Oefententamen 2017/2018: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1a

Tech BV is een bedrijf dat via internet elektrische apparatuur aan consumenten verkoopt. Om de verkoop van fotocamera’s te stimuleren adverteert zij op haar website dat bij koop van een camera de consument kans maakt op een reis naar de Seychellen om daar schitterende plaatjes te schieten. Tech BV vermeldt niet in de advertentie dat een klant alleen in aanmerking komt voor deze prijs, indien hij bij de aankoop van de camera € 10 extra betaalt. Mevrouw Luik is op zoek naar een camera. Zij stuit op de website van Tech BV op een mooie camera van het merk SONS. Verder ziet zij ook de advertentie over de Seychellen staan. Het lijkt haar daarom een goed moment om de camera te kopen en bestelt een SONS s520 voor € 700. Tijdens het bestelproces valt haar op dat haar € 10 extra in rekening wordt gebracht voor de reis naar de Seychellen wanneer zij de optie ‘meedoen met de prijstrekking’ aanklikt. Zij twijfelt, een reis naar de Seychellen lijkt haar mooi, maar € 10 kun je maar één keer uitgeven. Zij zet deze optie dan toch maar weer uit. Luik ontvangt vijf dagen later de LITE s520, maar is niet helemaal tevreden met de camera.

Kan Luik de koopovereenkomst met Tech BV met succes vernietigen? (7 punten)

Vraag 1b

Stel, ongeacht uw antwoord op vraag 4a, dat Luik de overeenkomst kan vernietigen. Zij wacht echter met deze vernietiging en gaat op een wildexcursie op de Veluwe. Tijdens deze excursie valt de camera op de grond en breekt. Luik wil de camera zo snel mogelijk gerepareerd hebben omdat ze een uitje naar dierentuin Beekse Bergen gepland heeft. Zij kiest dan ook voor een spoedreparatie die € 280 kost. Zij vernietigt de overeenkomst na de reparatie en het uitje naar de Beekse Bergen alsnog.

Welk bedrag kan Luik van Tech BV vorderen? (6 punten)

Vraag 2a

Een vmbo-examenklas speelt tijdens de verplichte gymles het tikspel pionnenroof in de gymzaal. Tijdens dit tikspel, dat al op de basisschool wordt gespeeld, moet de ‘aanvaller’ een pion wegnemen bij de ‘tikker’ voordat hij getikt wordt. Tijdens het spel loopt Gerard met zijn hoofd tegen de muur nadat een andere leerling zijn tik op het laatste moment ontweek. Hij breekt hierbij een nekwervel. De gymleraar hield toezicht in het midden van de lange zijde van de zaal. Het ongeluk heeft hij niet zien gebeuren. Hij heeft van te voren de regels van het spel uitgelegd maar geen specifieke veiligheidsinstructies ge-geven of extra veiligheidsmaatregelen getroffen. De op de muur aangebrachte bekleding bestaat niet uit beschermende valkussens maar uit geluidsisolatie. Dit wist de gymleraar. De gymzaal is een doorsnee sportlokaal van gebruikelijke afmetingen dat voldoet aan de wettelijke eisen. De ouders van de leerling spreken de leraar aan namens hun minderjarige zoon.

Acht u de leraar aansprakelijk? Onderbouw uw antwoord. (7 punten)

Vraag 2b

Stel, daargelaten uw antwoord op vraag 2a, dat sprake is van een normschending. Komt de ouders van Gerard een beroep toe op de omkeringsregel (vermeld kort een relevant arrest)? (3 punten)

Vraag 3

Stel, daargelaten uw antwoord op vraag 5, dat de gymleraar aansprakelijk is. De ouders van Gerard besluiten om hun zoon, na ontslag uit het ziekenhuis, thuis te verzorgen. Vaststaat dat de verpleging ook had kunnen worden uitbesteed aan professionals. Gerard slaapt in de woonkamer in een medisch bed, mag geen traplopen en moet maandenlang bij alle dagelijkse handelingen worden geholpen. De ouders van Gerard vorderen schadevergoeding van de gymleraar voor de uren die zij hebben besteed aan de verpleging van hun zoon. Volgens de gymleraar is hij de ouders van Gerard niets verschuldigd. Hij handelde onrechtmatig jegens Gerard, niet jegens zijn ouders, zo luidt zijn eerste verweer. Bovendien hebben de ouders van Gerard volgens hem geen schade geleden. Zijn tweede verweer luidt dat nu er niet voor de verpleging is betaald en er dus geen kosten zijn gemaakt, omdat de zorg is verleend door de ouders, de ouders geen recht hebben op een vergoeding. De ouders van Gerard hebben gedaan wat van liefhebbende ouders redelijkerwijze mag worden verwacht nu zij daar fysiek toe in staat zijn.

Hebben de ouders van Gerard recht op schadevergoeding (vermeld het relevante wetsartikel)? Ga in op beide verweren en de wijze van schadebegroting. (10 punten)

Vraag 4a

Willem is eigenaar van een praktijk voor fysiotherapie en heeft 5 werknemers in dienst. Jaarlijks organiseert hij een bedrijfsuitje voor zijn fysiotherapeuten. Dit jaar heeft hij gekozen voor een workshop ‘kickboksen’ bij de plaatselijke sportschool. Onder leiding van een instructeur mogen de werknemers onderling ‘sparren’ en doen zij gezamenlijk een aantal oefeningen. De cursus is bedoeld om de saamhorigheid tussen de werknemers te vergroten en ook een stukje weerbaarheid bij te brengen. Patiënten worden immers steeds mondiger, aldus Willem. Wanneer de werknemers met hun bokshandschoenen aan in een cirkel om de instructeur heen staan om de eerste instructies te ontvangen, meent één van de werknemers, Stan, lollig te zijn. Plotseling deelt hij een klap uit aan zijn collega, Sanne, die naast hem staat. Sanne was hierop niet bedacht, komt ten val en loopt een lelijke armbreuk op. Sanne wil haar werkgever tot vergoeding van de daaruit voortvloeiende letselschade aanspreken. Zij meent dat haar werkgever jegens haar zijn zorgplicht heeft geschonden.

Heeft het beroep van Sanne op de schending van de zorgplicht door de werkgever kans van slagen? (6 punten)

Vraag 4b

Sanne doet daarnaast ook een beroep op art. 6:170 BW. Heeft dit beroep kans van slagen? Bespreek de drie belangrijkste vereisten van deze aansprakelijkheid. (7 punten)

Vraag 5a

Ludo en Minke zijn kennissen en beiden woonachtig in een woonwagenkamp. Ludo heeft sinds 2010 een verbrijzelde voet, waarvoor hij een speciale schoen draagt. Op 25 augustus 2011 is hij naar de woonwagen van Minke gegaan. Hij heeft op haar verzoek bij binnenkomst zijn schoenen uitgedaan. Zij heeft hem een kop koffie aangeboden en gezegd dat hij in de woonkamer plaats kon nemen. Ludo verkiest de zachte, diepe bank boven de houten stoel met houten armleuningen. Op enig moment is hij opgestaan van de bank, wat door zijn voet zeer moeizaam ging. Hij heeft steun gezocht en daarbij een kristallen schaal die op de salontafel stond, omgestoten. De schaal breekt in duizend stukjes. Minke stelt Ludo aansprakelijk voor de door haar geleden schade. Volgens de advocaat van Ludo is dit een typisch huis-, tuin- en keukenongeluk en is geen sprake van een onrechtmatige daad.

Heeft de advocaat van Ludo gelijk? Onderbouw uw antwoord (6 punten)

Vraag 5b

Stel, daargelaten uw antwoord op vraag 5a, dat de woonwagen van Minke in de nacht na het be-zoek van Ludo door kortsluiting in brand vliegt. Minke had te veel elektrische apparaten op eenzelfde groep aangesloten en de elektrische installatie was sterk verouderd. Het was daarom al langere tijd wachten op een ongeluk. Minke lukt het zichzelf in veiligheid te brengen maar het hele interieur van de woonwagen gaat in vlammen op. Volgens de advocaat van Ludo geldt dat als de kristallen schaal niet al door Ludo was gebroken, deze nu toch, door toedoen van Minke, verloren was gegaan. Ludo zou na de brand niet langer aansprakelijk kunnen worden gehouden voor de zaakschade van Marcella.

Heeft de advocaat van Ludo gelijk? Onderbouw uw antwoord (6 punten)

Vraag 6a

De 18 jarige neef van Ludo, Kars, wil wraak nemen voor het feit dat Minke Ludo aansprake-lijk heeft gesteld. Kars wil Minke flink laten schrikken en bedreigt haar in haar tijdelijke woning met een vuurwapen. Minke doet aangifte waarna Kars op de vlucht slaat. Op zoek naar Kars en het vuurwapen verricht de politie onder meer huiszoeking in de woonwagen van Kars. Deze woonwagen huurt hij van Tim. Omdat niemand thuis is, forceert de politie de deur, die beschadigd raakt. Tim stelt als eigenaar van de woonwagen de Staat aansprakelijk op grond van het ‘égalité devant les charges publiques’-beginsel. Met succes: de aansprakelijkheid van de Staat staat vast. De Staat voert echter het verweer dat sprake is van omstandigheden die toegerekend kunnen worden aan Tim en dat een deel van de schade voor zijn rekening moet blijven. Vaststaat dat Tim niets te maken heeft met deze wraakactie en hier niet van op de hoogte is.

Zal het verweer van de Staat slagen? (6 punten)

Vraag 6b

Kars wordt uiteindelijk gevonden en veroordeeld. Ook de civielrechtelijke aansprakelijkheid van Kars jegens Minke staat vast. Minke vordert schadevergoeding van Kars voor de door haar geleden immateriële schade. Sinds het moment waarop zij het vuurwapen op haar gezicht gericht kreeg slaapt Minke slecht en is zij bang om alleen thuis te zijn. Van een erkend ziektebeeld is echter geen sprake volgens haar psycholoog.

Kan Minke smartengeld van Kars vorderen? Zo nee, waarom niet en zo ja, op welke grond of gronden (als het er volgens u meer zijn, noem dan de verschillende gronden)? (6 punten)

Antwoordindicatie

Vraag 1a

Oneerlijke handelspraktijken, vernietiging en causaliteit  (7 punten)
De vraag is of mevrouw Luik de overeenkomst kan vernietigen op grond van art. 6:193j lid 3 BW. De handelswijze van TDH BV is te kwalificeren als een agressieve handelspraktijk in de zin van art. 6:193i sub h BW. Dit is een oneerlijke handelspraktijk (art. 6:193b lid 3 sub b BW). Twijfelachtig is of de advertentie voor mevrouw de reden was om de overeenkomst met betrekking tot de camera met Tech BV te sluiten. De advertentie heeft haar wel over de streep getrokken om het bestelproces in te gaan, maar vervolgens heeft ze de mogelijkheid om kans te maken op de prijs niet aangevinkt. Het causaal verband ontbreekt. Een beroep op art. 6:193j lid 3 BW slaagt dan ook niet.

Vraag 1b

Onverschuldigde betaling (5 punten)
Vernietiging heeft terugwerkende kracht (art. 3:53 BW). Een rechtsgrond voor terugbetaling is daarom onverschuldigde betaling ex art. 6:203 BW. Mevrouw kan niet alleen € 700 terugvorderen op grond van art. 6:203 lid 1 BW. Zij kan ook proberen de kosten van de reparatie terug te vorderen op basis van art. 6:207 BW. De vraag is alleen in hoeverre de kosten voor de reparatie redelijk zijn.

Vraag 2a

Gevaarzetting. Kelderluik. Art. 6:162 BW  (7 punten) Rechtbank Noord-Holland 14 maart 2018, ECLI:NL:RBNHO:2018:2184
De leraar is niet aansprakelijk o.g.v. art. 6:162 BW bij toetsing aan Kelderluik-criteria (omdat de leraar niet meespeelt geldt de hoge drempel voor aansprakelijkheid bij sport- en spelsituaties niet). Of sprake is van gevaarzetting hangt af van de aard van deze gymnastiekoefening, de kans op ongeval en letsel/schade, de ernst van de mogelijke gevolgen en de bezwaarlijkheid van voorzorgsmaatregelen. Het niet treffen van voorzorgsmaatregelen (veiligheidsinstructies, matten tegen de muur) is slechts onrechtmatig is, indien de kans op een ongeval en/of letsel bij het tikspel zo groot was, dat de gymleraar ter voorkoming of beperking van het ongeval en/of letsel naar maatstaven van zorgvuldigheid extra veiligheidsmaatregelen had moeten treffen of dit tikspel niet had moeten laten plaatsvinden (zie het Zwiepende tak-arrest). Bovendien wordt het tikspel wordt al gespeeld op de basisschool zodat de kinderen zijn bekend met de regels en risico’s en voldeed de zaal anders dan in de casus van het arrest gevangenis Curaçao aan de wettelijke eisen.

Vraag 2b

Omkeringsregel, causaliteit HC 8 (3 punten)
De omkeringsregel, gebaseerd op art. 150 Rv, is van toepassing indien een norm wordt geschonden die strekt tot bescherming tegen een specifiek gevaar en dat gevaar moet zich hebben verwezenlijkt. Bij toepassing neemt de rechter het csqn-verband voors-hands aan (Verheij, nr. 19, p. 75). De vraag is hier of de geschonden norm tegen een specifiek gevaar beschermde. Verdedigbaar is dat sprake is van een veiligheidsnorm zie beoogt te voorkomen dat kinderen ernstig letsel lijden door botsing met de muur. In dat ge-val kunnen de ouders zich op de omkeringsregel beroepen. Eveneens verdedigbaar is dat een algemene veiligheidsnorm die beschermt tegen letsel te weinig specifiek is. In dat ge-val kunnen de ouders zich er niet op beroepen. Relevante arresten zijn Hoge Raad 23 no-vember 2012, ECLI:NL:HR:2012:BX7264, NJ 2012, 669 (Erven A./B. en C.); Hoge Raad 25 november 2005, ECLI:NL:HR:2005:AU4042, NJ 2007/141 m.nt. C.J. H. Brunner (Skeelerongeval) of Hoge Raad 7 april 2006, ECLI:NL:HR:2006:AU6934, NJ 2006/ 244 (Der Bildtpollen Aanwas BV-Miedema).

Vraag 3

Abstracte begroting personenschade. Verplaatste schade, relativiteit HC 3 en 6-7 (10 punten)
Het eerste verweer slaagt niet. Het gaat om verplaatste schade. Art. 6:107 verschaft de basis voor aanspraken van derden. De ouders van Gerard hebben als derden recht op schadevergoeding en wel omdat jegens Gerard onrechtmatig is gehandeld. Het is irrelevant of ook jegens de ouders onrechtmatig is gehandeld (Verheij, nr. 44). De relativiteit speelt geen rol. Het primair slachtoffer – Gerard – heeft letsel geleden en ouders vorderen verzorgings-kosten, die, zou Gerard die hebben gemaakt, van de leraar had kunnen vorderen. Het tweede verweer slaagt immers evenmin. Omdat de verpleging en verzorging konden worden uitbesteed aan professionals dan heeft Gerard recht op een vergoeding. Dat de verzorging werd uitgevoerd door zijn ouders, en dat hiervoor dus niet is betaald, doet niets af aan het recht op vergoeding. In een vergelijkbare zaak oordeelde de Hoge Raad dat ouders op grond van artikel 6:107 BW aanspraak konden maken op een vergoeding voor de geleden vermogensschade (6:96 BW) wegens de verzorging en verpleging. De Hoge Raad heeft om tot dit oordeel te komen het volgende overwogen: als iemand door een ongeval langdurige verpleging en verzorging nodig heeft, is de aansprakelijke partij verplicht deze zorg mogelijk te maken. Wanneer een bekende de zorg en verpleging van het slachtoffer op zich neemt zonder hiervoor een vergoeding te vragen, voldoet de bekende aan de verplichting van de aansprakelijke. De redelijkheid brengt mee dat er voor de begroting van de vermogensschade buiten beschouwing wordt gelaten dat er niet betaald is voor de zorg en ver-pleging. De rechter mag geen hogere vergoeding toewijzen dan het geschatte bedrag van de bespaarde kosten van de professionele zorg en verpleging. Het gaat hierbij om een abstracte schadebegroting (normatief schadebegrip). Verheij, nr. 48, 51. Johanna Kruidhof-arrest (niet verplicht)

Vraag 4a

Zorgplicht werkgever (6 punten)
De zorgplicht van de werkgever is te vinden in art. 7:658 BW en art. 7:611 BW. De aansprakelijkheid kan niet gefundeerd worden op art. 7:658 BW, omdat er geen schade is in de uitoefening van het werk. Zie het Rollerskate-arrest, Reclasserings-arrest of het arrest KLM/De Kuijer (geen van alle verplicht). Het functioneel verband tussen de fout en het (eigenlijke) werk ontbreekt. Dit betekent dat art. 7:658 BW niet van toepassing is en een beroep daarop dus geen kans van slagen heeft. Wel zou art. 7:611 BW als grondslag kunnen dienen. Aangetoond moet dan worden dat Bert zich niet als een goed werkgever heeft gedragen.

