiopathisch, SLE, syfilis. Je ziet dus dikke glomerulair basaalmembraan aankleuring.
membraneuze glomerulopathie PAS-kleuring.
Membraneuze glomerulopathie PAS-M (zilver) kleuring (glomerulair basaalmembraan kleurt zwart aan).
Verschillen tussen de glomeruli:
Diabetes: de ruimte van Bowman is gewoon leeg, maar ter plaatse van het mesangium/in het midden zie je fibrose (dik, nodulair, vezelig).
Crescentic glomerulonefritis: normaal(achtige) glomerulaire tuft, maar een deel van de ruimte van Bowman is gevuld met (dikke) cellen die soms ook in de tuft kunnen zitten. De cellen vormen een soort plaque.
IgA nefropathie: een hele volle tuft en weinig ruimte van Bowman.
Membraneuze glomerulonefritis: dik aankleurende glomerulaire basaalmembraam.
Ter illustratie, dit biopt toont een normale slokdarm, maar het zal niet gevraagd worden op de STAT Pathologie. De buitenste rand is het normale plaveiselcelepitheel. Er is een strakke overgang tussen het epitheel en het onderliggende stroma (donkerblauwe rijen cellen).
Intestinaal type adenocarcinoom oesophagus, biopt
Er is geen plaveiselcelepitheel meer zichtbaar en in het stroma worden grillige buisstructuren gezien met een bekleding van onregelmatige cellen met grote donkere kernen.
Biopt slokdarm. Buisstructuur in een intestinaal type adenocarcinoom slokdarm. Een adenocarcinoom vormt buizen, een plaveiselcelcarcinoom groeit in compacte veldjes.
Intestinaal type adenocarcinoom oesophagus, resectie
Een resectie van een intestinaal type adenocarcinoom slokdarm. Het paarse gebied is de tumor. Er is ook infiltratie tussen de spieren. Je kan de verschillende lagen spieren herkennen.
Lymfkliermetastase adenocarcinoom
Je ziet hier een lymfekliermetastase van een intestinaal type adenocarcinoom. De paarse delen van de lymfeklier bestaan nog uit normale lymfocyten. De roze delen bestaan uit fibrose die ontstaan is door chemoradiotherapie. In de lymfeklier zijn tumorbuizen zichtbaar, die niet in de lymfeklier thuishoren.
Voor de STAT hoef je alleen ‘lymfekliermetastase adenocarcinoom’ te herkennen. Je hoeft geen onderscheid te kunnen maken tussen het intestinaal type adenocarcinoommetastase en het diffuse type adenocarcinoommetastase.
Uitvergroting van de tumorbuizen bij een intestinaal type adenoomcarcinoommetastase
Lymfekliermetastase van een diffuus type carcinoom
Plaveiselcelcarcinoom oesophagus
Je kan de verschillende wandlagen van de oesofagus herkennen. In de submucosa en muscularis propria ligt een tumorhaard met compacte celgroepen zonder buisvorming (rode cirkel). Dit is dus een plaveiselcelcarcinoom. De cellen hebben grote donkere kernen en er zijn mitosefiguren zichtbaar.
Compacte celgroepen zonder buisvorming.
Intestinaal maagcarcinoom
Dit is een biopt van een intestinaal maagcarcinoom. Het weefsel is niet meer te herkennen. Linksboven ligt een los stukje dat bestaat uit fibrineus materiaal en ontstekingscellen. Dat is de bodem van een ulcus. Het grotere stuk is spierweefsel met buisvorming kriskras door het weefsel heen. De buizen infiltreren. Omdat er buizen worden gevormd, gaat het om een adenocarcinoom.
Resectie intestinaal type adenocarcinoom van de maag. De tumor reikt van de mucosa (rechts) tot aan de serosa (links). De structuur van de maagwand is geheel verwoest. De tumor bestaat uit grillig gevormde buizen.
Resectie intestinaal type adenocarcinoom van de maag. De buizen groeien grillig en sommige buizen vertonen cribriforme groei: de buizen vormen meerdere lumina, het eruit als een zeef met meerdere gaten. Normale klierbuizen doen dat nooit.
Chronisch actieve gastritis met intestinale metaplasie
De maagmucosa is vervangen door de normale mucosa van de darm (intestinale metaplasie). Er liggen lymfocyten en plasmacellen tussen de klierbuizen (rode cirkel). Er horen geen ontstekingscellen aanwezig te zijn in de maag. Er zijn foci met darmslijmvlies (groene cirkel) De enterocyten zijn te herkennen aan de brushborder, er zijn slijmbekercellen (te herkennen aan de grote slijmvacuole, oranje cirkel) en de basaal gelegen Paneth cellen (met fel oranje (lijkt roze) cytoplasma, blauwe cirkel).
