Hoorcollege 3 Jeugdstrafrecht
Introductie
Sr: Wetboek van Strafrecht
Sv: Wetboek van Strafvordering
Het jeugdstrafrecht
Het materiële jeugdstrafrecht – deel 1
Het materiële jeugdstrafrecht betreft de sancties en maatregelen die aan jeugdigen (en jongvolwassenen) opgelegd kunnen worden. Het materiële jeugdstrafrecht is te vinden in Titel VIII A Bijzondere bepalingen voor jeugdigen en jongvolwassenen (art. 77a - 77gg) van het Eerste Boek van het Wetboek van Strafrecht.
Wat staat er in artikel 77a Sr?
Leeftijdsgrenzen
De bepalingen van dit wetboek zijn van toepassing voor zover deze afdeling geen afwijkende bepalingen bevat.
De bepalingen van deze afdeling zijn van toepassing op personen die ten tijde van het begaan van het feit de leeftijd van achttien jaren nog niet hebben bereikt, voor zover deze Titel geen afwijkende bepalingen bevat.
De bepalingen van deze afdeling die betrekking de ouders of voogd, zijn alleen van toepassing, zolang de verdachte minderjarig is.
Interpretatie van de bepalingen die in het IVRK staan. Niet het verdrag zelf, maar deze comments kun je niet geheel naast je neerleggen. Niet zo bindend als het verdrag, maar geven aan hoe invulling te geven aan verdrag.
In de meeste landen strafrechtelijke verantwoordelijkheid vanaf 14 jaar. General comment 24 stemt hiermee in. In NL is dit niet zo.
RSJ: gaat over rechtspraak en adviserende taak. Advies: minimumleeftijd verhogen naar 14 jaar. Waarom? In de meeste Europese landen is dit zo + ontwikkelingen in wetenschap: neurologische ontwikkelingen (overzien oorzaak-gevolg) > we weten nu dat het veel langer duurt voordat we volgroeit zijn > 12 jaar is niet passend. + het gaat ook over tot in hoeverre je in staat bent om te participeren in je eigen strafproces.
Wat staat er in artikel 77b Sr?
Ten aanzien van degene die ten tijde van het begaan van een strafbaar feit de leeftijd van zestien jaren doch nog niet die van achttien jaren heeft bereikt, kan de rechter de artikelen 77g tot en met 77gg buiten toepassing laten en recht doen overeenkomstig de bepalingen in de voorgaande titels vervat, indien hij daartoe grond vindt in:
16-17-jarigen kunnen volgens commune strafrecht worden veroordeeld.
Waarom? Omdat straffen daar veel hoger zijn.
Dit artikel wordt niet heel vaak toegepast.
Wat staat er in artikel 77c?
Ten aanzien van de jongvolwassene die ten tijde van het begaan van het strafbaar feit de leeftijd van achttien jaren doch nog niet die van drieëntwintig jaren heeft bereikt, kan de rechter, indien hij daartoe grond vindt in:
De persoonlijkheid van de dader of
De omstandigheden waaronder het feit is begaan, recht doen overeenkomstig de artikelen 77g tot en met 77h.
Wat staat er in artikel 77d Sr?
Het eerste lid is niet van toepassing op misdrijven omschreven in de artikelen ... Gepleegd door een persoon die ten tijde van het begaan van het strafbaar feit de leeftijd van zestien jaren heeft bereikt, ten aanzien van een persoon die de leeftijd van achttien jaren nog niet heeft bereikt.
Het recht tot strafvordering voor misdrijven waarop gevangenisstraf van twaalf jaren of meer is gesteld, en de misdrijven omschreven in de artikelen … voor zover het feit is gepleegd t.a.v. een persoon die de leeftijd van achttien jaren nog niet heeft bereikt, verjaart in twintig jaar.
Dilemma
Redelijke termijn in jeugdstrafzaken. Wat als dat niet lukt? > OM dient dagvaarding pas heel laat in > rechtbank verklaart OM als niet-ontvankelijk.