Vraag 4b

Aansprakelijkheid voor ondergeschikten (7 punten)
Ja, er is sprake van

  1. een fout, zijnde een toerekenbare onrechtmatige daad,
  2. van een ondergeschikte, die
  3. in voldoende verband met het werk staat.

Ingezoomd moet worden op dit functioneel verband. Ondanks dat de aard van de fout, het tijdstip, de locatie en betrokkenheid van hulpmiddelen niet in de richting van de werkgever wijzen, lijkt het functioneel verband toch aangenomen te kunnen worden. Zie verplicht arrest Groot Kievitsdal (of Blomaard/Gemeente Utrecht): de activiteit was bedoeld de saamhorigheid te bevorderen, de werknemers traden als een eenheid op en het uitje was (moreel) verplicht.

Vraag 5a

Toerekening. 6:165 BW. ECLI:NL:GHSHE:2015:4169, r.o. 4.5.2, HC 3 (6 punten)

Nee de advocaat heeft geen gelijk. Nu de als een doen te beschouwen gedraging van verweerder – het omstoten van de kristallen schaal – onder invloed van zijn lichamelijke te-kortkoming is verricht – hij moest door zijn zere voet steun zoeken bij het opstaan, kan deze gedraging op grond van art. 6:165 lid 1 BW als een onrechtmatige daad aan verweerder worden toegerekend. Deze bepaling heeft niet alleen betrekking op de toerekening doch ook op onrechtmatigheid van de gedraging. Vgl. de op het college besproken casus van de struikelende gast met een achillespeesblessure: ECLI:NL:RBNNE:2017:240. Juist niet abstraheren maar hoge eisen stellen aan verband (“onder invloed”).

Vraag 5b

Causaliteit, HC 8 (6 punten)

Nee de advocaat heeft wederom geen gelijk. Het gaat om een geval van hypothetische causaliteit. De tweede oorzaak veroorzaakt slechts hypothetische schade, namelijk slechts in de hypothetische situatie dat de eerste gebeurtenis niet had plaatsgevonden. In geval van zaakschade (momentschade) geldt dat de eerste dader aansprakelijk is en blijft: het csqn-verband wordt niet verbroken. De schade was al geleden en Ludo was al aansprakelijk hiervoor. ‘De schaal kan niet twee keer stuk.’

Vraag 6a

Eigen schuld (ECLI:NL:HR:2017:2789), HC 9 (6 punten)
Nee gelet op HR 27 oktober 2017, ECLI:NL:HR:2017:2789 is de Staat aansprakelijk voor alle schade die valt buiten het normale maatschappelijke risico. Art. 6:101 lid 2 BW bepaalt dat indien de vergoedingsplicht schade betreft die is toegebracht aan een zaak die een an-der (bijvoorbeeld een huurder) voor de benadeelde in zijn macht had, het handelen van die ander bij het vaststellen van de eigen schuld wordt toegerekend aan de benadeelde. Art. 6:101 lid 2 BW blijft als toerekeningsregel echter buiten toepassing. Het gaat namelijk om schade die buiten het normale maatschappelijk risico van de benadeelde valt en op grond van het égalité-beginsel wordt vergoed. Dat betekent dat indien de beschadigde zaak werd gehouden door de verdachte (Kars), omstandigheden aan de zijde van Kars die hebben bijgedragen aan het ontstaan van de schade, niet aan die ander – de eigenaar Tim – kunnen worden toegerekend (dus ook niet via de billijkheidscorrectie van 6:101 lid 1).
nr. 50 (huiszoeking bij tante) i.c. niet van toepassing.

Vraag 6b

Immateriële schade (6 punten).
Art. 6:106 BW geeft Minke recht op schadevergoeding. Kars had het oogmerk om nadeel dat niet in vermogensschade bestaat toe te brengen, lid 1 sub a is dus van toepassing.
Daarnaast is er ook sprake van een aantasting in haar persoon anderszins: lid 1 sub b. Niet zozeer omdat sprake is van geestelijk/psychisch letsel (dat staat immers niet vast) maar omdat er net als in de Oosterparkrellen-casus inbreuk is gemaakt op persoonlijkheidsrechten als het recht op lichamelijke integriteit/veiligheid woning (art. 2 EVRM) en
respect voor de persoonlijke levensfeer (art. 8 EVRM). Antwoord is ja, Minke heeft recht op smartengeld.

Check page access:
Public
Check more or recent content:

Oefententamens Burgerlijk Recht 3 - RUG

Oefententamen 1 2018/2019: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 1 2018/2019: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

Amanda is eigenaar van paard Storm. Ze is goed bevriend met de eigenaar van de plaatselijke manege: de Hinnikende Hengst. De eigenaar van de manege organiseert ieder jaar ter promotie van zijn bedrijf een optocht waarbij diverse paarden praalwagens door het dorp trekken. Dit jaar is een aantal manegepaarden ziek, waardoor de manege een paard te kort komt voor de optocht. Amanda wordt benaderd met het verzoek of zij haar paard ter beschikking wil stellen. Ze stemt toe. Op de dag van de optocht staat Amanda vol trots te kijken hoe Storm een mooie wagen trekt. Maar dan gaat het ineens mis. Een deel van een reclamebord komt aanwaaien en belandt tussen de benen van Storm. Storm schrikt en begint de bokken. Daarbij duwt het paard een ijzeren hekwerk om, van waarachter het publiek naar de optocht staat te kijken. Koen is de ongelukkige toeschouwer: hij wordt door het omvallende hek getroffen op zijn onderbeen en loopt een breuk op. Koen wenst schadevergoeding te ontvangen en zet in op art. 6:179 BW. Hij spreekt zowel Amanda als de manege aan. Amanda en de manege verweren zich tegen de claim en wijzen naar elkaar als de kwalitatief aansprakelijke partij.  Ook wordt het verweer gevoerd dat art. 6:179 BW helemaal niet toepasselijk is, omdat het letsel in feite niet door paard Storm is veroorzaakt maar door het vallende hekwerk.

  1. Leg uit of in deze kwestie is voldaan aan de toepassingsvoorwaarden van art. 6:179 BW. Betrek hierin het verweer dat het letsel niet door het paard maar door het vallende hekwerk is ontstaan. Ga in uw antwoord ook in op de tenzij-clausule van art. 6:179 BW (5 punten). 
  2. Stel, los van uw antwoord op de voorgaande vraag, dat aan de vereisten van art. 6:179 BW is voldaan. Leg uit op wie in deze kwestie de aansprakelijkheid van art. 6:179 BW dan rust: op Amanda, op de manege of op beiden? Noem relevante wetsartikelen en ook een richtinggevend arrest van de Hoge Raad (5 punten).
  3. Stel dat het hekwerk dat omviel in opdracht van de manege is geplaatst door een aannemersbedrijf OPDEVLOER BV. De manege maakt jaarlijks gebruik van de dienst van OPDEVLOER om de openbare weg af te zetten met hekken. Het door de manege ingeschakelde aannemersbedrijf heeft nu echter nagelaten het betreffende hekwerk goed te verankeren. Als het hekwerk wél deugdelijk zou zijn vastgezet, had het hekwerk nooit kunnen omvallen door van buiten komende krachten. Koen probeert ook een schadevergoeding te verkrijgen vanwege de door OPDEVLOER gemaakte fout. Dit bedrijf zelf was echter niet WA-verzekerd en is inmiddels failliet gegaan. Ziet u nog kans voor Koen om met succes een vordering tegen de manege in te stellen in verband met de door het aannemersbedrijf gemaakte fout? Noem daarbij het
.....read more
Access: 
Public
Oefententamen 2 2018/2019: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 2 2018/2019: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

Harry de Gracht heeft een kampeerwinkel De Gracht BV. Hij verkoopt zowel vanuit zijn winkelpand als via internet benodigdheden voor een verblijf op een camping en survivalspullen. De handel heeft de afgelopen jaren een sterke groei doorgemaakt. Naar aanleiding daarvan heeft hij ook meer werknemers in dienst genomen. De handel vereist ook dat De Gracht BV een aardige voorraad heeft om de markt te voorzien. Voor het vervoeren van deze voorraad maakt de vennootschap gebruik van verschillende heftrucks die rijden op elektriciteit. Deze heftrucks zijn gemaakt door De Schroeve BV en worden ook, na de verkoop aan De Gracht in 2014, door De Kruize onderhouden. In de nacht van 17 op 18 juni 2018 vat één van de accu’s van één van de heftrucks vlam terwijl deze wordt opgeladen. Een deel van het magazijn van De Gracht brandt af. Gelukkig heeft De Gracht een verzekering afgesloten bij RGA Verzekeringen en wordt haar schade vergoed. RGA Verzekeringen wil de vergoede schade verhalen op De Schroeve en stelt een vordering in.  

Heeft deze vordering kans van slagen? (6 punten)

Vraag 2

Sinds de opkomst van webwinkels is het verhuren van winkelpanden niet meer zo lucratief als dit eens was. Voor bepaalde panden is het dan ook moeilijk een huurder te vinden. Sluis BV heeft veel onroerend goed in Amersfoort. De vennootschap is ook eigenaar van enkele panden aan de Woerdenseweg. Deze panden aan de Woerdenseweg heeft Sluis BV voor een lage prijs verhuurd aan Rendezvous BV omdat zij weet dat deze vennootschap net is opgestart en niet veel geld in kas heeft. Rendezvous BV wil deze panden eerst van binnen laten inrichten voordat zij winkeliers probeert te trekken en neemt daarvoor het bedrijf Ligt BV in de arm. Sluis BV is hiervan op de hoogte. Afgesproken wordt dat Ligt BV drie panden aan de Woerdenseweg vanbinnen renoveert tegen een prijs van €40.000. De werkzaamheden van Ligt BV leiden ertoe dat de drie panden in totaal €25.000 in waarde toenemen. Nadat de werkzaamheden zijn afgerond, laat de betaling door Rendezvous BV op zich wachten. Het blijkt dat Rendezvous BV de vordering niet kan voldoen.  

Kan Ligt BV een of meer vorderingen instellen tegen Sluis BV; zo ja op welke grond(en) en voor welk bedrag, zo nee, waarom niet? (9 punten)

Vraag 3

Meneer en mevrouw Vermoedt besluiten hun huis te verkopen in Almere. Zij nemen contact op met verkoopmakelaar Pandjes, met wie zij een overeenkomst van opdracht sluiten. De in Deventer woonachtige Herman de Bruin heeft een baan gekregen in Amsterdam maar kan zich de hoge huizenprijzen aldaar niet veroorloven. Almere biedt redelijk betaalbare ruime woningen en ligt niet te ver van zijn toekomstige werkplek. Herman is gescheiden en heeft 3 kinderen die om het weekend bij hem komen logeren. Minstens

.....read more
Access: 
Public
Oefententamen 2017/2018: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 2017/2018: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1a

Tech BV is een bedrijf dat via internet elektrische apparatuur aan consumenten verkoopt. Om de verkoop van fotocamera’s te stimuleren adverteert zij op haar website dat bij koop van een camera de consument kans maakt op een reis naar de Seychellen om daar schitterende plaatjes te schieten. Tech BV vermeldt niet in de advertentie dat een klant alleen in aanmerking komt voor deze prijs, indien hij bij de aankoop van de camera € 10 extra betaalt. Mevrouw Luik is op zoek naar een camera. Zij stuit op de website van Tech BV op een mooie camera van het merk SONS. Verder ziet zij ook de advertentie over de Seychellen staan. Het lijkt haar daarom een goed moment om de camera te kopen en bestelt een SONS s520 voor € 700. Tijdens het bestelproces valt haar op dat haar € 10 extra in rekening wordt gebracht voor de reis naar de Seychellen wanneer zij de optie ‘meedoen met de prijstrekking’ aanklikt. Zij twijfelt, een reis naar de Seychellen lijkt haar mooi, maar € 10 kun je maar één keer uitgeven. Zij zet deze optie dan toch maar weer uit. Luik ontvangt vijf dagen later de LITE s520, maar is niet helemaal tevreden met de camera.

Kan Luik de koopovereenkomst met Tech BV met succes vernietigen? (7 punten)

Vraag 1b

Stel, ongeacht uw antwoord op vraag 4a, dat Luik de overeenkomst kan vernietigen. Zij wacht echter met deze vernietiging en gaat op een wildexcursie op de Veluwe. Tijdens deze excursie valt de camera op de grond en breekt. Luik wil de camera zo snel mogelijk gerepareerd hebben omdat ze een uitje naar dierentuin Beekse Bergen gepland heeft. Zij kiest dan ook voor een spoedreparatie die € 280 kost. Zij vernietigt de overeenkomst na de reparatie en het uitje naar de Beekse Bergen alsnog.

Welk bedrag kan Luik van Tech BV vorderen? (6 punten)

Vraag 2a

Een vmbo-examenklas speelt tijdens de verplichte gymles het tikspel pionnenroof in de gymzaal. Tijdens dit tikspel, dat al op de basisschool wordt gespeeld, moet de ‘aanvaller’ een pion wegnemen bij de ‘tikker’ voordat hij getikt wordt. Tijdens het spel loopt Gerard met zijn hoofd tegen de muur nadat een andere leerling zijn tik op het laatste moment ontweek. Hij breekt hierbij een nekwervel. De gymleraar hield toezicht in het midden van de lange zijde van de zaal. Het ongeluk heeft hij niet zien gebeuren. Hij heeft van te voren de regels van het spel uitgelegd maar geen specifieke veiligheidsinstructies ge-geven of extra veiligheidsmaatregelen getroffen. De op de muur aangebrachte bekleding bestaat niet uit beschermende valkussens maar uit geluidsisolatie. Dit wist de gymleraar. De gymzaal is een doorsnee sportlokaal van gebruikelijke afmetingen dat voldoet aan de wettelijke eisen. De ouders van de leerling spreken de leraar aan namens hun.....read more

Access: 
Public
Oefententamen 1 2016/2017: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 1 2016/2017: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

Uberchauffeur Aris moest zijn rijbewijs verlengen en maakte daartoe een afspraak bij het loket van de gemeente. Tijdens het bezoek aan het gemeentehuis is hij uitgegleden en heeft hij zijn pols gebroken. De vloer van het gemeentehuis is bekleed met linoleum dat die ochtend door een schoonmaakbedrijf stofvrij was gemaakt en voorzien van een nieuwe waslaag. Door die waslaag was de vloer extra glad geworden en Aris droeg schoenen met leren zolen. De gemeente heeft voor deze (potentieel) gevaarlijke situatie niet gewaarschuwd door het plaatsen van borden of anderszins.