Diffuus groeiend maagcarcinoom
Er is een grote hoeveelheid losse cellen met een donkerpaarse/blauwe celkern. Er zijn geen tumorveldjes of buisvorming. De tumorcellen infiltreren overal tussen de normale cellen en spierbundels. De cellen infiltreren diffuus. Aan het oppervlak van de maagwand worden nog normale buisjes van de mucosa gezien. Hieronder is een uitvergroting waarop de diffusie verspreiding van de tumorcellen goed te zien is.
Tubulair adenoom van het colon
Resectie colonpoliep. Normaal epitheel vormt evenwijdige rechte buizen, licht van kleur vanwege de slijmbekercellen (rode cirkel) Het afwijkende epitheel is donker en vertoont grillige buizen. Er zijn veel minder slijmbekercellen. Het is een adenoom. Hieronder volgt een uitvergroting van het afwijkende epitheel.
Tubulair adenocarcinoom van het colon
Resectie colon tubulair adenocarcinoom na bestraling. Veel weefsel is vervangen door roze bindweefsel (litteken door bestraling). In de rode cirkel is nog tumorweefsel te zien.
Voorbeeld: zie bijlage (rechter kolom)
Let op:
Opiaatrecept:
met onuitwisbare inkt schrijven, dus geen potlood
geen paraaf, maar handtekening
getallen vol uit schrijven (2mg noteer je als: twee milligram)
Geef omeprazol 1dd 20 mg bij niet-selectief NSIAD (diclofenac, ibuprofen of naproxen) in geval van:
ulcus of maagcomplicaties in de voorgeschiedenis
leeftijd ≥ 70 jaar
twee of meer van de volgende factoren:
leeftijd 60-70 jaar
ernstige invaliderende reumatoïde artritis, hartfalen of diabetes
gebruik van een hoge dosering van een niet-selectief NSAID
gebruik van een cumarinederivaat, clopidogrel, prasugrel, ticagrelor, acetylsalicylzuurderivaat, systemisch werkend glucocorticoïd, SSRI, venlafaxine, duloxetine, trazodon of spironolacton
Geef omeprazol 1dd 20 mg bij gebruik van acetylsalicylzuur als plaatjesremmer in geval van:
leeftijd ≥ 80 jaar
leeftijd ≥ 70 jaar en gebruik van cumarinederivaat, clopidogrel, prasugrel, ticagrelor, systemisch werkend glucocorticoïd, SSRI, venlafaxine, duloxetine, trazodon of spironolacton
leeftijd ≥ 60 jaar en ulcus of complicatie daarvan in voorgeschiedenis
NB! Bij gebruik van clopidogrel wordt pantoprazol 1dd 40 mg voorgeschreven
Recept:
R/ omeprazol tablet 20mg
Da 14 tabletten
S. 1dd 1 tablet zonder te kauwen innemen met een glas water
Omeprazol:
Werking: remt H+/K+ATPase, waardoor maagzuurproductie geremd wordt.
Contra ind: -
Interacties: -
Bijwerkingen: misselijkheid, braken, diarree
Zw/lact: geen bezwaar
NB: omeprazol kan de symptomen van een maagcarcinoom maskeren!
Het is een kunstfout om bij het voorschrijven van opiaten geen recept te geven voor een laxeermiddel. Opiaten, zoals morfine of fentanyl, zijn werkzaam op de opiaatreceptoren van de darmen. Opiaten remmen de snelheid van lediging van de maag en remmen de peristaltiek van de darmen, waardoor de darminhoud zich minder snel verplaatst. Hierdoor wordt er meer vocht uit de darminhoud geabsorbeerd, waardoor de inhoud dikker wordt en obstipatie als gevolg heeft.
Laxtra:
R/ Laxtra poeder voor drank, in sachet 13,7 gram
Da 14 sachets
S. 1-2 dd 1 sachet oplossen in een glas water
Werking: door osmotische werking wordt water aangetrokken en neemt de feces in volume toe en wordt zachter, waardoor passage gemakkelijker gaat. Daarnaast neemt de mobiliteit van het colon toe.
Contra ind: ziekte van Crohn, Colitis Ulcerosa, acute buik
Interacties: werking anti-epileptica verminderd (door snellere gastrointestinale passagetijd een afgenomen absorptie).
