Inleiding Sociaal Recht: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG

 

  • In deze bundel worden o.a. samenvattingen, oefententamens en collegeaantekeningen gedeeld voor het vak Inleiding Sociaal Recht voor de opleiding Rechten, jaar 3 aan de Rijksuniversiteit Groningen.
  • Voor een compleet overzicht van de op JoHo WorldSupporter aangeboden samenvattingen & studiehulp en de beschikbare artikel- en arrestsamenvattingen maak je gebruik van de zoekfunctie
Bundle items:
Crossroads: activities
Follow the author: Law Supporter
Content categories
This content is used in bundle:

Oefententamens en oefenvragen Inleiding Sociaal Recht - RUG

Inleiding sociaal recht - Oefententamen 2015/2016

Inleiding sociaal recht - Oefententamen 2015/2016


Vragen

Vraag 1

X en Y hebben afgesproken dat X voor de onderneming van Y werkzaamheden zal verrichten. Partijen hebben afgesproken dat zolang de onderneming niet rendeert, Y geen loon verschuldigd is. Na een half jaar gaat de onderneming failliet. Vaststaat dat de onderneming nimmer gerendeerd heeft. Y heeft X niet betaald voor de werkzaamheden.

Wat is juist:

  1. Het staat partijen niet vrij af te spreken dat X voor Y zal werken zonder betaling van loon, een dergelijke afspraak is namelijk in strijd met de beschermingsgedachte van het arbeidsrecht.

  2. Indien deze overeenkomst als arbeidsovereenkomst wordt gekwalificeerd, dan heeft X een wettelijk recht op pensioen.

  3. De rechter zal waarschijnlijk oordelen dat de overeenkomst tussen X en Y niet als arbeidsovereenkomst kan worden gekwalificeerd.

  4. Indien X voor Y productieve arbeid heeft verricht, moet Y daarvoor ten minste het minimumloon betalen.

Vraag 2

Wat is juist:

  1. Een thuiswerker werkt per definitie niet op arbeidsovereenkomst voor zijn/haar werkgever.

  2. Een statutair bestuurder van een beursgenoteerde vennootschap werkt per definitie niet op arbeidsovereenkomst voor zijn/haar werkgever.

  3. Een freelancer werkt per definitie niet op een overeenkomst van opdracht voor zijn/haar werkgever.

  4. Geen van de bovenstaande stellingen is juist.

Vraag 3

Wat is juist:

  1. Uit de rechtspraak blijkt dat een terugbetalingsverplichting krachtens een studiekostenbeding in beginsel naar evenredigheid met het voortduren van de arbeidsovereenkomst na afronding van de opleiding dient te verminderen.

  2. Een concurrentiebeding in een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd, welke overeenkomst tot stand is gekomen per 1 november 2014 en zal ingaan per 1 januari 2015, kan alleen rechtsgeldig zijn indien dat beding is voorzien van een schriftelijke motivering.

  3. Aan het vereiste van schriftelijkheid worden minder strenge voorwaarden gesteld als het om een concurrentiebeding (uitgaande van het nu geldende art. 7:653 BW) gaat, dan als het om een eenzijdig wijzigingsbeding gaat.

  4. Blijkens het arrest Philips/Oostendorp van de Hoge Raad (HR 28 maart 2008) is aan het schriftelijkheidsvereiste van een concurrentiebeding voldaan, indien het concurrentiebeding in een personeelshandboek staat, welk handboek krachtens een incorporatiebeding in de door werknemer getekende arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd is geïncorporeerd.

Vraag 4

Op 9 februari 2015 heeft de in financiële problemen verkerende onderneming VD in een brief aan al haar werknemers aangekondigd de volgende wijzigingen te zullen doorvoeren in de arbeidsvoorwaarden: een salarisvermindering per 1 februari 2015 van 3% en een salarisvermindering per 1 februari 2016 van 2,8%. De salarisverlagingen gelden slechts voor zover het loon van de betreffende werknemer daardoor niet onder het niveau van het minimumloon zakt. Genoemde arbeidsvoorwaardenbepalingen zijn geregeld in de ‘Arbeidsvoorwaardenregeling VD’ die in de arbeidsovereenkomst van de werknemers is geïncorporeerd. Er is geen cao van toepassing. Werknemer Dries.....read more

Access: 
Public
Inleiding sociaal recht - Oefententamen 2014/2015 (1)

Inleiding sociaal recht - Oefententamen 2014/2015 (1)


Vragen

Vraag 1

Welke gevolgen heeft de afloop van een cao voor een werkgever en werknemer die beiden via lidmaatschap aan die cao zijn gebonden?