  1. Aris wil de gemeente aansprakelijk stellen en wil graag van u weten of een vordering op grond van art. 6:174 BW kans van slagen heeft. Zo ja, waarom; zo nee, waarom niet? (7 punten)

Aan de glijpartij houdt Aris ernstige rugpijn over. De klachten houden aan en daardoor kan hij 50% minder werken als Uberchauffeur en heeft hij 50% minder inkomsten. Stel – daargelaten uw antwoord op vraag 1a – dat de gemeente aansprakelijk is voor deze schade en het verlies aan arbeidsvermogen tot Aris’s pensionering moet vergoeden (bij wijze van maandelijkse suppletie van Aris’s arbeidsongeschiktheidsuitkering). Een half jaar na de aanrijding krijgt Aris een hersenbloeding waardoor hij volledig arbeidsongeschikt raakt. Deze laatste gebeurtenis staat los van de glijpartij in het gemeentehuis. De gemeente acht zich vanaf dat moment niet langer aansprakelijk voor de 50% gederfde inkomsten van Aris.

  1. Heeft de gemeente gelijk? Onderbouw uw antwoord (6 punten)

Vraag 2

Op zijn erf is Sander druk in de weer om met een bijl een beuk te kappen. Zijn zoon Maarten (14 jaar) zit een klein stukje verderop in het gras met zijn telefoon te spelen. Als de boom zo ver gekapt is, dat hij bijna omvalt op het naast het erf gelegen wandelpad, loopt Sander snel naar de schuur om een touw te halen. Door het touw tussen de om te hakken boom en een andere boom te spannen, wil hij er zeker van zijn, dat de boom niet op het pad valt. Voordat Sander uit de schuur is teruggekeerd, wandelt Hugo, een 30-jarige muziekdocent op het pad langs de erfafscheiding. Juist op dat moment valt door een windvlaag de beuk om. Hugo wordt door de stam getroffen en raakt ernstig gewond aan zijn schouder. Maarten, die compleet gefocust was op zijn mobiele telefoon, ontgaat dit allemaal.

  1. Is Sander aansprakelijk voor de door Hugo geleden schade? (7 punten)
  2. Hugo spreekt behalve Sander ook Maarten aan op grond van onrechtmatige daad. Is Maarten aansprakelijk voor de door Hugo geleden schade? (4 punten)

Hugo is een tijd uitgeschakeld en herstelt thuis van zijn verwondingen. De muziekschool waar Hugo voltijd als leraar werkt, betaalt het loon van Hugo conform de geldende regelgeving door......read more

Access: 
Public
Oefententamen 2 2016/2017: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 2 2016/2017: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

Carl (23) is op maandagochtend gras aan het maaien in de tuin van zijn ouders. Zijn ouders zijn op vakantie naar Italië. Hij hoort opeens luid gemiauw en ziet dat de kat van de buren klem zit onder een rolluik op de eerste verdieping van de villa van de buren. De buren, die hij niet persoonlijk kent, zijn niet thuis. Hij aarzelt geen moment, breekt de deur naar de tuin van de buren open en klimt langs een boom naar het beestje toe. Hij scheurt hierbij zijn nieuwe broek en ook zijn smartphone raakt tijdens de reddingsoperatie beschadigd.

  1. Kan Carl deze schade vergoed krijgen van de buren? Onderbouw uw antwoord. (7 punten)

Stel nu dat Carl tijdens de bevrijdingsoperatie onzorgvuldig heeft gehandeld door met onnodig veel geweld de tuindeur open te breken en het rolluik los te trekken. Daarbij heeft hij het kozijn ontzet en veel schade aangericht. De rechter oordeelt dat Carl de reparatie- en vervangingskosten van tuindeur, luik en kozijn (€ 2000) aan de buren moet vergoeden.

  1. Carl zit momenteel in een schuldsaneringstraject en heeft het niet breed. In hoeverre zal de rechter hier rekening mee houden bij het vaststellen van de schadevergoeding? (6 punten)

Vraag 2

Kacper wandelt met zijn poedel Max in het Oosterpark, waar Evelien, 7 jaar oud, onder toeziend oog van haar moeder aan het spelen is. Als Evelien op het hondje afstapt om het te aaien gaat het plotseling mis. Een enorme knal op de bouwplaats naast het park doet Max vreselijk schrikken. Door de schrik bijt Max Evelien in haar arm. De wond moet in het ziekenhuis worden behandeld. De ouders van Evelien achten Kacper aansprakelijk voor de door Evelien geleden schade.

  1. Kacper aansprakelijk jegens Evelien? Onderbouw uw antwoord. (7 punten)
  2. Kacper verweert zich door te stellen dat Eveliens moeder had moeten voorkomen dat Evelien op Max afstapte. Deze nalatigheid kan volgens hem aan Evelien worden toegerekend. Zal dit verweer slagen? Onderbouw uw antwoord. (4 punten)
  3. Stel dat Kacper 13 jaar is en dat hij de hond kort daarvoor voor zijn verjaardag heeft gekregen. Wie is dan aansprakelijk voor de door Evelien geleden schade: hijzelf en/of zijn ouders? Noem de relevante wetsbepaling. (3 punten)

Vraag 3

Een kleine demonstratie tegen het Nederlands vluchtelingenbeleid, bestaande uit ongeveer 20 personen, loopt uit de hand. Een openbaar kunstwerk raakt ernstig beschadigd doordat een aantal demonstranten met stenen begint te gooien. Niet duidelijk is wie precies binnen de groep met stenen gooide en evenmin staat vast welke stenengooier de schade heeft veroorzaakt. De politie kan slechts één demonstrant in de kraag vatten. Het gaat om Elsemiek, tegen wie proces-verbaal wordt opgemaakt. De gemeente, eigenaar van het kunstwerk, stelt Elsemiek aansprakelijk voor de schade aan het.....read more

Access: 
Public
Oefententamen 1 2015/2016: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 1 2015/2016: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

Het echtpaar Wolters, in gemeenschap van goederen gehuwd, koopt voor hun studerende kinderen een pand aan de Oude Kijk in ‘t Jatstraat te Groningen. Op 18 februari 2012 heeft de overdracht plaats. Vlak vóór de overdracht informeert de notaris nog bij de kopers of zij ten behoeve van het pand de gebruikelijke verzekeringen, zoals een brandverzekering en een WA-verzekering, hebben afgesloten. Het echtpaar geeft te kennen dat dat inderdaad het geval is. Zij hebben de genoemde verzekeringen bij Achmea NV ondergebracht.

Meteen ná de overdracht begeeft het echtpaar zich – samen met hun twee kinderen – naar het pand. Vol trots lopen ze door hun nieuwe huis. Via de vlizotrap kan de zolder worden bereikt. Ze besluiten met z’n allen ook de zolder te gaan bekijken. Op het moment dat mevrouw Wolters, die nogal zwaarlijvig is, de zolder weer wil verlaten en met haar volle gewicht op de vlizotrap gaat staan, begeeft deze het. Vast komt te staan dat de verouderde trapscharnieren onder haar gewicht zijn gebroken. Het gevolg is dat mevrouw Wolters haar evenwicht verliest en naar beneden valt. Zij breekt haar rug en loopt zeer ernstig letsel op. Zij zal voor de rest van haar leven afhankelijk zijn van de hulp van anderen. Het echtpaar vraagt advies aan een letselschadeadvocaat of er een mogelijkheid bestaat dat mevrouw Wolters de schade die zij lijdt op ‘derden’ kan verhalen. Bespreek in het licht van de rechtspraak van de Hoge Raad of en zo ja in welke omvang daartoe een mogelijkheid (mogelijkheden) bestaat (bestaan)? (6)

Vraag 2

In Alphen aan den Rijn vindt in het winkelcentrum een schietincident plaats. Een man van 30 jaar die met zijn vrouw in een heftige echtscheidingsprocedure is verwikkeld, schiet in een vlaag van verstandsverbijstering een drietal winkelende bezoekers neer, waarna hij zelfmoord pleegt. De man bezat een tweetal vuurwapens. De wapenvergunningen waren hem door de daartoe bevoegde instanties verleend. Achteraf is komen vast te staan dat de betrokken autoriteiten de verleende vergunningen nooit hadden mogen afgeven. Vaststaat dat belastende gegevens van de aanvrager, die in het betreffende dossier aanwezig waren, door de betrokken ambtenaar van de politieregio over het hoofd zijn gezien.

De ernstige gewonde slachtoffers spannen een civiele procedure aan tegen de betrokken politieregio (publiekrechtelijke rechtspersoon). Zij stellen dat de politieregio jegens de slachtoffers onrechtmatig heeft gehandeld en aansprakelijk is voor de door hen geleden schade. De advocaat van de politieregio verweert zich tegen de ingestelde vordering onder meer door te stellen dat de gebrekkige besluitvorming op overheidsniveau met betrekking tot het ten onrechte verlenen van een wapenvergunning niet betekent dat de betrokken burgers daaraan individuele aanspraken kunnen ontlenen.

Bespreek dit verweer met onder meer vermelding van relevante rechtspraak. Geef voorts uw eigen oordeel over deze casus (6).

Vraag 3

In Appingedam wordt in café.....read more

Access: 
Public
Oefententamen 2 2015/2016: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 2 2015/2016: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

Het echtpaar De Graaf, in gemeenschap van goederen gehuwd, koopt voor hun studerende kinderen een pand aan de Oude Beringstraat te Groningen. Op 9 december 2014 heeft de overdracht plaats. Vlak vóór de overdracht informeert de notaris nog bij de kopers of zij ten behoeve van het pand de gebruikelijke verzekeringen, zoals een brandverzekering en een WA-verzekering, hebben afgesloten. Het echtpaar geeft te kennen dat dat inderdaad het geval is. Zij hebben de genoemde verzekeringen bij Brandveilig NV ondergebracht. Meteen ná de overdracht begeeft het echtpaar zich – samen met hun twee kinderen – naar het pand. Vol trots lopen ze door hun nieuwe huis. Via de vlizotrap kan de zolder worden bereikt. Ze besluiten met z’n allen ook de zolder te gaan bekijken. Op het moment dat mevrouw De Graaf, die nogal zwaarlijvig is, de zolder weer wil verlaten en met haar volle gewicht op de vlizotrap gaat staan, begeeft deze het. Vast komt te staan dat de verouderde trapscharnieren onder haar gewicht zijn gebroken. Het gevolg is dat mevrouw De Graaf haar evenwicht verliest en naar beneden valt. Zij breekt haar rug en loopt zeer ernstig letsel op. Zij zal voor de rest van haar leven afhankelijk zijn van de hulp van anderen. Het echtpaar vraagt advies aan een letselschadeadvocaat of er een mogelijkheid bestaat dat mevrouw De Graaf de schade die zij lijdt op ‘derden’ kan verhalen. Bespreek in het licht van de rechtspraak van de Hoge Raad of en zo ja in welke omvang daartoe een mogelijkheid (mogelijkheden) bestaat (bestaan)? (6)

Vraag 2

In het dorp Oude Terp in de provincie Drenthe vindt in het winkelcentrum een schietincident plaats. Een man van 35 jaar die met zijn vrouw in een heftige echtscheidingsprocedure is verwikkeld, schiet in een vlaag van verstandsverbijstering een drietal winkelende bezoekers neer, waarna hij zelfmoord pleegt. De man bezat een tweetal Brandwapens. De wapenvergunningen waren hem door de daartoe bevoegde instanties verleend. Achteraf is komen vast te staan dat de betrokken autoriteiten de verleende vergunningen nooit hadden mogen afgeven. Vaststaat dat belastende gegevens van de aanvrager, die in het betreffende dossier aanwezig waren, door de betrokken ambtenaar van de politieregio over het hoofd zijn gezien. De ernstige gewonde slachtoffers spannen een civiele procedure aan tegen de betrokken politieregio (publiekrechtelijke rechtspersoon). Zij stellen dat de politieregio jegens de slachtoffers onrechtmatig heeft gehandeld en aansprakelijk is voor de door hen geleden schade. De advocaat van de politieregio verweert zich tegen de ingestelde vordering onder meer door te stellen dat de gebrekkige besluitvorming op overheidsniveau met betrekking tot het ten onrechte verlenen van een wapenvergunning niet betekent dat de betrokken burgers daaraan individuele aanspraken kunnen ontlenen. Bespreek dit verweer met onder meer vermelding van relevante rechtspraak. Geef voorts uw eigen oordeel over deze casus (6).

Vraag 3.....read more

Access: 
Public
Oefententamen 1 2014/2015: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 1 2014/2015: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1a

Zoals altijd is het gezellig druk bij Noorderslag. Tussen de theaterlocaties staan allerlei kraampjes met etenswaren. Dirk, een bezoeker van het festival, manoeuvreert met veel moeite een dienblad met plastic bekertjes Thaise curry door de menigte. Hij loopt heel langzaam met het dienblad naar enkele vrienden die zich op terrasstoeltjes hebben geïnstalleerd. Op een van die stoeltjes zit Charles met de rug naar het pad toe. Net op het moment dat Dirk hem passeert, staat Charles op. Dirk kijkt op dat moment naar de bekertjes op het dienblad en heeft Charles niet in het vizier. De bekertjes met de gloeiendhete curry glijden van het dienblad op het nieuwe jasje van Charles. Het jasje raakt onherstelbaar beschadigd. Vaststaat dat Dirk tegen wettelijke aansprakelijkheid verzekerd is.

Heeft Dirk jegens Charles een onrechtmatige daad begaan? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op grond waarvan? Betrek bij uw antwoord tevens de ‘insteek’ die in Spier-Hartlief ten aanzien van deze materie wordt gekozen (6).

Vraag 1b

Stel dat Dirk tijdens dat festival als vrijwilliger in een café aan de rand van het Noorderplantsoen werkzaam was en een dienblad met hete curry uit zijn handen laat vallen, waardoor een van de vaste klanten van het café ernstige brandwonden oploopt met blijvend letsel als gevolg. Vaststaat dat Dirk vóórdat hij zijn werk in het café begon, van de chef op tal van onderdelen van de bediening strenge instructies had ontvangen. Achteraf komt vast te staan dat Dirk in de haast van het moment vergeten was de gegeven instructies in praktijk te brengen.

Kan de gelaedeerde klant de exploitant van het café met succes voor de schade aanspreken? Zo neen, waarom niet? Zo ja, op grond waarvan? (6).

Vraag 2

Op maandagochtend april 2014 fietst de 16-jarige Anna samen met een vriendin naar school. Anna heeft iets meer vaart dan haar vriendin en de afstand tussen de twee meiden wordt steeds groter. Als Anna op een gegeven moment lachend achterom kijkt en op haar trappers gaat staan om nog meer vaart te maken, komt ze met een harde klap in aanraking met de onderkant van een verkeersbord dat boven het fietspad geplaatst is. Vast staat dat het bord in december 2014 gedeeltelijk los is komen te hangen nadat een automobilist per ongeluk het bord had geraakt met een aan zijn auto gekoppelde boedelbak. Daardoor was de doorrijhoogte onder het bord nogal lager geworden. Anna stelt de gemeente als wegbeheerder aansprakelijk voor haar schade op grond van artikel 6:174 BW.

a. Kan de gemeente op grond van artikel 6:174 BW met succes worden aangesproken vanwege het te laag hangend verkeersbord. U mag ervan uitgaan dat het bord lager was komen te hangen dan de wettelijke verkeersvoorschriften toestaan (6).

b. Stel dat komt vast te staan dat het verkeersbord 5 minuten.....read more

Access: 
Public
Oefententamen 2 2014/2015: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 2 2014/2015: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

Stichting Natuurmonumenten beheert een groot perceel grond met woning in de provincie Drenthe. Zij heeft het perceel grond ingericht voor recreatieve doeleinden, onder meer door het aanleggen en onderhouden van wandelpaden. Aan de ingang van het perceel zijn borden geplaatst waarop vermeld staat dat het terrein is opengesteld voor publiek, maar dat de toegang 'buiten wegen en paden' verboden is. Begin maart 2013 bezoekt Linda (28 jr.) het perceel. Tijdens de wandeling verlaat zij het wandelpad om aardbeien te plukken en valt ze in een ongebruikte sloot van ongeveer 2 meter diep. De sloot werd niet meer geschoond en was overwoekerd met aardbeienstruiken. Vaststaat dat bij de sloot een bordje stond met daarop de tekst: Let op! Diepe sloot. De aardbeienstruiken hadden het bordje echter geheel en al overwoekerd. Vaststaat voorts dat de Stichting wist dat jaarlijks omstreeks september menig wandelaar het landgoed speciaal bezoekt om er aardbeien te gaan plukken. Linda loopt blijvend letselschade op. Linda spreekt de Stichting aan tot vergoeding van de geleden en nog te lijden schade. De Stichting stelt zich op het standpunt dat het ongeval een huis-, tuin- en keukenongeluk betreft, zodat Linda haar schade zelf dient te dragen. Kan Linda zich met succes op de Stichting verhalen? Zo ja, op grond waarvan? Zo nee, waarom niet? Betrek bij uw antwoord het gevoerde verweer. (6)

Vraag 2

Freek (22 jr.) heeft zich op het strand bij het Oldambtmeer geïnstalleerd met een ijsje en de krant. Hij is op dat moment de enige op het strand en geniet van de rust. De week ervoor had het nog zwart gezien van de badgasten, maar sinds het waterschap bij een controle van het oppervlaktewater blauwalg aangetroffen had, waren die uitgeweken naar een ander strand. Het waterschap had bij het strand een waarschuwingsbord geplaatst met een negatief zwemadvies en het nieuws had zich als een lopend vuurtje door de regio verspreid. Toch krijgt Freek na een kwartier gezelschap van een familie uit Frankrijk. De vader, moeder en twee kinderen zijn net aangekomen met hun camper en hebben zin in een frisse duik na de lange autorit. Vooral de vijfjarige zoon kan geen genoeg krijgen van het water. Freek aanschouwt het geheel en vraagt zich af of de ouders het waarschuwingsbord over het hoofd gezien hebben. Hoewel hij de mogelijk ernstige gevaren van het zwemmen beseft – hij is beroepsmatig bedrijfshulpverlener – waarschuwt hij de ouders niet. Hij zegt zelfs niets als de vader hem op een zeker moment komt vragen of er ergens in de buurt patat en drinken te krijgen is.