Bijwerkingen:.....read more
Gram-stain tutor
Practicum Huidflora, hygiëne en desinfectie
Practicum Infectie en inflammatie
Practicum Gastro-intestinale infecties en infectiepreventie
College Gastro-intestinale infecties en COO Gastro-intestinale infecties
Practicum urineonderzoek
Voorcollege urineonderzoek
Voorcollege Fluor Vaginalis
Praktische microbiologie
De afbeeldingen zijn afkomstig uit de Gram-stain tutor, gemaakt Brad T. Cookson et all, University of Washington Department of Laboratory Medicin, te vinden op Blackboard. Zie bijlage.
Transiënte flora bestaat uit een sterk wisselende microflora die op de huid komt door contacten. Met het desinfecteren van de handen kan de transiënte flora worden verwijderd. De huid heeft ook een residentie flora, die niet volledig kan worden af gewassen.
Bij de diagnostiek van bacteriële infectieziekten kan een Grampreparaat worden gemaakt om te onderzoeken welke bacterie de infectie veroorzaakt. Een Grampreparaat heft alleen zin als er op de plek van de infectie normaliter weinig bacteriën voorkomen, zoals in het sputum (uit de diepte opgehoest) of uit de liquor. Ook pus kan worden onderzocht met een Grampreparaat. Een Grampreparaat van bloed heeft geen zin omdat er een te laag aantal bacteriën in het bloed aanwezig is. Met een Gramkleuring kan onderscheid worden gemaakt tussen Grampositieve en Gramnegatieve bacteriën. Er kan ook een Ziehl-Neelsen kleuring worden gemaakt. Hierbij worden Mycobacteriën aangekleurd.
Vaak vallen pathologische bacteriën niet op tijdens de commensale bacteriën, omdat de commensale bacteriën overheersen. Er moet dan een kweek worden gemaakt, zodat de pathologische bacterie zich kan vermeerderen.
Bacteriële infecties worden behandeld met antibiotica. Er zijn echter steeds meer bacteriesoorten die resistent zijn voor bepaalde antibiotica. Deze resistentie kan vooraf worden bepaald met de agardiffusie methode. De bacterie wordt hierbij over een petrischaaltje verspreid. Er worden vier kwadranten gemaakt, met in elk kwadrant een schijfje met een antibioticum. Het antibioticum diffundeert in de agar en remt de groei van de bacteriën. Hierdoor ontstaat rond het schijfje een remmingshof. De diameter van dit hof is een maat voor de gevoeligheid van de bacterie voor dat soort antibioticum.
Parasitaire infecties bij kinderen
Pediculus humanus capitis, ook wel hoofdluis, is een veelvoorkomende parasitaire infectie bij basisschool kinderen. Het beestje is 2-4 mm groot. Door de beten van de luis ontstaat jeuk. Een vrouwtje legt ongeveer 4-8 eitjes per dag. Deze plakt ze vlak boven de hoofdhuid aan een haar. Een vrouwtje leeft ongeveer 1 maand.
Bij kinderen komt ook een infectie met Enterobius vermicularis (aarsworm) regelmatig voor. Het is een rondworm van.....read more
Bevat collegeaantekeningen, oefenmateriaal e.d. bij de blokken van uit het oude Geneeskunde curriculum van de Vrije Universiteit Amsterdam.
Roos van Leary: zie bijlage
Stappenplan
Begroeting
Introductie: eigen naam/functie, doel/procedure consult
Personalia: naam, leeftijd
Reden van komst
Diagnostisch + hulpvraagspoor
Eventueel interventie
Terug naar het gesprek
Samenvatting
Afsluiting: ‘met huisarts bespreken en samen terugkomen’
Lastige situatie: behouden van regie en relatie, signaleren en bespreekbaar maken, exploreren, begrip en erkenning, de-escaleren en begrenzen zo nodig.
Het gesprek
Tijdens de STAT gaat het vooral om hoe je reageert op een lastige situatie. De patiënt komt met een klacht, waarbij jij vooral de hulpvraag moet uitvragen. Je hoeft geen tractusanamnese te doen.