  1. Geen.

  2. De werkgever hoeft alleen nog de arbeidsvoorwaardenbepalingen uit de cao na te leven als de cao in de arbeidsovereenkomst is geïncorporeerd.

  3. De werkgever hoeft alleen nog de arbeidsvoorwaardenbepalingen uit de cao na te leven als de cao algemeen verbindend is verklaard, en dat moet hij dan doen voor de duur van de algemeenverbindendverklaring.

  4. Hun individuele contractsvrijheid herleeft.

Vraag 2

Diederik Duk werkt bij Kapsalon Karel. Sinds zijn indiensttreding in 2014 heeft hij regelmatig overuren gemaakt. De op zijn werkgever (via lidmaatschap) toepasselijk Cao Kappersbedrijven voorziet in een riante overwerktoeslag, maar die heeft Duk nooit gekregen. Duk is geen lid van een vakbond. De Cao Kappersbedrijven is niet algemeen verbindend verklaard, noch is er een incorporatiebeding in de arbeidsovereenkomst opgenomen.

Welke stelling is juist?

  1. Krachtens art. 14 Wet CAO dient werkgever de cao-bepalingen ook na te leven t.a.v. ongebonden werknemers. Duk kan op basis van dat artikel een vordering tot betaling van de overwerktoeslag instellen.

  2. De overwerktoeslag is stilzwijgend deel gaan uitmaken van de arbeidsovereenkomst (ex art. 6:248), zodat Duk een vordering kan instellen op grond van zijn arbeidsovereenkomst.

  3. Duk kan aanspraak maken op de overwerktoeslag, nu deze toeslag kan worden aangemerkt als een verkregen recht.

  4. Duk kan zelf geen betaling van de overwerktoeslag afdwingen jegens zijn werkgever.

Vraag 3

Wat behoort niet tot de belangrijkste doelstellingen van algemeenverbindendverklaring?

  1. Bevordering van de rechtszekerheid.

  2. Stimulering van het collectief overleg op bedrijfstakniveau.

  3. Bevordering van de totstandbrenging van geordende arbeidsverhoudingen.

  4. Beperking van de regelgeving door de centrale overheid.

Vraag 4

‘Lex Legis’ is een advocatenkantoor met 25 mensen in dienst. Welke stelling is juist met betrekking tot de wijze waarop de medezeggenschap in deze onderneming geregeld kan zijn?

  1. In deze onderneming kan geen ondernemingsraad zijn ingesteld.

  2. In deze onderneming kan alleen op vrijwillige basis een personeelsvertegenwoordiging zijn ingesteld.

  3. In deze onderneming kan of een ondernemingsraad of een personeelsvertegenwoordiging zijn ingesteld, of de regeling van de personeelsvergadering worden nageleefd.

  4. Deze onderneming kan verplicht zijn tegelijkertijd zowel de regeling van de personeelsvertegenwoordiging als van de personeelsvergadering na te leven.

Vraag 5

Welke stelling is juist?

  1. Aan de personeelsvertegenwoordiging kunnen extra rechten worden toegekend bij ondernemingsovereenkomst.

  2. De toetsing van de Ondernemingskamer ex art. 26 WOR heeft een sterk inhoudelijk karakter.

  3. De ondernemingsraad komt geen beroepsrecht ex art. 26 lid 1 WOR toe, indien de ondernemer in het geheel geen advies heeft gevraagd.

  4. .....read more
Access: 
Public
Inleiding sociaal recht - Oefententamen 2014/2015 (2)

Inleiding sociaal recht - Oefententamen 2014/2015 (2)


Vragen

Vraag 1

Marie Vaasssen is sinds 1 maart 2001 in dienst bij Kinderdagverblijf Dikkertje Dap. Werkgeefster is altijd lid geweest van de MO-groep, een werkgeversvereniging in de Kinderopvang, die partij is bij de Cao Kinderopvang, laatstelijk geldend van 1 januari 2013 tot 1 januari 2014. Marie is lid van AbvaKabo FNV, een van de vakbonden die deze cao aan werknemerszijde heeft afgesloten. Werkgeefster is ontevreden over de wijze waarop haar belangen door de MO-groep worden behartigd en heeft daarom haar lidmaatschap per 1 januari 2014 opgezegd. Werkgeefster heeft medio december 2013 alle werknemers schriftelijk bericht dat zij vanaf 1 januari 2014 niet meer gebonden is aan de cao en derhalve vanaf die datum niet langer de daarin neergelegde overwerktoeslag zal betalen.

Welke stelling is juist?