Na een tijdje zwemmen krijgt de vijfjarige jongen maagkrampen en opgezette oogleden en lippen. Freek deelt in haar beste Engels de ouders mee dat de aanwezige blauwalg hoogstwaarschijnlijk de klachten verklaart en dat een en ander na.....read more

Access: 
Public
Oefententamen 1 2013/2014: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 1 2013/2014: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

B, eigenaar van de ezel Mary, stalt het beest bij manege A, waarvan Teun de directeur is. Vaststaat dat B de gebruikelijke stallingskosten voor zijn ezel betaalt. Na een half jaar vraagt Teun aan B of hij Mary in voorkomende gevallen mag inzetten bij de te geven ezel rijlessen. B vindt dat goed. Vaststaat dat de pensionprijs voor het stallen niet wordt aangepast. Tijdens een van de lessen op de manege gebruikt Teun de ezel voor de 15-jarige Anna. Na afloop van de les loopt ze met Mary aan de hand op weg naar de ezelbox om het beest te stallen. Vlak voordat Anna de box bereikt slaat de koppige Mary met zijn achterbenen achteruit en raakt de 12-jarige Cristien vol in het gezicht. Vaststaat dat Cristien op dat moment met het paardje Bettine, vlak achter Mary liep. Achteraf komt vast te staan dat Cristien te dicht op Mary liep; wellicht is Mary daardoor zenuwachtig geworden met alle gevolgen van dien. De ouders van Cristien, namens hun dochter optredend, spreken de manege A voor de letselschade aan die Cristien zal ondervinden. Zij baseren zich op kwalitatieve grondslag. Teun verweert zich daartegen en meent dat, nu de les ten einde was, niet de manege, maar de eigenaar op kwalitatieve grondslag dient te worden aangesproken. Kan Cristien – door haar ouders vertegenwoordigd – met succes een vordering op kwalitatieve grondslag tegen de manege, tegen eigenaar B of tegen beiden geldend maken? Zo ja, op grond waarvan? Zo neen, waarom niet? (Alle hier genoemde opties bespreken). (8 punten)

Vraag 2

In Spier-Hartlief c.s. wordt uitvoerig ingegaan op de samenloop die bestaat tussen de regeling van de productenaansprakelijkheid en de regeling van de onrechtmatige daad en op het belang van die samenloop. Noem twee voorbeelden waaruit het belang van die samenloop blijkt (6 punten).

Vraag 3

In het studentenhuis De Vomerende Teckel treedt ernstige lekkage op in de gemeenschappelijke woonkamer. De verhuurder geeft aan Klus en Klaar BV opdracht de lekkage op te sporen en nadien het door de lekkage aangetaste gipsplatenplafond te vervangen. Twee werknemers van Klus en Klaar BV, te weten Jonson en Gerritsen, beiden ervaren bouwvakkers, sporen de lekkage op, repareren het dak en treffen vervolgens voorbereidingen om het plafond te vervangen. Vaststaat dat Jonsen de leiding op de werkplek heeft. Bij het aanbrengen van de tweede gipsplaat gaat het mis. Op het moment dat Jonsen – boven zijn hoofd werkend – een gipsschroef met zijn snel draaiende handboormachine in de gipsplaat wil aanbrengen, schiet de schroef weg en treft Gerritsen in het oog, die op een trap op gelijke hoogte met hem, tegenover hem staat om de gipsplaat vast te houden. Gerritsen raakt daardoor blind aan zijn linkeroog. Vaststaat dat de bouwvakkers hun veiligheidsbril in de bedrijfsauto hadden laten liggen. Jonson.....read more

Access: 
Public
Oefententamen 2 2013/2014: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 2 2013/2014: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

Op 1 juli 2013 krijgt de blije Marlinde van Luin het bericht dat zij geslaagd is voor haar HAVO-examen. Op 2 juli 2013 organiseert mw. Van Luin een groot tuinfeest ter ere van haar dochter. Op verzoek van mw. Van Luin neemt haar buurvrouw drie waxinelichtwarmtehouders voor het tuinfeest mee. Onder elk van die warmtehouders staan twee waxinelichtjes die bijgevuld kunnen worden met brandgel. Op het moment dat het tuinfeest in volle gang is ziet mw. Van Luin dat een van de branders leeg is. Nadat zij zelf het metalen potje uit de warmtehouder heeft gehaald en op de tafel heeft gezet, vraagt zij de vijftienjarige Lukas, een medescholier en goede vriend van Marlinde, of hij de lege brander met gel wil bijvullen vanuit de fles, die naast de tafel staat. Vaststaat dat mw. Van Luin bezitter is van de onlangs aangeschafte fles met de brandgel. Zij zegt daarbij tegen Lukas, dat zij daarna zelf de brander zal aansteken. Zij loopt vervolgens naar de keuken met een lege groenteschaal om die bij te vullen. Op het moment waarop mw. van Luin zich naar de keuken begeeft, pakt Lukas de jerrycan en vult de brander bij. Op dát moment ontstaat er een enorme explosie. De gel vat vlam en spat in het rond. Helena, een van de gasten, loopt daardoor ernstige brandwonden op. Hoe de explosie heeft kunnen ontstaan blijft ook voor deskundigen een raadsel. Luka staat ten huize van de familie van Luin bekend om zijn nauwgezetheid. Helena spreekt Luka aan voor de ontstane en nog te lijden schade. Zij stelt, nu vaststaat dat Luka de schade heeft veroorzaakt, dat Luka jegens haar daarvoor aansprakelijk is.

  1. Hoe luidt in het licht van de rechtspraak het in dezen te hanteren criterium of Lucka met succes kan worden aangesproken? Geef voorts uw oordeel over de haalbaarheid van die vordering. Betrek daarbij het verweer van Helena. (6)

Vervolg. Helena spreekt tevens mw. Van Luin aan op kwalitatieve grondslag. Hij stelt dat, nu mw. Van Luin bezitter is van de fles met daarin de brandgel, zij daarvoor hetzij op basis van art. 6:175, hetzij op basis van art. 6:173 met succes kan worden aangesproken.

  1. Bespreek kort en bondig beide aangevoerde gronden. (8)

Vraag 2

Van Baarsma heeft een tweedehands meubelzaak in Ter Horst. Hij besluit de winkel met inbegrip van het parkeerterrein een make over te geven. De parkeerplaats aan de voorzijde van de winkel zal van een nieuwe bestrating worden voorzien. Van Baarsma schakelt daartoe aannemer Toonstra in. Van Baarsma geeft Toonstra de vrije hand om zowel de interne verbouwing als de bestrating geheel naar eigen inzicht te realiseren. Partijen spreken af dat Van Baarsma zich tussentijds niet met de werkzaamheden zal bemoeien. Toonstra geeft aan.....read more

Access: 
Public
Oefententamen 2012/2013: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 2012/2013: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

Frederik BV, moet een deel van het Amsterdams Concertgebouw renoveren. Hij besteedt de opdracht uit aan onderaannemer Klassen BV. Deze besteedt de klus uit aan ZZP-er Cornelissen. Vast staat dat Frederik BV voor de uitvoering van de opdracht een bij de gevel passende bouwsteiger liet maken bij Steigermateriaal Hans BV. Frederik BV, eigenaar van de steiger, waarop het logo van Steigermateriaal Hans BV prijkt, stelt de steiger gratis ter beschikking aan onderaannemer Klassen BV. Deze stelt de steiger eveneens gratis ter beschikking aan de ZZP-er Cornelissen. Vast staat dat Frederik BV gedurende de uitvoering van het werk de veiligheidsinspectie over de steiger behield. Halverwege de opdracht valt ZZP-er Cornelissen van de steiger van vijf meter hoog en komt op zijn eigen aanhanger terecht, die naast de steiger stond geparkeerd. Hij loopt een kromme rug op. Vast komt te staan dat het ongeluk veroorzaakt is, omdat een veiligheidsklem aan de binnenzijde van het steigermateriaal ontbrak. Of op het moment waarop de steiger in het verkeer werd gebracht de veiligheidsklem wél aanwezig was, blijft onduidelijk. De advocaat van Cornelissen spreekt Steigermateriaal Hans BV aan voor de schade die Cornelissen lijdt. a. Kan hij met succes Steigermateriaal Hans BV aanspreken? Zo ja, op grond waarvan? Zo, neen waarom niet? Ga bij uw antwoord op beide schadeposten , te weten de letselschade en de zaakschade aan de aanhanger van Cornelissen, in. (Laat bij de beantwoording art. 6:162 buiten bespreking en concentreer u uitsluitend op de bepalingen van kwalitatieve aansprakelijkheid en/of risicoaansprakelijkheid). (6)

Variant op het voorgaande. Stel dat toch komt vast te staan dat de steiger door Steigermateriaal Hans BV deugdelijk in het verkeer was gebracht. Cornelissen spreekt Frederik BV aan voor de letselschade – laat de schade aan de bedrijfsauto hier buiten beschouwing – die hij lijdt en nog zal lijden. Frederik BV verweert zich daartegen door te stellen dat Cornelissen zélf de steiger voor de klus heeft gebruikt en dat er derhalve geen deugdelijke grondslag is om Frederik BV aan te spreken. b. Heeft de door Cornelissen tegen Frederik BV ingestelde vordering succes? Zo neen, waarom niet, zo ja op grond waarvan? (Laat bij uw bespreking art. 6:162 buiten bespreking en concentreer u uitsluitend op de bepalingen van kwalitatieve aansprakelijkheid en/of risicoaansprakelijkheid). (6)

Vraag 2

In zijn opstel Communautaire invloeden op het nationale stelsel van overheidsaansprakelijkheid (literatuurklapper), somt mr. R. Meijer de drie aansprakelijkheidsvoorwaarden in het Europese recht op. Formuleer die drie voorwaarden. Noem en bespreek tevens een arrest waarin die voorwaarden zijn geformuleerd.(8)

Vraag 3

Een Duitse ondernemer gebruikt bij het uitvoeren van een grote bouwklus niet alleen eigen ondergeschikt personeel, maar maakt tevens gebruik van zelfstandige hulppersonen (ZZP-ers). Een van zijn (eigen) leidinggevende ondergeschikten verzuimt op de bouwsteiger adequate veiligheidsmaatregelen te treffen; ten gevolge daarvan laat een ingehuurde ZZP-er een stuk.....read more

Access: 
Public
Burgerlijk Recht 3: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG

Burgerlijk Recht 3: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG

  • In deze bundel worden o.a. samenvattingen, oefententamens en collegeaantekeningen gedeeld voor het vak Burgerlijk Recht 3 voor de opleiding Rechtsgeleerdheid, jaar 3 aan de Rijksuniversiteit Groningen.
  • Voor een compleet overzicht van de door JoHo aangeboden samenvattingen & studiehulp en de beschikbare geprinte samenvattingen voor dit vak ga je naar de Recht & Bestuur in Nederland: leren, studeren en kennis delen- startpagina

Oefententamens Burgerlijk Recht 3 - RUG

Oefententamen 1 2018/2019: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 1 2018/2019: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

Amanda is eigenaar van paard Storm. Ze is goed bevriend met de eigenaar van de plaatselijke manege: de Hinnikende Hengst. De eigenaar van de manege organiseert ieder jaar ter promotie van zijn bedrijf een optocht waarbij diverse paarden praalwagens door het dorp trekken. Dit jaar is een aantal manegepaarden ziek, waardoor de manege een paard te kort komt voor de optocht. Amanda wordt benaderd met het verzoek of zij haar paard ter beschikking wil stellen. Ze stemt toe. Op de dag van de optocht staat Amanda vol trots te kijken hoe Storm een mooie wagen trekt. Maar dan gaat het ineens mis. Een deel van een reclamebord komt aanwaaien en belandt tussen de benen van Storm. Storm schrikt en begint de bokken. Daarbij duwt het paard een ijzeren hekwerk om, van waarachter het publiek naar de optocht staat te kijken. Koen is de ongelukkige toeschouwer: hij wordt door het omvallende hek getroffen op zijn onderbeen en loopt een breuk op. Koen wenst schadevergoeding te ontvangen en zet in op art. 6:179 BW. Hij spreekt zowel Amanda als de manege aan. Amanda en de manege verweren zich tegen de claim en wijzen naar elkaar als de kwalitatief aansprakelijke partij.  Ook wordt het verweer gevoerd dat art. 6:179 BW helemaal niet toepasselijk is, omdat het letsel in feite niet door paard Storm is veroorzaakt maar door het vallende hekwerk.

  1. Leg uit of in deze kwestie is voldaan aan de toepassingsvoorwaarden van art. 6:179 BW. Betrek hierin het verweer dat het letsel niet door het paard maar door het vallende hekwerk is ontstaan. Ga in uw antwoord ook in op de tenzij-clausule van art. 6:179 BW (5 punten). 
  2. Stel, los van uw antwoord op de voorgaande vraag, dat aan de vereisten van art. 6:179 BW is voldaan. Leg uit op wie in deze kwestie de aansprakelijkheid van art. 6:179 BW dan rust: op Amanda, op de manege of op beiden? Noem relevante wetsartikelen en ook een richtinggevend arrest van de Hoge Raad (5 punten).
  3. Stel dat het hekwerk dat omviel in opdracht van de manege is geplaatst door een aannemersbedrijf OPDEVLOER BV. De manege maakt jaarlijks gebruik van de dienst van OPDEVLOER om de openbare weg af te zetten met hekken. Het door de manege ingeschakelde aannemersbedrijf heeft nu echter nagelaten het betreffende hekwerk goed te verankeren. Als het hekwerk wél deugdelijk zou zijn vastgezet, had het hekwerk nooit kunnen omvallen door van buiten komende krachten. Koen probeert ook een schadevergoeding te verkrijgen vanwege de door OPDEVLOER gemaakte fout. Dit bedrijf zelf was echter niet WA-verzekerd en is inmiddels failliet gegaan. Ziet u nog kans voor Koen om met succes een vordering tegen de manege in te stellen in verband met de door het aannemersbedrijf gemaakte fout? Noem daarbij het
.....read more
Access: 
Public
Oefententamen 2 2018/2019: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 2 2018/2019: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

Harry de Gracht heeft een kampeerwinkel De Gracht BV. Hij verkoopt zowel vanuit zijn winkelpand als via internet benodigdheden voor een verblijf op een camping en survivalspullen. De handel heeft de afgelopen jaren een sterke groei doorgemaakt. Naar aanleiding daarvan heeft hij ook meer werknemers in dienst genomen. De handel vereist ook dat De Gracht BV een aardige voorraad heeft om de markt te voorzien. Voor het vervoeren van deze voorraad maakt de vennootschap gebruik van verschillende heftrucks die rijden op elektriciteit. Deze heftrucks zijn gemaakt door De Schroeve BV en worden ook, na de verkoop aan De Gracht in 2014, door De Kruize onderhouden. In de nacht van 17 op 18 juni 2018 vat één van de accu’s van één van de heftrucks vlam terwijl deze wordt opgeladen. Een deel van het magazijn van De Gracht brandt af. Gelukkig heeft De Gracht een verzekering afgesloten bij RGA Verzekeringen en wordt haar schade vergoed. RGA Verzekeringen wil de vergoede schade verhalen op De Schroeve en stelt een vordering in.  