Je begint de anamnese met het stellen van open vragen die binnen het referentiekader van de patiënt vallen. Je volgt dus niet je eigen diagnostische spoor, maar je vragen sluiten aan bij wat de patiënt je vertelt. Het is belangrijk goed door te vragen naar termen die de patiënt gebruikt die voor meerdere interpretaties vatbaar zijn. Een voorbeeld van een klacht die van alles kan betekenen: licht in het hoofd, het gevoel zichzelf niet te zijn, moeheid. Zeker bij dit soort lastige klachten is het belangrijk de hulpvraag van de patiënt uit te vragen. Bij het uitvragen van de hulpvraag wil je antwoord krijgen op de vraag: ‘Waarom komt deze patiënt op dit moment met deze klacht bij mij?’ Soms kan je direct aan de patiënt vragen wat hij van je verwacht. Vaak is het handig om goed op signalen van bezorgdheid, intensiteit en beleving van de klacht te letten, omdat dit al aanknopingspunten geeft voor de hulpvraag. Verder kan je het denken, voelen en doen van de patiënt uitvragen: wat denkt de patiënt zelf dat het is, hoe voelt de patiënt zich daarover en wat heeft de patiënt zelf al aan de klachten gedaan.
Lastige situaties
Wanneer er tijdens het gesprek iets gebeurd wat het gesprek bemoeilijkt, zoals een breedsprakige patiënt, een huilende patiënt of een patiënt die gebeld wordt, is het belangrijk bij jezelf te voelen wat dit gedrag voor emotie bij je oproept. Dat is de eerste stap van het RILS model.
Interpersoonlijke waarneming | Diagnose | Interventie | Inhoud |
Gedachte/gevoel bij jezelf, signaal | Waarom gebeurt dit? Helikopter visie, Roos van Leary | Niks doen, benoemen, vragen, afspraak maken | Verdergaan met het gesprek |
Conflicten kunnen op 4 manieren worden opgelost: opgeven, toegeven, opleggen of overleggen. Op de STAT is het het beste om te overleggen. Bij deze manier van oplossen probeer je zowel de relatie goed te houden als het gesprek door te laten gaan.
Daarnaast moet je soms je grenzen aangeven. Bij het aangeven van je grenzen is het belangrijk de ik-boodschap te geven, in.....read more
Longfunctie
Visus
ECG
Bloeddruk
Computer:
Open labmanager (konijn)
Conditions zijn al ingevuld, dus alleen nog de patiënt data invoeren: gewicht, lengte, leeftijd, geslacht. Dit wordt gedaan om de uitkomsten te vergelijken met de normaalwaarden voor jou.
Druk op de 10 links onderin om terug te gaan naar het beginscherm. De patiënt data is automatisch opgeslagen.
Spirometrie aanklikken.
Testen die je gaat doen zijn achtereenvolgens: 2 maal test 2 en dan test 3 en dan moet je op 7 klikken (ezelsbruggetje: 2x2+3=7).
Uitvoering:
De proefpersoon moet staan. Zet een stoel achter de proefpersoon, zodat als deze duizelig wordt hij niet valt. Zorg dat de proefpersoon niet naar het scherm kan kijken. Zet een kartonrondje op de pneumotachograaf. Zet de neusklem op en geef altijd goede instructies.
Eerste keer test 2
Klik op test 2, links in het scherm. Hiermee meet je het teugvolume, de ademfrequentie en wordt het ademminuutvolume (teugvolume x ademfrequentie) berekent. Deze waarden zijn de bovenste drie in de kolom:
Predicted | Best | Percentage |
Voorspelde waarde voor jouw groep. | Je persoonlijke beste waarde. | Je persoonlijke beste als percentage van predicted. |
VT is het teugvolume, BF de ademfrequentie en MV het ademminuutvolume. In het balkje helemaal onderin het scherm staat steeds de opdracht. In dit geval, normaal ademen tot een blauw balkje voor de grafiek verschijnt.
Tweede keer test 2
Nu komt er een rood randje om het vakje van test 2. Nu worden er twee opdrachten achter elkaar gegeven:
Normaal inademen en zo compleet mogelijk uitademen, een aantal keer achter elkaar tot er een verticaal balkje verschijnt. Moedig de proefpersoon aan.
Meteen de tweede opdracht: zo diep mogelijk in en zo diep mogelijk uitademen, tot alle waardes verschijnen.
Deze waardes zijn: ERV (expiratoir reserve volume), VC IN (vitale capaciteit inspiratoir), VC uit (vitale capaciteit expiratoir).
Test 3
Hierbij wordt het forced volume gemeten. De opdracht is normaal ademen een aantal keer, dan zo diep mogelijk in, even vasthouden en dan zo hard en snel mogelijk uit. Deze hele opdracht doe je drie keer achter elkaar, dan klik je op zeven en krijg je de waardes. Dit zijn: FEV1 (forced expiratory volume in 1 seconde), en FVC (forced vital capacity). Ook krijg je de flow volume loop grafiek.