Uitspraak Hoge Raad: kan niet! Termijn kan niet bepalend zijn voor ontvankelijkheid > rechters moeten het nu dus op een andere manier aanpakken: in de straf.
Alternatieven voor jeugdstrafrecht
Wat staat er in artikel 77e Sr?
Alternatief Halt > “een project”
Voor kleine feiten: winkeldiefstal, vernieling etc.
Duur van deelneming is ten hoogste twintig uren
Halt-afdoening is niet zichtbaar op strafblad.
Indien de opsporingsambtenaar van oordeel is dat de verdachte naar behoren aan een project heeft deelgenomen, stelt hij de OvJ en verdachte hiervan schriftelijk in kennis.
Strafbeschikking
Wat staat er in artikel 77f Sr?
de jeugdige zich zal richten naar de aanwijzingen van een gecertificeerde instelling, bedoeld in artikel 1.1 v/d Jeugdwet voor een daarbij te bepalen termijn van ten hoogste zes maanden;
Indien de jeugdige ten tijde van het begaan van het strafbaar feit de leeftijd van zestien jaren heeft bereikt, kan de OvJ in plaats daarvan de aanwijzing geven dat de jeugdige zich zal richten naar de aanwijzingen van een (volwassen) reclasseringsinstelling als bedoeld in artikel 14c, zesde lid.
Het materiële jeugdstrafrecht – deel 2 – 12-minners
12-minners zijn niet strafrechtelijk aansprakelijk. Kan je dan als 12-minner wel worden aangehouden? > in welk wetboek kijken? > Sv (het gaat om procesrecht) artikel 487: bepalingen voor wat er geldt voor 12-minners.
12-minners
Artikel 487 Sv
Je kan worden aangehouden onder de 12 jaar
In gevallen waarin uit feiten of omstandigheden een redelijk vermoeden voortvloeit dat iemand beneden de leeftijd van twaalf jaren een strafbaar feit heeft begaan zijn uitsluitend de artikelen … van toepassing.
Wat is moeilijk aan deze groep?
Geen recht op advocaat
EU Richtlijn 2016/800: minimumnormen voor lidstaten voor positie minderjarige verdachten. Deze richtlijn geeft recht op een advocaat bij gevallen waar sprake is van vrijheidsbeneming. Deze richtlijn is in 2019 geïmplementeerd. Gedeelte van 12-minner is niet helemaal meegenomen.
Er zijn partijen die zeggen dat 12-minners recht moeten krijgen op een gratis advocaat (bij vrijheidsbeneming).
Het materiële jeugdstrafrecht – deel 3
Straffen en maatregelen
Wat staat er in artikel 77g Sr?
Plaatsing inrichting voor jeugdigen (PIJ, aka jeugd-tbs)
Maatregel betreffende het gedrag van de jeugdige (GBM)
Ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel
Straffen en maatregelen
Iedere combinatie is mogelijk: maatwerk
Voorbereidingshandelingen, poging, medeplichtigheid, deelnemingsvormen allen even zwaar bestraft (77gg, Sr).
De taakstraf (artikel 77m Sr)
Werkstraf max. 200 uur > binnen 9 maanden dan wel 18 maanden te verrichten (> 100 uur)
Leerstraf max. 200 uur > idem (meer gedragsinterventie: sociale vaardigheden, aggressieregulatie etc.)
Combinatie werk- en leerstraf max. 240 uur
Menukaart erkende gedragsinterventie als leerstraf (RvdK)
Wat als je de taakstraf niet doet?
Vervangende jeugddetentie: 2 uur – 1 dag zitten
Bij niet (goed) verrichten verplichte omzetting, tenzij
Rechter kan beslissing van OM wijzigen
Als veroordeelde inmiddels 18+ is, dan enkel vervangende hechtenis (voor volwassenen) als het oorspronkelijke vonnis dit bepaalt.