Heeft deze vordering kans van slagen? (6 punten)

Vraag 2

Sinds de opkomst van webwinkels is het verhuren van winkelpanden niet meer zo lucratief als dit eens was. Voor bepaalde panden is het dan ook moeilijk een huurder te vinden. Sluis BV heeft veel onroerend goed in Amersfoort. De vennootschap is ook eigenaar van enkele panden aan de Woerdenseweg. Deze panden aan de Woerdenseweg heeft Sluis BV voor een lage prijs verhuurd aan Rendezvous BV omdat zij weet dat deze vennootschap net is opgestart en niet veel geld in kas heeft. Rendezvous BV wil deze panden eerst van binnen laten inrichten voordat zij winkeliers probeert te trekken en neemt daarvoor het bedrijf Ligt BV in de arm. Sluis BV is hiervan op de hoogte. Afgesproken wordt dat Ligt BV drie panden aan de Woerdenseweg vanbinnen renoveert tegen een prijs van €40.000. De werkzaamheden van Ligt BV leiden ertoe dat de drie panden in totaal €25.000 in waarde toenemen. Nadat de werkzaamheden zijn afgerond, laat de betaling door Rendezvous BV op zich wachten. Het blijkt dat Rendezvous BV de vordering niet kan voldoen.  

Kan Ligt BV een of meer vorderingen instellen tegen Sluis BV; zo ja op welke grond(en) en voor welk bedrag, zo nee, waarom niet? (9 punten)

Vraag 3

Meneer en mevrouw Vermoedt besluiten hun huis te verkopen in Almere. Zij nemen contact op met verkoopmakelaar Pandjes, met wie zij een overeenkomst van opdracht sluiten. De in Deventer woonachtige Herman de Bruin heeft een baan gekregen in Amsterdam maar kan zich de hoge huizenprijzen aldaar niet veroorloven. Almere biedt redelijk betaalbare ruime woningen en ligt niet te ver van zijn toekomstige werkplek. Herman is gescheiden en heeft 3 kinderen die om het weekend bij hem komen logeren. Minstens

.....read more
Access: 
Public
Oefententamen 2017/2018: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 2017/2018: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1a

Tech BV is een bedrijf dat via internet elektrische apparatuur aan consumenten verkoopt. Om de verkoop van fotocamera’s te stimuleren adverteert zij op haar website dat bij koop van een camera de consument kans maakt op een reis naar de Seychellen om daar schitterende plaatjes te schieten. Tech BV vermeldt niet in de advertentie dat een klant alleen in aanmerking komt voor deze prijs, indien hij bij de aankoop van de camera € 10 extra betaalt. Mevrouw Luik is op zoek naar een camera. Zij stuit op de website van Tech BV op een mooie camera van het merk SONS. Verder ziet zij ook de advertentie over de Seychellen staan. Het lijkt haar daarom een goed moment om de camera te kopen en bestelt een SONS s520 voor € 700. Tijdens het bestelproces valt haar op dat haar € 10 extra in rekening wordt gebracht voor de reis naar de Seychellen wanneer zij de optie ‘meedoen met de prijstrekking’ aanklikt. Zij twijfelt, een reis naar de Seychellen lijkt haar mooi, maar € 10 kun je maar één keer uitgeven. Zij zet deze optie dan toch maar weer uit. Luik ontvangt vijf dagen later de LITE s520, maar is niet helemaal tevreden met de camera.

Kan Luik de koopovereenkomst met Tech BV met succes vernietigen? (7 punten)

Vraag 1b

Stel, ongeacht uw antwoord op vraag 4a, dat Luik de overeenkomst kan vernietigen. Zij wacht echter met deze vernietiging en gaat op een wildexcursie op de Veluwe. Tijdens deze excursie valt de camera op de grond en breekt. Luik wil de camera zo snel mogelijk gerepareerd hebben omdat ze een uitje naar dierentuin Beekse Bergen gepland heeft. Zij kiest dan ook voor een spoedreparatie die € 280 kost. Zij vernietigt de overeenkomst na de reparatie en het uitje naar de Beekse Bergen alsnog.

Welk bedrag kan Luik van Tech BV vorderen? (6 punten)

Vraag 2a

Een vmbo-examenklas speelt tijdens de verplichte gymles het tikspel pionnenroof in de gymzaal. Tijdens dit tikspel, dat al op de basisschool wordt gespeeld, moet de ‘aanvaller’ een pion wegnemen bij de ‘tikker’ voordat hij getikt wordt. Tijdens het spel loopt Gerard met zijn hoofd tegen de muur nadat een andere leerling zijn tik op het laatste moment ontweek. Hij breekt hierbij een nekwervel. De gymleraar hield toezicht in het midden van de lange zijde van de zaal. Het ongeluk heeft hij niet zien gebeuren. Hij heeft van te voren de regels van het spel uitgelegd maar geen specifieke veiligheidsinstructies ge-geven of extra veiligheidsmaatregelen getroffen. De op de muur aangebrachte bekleding bestaat niet uit beschermende valkussens maar uit geluidsisolatie. Dit wist de gymleraar. De gymzaal is een doorsnee sportlokaal van gebruikelijke afmetingen dat voldoet aan de wettelijke eisen. De ouders van de leerling spreken de leraar aan namens hun.....read more

Access: 
Public
Oefententamen 1 2016/2017: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 1 2016/2017: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

Uberchauffeur Aris moest zijn rijbewijs verlengen en maakte daartoe een afspraak bij het loket van de gemeente. Tijdens het bezoek aan het gemeentehuis is hij uitgegleden en heeft hij zijn pols gebroken. De vloer van het gemeentehuis is bekleed met linoleum dat die ochtend door een schoonmaakbedrijf stofvrij was gemaakt en voorzien van een nieuwe waslaag. Door die waslaag was de vloer extra glad geworden en Aris droeg schoenen met leren zolen. De gemeente heeft voor deze (potentieel) gevaarlijke situatie niet gewaarschuwd door het plaatsen van borden of anderszins.

  1. Aris wil de gemeente aansprakelijk stellen en wil graag van u weten of een vordering op grond van art. 6:174 BW kans van slagen heeft. Zo ja, waarom; zo nee, waarom niet? (7 punten)

Aan de glijpartij houdt Aris ernstige rugpijn over. De klachten houden aan en daardoor kan hij 50% minder werken als Uberchauffeur en heeft hij 50% minder inkomsten. Stel – daargelaten uw antwoord op vraag 1a – dat de gemeente aansprakelijk is voor deze schade en het verlies aan arbeidsvermogen tot Aris’s pensionering moet vergoeden (bij wijze van maandelijkse suppletie van Aris’s arbeidsongeschiktheidsuitkering). Een half jaar na de aanrijding krijgt Aris een hersenbloeding waardoor hij volledig arbeidsongeschikt raakt. Deze laatste gebeurtenis staat los van de glijpartij in het gemeentehuis. De gemeente acht zich vanaf dat moment niet langer aansprakelijk voor de 50% gederfde inkomsten van Aris.

  1. Heeft de gemeente gelijk? Onderbouw uw antwoord (6 punten)

Vraag 2

Op zijn erf is Sander druk in de weer om met een bijl een beuk te kappen. Zijn zoon Maarten (14 jaar) zit een klein stukje verderop in het gras met zijn telefoon te spelen. Als de boom zo ver gekapt is, dat hij bijna omvalt op het naast het erf gelegen wandelpad, loopt Sander snel naar de schuur om een touw te halen. Door het touw tussen de om te hakken boom en een andere boom te spannen, wil hij er zeker van zijn, dat de boom niet op het pad valt. Voordat Sander uit de schuur is teruggekeerd, wandelt Hugo, een 30-jarige muziekdocent op het pad langs de erfafscheiding. Juist op dat moment valt door een windvlaag de beuk om. Hugo wordt door de stam getroffen en raakt ernstig gewond aan zijn schouder. Maarten, die compleet gefocust was op zijn mobiele telefoon, ontgaat dit allemaal.

  1. Is Sander aansprakelijk voor de door Hugo geleden schade? (7 punten)
  2. Hugo spreekt behalve Sander ook Maarten aan op grond van onrechtmatige daad. Is Maarten aansprakelijk voor de door Hugo geleden schade? (4 punten)

Hugo is een tijd uitgeschakeld en herstelt thuis van zijn verwondingen. De muziekschool waar Hugo voltijd als leraar werkt, betaalt het loon van Hugo conform de geldende regelgeving door......read more

Access: 
Public
Oefententamen 2 2016/2017: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 2 2016/2017: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

Carl (23) is op maandagochtend gras aan het maaien in de tuin van zijn ouders. Zijn ouders zijn op vakantie naar Italië. Hij hoort opeens luid gemiauw en ziet dat de kat van de buren klem zit onder een rolluik op de eerste verdieping van de villa van de buren. De buren, die hij niet persoonlijk kent, zijn niet thuis. Hij aarzelt geen moment, breekt de deur naar de tuin van de buren open en klimt langs een boom naar het beestje toe. Hij scheurt hierbij zijn nieuwe broek en ook zijn smartphone raakt tijdens de reddingsoperatie beschadigd.

  1. Kan Carl deze schade vergoed krijgen van de buren? Onderbouw uw antwoord. (7 punten)

Stel nu dat Carl tijdens de bevrijdingsoperatie onzorgvuldig heeft gehandeld door met onnodig veel geweld de tuindeur open te breken en het rolluik los te trekken. Daarbij heeft hij het kozijn ontzet en veel schade aangericht. De rechter oordeelt dat Carl de reparatie- en vervangingskosten van tuindeur, luik en kozijn (€ 2000) aan de buren moet vergoeden.

  1. Carl zit momenteel in een schuldsaneringstraject en heeft het niet breed. In hoeverre zal de rechter hier rekening mee houden bij het vaststellen van de schadevergoeding? (6 punten)

Vraag 2

Kacper wandelt met zijn poedel Max in het Oosterpark, waar Evelien, 7 jaar oud, onder toeziend oog van haar moeder aan het spelen is. Als Evelien op het hondje afstapt om het te aaien gaat het plotseling mis. Een enorme knal op de bouwplaats naast het park doet Max vreselijk schrikken. Door de schrik bijt Max Evelien in haar arm. De wond moet in het ziekenhuis worden behandeld. De ouders van Evelien achten Kacper aansprakelijk voor de door Evelien geleden schade.

  1. Kacper aansprakelijk jegens Evelien? Onderbouw uw antwoord. (7 punten)
  2. Kacper verweert zich door te stellen dat Eveliens moeder had moeten voorkomen dat Evelien op Max afstapte. Deze nalatigheid kan volgens hem aan Evelien worden toegerekend. Zal dit verweer slagen? Onderbouw uw antwoord. (4 punten)
  3. Stel dat Kacper 13 jaar is en dat hij de hond kort daarvoor voor zijn verjaardag heeft gekregen. Wie is dan aansprakelijk voor de door Evelien geleden schade: hijzelf en/of zijn ouders? Noem de relevante wetsbepaling. (3 punten)

Vraag 3

Een kleine demonstratie tegen het Nederlands vluchtelingenbeleid, bestaande uit ongeveer 20 personen, loopt uit de hand. Een openbaar kunstwerk raakt ernstig beschadigd doordat een aantal demonstranten met stenen begint te gooien. Niet duidelijk is wie precies binnen de groep met stenen gooide en evenmin staat vast welke stenengooier de schade heeft veroorzaakt. De politie kan slechts één demonstrant in de kraag vatten. Het gaat om Elsemiek, tegen wie proces-verbaal wordt opgemaakt. De gemeente, eigenaar van het kunstwerk, stelt Elsemiek aansprakelijk voor de schade aan het.....read more

Access: 
Public
Oefententamen 1 2015/2016: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 1 2015/2016: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

Het echtpaar Wolters, in gemeenschap van goederen gehuwd, koopt voor hun studerende kinderen een pand aan de Oude Kijk in ‘t Jatstraat te Groningen. Op 18 februari 2012 heeft de overdracht plaats. Vlak vóór de overdracht informeert de notaris nog bij de kopers of zij ten behoeve van het pand de gebruikelijke verzekeringen, zoals een brandverzekering en een WA-verzekering, hebben afgesloten. Het echtpaar geeft te kennen dat dat inderdaad het geval is. Zij hebben de genoemde verzekeringen bij Achmea NV ondergebracht.

Meteen ná de overdracht begeeft het echtpaar zich – samen met hun twee kinderen – naar het pand. Vol trots lopen ze door hun nieuwe huis. Via de vlizotrap kan de zolder worden bereikt. Ze besluiten met z’n allen ook de zolder te gaan bekijken. Op het moment dat mevrouw Wolters, die nogal zwaarlijvig is, de zolder weer wil verlaten en met haar volle gewicht op de vlizotrap gaat staan, begeeft deze het. Vast komt te staan dat de verouderde trapscharnieren onder haar gewicht zijn gebroken. Het gevolg is dat mevrouw Wolters haar evenwicht verliest en naar beneden valt. Zij breekt haar rug en loopt zeer ernstig letsel op. Zij zal voor de rest van haar leven afhankelijk zijn van de hulp van anderen. Het echtpaar vraagt advies aan een letselschadeadvocaat of er een mogelijkheid bestaat dat mevrouw Wolters de schade die zij lijdt op ‘derden’ kan verhalen. Bespreek in het licht van de rechtspraak van de Hoge Raad of en zo ja in welke omvang daartoe een mogelijkheid (mogelijkheden) bestaat (bestaan)? (6)

Vraag 2

In Alphen aan den Rijn vindt in het winkelcentrum een schietincident plaats. Een man van 30 jaar die met zijn vrouw in een heftige echtscheidingsprocedure is verwikkeld, schiet in een vlaag van verstandsverbijstering een drietal winkelende bezoekers neer, waarna hij zelfmoord pleegt. De man bezat een tweetal vuurwapens. De wapenvergunningen waren hem door de daartoe bevoegde instanties verleend. Achteraf is komen vast te staan dat de betrokken autoriteiten de verleende vergunningen nooit hadden mogen afgeven. Vaststaat dat belastende gegevens van de aanvrager, die in het betreffende dossier aanwezig waren, door de betrokken ambtenaar van de politieregio over het hoofd zijn gezien.

De ernstige gewonde slachtoffers spannen een civiele procedure aan tegen de betrokken politieregio (publiekrechtelijke rechtspersoon). Zij stellen dat de politieregio jegens de slachtoffers onrechtmatig heeft gehandeld en aansprakelijk is voor de door hen geleden schade. De advocaat van de politieregio verweert zich tegen de ingestelde vordering onder meer door te stellen dat de gebrekkige besluitvorming op overheidsniveau met betrekking tot het ten onrechte verlenen van een wapenvergunning niet betekent dat de betrokken burgers daaraan individuele aanspraken kunnen ontlenen.

Bespreek dit verweer met onder meer vermelding van relevante rechtspraak. Geef voorts uw eigen oordeel over deze casus (6).