  1. Marie kan na 1 januari 2014 alleen nog aanspraak maken op de overwerktoeslag, indien de cao middels een incorporatiebeding in haar arbeidsovereenkomst is geïncorporeerd.

  2. Marie kan na 1 januari 2014 alleen nog aanspraak maken op de overwerktoeslag, als deze toeslag kan worden aangemerkt als een verkregen recht.

  3. Marie kan ook na 1 januari 2014 nog aanspraak maken op de overwerktoeslag en kan een vordering instellen op grond van art. 9, 12 en 13 Wet CAO.

  4. Marie kan ook na 1 januari 2014 aanspraak maken op de overwerktoeslag en kan een vordering op grond van haar arbeidsovereenkomst instellen.

Vraag 2

Dirk Dapper werkt ook bij Kinderdagverblijf Dikkertje Dap. Sinds zijn indiensttreding in 2005 heeft hij regelmatig overuren gemaakt. Hij is geen lid van een vakbond, maar kreeg wel altijd de overwerktoeslag conform de Cao Kinderopvang uitbetaald voor zijn overuren. De Cao Kinderopvang is in die jaren nooit algemeen verbindend verklaard geweest.

Welke stelling is juist?

  1. Dirk kan ook na 1 januari 2014 aanspraak maken op de overwerktoeslag en kan een vordering op grond van zijn arbeidsovereenkomst instellen.

  2. Dirk kan ook na 1 januari 2014 nog aanspraak maken op de overwerktoeslag en kan een vordering instellen op grond van art. 14 Wet CAO.

  3. Dirk kan na 1 januari 2014 alleen nog aanspraak maken op de overwerktoeslag, indien de cao middels een incorporatiebeding in zijn arbeidsovereenkomst is geïncorporeerd.

  4. Dirk kan na 1 januari 2014 alleen nog aanspraak maken op de overwerktoeslag, als deze toeslag kan worden aangemerkt als een verkregen recht.

Vraag 3

Welke stelling is juist?

  1. Een algemeen verbindend verklaarde cao-bepaling heeft na afloop van de algemeen verbindend verklaring op dezelfde wijze ‘nawerking’ als een niet algemeen verbindend verklaarde cao-bepaling.

  2. Als een ondernemingsraad weigert in te stemmen met een instemmingsplichtig besluit, kan de werkgever in sommige gevallen vervangende toestemming krijgen van de Ondernemingskamer van het Gerechtshof te Amsterdam.

  3. Het aflopen van

  4. .....read more
Access: 
Public
Inleiding sociaal recht - Oefententamen 2013/2014 (1)

Inleiding sociaal recht - Oefententamen 2013/2014 (1)


Vragen

Vraag 1

Als partijen een arbeidsovereenkomst (of een beëindigingsovereenkomst) zijn aangegaan, kan in sommige gevallen één van de partijen trachten deze overeenkomst ongedaan te maken door zicht te beroepen op het feit dat er een discrepantie bestond tussen zijn ‘wil’ en zijn ‘verklaring’.

Wat is juist?

  1. Hier is sprake van een beroep op een wilsgebrek, namelijk dwaling;

  2. Hier is sprake van een beroep op een wilsgebrek, namelijk onvoorziene omstandigheden;

  3. Hier is sprake van een beroep op de aanvullende werking van de redelijkheid en billijkheid;

  4. Geen van de genoemde alternatieven is juist.

Vraag 2

Welke stelling ten aanzien van aanstelling en tewerkstelling is juist?

  1. De Commissie Gelijke Behandeling kan een werkgever die zich schuldig maakt aan discriminatie een geldboete opleggen;

  2. Een werknemer die een strafblad heeft, moet dit gegeven in beginsel spontaan bij de aanstelling melden, omdat er grote risico’s zijn verbonden aan de tewerkstelling van ex-delinquenten;

  3. Een vrouwelijke sollicitant die reeds vijf maanden zwanger is en solliciteert naar een arbeidsovereenkomst voor de duur van zes maanden waarvan het grootste deel samenvalt met het genieten van zwangerschapsverlof, behoeft hiervan in de sollicitatiefase geen mededeling te doen;

  4. In de jurisprudentie wordt het risico van het niet verkrijgen van een tewerkstellingsvergunning op grond van de Wet arbeid vreemdelingen, waardoor de werknemer (vreemdeling) niet langer in staat is de arbeid te verrichten, bij de werknemer (vreemdeling) gelegd.