Taakstrafverbod, artikel 77ma Sr
6-jaarsfeit + ernstige inbreuk op lichamelijke integriteit slachtoffer
Tenzij, ook jeugddetentie, GBM of PIJ al dan niet in voorwaardelijke vorm is gegeven.
De geldboete, artikel 77l SR
Vervangende jeugddetentie normaal gesproken 50 euro/1 dag
Indien veroordeelde bij TUL inmiddels 18+ dan vervangende hechtenis indien vonnis of TUL-beslissing dit bepaalt.
Mogelijkheid tot omzetten vervangende jeugddetentie in taakstraf (alleen voor 18-minners).
Geldboete komt niet veel voor: veel minderjarigen hebben niet de mogelijkheid om aan geld te komen. Voordeel geldboete: geen opslag van DNA in systeem.
De jeugddetentie
Jeugddetentie artikel 77i Sr
Ten hoogste 12 maanden bij 12-15-jarigen
Ten hoogste 24 maanden bij 16-17-jarigen
Advies omtrent plaats jeugddetentie door rechter
Geen voorwaardelijke invrijheidsstelling
Minister kan wel in bepaalde gevallen de tenuitvoerlegging tijdelijk onderbreken
Kinderrechter kan te allen tijde jeugdige voorwaardelijk in vrijheid stellen: proeftijd max. 2 jaar + stellen bijzondere voorwaarden.
Mogelijkheid vervangen jeugddetentie door gevangenisstraf of taakstraf of geldboete indien veroordeelde inmiddels 18 is.
Voorwaardelijke straffen, artikelen 77x, 77y en 77z Sr
Mogelijk bij jeugddetentie, taakstraf, geldboete, OBM en PIJ-maatregel
Bijzondere voorwaarden zelfde als bij artikel 14c Sr + volgen van onderwijs, gedurende een bepaalde termijn, ten hoogste gelijk aan de proeftijd.
Proeftijd van maximaal 2 jaar
Mogelijkheid dadelijke uitvoerbaarheid (DUT)
OM met toezicht op naleving van voorwaarden belast
Toezicht en begeleiding door GI of, in bijzondere gevallen, een natuurlijk persoon
Mogelijkheid toezicht en begeleiding door volwassen reclassering bij 16-17-jarigen
Proeftijd verkorten, verlengen (max. 1 jaar), of wijzigen voorwaarden hangende proeftijd
De GBM, artikel 77w Sr
Mogelijkheid tot dadelijke uitvoerbaarheid
Combinatie met elektronisch toezicht
Mogelijkheid tot time-out
Mogelijkheid tot nachtdetentie
Wijziging invulling GBM als het niet meer bij de persoon aansluit
Procedure tot omzetting wanneer persoon echt niet meewerkt
De PIJ
De PIJ (jeugd-TBS), artikel 77s Sr – criteria
Strafbare feiten gelijkgetrokken met TBS-waardige feiten
Ten tijde van feiten gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis
Veiligheid anderen dan wel algemene veiligheid personen/goederen vereist maatregel
In het belang van zo gunstig mogelijke ontwikkeling verdachte
Duur van PIJ
Max. 2 jaar + 1 jaar voorwaardelijke beëindiging ingeval geen misdrijf gericht tegen of gevaar voor persoon
Max. 6 jaar + 1 jaar voorwaardelijke beëindiging
Na 6 jaar onvoorwaardelijke PIJ mogelijkheid aansluitende TBS met dwangverpleging
De PIJ voorwaardelijke beëindiging
Niet goed tijdens vw? > terugplaatsing in inrichting, dit kan 2 keer en ten hoogste 1 jaar.
Mogelijkheid tot verlenging met max. 1 jaar (er wordt dus niet overgegaan tot vw beëindiging). Het voorwaardelijke jaar kan ook verlengd worden.