Vraag 3

In Appingedam wordt in café.....read more

Access: 
Public
Oefententamen 2 2015/2016: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 2 2015/2016: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

Het echtpaar De Graaf, in gemeenschap van goederen gehuwd, koopt voor hun studerende kinderen een pand aan de Oude Beringstraat te Groningen. Op 9 december 2014 heeft de overdracht plaats. Vlak vóór de overdracht informeert de notaris nog bij de kopers of zij ten behoeve van het pand de gebruikelijke verzekeringen, zoals een brandverzekering en een WA-verzekering, hebben afgesloten. Het echtpaar geeft te kennen dat dat inderdaad het geval is. Zij hebben de genoemde verzekeringen bij Brandveilig NV ondergebracht. Meteen ná de overdracht begeeft het echtpaar zich – samen met hun twee kinderen – naar het pand. Vol trots lopen ze door hun nieuwe huis. Via de vlizotrap kan de zolder worden bereikt. Ze besluiten met z’n allen ook de zolder te gaan bekijken. Op het moment dat mevrouw De Graaf, die nogal zwaarlijvig is, de zolder weer wil verlaten en met haar volle gewicht op de vlizotrap gaat staan, begeeft deze het. Vast komt te staan dat de verouderde trapscharnieren onder haar gewicht zijn gebroken. Het gevolg is dat mevrouw De Graaf haar evenwicht verliest en naar beneden valt. Zij breekt haar rug en loopt zeer ernstig letsel op. Zij zal voor de rest van haar leven afhankelijk zijn van de hulp van anderen. Het echtpaar vraagt advies aan een letselschadeadvocaat of er een mogelijkheid bestaat dat mevrouw De Graaf de schade die zij lijdt op ‘derden’ kan verhalen. Bespreek in het licht van de rechtspraak van de Hoge Raad of en zo ja in welke omvang daartoe een mogelijkheid (mogelijkheden) bestaat (bestaan)? (6)

Vraag 2

In het dorp Oude Terp in de provincie Drenthe vindt in het winkelcentrum een schietincident plaats. Een man van 35 jaar die met zijn vrouw in een heftige echtscheidingsprocedure is verwikkeld, schiet in een vlaag van verstandsverbijstering een drietal winkelende bezoekers neer, waarna hij zelfmoord pleegt. De man bezat een tweetal Brandwapens. De wapenvergunningen waren hem door de daartoe bevoegde instanties verleend. Achteraf is komen vast te staan dat de betrokken autoriteiten de verleende vergunningen nooit hadden mogen afgeven. Vaststaat dat belastende gegevens van de aanvrager, die in het betreffende dossier aanwezig waren, door de betrokken ambtenaar van de politieregio over het hoofd zijn gezien. De ernstige gewonde slachtoffers spannen een civiele procedure aan tegen de betrokken politieregio (publiekrechtelijke rechtspersoon). Zij stellen dat de politieregio jegens de slachtoffers onrechtmatig heeft gehandeld en aansprakelijk is voor de door hen geleden schade. De advocaat van de politieregio verweert zich tegen de ingestelde vordering onder meer door te stellen dat de gebrekkige besluitvorming op overheidsniveau met betrekking tot het ten onrechte verlenen van een wapenvergunning niet betekent dat de betrokken burgers daaraan individuele aanspraken kunnen ontlenen. Bespreek dit verweer met onder meer vermelding van relevante rechtspraak. Geef voorts uw eigen oordeel over deze casus (6).

Vraag 3.....read more

Access: 
Public
Oefententamen 1 2014/2015: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 1 2014/2015: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1a

Zoals altijd is het gezellig druk bij Noorderslag. Tussen de theaterlocaties staan allerlei kraampjes met etenswaren. Dirk, een bezoeker van het festival, manoeuvreert met veel moeite een dienblad met plastic bekertjes Thaise curry door de menigte. Hij loopt heel langzaam met het dienblad naar enkele vrienden die zich op terrasstoeltjes hebben geïnstalleerd. Op een van die stoeltjes zit Charles met de rug naar het pad toe. Net op het moment dat Dirk hem passeert, staat Charles op. Dirk kijkt op dat moment naar de bekertjes op het dienblad en heeft Charles niet in het vizier. De bekertjes met de gloeiendhete curry glijden van het dienblad op het nieuwe jasje van Charles. Het jasje raakt onherstelbaar beschadigd. Vaststaat dat Dirk tegen wettelijke aansprakelijkheid verzekerd is.

Heeft Dirk jegens Charles een onrechtmatige daad begaan? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op grond waarvan? Betrek bij uw antwoord tevens de ‘insteek’ die in Spier-Hartlief ten aanzien van deze materie wordt gekozen (6).

Vraag 1b

Stel dat Dirk tijdens dat festival als vrijwilliger in een café aan de rand van het Noorderplantsoen werkzaam was en een dienblad met hete curry uit zijn handen laat vallen, waardoor een van de vaste klanten van het café ernstige brandwonden oploopt met blijvend letsel als gevolg. Vaststaat dat Dirk vóórdat hij zijn werk in het café begon, van de chef op tal van onderdelen van de bediening strenge instructies had ontvangen. Achteraf komt vast te staan dat Dirk in de haast van het moment vergeten was de gegeven instructies in praktijk te brengen.

Kan de gelaedeerde klant de exploitant van het café met succes voor de schade aanspreken? Zo neen, waarom niet? Zo ja, op grond waarvan? (6).

Vraag 2

Op maandagochtend april 2014 fietst de 16-jarige Anna samen met een vriendin naar school. Anna heeft iets meer vaart dan haar vriendin en de afstand tussen de twee meiden wordt steeds groter. Als Anna op een gegeven moment lachend achterom kijkt en op haar trappers gaat staan om nog meer vaart te maken, komt ze met een harde klap in aanraking met de onderkant van een verkeersbord dat boven het fietspad geplaatst is. Vast staat dat het bord in december 2014 gedeeltelijk los is komen te hangen nadat een automobilist per ongeluk het bord had geraakt met een aan zijn auto gekoppelde boedelbak. Daardoor was de doorrijhoogte onder het bord nogal lager geworden. Anna stelt de gemeente als wegbeheerder aansprakelijk voor haar schade op grond van artikel 6:174 BW.

a. Kan de gemeente op grond van artikel 6:174 BW met succes worden aangesproken vanwege het te laag hangend verkeersbord. U mag ervan uitgaan dat het bord lager was komen te hangen dan de wettelijke verkeersvoorschriften toestaan (6).

b. Stel dat komt vast te staan dat het verkeersbord 5 minuten.....read more

Access: 
Public
Oefententamen 2 2014/2015: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 2 2014/2015: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

Stichting Natuurmonumenten beheert een groot perceel grond met woning in de provincie Drenthe. Zij heeft het perceel grond ingericht voor recreatieve doeleinden, onder meer door het aanleggen en onderhouden van wandelpaden. Aan de ingang van het perceel zijn borden geplaatst waarop vermeld staat dat het terrein is opengesteld voor publiek, maar dat de toegang 'buiten wegen en paden' verboden is. Begin maart 2013 bezoekt Linda (28 jr.) het perceel. Tijdens de wandeling verlaat zij het wandelpad om aardbeien te plukken en valt ze in een ongebruikte sloot van ongeveer 2 meter diep. De sloot werd niet meer geschoond en was overwoekerd met aardbeienstruiken. Vaststaat dat bij de sloot een bordje stond met daarop de tekst: Let op! Diepe sloot. De aardbeienstruiken hadden het bordje echter geheel en al overwoekerd. Vaststaat voorts dat de Stichting wist dat jaarlijks omstreeks september menig wandelaar het landgoed speciaal bezoekt om er aardbeien te gaan plukken. Linda loopt blijvend letselschade op. Linda spreekt de Stichting aan tot vergoeding van de geleden en nog te lijden schade. De Stichting stelt zich op het standpunt dat het ongeval een huis-, tuin- en keukenongeluk betreft, zodat Linda haar schade zelf dient te dragen. Kan Linda zich met succes op de Stichting verhalen? Zo ja, op grond waarvan? Zo nee, waarom niet? Betrek bij uw antwoord het gevoerde verweer. (6)

Vraag 2

Freek (22 jr.) heeft zich op het strand bij het Oldambtmeer geïnstalleerd met een ijsje en de krant. Hij is op dat moment de enige op het strand en geniet van de rust. De week ervoor had het nog zwart gezien van de badgasten, maar sinds het waterschap bij een controle van het oppervlaktewater blauwalg aangetroffen had, waren die uitgeweken naar een ander strand. Het waterschap had bij het strand een waarschuwingsbord geplaatst met een negatief zwemadvies en het nieuws had zich als een lopend vuurtje door de regio verspreid. Toch krijgt Freek na een kwartier gezelschap van een familie uit Frankrijk. De vader, moeder en twee kinderen zijn net aangekomen met hun camper en hebben zin in een frisse duik na de lange autorit. Vooral de vijfjarige zoon kan geen genoeg krijgen van het water. Freek aanschouwt het geheel en vraagt zich af of de ouders het waarschuwingsbord over het hoofd gezien hebben. Hoewel hij de mogelijk ernstige gevaren van het zwemmen beseft – hij is beroepsmatig bedrijfshulpverlener – waarschuwt hij de ouders niet. Hij zegt zelfs niets als de vader hem op een zeker moment komt vragen of er ergens in de buurt patat en drinken te krijgen is.

Na een tijdje zwemmen krijgt de vijfjarige jongen maagkrampen en opgezette oogleden en lippen. Freek deelt in haar beste Engels de ouders mee dat de aanwezige blauwalg hoogstwaarschijnlijk de klachten verklaart en dat een en ander na.....read more

Access: 
Public
Oefententamen 1 2013/2014: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 1 2013/2014: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

B, eigenaar van de ezel Mary, stalt het beest bij manege A, waarvan Teun de directeur is. Vaststaat dat B de gebruikelijke stallingskosten voor zijn ezel betaalt. Na een half jaar vraagt Teun aan B of hij Mary in voorkomende gevallen mag inzetten bij de te geven ezel rijlessen. B vindt dat goed. Vaststaat dat de pensionprijs voor het stallen niet wordt aangepast. Tijdens een van de lessen op de manege gebruikt Teun de ezel voor de 15-jarige Anna. Na afloop van de les loopt ze met Mary aan de hand op weg naar de ezelbox om het beest te stallen. Vlak voordat Anna de box bereikt slaat de koppige Mary met zijn achterbenen achteruit en raakt de 12-jarige Cristien vol in het gezicht. Vaststaat dat Cristien op dat moment met het paardje Bettine, vlak achter Mary liep. Achteraf komt vast te staan dat Cristien te dicht op Mary liep; wellicht is Mary daardoor zenuwachtig geworden met alle gevolgen van dien. De ouders van Cristien, namens hun dochter optredend, spreken de manege A voor de letselschade aan die Cristien zal ondervinden. Zij baseren zich op kwalitatieve grondslag. Teun verweert zich daartegen en meent dat, nu de les ten einde was, niet de manege, maar de eigenaar op kwalitatieve grondslag dient te worden aangesproken. Kan Cristien – door haar ouders vertegenwoordigd – met succes een vordering op kwalitatieve grondslag tegen de manege, tegen eigenaar B of tegen beiden geldend maken? Zo ja, op grond waarvan? Zo neen, waarom niet? (Alle hier genoemde opties bespreken). (8 punten)

Vraag 2

In Spier-Hartlief c.s. wordt uitvoerig ingegaan op de samenloop die bestaat tussen de regeling van de productenaansprakelijkheid en de regeling van de onrechtmatige daad en op het belang van die samenloop. Noem twee voorbeelden waaruit het belang van die samenloop blijkt (6 punten).

Vraag 3

In het studentenhuis De Vomerende Teckel treedt ernstige lekkage op in de gemeenschappelijke woonkamer. De verhuurder geeft aan Klus en Klaar BV opdracht de lekkage op te sporen en nadien het door de lekkage aangetaste gipsplatenplafond te vervangen. Twee werknemers van Klus en Klaar BV, te weten Jonson en Gerritsen, beiden ervaren bouwvakkers, sporen de lekkage op, repareren het dak en treffen vervolgens voorbereidingen om het plafond te vervangen. Vaststaat dat Jonsen de leiding op de werkplek heeft. Bij het aanbrengen van de tweede gipsplaat gaat het mis. Op het moment dat Jonsen – boven zijn hoofd werkend – een gipsschroef met zijn snel draaiende handboormachine in de gipsplaat wil aanbrengen, schiet de schroef weg en treft Gerritsen in het oog, die op een trap op gelijke hoogte met hem, tegenover hem staat om de gipsplaat vast te houden. Gerritsen raakt daardoor blind aan zijn linkeroog. Vaststaat dat de bouwvakkers hun veiligheidsbril in de bedrijfsauto hadden laten liggen. Jonson.....read more

Access: 
Public
Oefententamen 2 2013/2014: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 2 2013/2014: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

Op 1 juli 2013 krijgt de blije Marlinde van Luin het bericht dat zij geslaagd is voor haar HAVO-examen. Op 2 juli 2013 organiseert mw. Van Luin een groot tuinfeest ter ere van haar dochter. Op verzoek van mw. Van Luin neemt haar buurvrouw drie waxinelichtwarmtehouders voor het tuinfeest mee. Onder elk van die warmtehouders staan twee waxinelichtjes die bijgevuld kunnen worden met brandgel. Op het moment dat het tuinfeest in volle gang is ziet mw. Van Luin dat een van de branders leeg is. Nadat zij zelf het metalen potje uit de warmtehouder heeft gehaald en op de tafel heeft gezet, vraagt zij de vijftienjarige Lukas, een medescholier en goede vriend van Marlinde, of hij de lege brander met gel wil bijvullen vanuit de fles, die naast de tafel staat. Vaststaat dat mw. Van Luin bezitter is van de onlangs aangeschafte fles met de brandgel. Zij zegt daarbij tegen Lukas, dat zij daarna zelf de brander zal aansteken. Zij loopt vervolgens naar de keuken met een lege groenteschaal om die bij te vullen. Op het moment waarop mw. van Luin zich naar de keuken begeeft, pakt Lukas de jerrycan en vult de brander bij. Op dát moment ontstaat er een enorme explosie. De gel vat vlam en spat in het rond. Helena, een van de gasten, loopt daardoor ernstige brandwonden op. Hoe de explosie heeft kunnen ontstaan blijft ook voor deskundigen een raadsel. Luka staat ten huize van de familie van Luin bekend om zijn nauwgezetheid. Helena spreekt Luka aan voor de ontstane en nog te lijden schade. Zij stelt, nu vaststaat dat Luka de schade heeft veroorzaakt, dat Luka jegens haar daarvoor aansprakelijk is.

  1. Hoe luidt in het licht van de rechtspraak het in dezen te hanteren criterium of Lucka met succes kan worden aangesproken? Geef voorts uw oordeel over de haalbaarheid van die vordering. Betrek daarbij het verweer van Helena. (6)

Vervolg. Helena spreekt tevens mw. Van Luin aan op kwalitatieve grondslag. Hij stelt dat, nu mw. Van Luin bezitter is van de fles met daarin de brandgel, zij daarvoor hetzij op basis van art. 6:175, hetzij op basis van art. 6:173 met succes kan worden aangesproken.

