Basis tot Homeostase HC2: Homeostase en de vitale orgaansystemen

HC2: Homeostase en de vitale orgaansystemen

Algemene informatie

  • Welke onderwerpen worden behandeld in het hoorcollege?
    • In dit college worden enkele basisbegrippen en feiten omtrent homeostase en fysiologie besproken
  • Welke onderwerpen worden besproken die niet worden behandeld in de literatuur?
    • Alle onderwerpen in dit college worden ook behandeld in de literatuur
  • Welke recente ontwikkelingen in het vakgebied worden besproken?
    • Er zijn geen recente ontwikkelingen besproken
  • Welke opmerkingen worden er tijdens het college gedaan door de docent met betrekking tot het tentamen?
    • Er zijn geen opmerkingen over het tentamen gemaakt
  • Welke vragen worden behandeld die gesteld kunnen worden op het tentamen?
    • Er zijn geen mogelijke vragen behandeld

Wat is fysiologie en homeostase?

Vitale parameters zijn:

  • Ademhaling
  • Temperatuur
  • Bloeddruk
  • Polsfrequentie

Fysiologie:

Fysiologie is de bestudering van vitale functies van het lichaam, bijvoorbeeld:

  • Hoe functioneren individuele organen
  • Hoe werken deze samen?
  • Welke interacties spelen zich zowel binnen als tussen de organen af?

Het is een bestudering van de integratie van processen op moleculair, cellulair, orgaan en organismaal niveau.

Homeostase:

Homeostase is het aanpassen/constant houden van belangrijke biologische parameters die ervoor zorgen dat een organisme normaal kan functioneren in variabele toestanden. 

Hierbij moet de parameter worden aangepast aan de heersende omstandigheden, waarvan een aantal in dit blok aan bod komen:

  • Bloeddruk en circulerend bloedvolume
  • Bloedsamenstelling (pH, gassen, elektrocyten)
  • Osmolaliteit en celvolume

Orgaansystemen

3 orgaansystemen dragen bij aan de homeostase:

  • Cardiovasculair systeem
    • Aan- en afvoer van brandstof en andere bestanddelen die nodig zijn om de samenstelling van cellen en extracellulaire ruimte te optimaliseren
  • Ademhalingssysteem
    • Afvoer van CO2 en aanvoer van voldoende O2
    • Filtratie van bloed
    • Verzorging van enkele metabole functies
  • Nieren en urinewegen
    • Verwijderen afval àregelen de bloedsamenstelling
    • Volumeregulatie en osmoregulatie

De orgaansystemen moeten uitwisseling kunnen hebben met het externe milieu. De 3 orgaansystemen werken samen:

  • Interactie van het cardiovasculaire systeem met het ademhalingssysteem: zorgt voor de aanvoer van zuurstof en voedingsstoffen naar de cellen van de longen àademhaling is circulair àcirculaire drukverandering in de bloedvaten
  • Interactie van de longen met het cardiovasculaire systeem: de longen zorgen voor de aanvoer van zuurstof en de afvoer van CO2 in het hart
  • Interactie van het ademhalingssysteem met de nieren: de nieren hebben zuurstof nodig om te kunnen werken
  • Interactie van de nieren met het ademhalingssysteem: zorgt voor pH regulatie en verwijdering van (schadelijke) afvalstoffen uit het bloed

Er moet een verband zijn tussen:

  • "Metabolic rate": 2000 kcal/dag
    • Koolhydraten: 4 kcal/gram → 1 L Onodig
    • Vet: 9 kcal/gram → 2 L O2 nodig
    • Eiwit: 4 kcal/gram → 1 L O2
    • Per liter zuurstof wordt 5 kcal verbrand → per dag is 400 liter zuurstof nodig
  • "Respiratory rate": 15 ademhalingen per minuut
    • 400 ml lucht per ademhaling
      • 15/min x 400 ml → 6 L lucht/min
      • 6 x 24 x 60 L lucht/dag = 8000 L lucht/dag
    • 25% van het volume van lucht bestaat uit zuurstof → er wordt 8000 liter lucht per dag geademd
  • "Heart rate": 60 slagen per minuut
    • Binnengeademde zuurstof moet via het cardiovasculaire systeem afgegeven worden aan weefsels, zodat substraten verbrandt kunnen worden
    • Zuurstof wordt gebonden aan hemoglobine en door het bloed getransporteerd
      • Arterieel bloed: 100% O2 saturatie door hemoglobine
        • 150 gram Hb/L bloed met Hb O2 capaciteit 1,36 ml O2/gram Hb → 150 x 1,36 = 200 mL O2 per liter
      • Niet al het zuurstof wordt afgegeven aan de organen → in het veneuze bloed zit ook nog O2
        • O2 saturatie in veneus bloed is ongeveer 75% → 150 ml O2/L bloed
    • Cardiac output: hartfrequentie x slagfrequentie
      • 5 L/min x 50 ml O2/L = 250 ml O2/min
        • Per dag is er dus 250 ml x 60 x 24 = 360 L O2

Kenmerkende eigenschappen van homeostase

Homeostase wordt op twee manieren bereikt:

  • Intrinsiek: autoregulatie → verandering in de directe omgeving leidt tot aanpassing
    • Weefselhypoxie in vitale organen leidt tot vasodilatatie
  • Extrinsiek: d.m.v. het centrale zenuwstelsel en endocriene systeem
    • Inspanning: gaat vergezeld met toename van het hartminuutvolume, minuutventilatie en vasoconstrictie in de tractus digestivus