De PIJ
Voorwaardelijke PIJ
Het formele jeugdstrafrecht – deel 1
Het formele jeugdstrafrecht (ook wel het jeugdstrafprocesrecht) betreft de regels die moeten worden gevolgd wanneer er (vermoedelijk) sprake is van strafbaar gedrag door een jeugdige. Het gaat dan om de opsporing, vervolging en wijze van afdoening van strafbare feiten. Het formele jeugdstrafrecht is te vinden in Titel II Strafvordering in zaken betreffen jeugdige personen (art. 486-500) van het Vierde Boek van het Wetboek van Strafvordering.
Waar vinden we het formele jeugdstrafrecht?
De bepalingen van dit wetboek zijn van toepassing voor zover deze afdeling geen afwijkende bepalingen bevat.
De bepalingen van deze afdeling zijn van toepassing op personen die ten tijde van het begaan van het feit de leeftijd van achttien jaren nog niet hebben bereikt, voor zover deze Titel geen afwijkende bepalingen bevat.
De bepalingen van deze afdeling die betrekking hebben op de ouders of voogd, zijn alleen van toepassing zolang de verdachte minderjarig is.
Aangehouden, en dan?
Onderzoek > goede uitkomst > dit moet een landelijke uitstraling gaan krijgen.
Voordeel reprimandegesprek: het wordt nergens genoteerd (in justitieketen is het niet te zien, alleen kan het wel genoteerd worden binnen de politiesystemen).
Ophouden voor onderzoek, artikel 56a Sv
Nadat de aangehouden verdachte aan de hulpofficier van justitie of de officier van justitie is voorgeleid, kan deze bevelen dat de verdachte wordt opgehouden voor onderzoek dan wel in vrijheid wordt gesteld. De hulpofficier van justitie kan voorts beslissen om de verdachte onverwijld voor te geleiden aan de OvJ.
De verdachte van een misdrijf waarvoor voorlopige hechtenis is toegelaten kan ten hoogste negen uur worden opgehouden voor onderzoek; de verdachte van een strafbaar feit waarvoor voorlopige hechtenis niet is toegelaten ten hoogste zes uur. De tijd tussen middernacht en negen uur ‘s morgens wordt voor de berekening van deze termijnen niet meegerekend. De ophouding vindt plaats in het belang van onderzoek.
Voor het einde van de periode, bedoeld in het tweede lid, of zoveel eerder als het onderzoek dat toelaat, wordt de verdachte in vrijheid gesteld of in verzekering gesteld.
Het onderzoek, bedoeld in eerste lid, omvat mede identificatie van de verdachte, voorbereidingen voor het verhoor, het verhoor en het uitreiken van mededelingen in persoon over het vervolg van de strafzaak.
Tijdens het ophouden voor onderzoek wordt de verdachte verhoord op de wijze bepaald in de artikelen 29 en 29a.
Verlenging termijn voor ophouden voor onderzoek, artikel 56b Sv
Indien de identificatie van de aangehouden verdachte van een strafbaar feit waarvoor voorlopige hechtenis niet is toegelaten, niet binnen de in artikel 56a, tweede lid, bedoelde termijn kan worden afgerond, kan die termijn op bevel van de hulpofficier van justitie of de OvJ voor wie de verdachte is geleid eenmaal met ten hoogste zes uur worden verlengd.
Dus als binnen 6 uren de identiteit niet kan worden vastgesteld dan kan de (H)OvJ de termijn verlengen.
Recht op bijstand
Indien de verdachte is aangehouden, stelt de OvJ of HOvJ die bij de voorgeleiding beveelt dat de verdachte wordt opgehouden voor onderzoek, het bestuur van de raad voor rechtsbijstand direct van zijn aanhouding in kennis, opdat het bestuur een raadsman aanwijst. Deze kennisgeving kan achterwege blijven indien de verdachte een raadsman heeft gekozen en deze of een vervangende raadsman tijdig beschikbaar zal zijn.
Artikel 28a is niet van toepassing > minderjarige kan geen afstand doen van consultatiebijstand.
Indien de verdachte in de avonduren wordt heengezonden bij gebrek aan een beschikbare raadsman, onder de gelijktijdige aanzegging dat de verdachte de volgende dag alsnog zal worden verhoord, vindt het eerste lid overeenkomstige toepassing bij dat verhoor.