Vraag 3

Frederik van Eeden is na zijn afstuderen als leerkracht (hij is dan 28 jaar) gaan werken bij Erasmus Academie, een middelbare school op humanistische grondslag. De gesloten arbeidsovereenkomst geldt voor de duur van één jaar. Nadat het contract tweemaal is verlengd (en er derhalve drie contracten van elk voor de duur van één jaar zijn gesloten), besluit Frederik een reis naar Mexico te maken. Als Frederik na twee maanden terugkeert, treedt hij aansluitend opnieuw in dienst bij Erasmus Academie en wel op basis van een arbeidsovereenkomst voor de duur van vier jaar.

Wat is, ervan uitgaande dat geen rekening behoeft te worden gehouden met een cao, juist?

  1. De arbeidsovereenkomst eindigt van rechtswege;

  2. De arbeidsovereenkomst eindigt van rechtswege, maar er moet wel een opzegtermijn ex art. 7:672 BW in acht worden genomen;

  3. De arbeidsovereenkomst eindigt niet van rechtswege; voor opzegging is echter is dit geval geen toestemming ex art. 6 BBA vereist;

  4. De arbeidsovereenkomst eindigt niet van rechtswege, tenzij partijen dit in de arbeidsovereenkomst hebben afgesproken.

Vraag 4

Sonja Leers is per 1 januari 2011 voor 32 uur per week (voor onbepaalde tijd) in dienst getreden bij Hakvoort BV, een bedrijf met 15 werknemers. Eigenlijk vindt ze deze arbeidsduur – gelet op het feit dat ze.....read more

Access: 
Public
Inleiding sociaal recht - Oefententamen 2013/2014 (2)

Inleiding sociaal recht - Oefententamen 2013/2014 (2)


Vragen

Vraag 1

Wat is juist? Art. 7:653 BW is een voorbeeld van:

  1. Driekwartdwingend recht;

  2. Semi-dwingend recht

  3. Volledig dwingend recht;

  4. Vijfachtste dwingend recht.

Vraag 2

Wat geldt ten aanzien van een zogenoemde oproepovereenkomst?

  1. Een oproepkracht geniet geen bescherming op grond van de Arbeidstijdenwet en de Arbeidsomstandighedenwet;

  2. Een oproepkracht die werkzaam is op basis van een zogenoemde voorovereenkomst heeft na drie oproepen binnen een periode van drie maanden een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd;

  3. Een oproepkracht met een nul-urencontract met vaste werktijden heeft bij een oproep van anderhalf uur recht op loon over drie uren tenzij in de cao anders is bepaald;

  4. In een cao kan ten aanzien van een oproepkracht worden bepaald dat de oproepkracht geen loon ontvangt als hij niet wordt opgeroepen.

Vraag 3

Henk van Dis heeft met Kip en Koe B.V. een arbeidsovereenkomst voor de duur van één jaar in de functie van productiemedewerker. Nadat het contract twee keer (aansluitend) is verlengd, wordt het contract niet meer verlengd. Henk is vervolgens vier maanden werkloos. Tot zijn vreugd kan hij daarna opnieuw in dienst treden bij Kip en Koe B.V. op basis van een arbeidsovereenkomst voor de duur van één jaar.

Wat is – ervan uitgaande dat er geen CAO van toepassing is – juist?

Deze arbeidsovereenkomst eindigt

  1. van rechtswege;

  2. niet van rechtswege, omdat in deze situatie misbruik wordt gemaakt van de wettelijke uitzondering (HR Greenpeace);

  3. niet van rechtswege; voor opzegging is echter geen toestemming ex artikel 6 BBA vereist of

  4. niet van rechtswege, tenzij partijen dit in de arbeidsovereenkomst hebben afgesproken.

Vraag 4

Welke stelling ten aanzien van het concurrentiebeding is juist?

Een concurrentiebeding

  1. dat is opgenomen in een personeelshandboek of in een CAO geldt volgens de Hoge Raad niet als ‘schriftelijk’ overeengekomen;

  2. is nietig als het voor een langere duur dan twee jaar is overeengekomen;

  3. kan bij een veranderende functie ‘zwaarder gaan drukken’, maar daarbij is wel relevant in hoeverre de werknemer ander – vergelijkbaar werk – op de arbeidsmarkt zal kunnen vinden of

  4. kan door de werkgever niet worden ingeroepen als hij de werknemer heeft ontslagen tijdens de wettelijke proeftijd.

Vraag 5

Wat is juist?

  1. Een proeftijdbeding moet schriftelijke met de individuele werknemer worden overeengekomen, hetgeen betekent dat het beding niet rechtsgeldig in een – in de arbeidsovereenkomst geïncorporeerd – personeelshandboek of CAO kan worden opgenomen.

  2. Bij ziekte van de werknemer tijdens de proeftijd wordt de maximale duur van de wettelijke proeftijd opgeschort voor de duur van de ziekte.