Nu is de test afgelopen. Vergeet niet steeds goede instructies aan de proefpersoon te geven. Behandel de proefpersoon alsof hij/zij een onwetende patiënt is.
(Met knop 9 doe je alle proefjes opnieuw, met knop 10 sluit je af).
Begrippen.....read more
Nieren
Diabetes Mellitus
Crescentic glomerulonefritis
IgA Nefropathie
Membraneuze glomerulonefritis
Maagdarm kanaal
Intestinaal type adenocarcinoom oesophagus, biopt
Intestinaal type adenocarcinoom oesophagus, resectie
Lymfekliermetastase adenocarcinoom
Plaveiselcelcarcinooom oesophagus
Intestinaal maagcarcinoom
Chronisch actieve gastritis met intestinale metaplasie
Diffuus groeiend maagcarcinoom
Tubulair adenoom van het colon
Tubulair adenocarcinoom van het colon
Diabetische nefropathie: nodulaire mesangiale sclerose (Kimmelstiel-Wilson laesies). De nodulaire mesangiale sclerose in de glomeruli is karakteristiek voor diabetische nefropathie: Kimmelstiel-Wilson laesies. Grote velden bindweefsel te zien als veel aankleuring in de tuft. Het heeft een nodulair, vezelig aspect.
Cresentic glomerulonefritis (ook wel rapidly progressive glomerulonefritis): het gele deel is de crescent. Verschillende aandoeningen kunnen crescentic glomerulonefritis veroorzaken. Er ontstaat door glomerulopathie necrose van de glomerulaire tuft, waardoor fibrine weglekt en dit prikkelt extracapillaire ‘proliferatie’ van pariëtaal epitheel, fibrine, soms leukocyten en kernpuin. Als tenminste 1/3e van de glomerulus gevuld is met proliferaat, spreek je van crescent (halve maan). Deze kan later fibroseren. De glomerulus bevat een tuft, maar een deel van de ruimte van Bowman is gevuld (niet met bindweefsel).
IgA Nefropathie
Dit is een mesangiale aandoening met hematurie. Dit ontstaat idiopathisch of secundair. Op immunofluorescentie zie je veel mesangiale cellen. Lichtmicroscopisch zie je ook veel mesangiale cellen. De tuft is helemaal vol met cellen.
Membraneuze glomerulpathie
Er is een verdikt glomerulair basaalmembraan met een rafelige structuur. De immunofluorescentie aankleuring is granulair en ligt subepitheliaal. Hierbij verwacht je proteïnurie, omdat de podocytenfunctie verstoord wordt. Er ontstaat geen endotheel of glomerulair basaalmembraan schade. Er zijn vele oorzaken, bijvoorbeeld idiopathisch, SLE, syfilis. Je ziet dus dikke glomerulair basaalmembraan aankleuring.
membraneuze glomerulopathie PAS-kleuring.
Membraneuze glomerulopathie PAS-M (zilver) kleuring (glomerulair basaalmembraan kleurt zwart aan).
Verschillen tussen de glomeruli:
Diabetes: de ruimte van Bowman is gewoon leeg, maar ter plaatse van het mesangium/in het midden zie je fibrose (dik, nodulair, vezelig).
Crescentic glomerulonefritis: normaal(achtige) glomerulaire tuft, maar een deel van de ruimte van Bowman is gevuld met (dikke) cellen die soms ook in de tuft kunnen zitten. De cellen vormen een soort plaque.
IgA nefropathie: een hele volle tuft en weinig ruimte van Bowman.
Membraneuze glomerulonefritis: dik aankleurende glomerulaire basaalmembraam.
Ter illustratie, dit biopt toont een normale slokdarm, maar het zal niet gevraagd worden op de STAT Pathologie. De buitenste rand is het normale plaveiselcelepitheel. Er is een strakke overgang tussen het epitheel en het onderliggende stroma (donkerblauwe rijen cellen).
Intestinaal type adenocarcinoom oesophagus, biopt
Er is geen plaveiselcelepitheel meer zichtbaar en in het stroma worden grillige buisstructuren gezien met een bekleding van onregelmatige cellen met grote donkere kernen.
Biopt.....read more
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
Je vertrek voorbereiden of je verzekering afsluiten bij studie, stage of onderzoek in het buitenland
Study or work abroad? check your insurance options with The JoHo Foundation
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Field of study
Add new contribution