  1. Bespreek kort en bondig beide aangevoerde gronden. (8)

Vraag 2

Van Baarsma heeft een tweedehands meubelzaak in Ter Horst. Hij besluit de winkel met inbegrip van het parkeerterrein een make over te geven. De parkeerplaats aan de voorzijde van de winkel zal van een nieuwe bestrating worden voorzien. Van Baarsma schakelt daartoe aannemer Toonstra in. Van Baarsma geeft Toonstra de vrije hand om zowel de interne verbouwing als de bestrating geheel naar eigen inzicht te realiseren. Partijen spreken af dat Van Baarsma zich tussentijds niet met de werkzaamheden zal bemoeien. Toonstra geeft aan.....read more

Access: 
Public
Oefententamen 2012/2013: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 2012/2013: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

Frederik BV, moet een deel van het Amsterdams Concertgebouw renoveren. Hij besteedt de opdracht uit aan onderaannemer Klassen BV. Deze besteedt de klus uit aan ZZP-er Cornelissen. Vast staat dat Frederik BV voor de uitvoering van de opdracht een bij de gevel passende bouwsteiger liet maken bij Steigermateriaal Hans BV. Frederik BV, eigenaar van de steiger, waarop het logo van Steigermateriaal Hans BV prijkt, stelt de steiger gratis ter beschikking aan onderaannemer Klassen BV. Deze stelt de steiger eveneens gratis ter beschikking aan de ZZP-er Cornelissen. Vast staat dat Frederik BV gedurende de uitvoering van het werk de veiligheidsinspectie over de steiger behield. Halverwege de opdracht valt ZZP-er Cornelissen van de steiger van vijf meter hoog en komt op zijn eigen aanhanger terecht, die naast de steiger stond geparkeerd. Hij loopt een kromme rug op. Vast komt te staan dat het ongeluk veroorzaakt is, omdat een veiligheidsklem aan de binnenzijde van het steigermateriaal ontbrak. Of op het moment waarop de steiger in het verkeer werd gebracht de veiligheidsklem wél aanwezig was, blijft onduidelijk. De advocaat van Cornelissen spreekt Steigermateriaal Hans BV aan voor de schade die Cornelissen lijdt. a. Kan hij met succes Steigermateriaal Hans BV aanspreken? Zo ja, op grond waarvan? Zo, neen waarom niet? Ga bij uw antwoord op beide schadeposten , te weten de letselschade en de zaakschade aan de aanhanger van Cornelissen, in. (Laat bij de beantwoording art. 6:162 buiten bespreking en concentreer u uitsluitend op de bepalingen van kwalitatieve aansprakelijkheid en/of risicoaansprakelijkheid). (6)

Variant op het voorgaande. Stel dat toch komt vast te staan dat de steiger door Steigermateriaal Hans BV deugdelijk in het verkeer was gebracht. Cornelissen spreekt Frederik BV aan voor de letselschade – laat de schade aan de bedrijfsauto hier buiten beschouwing – die hij lijdt en nog zal lijden. Frederik BV verweert zich daartegen door te stellen dat Cornelissen zélf de steiger voor de klus heeft gebruikt en dat er derhalve geen deugdelijke grondslag is om Frederik BV aan te spreken. b. Heeft de door Cornelissen tegen Frederik BV ingestelde vordering succes? Zo neen, waarom niet, zo ja op grond waarvan? (Laat bij uw bespreking art. 6:162 buiten bespreking en concentreer u uitsluitend op de bepalingen van kwalitatieve aansprakelijkheid en/of risicoaansprakelijkheid). (6)

Vraag 2

In zijn opstel Communautaire invloeden op het nationale stelsel van overheidsaansprakelijkheid (literatuurklapper), somt mr. R. Meijer de drie aansprakelijkheidsvoorwaarden in het Europese recht op. Formuleer die drie voorwaarden. Noem en bespreek tevens een arrest waarin die voorwaarden zijn geformuleerd.(8)

Vraag 3

Een Duitse ondernemer gebruikt bij het uitvoeren van een grote bouwklus niet alleen eigen ondergeschikt personeel, maar maakt tevens gebruik van zelfstandige hulppersonen (ZZP-ers). Een van zijn (eigen) leidinggevende ondergeschikten verzuimt op de bouwsteiger adequate veiligheidsmaatregelen te treffen; ten gevolge daarvan laat een ingehuurde ZZP-er een stuk.....read more

Access: 
Public
Burgerlijk Recht 3: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG

Burgerlijk Recht 3: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG

  • In deze bundel worden o.a. samenvattingen, oefententamens en collegeaantekeningen gedeeld voor het vak Burgerlijk Recht 3 voor de opleiding Rechtsgeleerdheid, jaar 3 aan de Rijksuniversiteit Groningen.
  • Voor een compleet overzicht van de door JoHo aangeboden samenvattingen & studiehulp en de beschikbare geprinte samenvattingen voor dit vak ga je naar de Recht & Bestuur in Nederland: leren, studeren en kennis delen- startpagina

Oefententamens Burgerlijk Recht 3 - RUG

Oefententamen 1 2018/2019: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 1 2018/2019: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

Amanda is eigenaar van paard Storm. Ze is goed bevriend met de eigenaar van de plaatselijke manege: de Hinnikende Hengst. De eigenaar van de manege organiseert ieder jaar ter promotie van zijn bedrijf een optocht waarbij diverse paarden praalwagens door het dorp trekken. Dit jaar is een aantal manegepaarden ziek, waardoor de manege een paard te kort komt voor de optocht. Amanda wordt benaderd met het verzoek of zij haar paard ter beschikking wil stellen. Ze stemt toe. Op de dag van de optocht staat Amanda vol trots te kijken hoe Storm een mooie wagen trekt. Maar dan gaat het ineens mis. Een deel van een reclamebord komt aanwaaien en belandt tussen de benen van Storm. Storm schrikt en begint de bokken. Daarbij duwt het paard een ijzeren hekwerk om, van waarachter het publiek naar de optocht staat te kijken. Koen is de ongelukkige toeschouwer: hij wordt door het omvallende hek getroffen op zijn onderbeen en loopt een breuk op. Koen wenst schadevergoeding te ontvangen en zet in op art. 6:179 BW. Hij spreekt zowel Amanda als de manege aan. Amanda en de manege verweren zich tegen de claim en wijzen naar elkaar als de kwalitatief aansprakelijke partij.  Ook wordt het verweer gevoerd dat art. 6:179 BW helemaal niet toepasselijk is, omdat het letsel in feite niet door paard Storm is veroorzaakt maar door het vallende hekwerk.

  1. Leg uit of in deze kwestie is voldaan aan de toepassingsvoorwaarden van art. 6:179 BW. Betrek hierin het verweer dat het letsel niet door het paard maar door het vallende hekwerk is ontstaan. Ga in uw antwoord ook in op de tenzij-clausule van art. 6:179 BW (5 punten). 
  2. Stel, los van uw antwoord op de voorgaande vraag, dat aan de vereisten van art. 6:179 BW is voldaan. Leg uit op wie in deze kwestie de aansprakelijkheid van art. 6:179 BW dan rust: op Amanda, op de manege of op beiden? Noem relevante wetsartikelen en ook een richtinggevend arrest van de Hoge Raad (5 punten).
  3. Stel dat het hekwerk dat omviel in opdracht van de manege is geplaatst door een aannemersbedrijf OPDEVLOER BV. De manege maakt jaarlijks gebruik van de dienst van OPDEVLOER om de openbare weg af te zetten met hekken. Het door de manege ingeschakelde aannemersbedrijf heeft nu echter nagelaten het betreffende hekwerk goed te verankeren. Als het hekwerk wél deugdelijk zou zijn vastgezet, had het hekwerk nooit kunnen omvallen door van buiten komende krachten. Koen probeert ook een schadevergoeding te verkrijgen vanwege de door OPDEVLOER gemaakte fout. Dit bedrijf zelf was echter niet WA-verzekerd en is inmiddels failliet gegaan. Ziet u nog kans voor Koen om met succes een vordering tegen de manege in te stellen in verband met de door het aannemersbedrijf gemaakte fout? Noem daarbij het
.....read more
Access: 
Public
Oefententamen 2 2018/2019: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 2 2018/2019: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

Harry de Gracht heeft een kampeerwinkel De Gracht BV. Hij verkoopt zowel vanuit zijn winkelpand als via internet benodigdheden voor een verblijf op een camping en survivalspullen. De handel heeft de afgelopen jaren een sterke groei doorgemaakt. Naar aanleiding daarvan heeft hij ook meer werknemers in dienst genomen. De handel vereist ook dat De Gracht BV een aardige voorraad heeft om de markt te voorzien. Voor het vervoeren van deze voorraad maakt de vennootschap gebruik van verschillende heftrucks die rijden op elektriciteit. Deze heftrucks zijn gemaakt door De Schroeve BV en worden ook, na de verkoop aan De Gracht in 2014, door De Kruize onderhouden. In de nacht van 17 op 18 juni 2018 vat één van de accu’s van één van de heftrucks vlam terwijl deze wordt opgeladen. Een deel van het magazijn van De Gracht brandt af. Gelukkig heeft De Gracht een verzekering afgesloten bij RGA Verzekeringen en wordt haar schade vergoed. RGA Verzekeringen wil de vergoede schade verhalen op De Schroeve en stelt een vordering in.  

Heeft deze vordering kans van slagen? (6 punten)

Vraag 2

Sinds de opkomst van webwinkels is het verhuren van winkelpanden niet meer zo lucratief als dit eens was. Voor bepaalde panden is het dan ook moeilijk een huurder te vinden. Sluis BV heeft veel onroerend goed in Amersfoort. De vennootschap is ook eigenaar van enkele panden aan de Woerdenseweg. Deze panden aan de Woerdenseweg heeft Sluis BV voor een lage prijs verhuurd aan Rendezvous BV omdat zij weet dat deze vennootschap net is opgestart en niet veel geld in kas heeft. Rendezvous BV wil deze panden eerst van binnen laten inrichten voordat zij winkeliers probeert te trekken en neemt daarvoor het bedrijf Ligt BV in de arm. Sluis BV is hiervan op de hoogte. Afgesproken wordt dat Ligt BV drie panden aan de Woerdenseweg vanbinnen renoveert tegen een prijs van €40.000. De werkzaamheden van Ligt BV leiden ertoe dat de drie panden in totaal €25.000 in waarde toenemen. Nadat de werkzaamheden zijn afgerond, laat de betaling door Rendezvous BV op zich wachten. Het blijkt dat Rendezvous BV de vordering niet kan voldoen.  

Kan Ligt BV een of meer vorderingen instellen tegen Sluis BV; zo ja op welke grond(en) en voor welk bedrag, zo nee, waarom niet? (9 punten)

Vraag 3

Meneer en mevrouw Vermoedt besluiten hun huis te verkopen in Almere. Zij nemen contact op met verkoopmakelaar Pandjes, met wie zij een overeenkomst van opdracht sluiten. De in Deventer woonachtige Herman de Bruin heeft een baan gekregen in Amsterdam maar kan zich de hoge huizenprijzen aldaar niet veroorloven. Almere biedt redelijk betaalbare ruime woningen en ligt niet te ver van zijn toekomstige werkplek. Herman is gescheiden en heeft 3 kinderen die om het weekend bij hem komen logeren. Minstens

.....read more
Access: 
Public
Oefententamen 2017/2018: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 2017/2018: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1a

Tech BV is een bedrijf dat via internet elektrische apparatuur aan consumenten verkoopt. Om de verkoop van fotocamera’s te stimuleren adverteert zij op haar website dat bij koop van een camera de consument kans maakt op een reis naar de Seychellen om daar schitterende plaatjes te schieten. Tech BV vermeldt niet in de advertentie dat een klant alleen in aanmerking komt voor deze prijs, indien hij bij de aankoop van de camera € 10 extra betaalt. Mevrouw Luik is op zoek naar een camera. Zij stuit op de website van Tech BV op een mooie camera van het merk SONS. Verder ziet zij ook de advertentie over de Seychellen staan. Het lijkt haar daarom een goed moment om de camera te kopen en bestelt een SONS s520 voor € 700. Tijdens het bestelproces valt haar op dat haar € 10 extra in rekening wordt gebracht voor de reis naar de Seychellen wanneer zij de optie ‘meedoen met de prijstrekking’ aanklikt. Zij twijfelt, een reis naar de Seychellen lijkt haar mooi, maar € 10 kun je maar één keer uitgeven. Zij zet deze optie dan toch maar weer uit. Luik ontvangt vijf dagen later de LITE s520, maar is niet helemaal tevreden met de camera.

Kan Luik de koopovereenkomst met Tech BV met succes vernietigen? (7 punten)

Vraag 1b

Stel, ongeacht uw antwoord op vraag 4a, dat Luik de overeenkomst kan vernietigen. Zij wacht echter met deze vernietiging en gaat op een wildexcursie op de Veluwe. Tijdens deze excursie valt de camera op de grond en breekt. Luik wil de camera zo snel mogelijk gerepareerd hebben omdat ze een uitje naar dierentuin Beekse Bergen gepland heeft. Zij kiest dan ook voor een spoedreparatie die € 280 kost. Zij vernietigt de overeenkomst na de reparatie en het uitje naar de Beekse Bergen alsnog.

Welk bedrag kan Luik van Tech BV vorderen? (6 punten)

Vraag 2a

Een vmbo-examenklas speelt tijdens de verplichte gymles het tikspel pionnenroof in de gymzaal. Tijdens dit tikspel, dat al op de basisschool wordt gespeeld, moet de ‘aanvaller’ een pion wegnemen bij de ‘tikker’ voordat hij getikt wordt. Tijdens het spel loopt Gerard met zijn hoofd tegen de muur nadat een andere leerling zijn tik op het laatste moment ontweek. Hij breekt hierbij een nekwervel. De gymleraar hield toezicht in het midden van de lange zijde van de zaal. Het ongeluk heeft hij niet zien gebeuren. Hij heeft van te voren de regels van het spel uitgelegd maar geen specifieke veiligheidsinstructies ge-geven of extra veiligheidsmaatregelen getroffen. De op de muur aangebrachte bekleding bestaat niet uit beschermende valkussens maar uit geluidsisolatie. Dit wist de gymleraar. De gymzaal is een doorsnee sportlokaal van gebruikelijke afmetingen dat voldoet aan de wettelijke eisen. De ouders van de leerling spreken de leraar aan namens hun.....read more

Access: 
Public
Oefententamen 1 2016/2017: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 1 2016/2017: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

Uberchauffeur Aris moest zijn rijbewijs verlengen en maakte daartoe een afspraak bij het loket van de gemeente. Tijdens het bezoek aan het gemeentehuis is hij uitgegleden en heeft hij zijn pols gebroken. De vloer van het gemeentehuis is bekleed met linoleum dat die ochtend door een schoonmaakbedrijf stofvrij was gemaakt en voorzien van een nieuwe waslaag. Door die waslaag was de vloer extra glad geworden en Aris droeg schoenen met leren zolen. De gemeente heeft voor deze (potentieel) gevaarlijke situatie niet gewaarschuwd door het plaatsen van borden of anderszins.

  1. Aris wil de gemeente aansprakelijk stellen en wil graag van u weten of een vordering op grond van art. 6:174 BW kans van slagen heeft. Zo ja, waarom; zo nee, waarom niet? (7 punten)

Aan de glijpartij houdt Aris ernstige rugpijn over. De klachten houden aan en daardoor kan hij 50% minder werken als Uberchauffeur en heeft hij 50% minder inkomsten. Stel – daargelaten uw antwoord op vraag 1a – dat de gemeente aansprakelijk is voor deze schade en het verlies aan arbeidsvermogen tot Aris’s pensionering moet vergoeden (bij wijze van maandelijkse suppletie van Aris’s arbeidsongeschiktheidsuitkering). Een half jaar na de aanrijding krijgt Aris een hersenbloeding waardoor hij volledig arbeidsongeschikt raakt. Deze laatste gebeurtenis staat los van de glijpartij in het gemeentehuis. De gemeente acht zich vanaf dat moment niet langer aansprakelijk voor de 50% gederfde inkomsten van Aris.

  1. Heeft de gemeente gelijk? Onderbouw uw antwoord (6 punten)

Vraag 2

Op zijn erf is Sander druk in de weer om met een bijl een beuk te kappen. Zijn zoon Maarten (14 jaar) zit een klein stukje verderop in het gras met zijn telefoon te spelen. Als de boom zo ver gekapt is, dat hij bijna omvalt op het naast het erf gelegen wandelpad, loopt Sander snel naar de schuur om een touw te halen. Door het touw tussen de om te hakken boom en een andere boom te spannen, wil hij er zeker van zijn, dat de boom niet op het pad valt. Voordat Sander uit de schuur is teruggekeerd, wandelt Hugo, een 30-jarige muziekdocent op het pad langs de erfafscheiding. Juist op dat moment valt door een windvlaag de beuk om. Hugo wordt door de stam getroffen en raakt ernstig gewond aan zijn schouder. Maarten, die compleet gefocust was op zijn mobiele telefoon, ontgaat dit allemaal.