  3. De loondoorbetalingsverplichting kan slechts ten aanzien van de eerste zes

  4. .....read more
Access: 
Public
Inleiding Sociaal Recht: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG

Samenvattingen en studiehulp voor Rechten Bachelor 3 aan de Rijksuniversiteit Groningen

Burgerlijk Procesrecht: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG

Burgerlijk Procesrecht: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG

Image

In deze bundel worden o.a. samenvattingen, oefententamens en collegeaantekeningen gedeeld voor het vak Burgerlijk Procesrecht voor de opleiding Rechtsgeleerdheid, jaar 3, aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Voor een compleet overzicht van de door JoHo aangeboden samenvattingen & studiehulp en de beschikbare geprinte samenvattingen voor dit vak ga je naar de Recht & Bestuur in Nederland: leren, studeren en kennis delen- startpagina

Internationaal Publiekrecht: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - Rechten RUG B3 - Studiebundel

Internationaal Publiekrecht: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - Rechten RUG B3 - Studiebundel

Image

In deze bundel worden o.a. samenvattingen, oefententamens en collegeaantekeningen gedeeld voor het vak Internationaal Publiekrecht voor de opleiding Rechtsgeleerdheid, jaar 3 aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Voor een compleet overzicht van de door JoHo aangeboden samenvattingen & studiehulp en de beschikbare geprinte samenvattingen voor dit vak ga je naar de Recht & Bestuur in Nederland: leren, studeren en kennis delen- startpagina

Staatsrecht 3: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - Rechten RUG B3 - Studiebundel

Staatsrecht 3: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - Rechten RUG B3 - Studiebundel

Image

In deze bundel worden o.a. samenvattingen, oefententamens en collegeaantekeningen gedeeld voor het vak Staatsrecht 3 voor de opleiding Rechtsgeleerdheid, aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Voor een compleet overzicht van de door JoHo aangeboden samenvattingen & studiehulp en de beschikbare geprinte samenvattingen voor dit vak ga je naar de Recht & Bestuur in Nederland: leren, studeren en kennis delen- startpagina

Recht van de Europese Unie: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen & oefenvragen - RUG
Inleiding Rechtsfilosofie: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG

Inleiding Rechtsfilosofie: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG

In deze bundel worden o.a. samenvattingen, oefententamens en collegeaantekeningen gedeeld voor het vak Inleiding Rechtsfilosofie voor de opleiding Rechtsgeleerdheid, jaar 3 aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Voor een compleet overzicht van de door JoHo aangeboden samenvattingen & studiehulp en de beschikbare geprinte samenvattingen voor dit vak ga je naar de Samenvattingen Shop Rechten - RUG - B3 op JoHo.org

Inleiding Rechtssociologie: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG

Inleiding Rechtssociologie: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG

In deze bundel worden o.a. samenvattingen, oefententamens en collegeaantekeningen gedeeld voor het vak Inleiding Rechtssociologie voor de opleiding Rechten, jaar 3 aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Voor een compleet overzicht van de door JoHo aangeboden samenvattingen & studiehulp en de beschikbare geprinte samenvattingen voor het vak Romeins Recht ga je naar de Recht & Bestuur in Nederland: leren, studeren en kennis delen- startpagina

Strafrecht 3: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen & oefenvragen - RUG

Strafrecht 3: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen & oefenvragen - RUG

In deze bundel worden o.a. samenvattingen, oefententamens en collegeaantekeningen gedeeld voor het vak Strafrecht 3 voor de opleiding Rechtsgeleerdheid, aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Voor een compleet overzicht van de door JoHo aangeboden samenvattingen & studiehulp en de beschikbare geprinte samenvattingen voor dit vak ga je naar de Recht & Bestuur in Nederland: leren, studeren en kennis delen- startpagina

Burgerlijk Recht 3: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG

Burgerlijk Recht 3: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG

  • In deze bundel worden o.a. samenvattingen, oefententamens en collegeaantekeningen gedeeld voor het vak Burgerlijk Recht 3 voor de opleiding Rechtsgeleerdheid, jaar 3 aan de Rijksuniversiteit Groningen.
  • Voor een compleet overzicht van de door JoHo aangeboden samenvattingen & studiehulp en de beschikbare geprinte samenvattingen voor dit vak ga je naar de Recht & Bestuur in Nederland: leren, studeren en kennis delen- startpagina
Inleiding Sociaal Recht: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG
Contributions, Comments & Kudos

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.
Access level of this page
  • Public
  • WorldSupporters only
  • JoHo members
  • Private
Statistics
1878
Last updated
05-09-2023