Regelsystemen:

Er zijn verschillende soorten regelsystemen betrokken bij de homeostase:

  • Open: geen terugkoppeling
    • Er is een ingangssignaal waarna een proces als reactie plaatsvindt →het uitgangssignaal wordt veranderd
  • Gesloten: met terugkoppeling (bijv. longventilatie)
  • Negatieve terugkoppeling
  • Positieve terugkoppeling
    • Feed forward
    • Er is sprake van een “kring”:
    • Er is een streefwaarde (bijv. een pH-waarde die gewenst is)
    • Een comparator/vergelijker vergelijkt een waarde op een bepaald moment met de streefwaarde
    • Er vindt een correctiesignaal en een proces plaats
    • Het uitgangssignaal/resultaat wordt via een sensor teruggekoppeld naar de comparator
    • Na het proces kan een verstoring optreden

De output van het controlerende systeem is de input van het gecontroleerde systeem. De output van het gecontroleerde systeem is de input van het controlerende systeem. 

Componenten van het terugkoppelsysteem:

Een feedback systeem heeft een aantal componenten:

  1. Een stimulus produceert veranderingen in een variabele
  2. De verandering wordt gedetecteerd door een receptor of sensor
  3. Via afferente paden wordt de informatie verzonden naar een controlecentrum → input
  4. Vanaf het controlecentrum wordt de informatie via efferente paden vervoerd naar een effector → output
  5. Om de omvang van de stimulus te beïnvloeden koppelt de responsie van de effector terug → de variabele wordt teruggedrongen naar homeostase

Overige kenmerken:

Verdere kenmerken voor homeostase zijn:

  • Feed forward: een vooruitmelding of een dreigende onbalans → geen verstoring, maar een anticipatie
    • Bij inspanning moeten bepaalde waarden constant blijven → er worden anticiperende signalen verzonden om ervoor te zorgen dat dit gebeurt
  • Redundantie: meerdere regelmechanismen voor de regulatie van één parameter
    • Een apparaat kan zijn uitgevoerd met meervoudig aanwezige onderdelen, zodat het goed blijft functioneren als een onderdeel defect raakt
    • Gegevens kunnen redundant (dubbel of drievoudig) worden opgeslagen
    • Bij het in standhouden van het effectief circulerend volume spelen zeer veel organen en orgaansystemen een belangrijke rol
  • Steady state: een stationaire toestand → als men in de tijd kijkt, ziet men geen verandering
    • Er kan een equilibrium of een non-equilibrium zijn
    • Er is en equilibrium als de krachten die op een bepaald proces werken elkaar opheffen
    • Een situatie van steady state met equilibrium kost geen energie, een situatie met non-equilibrium kost wel energie
    • Er is geen evenwicht bij het verschil tussen de intra- en extracellulaire concentraties op het gebied van natrium- en kaliumionen → om de concentraties in stand te houden is een natrium/kaliumpomp nodig die energie verbruikt
    • Er is evenwicht tussen inspanning en zuurstofgebruik

Er is een hiërarchie tussen de regelsystemen, waardoor competitie ontstaat. Zo heeft bij een ernstige bloeding de bewaking van het effectief circulerend bloedvolume een hogere prioriteit dan de handhaving van de osmolaliteit.

Adaptatie en aanpassingsvermogen

Alle parameters moeten aangepast kunnen worden aan veranderingen, zoals bij de adaptatie aan hoogte:

  1. De longen zorgen voor toename van ventilatie → de partiële druk van COverlaagt
  2. De nieren zorgen voor een toename aan EPO → de hoeveelheid hemoglobine stijgt en hiermee ook de hematocriet (hoeveelheid rode bloedcellen in het bloed) en het plasmavolume daalt
  3. Het hart past het hartminuutvolume en de concentratie van atriaal natriuretisch peptide (ANP) aan
    • Dit hormoon heeft een direct effect op de natriumresorptie in de nieren

Aanpassing is niet altijd in dienst van de homeostase. Zo zorgt remodelering van het hart bij een hartinfarct voor verminderde doorbloeding en functieverlies, terwijl het bij inspanningstraining juist zorgt voor een verhoogde doorbloeding en functie.

Image

Access: 
Public

Image

Join WorldSupporter!
This content is used in:

Collegeaantekeningen bij Basis tot Homeostase 2019/2020

Search a summary

Image

 

 

Contributions: posts

Help other WorldSupporters with additions, improvements and tips

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.

Image

Spotlight: topics

Check the related and most recent topics and summaries:
Institutions, jobs and organizations:
Activity abroad, study field of working area:
This content is also used in .....

Image

Check how to use summaries on WorldSupporter.org

Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, notes and practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the summaries home pages for your study or field of study
  2. Use the check and search pages for summaries and study aids by field of study, subject or faculty
  3. Use and follow your (study) organization
    • by using your own student organization as a starting point, and continuing to follow it, easily discover which study materials are relevant to you
    • this option is only available through partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
  5. Use the menu above each page to go to the main theme pages for summaries
    • Theme pages can be found for international studies as well as Dutch studies

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Main summaries home pages:

Main study fields:

Main study fields NL:

Follow the author: nathalievlangen
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Statistics
3918