Consultatie
Met jeugdige in gesprek (in privékamer) > kennismaken met advocaat en tijd om dingen uit te leggen (over strafproces en over delict) + bespreken van de tactiek voor het verhoor.
Advocaat heeft piketmelding: verdenking van strafbaar feit. Meer dan dat staat er niet in, dus weinig informatie. Soms wel van tevoren contact tussen recherche en advocaat. In beginsel heeft advocaat dus weinig informatie en is dit het eerste contact tussen advocaat en minderjarige.
De aangehouden verdachte voor wie ingevolge artikel 28b een raadsman beschikbaar is, wordt de gelegenheid verschaft om voorafgaand aan het eerste verhoor gedurende een termijn van ten hoogste een half uur met hem een onderhoud te hebben. De hulpofficier van justitie kan deze termijn met ten hoogste een half uur verlengen.
In JSR par. 12.3 over aanhouding en verhoor staan enkele regels die inmiddels zijn gewijzigd. Het gaat om:
Formeel jeugdstrafrecht – deel 2
Na consultatiebijstand komt het verhoor. Het liefst direct erna (korte wachttijd), als dat niet kan, dan een afspraak maken wanneer gehoor plaats zal vinden (liefst binnen die negen uurstermijn).
Het proces-verbaal, artikel 29a Sv
Het proces-verbaal van verhoor vermeldt het tijdstip waarop het verhoor van de verdachte is aangevangen, eventueel wordt onderbroken en hervat, en waarop het is beëindigd. Het bevat de redenen voor het onderbreken van het verhoor; het vermeldt voorts de identiteit van de personen die bij het verhoor aanwezig zijn en die daaraan deelnemen. Aangetekend wordt of geluids- of beeldopnamen van het verhoor zijn gemaakt.
De verklaringen van de verdachte, in het bijzonder die welke een bekentenis van schuld inhouden, worden in het proces-verbaal van het verhoor zo veel mogelijk in zijn eigen woorden (van verdachte) opgenomen. De verklaring van de verdachte, wordt zo volledig mogelijk weergegeven en voor zo veel mogelijk in vraag- en antwoordvorm.
Aan de verdachte en, voor zover deze het verhoor heeft bijgewoond, aan de raadsman wordt de gelegenheid geboden om opmerkingen te maken over de weergave van het verhoor in het proces-verbaal. Deze opmerkingen worden onverwijld aan de verhorende ambtenaar verstrekt en worden, voor zover zij niet worden overgenomen, in het proces-verbaal vermeld. Indien de verdachte met de weergave van zijn verklaring instemt, ondertekent hij deze.
Vaak ook mogelijkheid om vragen te stellen door advocaat.
Zowel sociaal als zakelijk verhoor. Sociaal: schulden, medicatie, school, hobby’s etc. Vragen die gaan over hoe het leven van de jeugdige eruitziet.
Bijstand tijdens verhoor, artikel 488ab Sv
Bij het verhoor door de opsporingsambtenaar heeft de verdachte het recht te worden vergezeld door de ouders of voogd of een vertrouwenspersoon.
De toegang van de persoon tot het verhoor kan worden geweigerd indiende HOvJ van oordeel is dat:
Het niet in het belang van de verdachte is dat hij door de ouder of voogd of vertrouwenspersoon wordt vergezeld, of
Het belang van het onderzoek zich tegen die aanwezigheid verzet.
De beslissing, bedoeld in het tweede lid, kan door de HOvJ alleen met toestemming van de OvJ worden genomen.
Audiovisuele registratie, artikel 488ac Sv
Medisch onderzoek, artikel 489a Sv
(…)
Ene medisch onderzoek vindt plaats door een arts of onder de verantwoordelijkheid van een arts.
Indien de uitkomst van het medisch onderzoek daartoe aanleiding geeft, kan een verhoor van de verdachte of een onderzoekshandeling die deze moet ondergaan en die is gericht op de bewijsgaring, worden uitgesteld.
