Bestuursrecht 2: College aantekeningen - Rechten RUG B2
- 1853 reads
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
Wat zijn de veranderingen in de hoorcolleges?
Welke onderwerpen worden besproken die niet worden behandeld in de literatuur?
maak een korte bulletpoint samenvatting van het onderwerp
Welke recente ontwikkelingen in het vakgebied worden besproken?
Sinds 1-10-2016 is artikel 15 aande Wob toegevoegd. Dit artikel bepaald dat paragraaf 4.1.3.2 van de Awb niet van toepassing is op besluiten op grond van deze wet en op beslissingen op bezwaar tegen deze bsluiten.
Wat is belangrijk voor het tentamen?
Deze collegeweek gaat over subsidies. Deze worden geregeld in titel 4.2 sinds 1998. Daarvoor stond dat in verschillende wetten geregeld, nu is er dus een uniforme regeling. Om van subsidie te spreken moet er aanspraak zijn op financiele middelen. Daarvoor hoeft dus niet ook daadwerkelijk geld overgemaakt te worden (een garantstelling is ook een subsidie). Ook moet het door een bestuursorgaan verstrekt zijn. Dit geldt dus niet voor particuliere stichtingen. De subsidie moet zich richten op bepaalde activiteiten van de aanvrager. Dat kan een tentoonstelling zijn, maar ook het nalaten van iets wordt hier tot activiteit geregeld. Een bijstandsuitkering is geen subsidie omdat die niet is gericht op bepaalde activiteiten. In de wet op de studiefinanciering staat bepaald dat studiefinanciering geen subsidie is.
Verder moet het nog anders dan als betaling voor geleverde goederen of diensten zijn. Al deze vereisten staan geregeld in art. 4:21.
Elke gemeente en ministerie heeft een eigen subsidieregeling. Dat komt omdat de overheid wilde dat er voor elke subsidie een duidelijke rechtsgrond is. Dat wijkt af van de normale situatie waarbij positief overheidsoptreden alleen een grondslag behoeft als zij ingrijpend is.
In de wet over de subsidie moet een omschrijving van de activiteiten waarvoor de subsidie verleend kan worden staan. Ook moeten de bijzondere verplichtingen van de ontvanger genoemd worden, voor zover die niet in de Awb staan.
Het begrip subsidieverstrekking is een containerbegrip voor het hele proces van verstrekking. In dat proces zitten namelijk twee beslismomenten: de verleningsbeschikking en de vaststellingsbeschikking.
Bij kleinere subsidies is er geen verleningsbeschikking, maar wel een vaststellingsbeschikking.
De verlening kan aan de vaststelling voorafgaan. Dit wordt geregeld in art. 4:29. Subsidies geschieden niet ambtshalve en dus altijd op aanvraag. De beschikking vestigt een voorwaardelijke aanspraak. Mocht iemand in bezwaar gaan, moet dat bij de verleningsbeschikking en niet bij de vaststellingsbeschikking. Bij die laatste staat dan immers al vast dat er subsidie gegeven gaat worden.
In art. 4:35 staan een aantal preventieve weigeringsgronden. Let op: bij financiele beschikkingen hoeft er bij bezwaar niet gehoord te worden. Een subsidie is een financiele beschikking waarvoor dat dus geldt. Maar in 4:12 staat een uitzondering, namelijk als er is geweigerd op grond van 4:35, de preventieve weigeringsgronden. Dan moet de aanvrager wel gehoord worden.
Denk hierbij aan twijfels over de kwaliteit van de aanvrager. Op grond van art. 4:36 kan er ook een uitvoeringsovereenkomst gesloten worden. Reden daarvoor is dat een beschikking niet afgedwongen kan worden. Als er een overeenkomst wordt gesloten kan er privaatrechtelijk nakoming vorderen.
Op grond van art. 4:25 is kan bij of krachtens wettelijk voorschrift een subsidieplafond vastgesteld worden. . Als dat plafond is bereikt, moet de volgende aanvraag geweigerd worden. Dat is gericht op begrotingsdiscipline. Als niet tijdig, of pas in bezwaar of beroep wordt beslist, moet worden teruggekeken naar het moment waarop beslist had moeten worden.
Je kan een subsidie verlenen met verplichtingen, maar ook ex 4:33 onder voorwaarden. Een verplichting geldt voor na de subsidie, een voorwaarde vooraf. Volgens 4:33 kan je niet een voorwaarde stellen waarbij de ontvanger of verstrekker een handeling verricht. Het gaat dus om gebeurtenissen die los van wat de aanvrager of BO doet. Bijvoorbeeld: je krijgt het, onder voorwaarde dat er in Nederland een WK wordt georganiseerd.
Een niet-doelgerichte verplichting kan alleen worden gegeven als dat is bepaald bij wettelijk voorschrift. Dat is geregeld in art. 4:39.
De vaststelling wordt geregeld in art. 4:42 en vestigt een definitieve aanspraak op betaling.
Subsidies kunnen ook ingetrokken worden en gewijzigd worden.
Na verlening kan het gaan om art 4:48 (schuld ontvanger) of 4:50 (schuld bestuursorgaan).
Na vaststelling kan het gaan om art. 4:46 lid 2 (minder of toch niet) of 4:49 (schuld ontvanger).
Uit 4:48 blijkt dat als de subsidie nog niet is vastgesteld, de verleningsbeschikking nog ingetrokken kan worden. De reden ligt bij de ontvanger, wordt ingetrokken zonder redelijke termijn of schadevergoeding.
Ex 4:50 kan de verleningsbeschikking ook ingetrokken. Hier geldt wel een redelijke termijn of schadevergoeding, omdat de reden van de intrekking bij de bestuursorgaan ligt. Denk aan verkeerde verlening, ander beleid, bezuinigingen of iets anders.
Ook de vaststelling kan gewijzigd worden, ex 4:49. Dat is veel ingrijpender. De reden ligt hiervoor bij de ontvanger.
Op grond van 4:51 blijkt dat er bij langdurige verstrekking van drie of meer jaar voor dezelfde voortdurende activiteit, ingetrokken kan worden. Dit houdt in het opzeggen van een langdurige subsidie voor de toekomst, met inachtneming van een redelijke termijn.
In afdeling 4.2.8 staat een facultatieve regeling die van toepassing is op aan rechtspersoon verstrekte subsidies. Facultatief houdt hier in dat soms bepaald wordt dat de regeling van toepassing is.
Staatssteun in de zin van art. 107 VWEU is steun door de staat, ten goede aan een onderneming, een niet-marktconform voordeel, leidend tot dreigende vervalsing mededinging en tot ongunstige beinvloeding tussenstaatse handel.
Onderneming hoeft hier niet een winstoogmerk te hebben (kan ook een ziekenhuis zijn).
Toezicht hierop is geregeld in art. 108 VWEU.
Passering van Europees recht geldt het principe van procedurele autonomie. Dus ook al is het de EU die een aanwijzing geeft, zoals dat je staatssteun moet terugvorderen, moet er worden teruggevorderd op grond van de Awb, het nationale recht.
Inhoud van deze bundel
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Main summaries home pages:
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
2148 |
Add new contribution