Van een bevel als bedoeld in het eerste lid, of een beslissing van de HOvJ als bedoeld in het derde lid, wordt proces-verbaal opgemaakt. Indien ondanks een daartoe strekkend verzoek geen medisch onderzoek heeft plaatsgevonden, vermeldt het proces-verbaal de redenen daarvan. Indien wel een medisch onderzoek heeft plaatsgevonden, vermeldt het proces-verbaal de conclusie daarvan.
Na het verhoor
Tijdens verhoor heeft advocaat ook de rol om te kijken of regels wel worden opgevolgd. Europese richtlijn: actieve rechtsbijstand > hoe actief kun je je opstellen als advocaat? Regie ligt bij verhorende ambtenaren. > spanningsveld.
Bijstand ouders tijdens verhoor; discussie: wordt dit door advocatuur als prettig ervaren? Aanwezigheid van ouders kan druk leggen op minderjarige.
Het formele jeugdstrafrecht – deel 3 Inverzekeringstelling
Inverzekeringstelling, artikel 57 Sv
De OvJ of de HOvJ voor wie de verdachte wordt geleid, of die zelf de verdachte heeft aangehouden, kan, na hem verhoord te hebben, bevelen dat hij tijdens het onderzoek ter beschikking van de justitie zal blijven en daarvoor op een in het bevel aangeduide plaats in verzekering zal worden gesteld. Inverzekeringstelling vindt plaats in het belang van het onderzoek, waaronder mede wordt verstaan het belang van het aan de verdachte in persoon uitreiken van mededelingen over de strafzaak.
Bijvoorbeeld met medeverdachten: risico dat ze hun verhaal op elkaar aanpassen.
De verdachte is bevoegd zich bij het verhoor door een raadsman te doen bijstaan. De raadsman wordt bij het verhoor in de gelegenheid gesteld de nodige opmerkingen te maken.
(…)
(…)
Zodra het belang van het onderzoek dit toelaat, gelast de OvJ de invrijheidstelling van de verdachte. Indien het onderzoeksbelang nog slechts bestaat uit het uitreiken aan de verdachte in persoon van een mededeling over de strafzaak, wordt de mededeling z.s.m. uitgereikt en de verdachte daarna in vrijheid gesteld.
Inverzekeringstelling, artikel 493, lid 3 Sv
Dit kan ook thuis zijn. Dilemma: maar als het kind naar huis mag, is verzekeringstelling dan nog wel nodig?
Politie kan bij inverzekeringstelling wel dwangmiddelen instellen om jongere naar het bureau te laten komen.
Inverzekeringstelling, artikel 58 Sv
Het bevel tot inverzekeringstelling wordt slechts verleend in geval van een strafbaar feit waarvoor voorlopige hechtenis is toegelaten.
Het bevel tot inverzekeringstelling is slechts gedurende ten hoogste drie dagen van kracht. Bij dringende noodzakelijkheid kan het bevel door de OvJ eenmaal voor ten hoogste drie dagen worden verlengd.
Zodra het belang van het onderzoek dit toelaat, gelast de hulpofficier de invrijheidstelling van de verdachte. In het andere geval stel hij de OvJ voor de inverzekeringstelling te verlengen.
Raad voor de Kinderbescherming
In afwijking van artikel 59, vijfde lid, wordt de Raad voor de Kinderbescherming onverwijld van de inverzekeringstelling van de verdachte in kennis gesteld. De Raad voor de Kinderbescherming rapporteert zo spoedig mogelijk.
Formeel jeugdstrafrecht – deel 4 Rechten van minderjarigen en rol van ouders
Rechten van minderjarige verdachte, artikel 27c Sv
Aan de verdachte wordt bij zijn staandehouding medegedeeld ter zake van welk strafbaar feit hij als verdachte is aangemerkt. Buiten gevallen van staandehouding of aanhouding wordt de verdachte deze mededeling uiterlijk voorafgaand aan het eerste verhoor gedaan.
Aan de verdachte die niet is aangehouden, wordt voorafgaand aan zijn eerste verhoor, onverminderd mededeling gedaan van het recht op rechtsbijstand, en indien van toepassing, het recht op vertolking en vertaling (ook vertaling van processtukken).
Aan de aangehouden verdachte wordt onverwijld na zijn aanhouding en in ieder geval voorafgaand aan zijn eerst verhoor schriftelijk mededeling gedaan van:
Het recht om de in het eerste lid bedoelde informatie te ontvangen;
De in het tweede lid bedoelde rechten;
Recht op kennisneming van processtukken;
Termijn waarbinnen de verdachte, voor zover hij niet in vrijheid is gesteld, krachtens dit wetboek voor de rechter-commissaris wordt geleid;
De mogelijkheden om krachtens dit wetboek om opheffing of schorsing van de voorlopige hechtenis te verzoeken;
Het recht om een persoon in kennis te doen stellen van zijn vrijheidsbeneming;
Voor jeugd aanvullend artikel 488aa Sv, lid 1:
Onverminderd de artikelen 27c en 27ca, wordt aan de verdachte direct wanneer hij is aangehouden mededeling gedaan:
Dat de ouders of voogd in kennis worden gesteld van zijn vrijheidsbeneming, indien deze wordt bevolen;
Van het recht vergezeld te worden door de ouders of voogd of een vertrouwenspersoon, buiten het onderzoek op de terechtzitting;
Van de mogelijkheid van audiovisuele registratie van verhoren;
Van het recht op een medisch onderzoek;
Van het recht op een advies over zijn persoonlijkheid en zijn levensomstandigheden;
Rol van de ouders/voogd
Artikel 488b Sv:
In afwijking van artikel 27e, eerste lid, geeft de hulpofficier van justitie die bij de voorgeleiding beveelt dat de verdachte wordt opgehouden voor onderzoek, zo spoedig mogelijk kennis van de vrijheidsbeneming en van de redenen daarvan aan de ouders of voogd. De ouders of voogd ontvangen daarbij zo spoedig mogelijk een mededeling van rechten als bedoeld in 488aa.
De mededeling van rechten, bedoeld in et eerste lid, blijft achterwege wanneer:
Deze in strijd is met de belangen van de verdachte;
De mededeling niet mogelijk is omdat de ouders of voogd na redelijke inspanning niet kunnen worden bereikt of onbekend zijn.
In het geval, bedoeld in het tweede lid, wordt de mededeling gedaan aan een vertrouwenspersoon. Wanneer de verdachte geen vertrouwenspersoon heeft aangewezen, wordt de mededeling gedaan aan de Raad voor de Kinderbescherming.
Indien de omstandigheden, bedoeld in het tweede lid, ophouden te bestaan, ontvangen de ouders of voogd deze informatie alsnog.
Artikel 131 Sv
Rol van de ouders/voogd
Het recht om bij het verhoor aanwezig te zijn
Verzoeken om medisch onderzoek
De HOvJ die bij de voorgeleiding beveelt dat de verdachte wordt opgehouden voor onderzoek kan ambtshalve, op verzoek van de verdachte, de raadsman, de ouder of voogd of vertrouwenspersoon bevelen dat de verdachte medisch wordt onderzocht om vast te stellen of deze in staat is een verhoor te ondergaan of te worden onderworpen aan een onderzoekshandeling. Bij een medisch onderzoek wordt de algemene geestelijke en lichamelijke gesteldheid van de verdachte beoordeeld. Het onderzoek is zo non-invasief mogelijk.
Vrije toegang
De raadsman heeft vrije toegang tot de verdachte die rechtens van zijn vrijheid is beroofd, kan hem alleen spreken en met hem brieven wisselen zonder dat van de inhoud door anderen wordt kennisgenomen, een en ander onder het vereiste toezicht, met inachtneming van de huishoudelijke reglementen, en zonder dat het onderzoek daardoor mag worden opgehouden.
Add new contribution