  1. Is Sander aansprakelijk voor de door Hugo geleden schade? (7 punten)
  2. Hugo spreekt behalve Sander ook Maarten aan op grond van onrechtmatige daad. Is Maarten aansprakelijk voor de door Hugo geleden schade? (4 punten)

Hugo is een tijd uitgeschakeld en herstelt thuis van zijn verwondingen. De muziekschool waar Hugo voltijd als leraar werkt, betaalt het loon van Hugo conform de geldende regelgeving door......read more

Access: 
Public
Oefententamen 2 2016/2017: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 2 2016/2017: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

Carl (23) is op maandagochtend gras aan het maaien in de tuin van zijn ouders. Zijn ouders zijn op vakantie naar Italië. Hij hoort opeens luid gemiauw en ziet dat de kat van de buren klem zit onder een rolluik op de eerste verdieping van de villa van de buren. De buren, die hij niet persoonlijk kent, zijn niet thuis. Hij aarzelt geen moment, breekt de deur naar de tuin van de buren open en klimt langs een boom naar het beestje toe. Hij scheurt hierbij zijn nieuwe broek en ook zijn smartphone raakt tijdens de reddingsoperatie beschadigd.

  1. Kan Carl deze schade vergoed krijgen van de buren? Onderbouw uw antwoord. (7 punten)

Stel nu dat Carl tijdens de bevrijdingsoperatie onzorgvuldig heeft gehandeld door met onnodig veel geweld de tuindeur open te breken en het rolluik los te trekken. Daarbij heeft hij het kozijn ontzet en veel schade aangericht. De rechter oordeelt dat Carl de reparatie- en vervangingskosten van tuindeur, luik en kozijn (€ 2000) aan de buren moet vergoeden.

  1. Carl zit momenteel in een schuldsaneringstraject en heeft het niet breed. In hoeverre zal de rechter hier rekening mee houden bij het vaststellen van de schadevergoeding? (6 punten)

Vraag 2

Kacper wandelt met zijn poedel Max in het Oosterpark, waar Evelien, 7 jaar oud, onder toeziend oog van haar moeder aan het spelen is. Als Evelien op het hondje afstapt om het te aaien gaat het plotseling mis. Een enorme knal op de bouwplaats naast het park doet Max vreselijk schrikken. Door de schrik bijt Max Evelien in haar arm. De wond moet in het ziekenhuis worden behandeld. De ouders van Evelien achten Kacper aansprakelijk voor de door Evelien geleden schade.

  1. Kacper aansprakelijk jegens Evelien? Onderbouw uw antwoord. (7 punten)
  2. Kacper verweert zich door te stellen dat Eveliens moeder had moeten voorkomen dat Evelien op Max afstapte. Deze nalatigheid kan volgens hem aan Evelien worden toegerekend. Zal dit verweer slagen? Onderbouw uw antwoord. (4 punten)
  3. Stel dat Kacper 13 jaar is en dat hij de hond kort daarvoor voor zijn verjaardag heeft gekregen. Wie is dan aansprakelijk voor de door Evelien geleden schade: hijzelf en/of zijn ouders? Noem de relevante wetsbepaling. (3 punten)

Vraag 3

Een kleine demonstratie tegen het Nederlands vluchtelingenbeleid, bestaande uit ongeveer 20 personen, loopt uit de hand. Een openbaar kunstwerk raakt ernstig beschadigd doordat een aantal demonstranten met stenen begint te gooien. Niet duidelijk is wie precies binnen de groep met stenen gooide en evenmin staat vast welke stenengooier de schade heeft veroorzaakt. De politie kan slechts één demonstrant in de kraag vatten. Het gaat om Elsemiek, tegen wie proces-verbaal wordt opgemaakt. De gemeente, eigenaar van het kunstwerk, stelt Elsemiek aansprakelijk voor de schade aan het.....read more

Access: 
Public
Oefententamen 1 2015/2016: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 1 2015/2016: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

Het echtpaar Wolters, in gemeenschap van goederen gehuwd, koopt voor hun studerende kinderen een pand aan de Oude Kijk in ‘t Jatstraat te Groningen. Op 18 februari 2012 heeft de overdracht plaats. Vlak vóór de overdracht informeert de notaris nog bij de kopers of zij ten behoeve van het pand de gebruikelijke verzekeringen, zoals een brandverzekering en een WA-verzekering, hebben afgesloten. Het echtpaar geeft te kennen dat dat inderdaad het geval is. Zij hebben de genoemde verzekeringen bij Achmea NV ondergebracht.

Meteen ná de overdracht begeeft het echtpaar zich – samen met hun twee kinderen – naar het pand. Vol trots lopen ze door hun nieuwe huis. Via de vlizotrap kan de zolder worden bereikt. Ze besluiten met z’n allen ook de zolder te gaan bekijken. Op het moment dat mevrouw Wolters, die nogal zwaarlijvig is, de zolder weer wil verlaten en met haar volle gewicht op de vlizotrap gaat staan, begeeft deze het. Vast komt te staan dat de verouderde trapscharnieren onder haar gewicht zijn gebroken. Het gevolg is dat mevrouw Wolters haar evenwicht verliest en naar beneden valt. Zij breekt haar rug en loopt zeer ernstig letsel op. Zij zal voor de rest van haar leven afhankelijk zijn van de hulp van anderen. Het echtpaar vraagt advies aan een letselschadeadvocaat of er een mogelijkheid bestaat dat mevrouw Wolters de schade die zij lijdt op ‘derden’ kan verhalen. Bespreek in het licht van de rechtspraak van de Hoge Raad of en zo ja in welke omvang daartoe een mogelijkheid (mogelijkheden) bestaat (bestaan)? (6)

Vraag 2

In Alphen aan den Rijn vindt in het winkelcentrum een schietincident plaats. Een man van 30 jaar die met zijn vrouw in een heftige echtscheidingsprocedure is verwikkeld, schiet in een vlaag van verstandsverbijstering een drietal winkelende bezoekers neer, waarna hij zelfmoord pleegt. De man bezat een tweetal vuurwapens. De wapenvergunningen waren hem door de daartoe bevoegde instanties verleend. Achteraf is komen vast te staan dat de betrokken autoriteiten de verleende vergunningen nooit hadden mogen afgeven. Vaststaat dat belastende gegevens van de aanvrager, die in het betreffende dossier aanwezig waren, door de betrokken ambtenaar van de politieregio over het hoofd zijn gezien.

De ernstige gewonde slachtoffers spannen een civiele procedure aan tegen de betrokken politieregio (publiekrechtelijke rechtspersoon). Zij stellen dat de politieregio jegens de slachtoffers onrechtmatig heeft gehandeld en aansprakelijk is voor de door hen geleden schade. De advocaat van de politieregio verweert zich tegen de ingestelde vordering onder meer door te stellen dat de gebrekkige besluitvorming op overheidsniveau met betrekking tot het ten onrechte verlenen van een wapenvergunning niet betekent dat de betrokken burgers daaraan individuele aanspraken kunnen ontlenen.

Bespreek dit verweer met onder meer vermelding van relevante rechtspraak. Geef voorts uw eigen oordeel over deze casus (6).

Vraag 3

In Appingedam wordt in café.....read more

Access: 
Public
Oefententamen 2 2015/2016: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 2 2015/2016: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

Het echtpaar De Graaf, in gemeenschap van goederen gehuwd, koopt voor hun studerende kinderen een pand aan de Oude Beringstraat te Groningen. Op 9 december 2014 heeft de overdracht plaats. Vlak vóór de overdracht informeert de notaris nog bij de kopers of zij ten behoeve van het pand de gebruikelijke verzekeringen, zoals een brandverzekering en een WA-verzekering, hebben afgesloten. Het echtpaar geeft te kennen dat dat inderdaad het geval is. Zij hebben de genoemde verzekeringen bij Brandveilig NV ondergebracht. Meteen ná de overdracht begeeft het echtpaar zich – samen met hun twee kinderen – naar het pand. Vol trots lopen ze door hun nieuwe huis. Via de vlizotrap kan de zolder worden bereikt. Ze besluiten met z’n allen ook de zolder te gaan bekijken. Op het moment dat mevrouw De Graaf, die nogal zwaarlijvig is, de zolder weer wil verlaten en met haar volle gewicht op de vlizotrap gaat staan, begeeft deze het. Vast komt te staan dat de verouderde trapscharnieren onder haar gewicht zijn gebroken. Het gevolg is dat mevrouw De Graaf haar evenwicht verliest en naar beneden valt. Zij breekt haar rug en loopt zeer ernstig letsel op. Zij zal voor de rest van haar leven afhankelijk zijn van de hulp van anderen. Het echtpaar vraagt advies aan een letselschadeadvocaat of er een mogelijkheid bestaat dat mevrouw De Graaf de schade die zij lijdt op ‘derden’ kan verhalen. Bespreek in het licht van de rechtspraak van de Hoge Raad of en zo ja in welke omvang daartoe een mogelijkheid (mogelijkheden) bestaat (bestaan)? (6)

Vraag 2

In het dorp Oude Terp in de provincie Drenthe vindt in het winkelcentrum een schietincident plaats. Een man van 35 jaar die met zijn vrouw in een heftige echtscheidingsprocedure is verwikkeld, schiet in een vlaag van verstandsverbijstering een drietal winkelende bezoekers neer, waarna hij zelfmoord pleegt. De man bezat een tweetal Brandwapens. De wapenvergunningen waren hem door de daartoe bevoegde instanties verleend. Achteraf is komen vast te staan dat de betrokken autoriteiten de verleende vergunningen nooit hadden mogen afgeven. Vaststaat dat belastende gegevens van de aanvrager, die in het betreffende dossier aanwezig waren, door de betrokken ambtenaar van de politieregio over het hoofd zijn gezien. De ernstige gewonde slachtoffers spannen een civiele procedure aan tegen de betrokken politieregio (publiekrechtelijke rechtspersoon). Zij stellen dat de politieregio jegens de slachtoffers onrechtmatig heeft gehandeld en aansprakelijk is voor de door hen geleden schade. De advocaat van de politieregio verweert zich tegen de ingestelde vordering onder meer door te stellen dat de gebrekkige besluitvorming op overheidsniveau met betrekking tot het ten onrechte verlenen van een wapenvergunning niet betekent dat de betrokken burgers daaraan individuele aanspraken kunnen ontlenen. Bespreek dit verweer met onder meer vermelding van relevante rechtspraak. Geef voorts uw eigen oordeel over deze casus (6).

Vraag 3.....read more

Access: 
Public
Oefententamen 1 2014/2015: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 1 2014/2015: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1a

Zoals altijd is het gezellig druk bij Noorderslag. Tussen de theaterlocaties staan allerlei kraampjes met etenswaren. Dirk, een bezoeker van het festival, manoeuvreert met veel moeite een dienblad met plastic bekertjes Thaise curry door de menigte. Hij loopt heel langzaam met het dienblad naar enkele vrienden die zich op terrasstoeltjes hebben geïnstalleerd. Op een van die stoeltjes zit Charles met de rug naar het pad toe. Net op het moment dat Dirk hem passeert, staat Charles op. Dirk kijkt op dat moment naar de bekertjes op het dienblad en heeft Charles niet in het vizier. De bekertjes met de gloeiendhete curry glijden van het dienblad op het nieuwe jasje van Charles. Het jasje raakt onherstelbaar beschadigd. Vaststaat dat Dirk tegen wettelijke aansprakelijkheid verzekerd is.

Heeft Dirk jegens Charles een onrechtmatige daad begaan? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op grond waarvan? Betrek bij uw antwoord tevens de ‘insteek’ die in Spier-Hartlief ten aanzien van deze materie wordt gekozen (6).

Vraag 1b

Stel dat Dirk tijdens dat festival als vrijwilliger in een café aan de rand van het Noorderplantsoen werkzaam was en een dienblad met hete curry uit zijn handen laat vallen, waardoor een van de vaste klanten van het café ernstige brandwonden oploopt met blijvend letsel als gevolg. Vaststaat dat Dirk vóórdat hij zijn werk in het café begon, van de chef op tal van onderdelen van de bediening strenge instructies had ontvangen. Achteraf komt vast te staan dat Dirk in de haast van het moment vergeten was de gegeven instructies in praktijk te brengen.

Kan de gelaedeerde klant de exploitant van het café met succes voor de schade aanspreken? Zo neen, waarom niet? Zo ja, op grond waarvan? (6).

Vraag 2

Op maandagochtend april 2014 fietst de 16-jarige Anna samen met een vriendin naar school. Anna heeft iets meer vaart dan haar vriendin en de afstand tussen de twee meiden wordt steeds groter. Als Anna op een gegeven moment lachend achterom kijkt en op haar trappers gaat staan om nog meer vaart te maken, komt ze met een harde klap in aanraking met de onderkant van een verkeersbord dat boven het fietspad geplaatst is. Vast staat dat het bord in december 2014 gedeeltelijk los is komen te hangen nadat een automobilist per ongeluk het bord had geraakt met een aan zijn auto gekoppelde boedelbak. Daardoor was de doorrijhoogte onder het bord nogal lager geworden. Anna stelt de gemeente als wegbeheerder aansprakelijk voor haar schade op grond van artikel 6:174 BW.

a. Kan de gemeente op grond van artikel 6:174 BW met succes worden aangesproken vanwege het te laag hangend verkeersbord. U mag ervan uitgaan dat het bord lager was komen te hangen dan de wettelijke verkeersvoorschriften toestaan (6).

b. Stel dat komt vast te staan dat het verkeersbord 5 minuten.....read more

Access: 
Public
Oefententamen 2 2014/2015: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 2 2014/2015: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

Stichting Natuurmonumenten beheert een groot perceel grond met woning in de provincie Drenthe. Zij heeft het perceel grond ingericht voor recreatieve doeleinden, onder meer door het aanleggen en onderhouden van wandelpaden. Aan de ingang van het perceel zijn borden geplaatst waarop vermeld staat dat het terrein is opengesteld voor publiek, maar dat de toegang 'buiten wegen en paden' verboden is. Begin maart 2013 bezoekt Linda (28 jr.) het perceel. Tijdens de wandeling verlaat zij het wandelpad om aardbeien te plukken en valt ze in een ongebruikte sloot van ongeveer 2 meter diep. De sloot werd niet meer geschoond en was overwoekerd met aardbeienstruiken. Vaststaat dat bij de sloot een bordje stond met daarop de tekst: Let op! Diepe sloot. De aardbeienstruiken hadden het bordje echter geheel en al overwoekerd. Vaststaat voorts dat de Stichting wist dat jaarlijks omstreeks september menig wandelaar het landgoed speciaal bezoekt om er aardbeien te gaan plukken. Linda loopt blijvend letselschade op. Linda spreekt de Stichting aan tot vergoeding van de geleden en nog te lijden schade. De Stichting stelt zich op het standpunt dat het ongeval een huis-, tuin- en keukenongeluk betreft, zodat Linda haar schade zelf dient te dragen. Kan Linda zich met succes op de Stichting verhalen? Zo ja, op grond waarvan? Zo nee, waarom niet? Betrek bij uw antwoord het gevoerde verweer. (6)

Vraag 2

Freek (22 jr.) heeft zich op het strand bij het Oldambtmeer geïnstalleerd met een ijsje en de krant. Hij is op dat moment de enige op het strand en geniet van de rust. De week ervoor had het nog zwart gezien van de badgasten, maar sinds het waterschap bij een controle van het oppervlaktewater blauwalg aangetroffen had, waren die uitgeweken naar een ander strand. Het waterschap had bij het strand een waarschuwingsbord geplaatst met een negatief zwemadvies en het nieuws had zich als een lopend vuurtje door de regio verspreid. Toch krijgt Freek na een kwartier gezelschap van een familie uit Frankrijk. De vader, moeder en twee kinderen zijn net aangekomen met hun camper en hebben zin in een frisse duik na de lange autorit. Vooral de vijfjarige zoon kan geen genoeg krijgen van het water. Freek aanschouwt het geheel en vraagt zich af of de ouders het waarschuwingsbord over het hoofd gezien hebben. Hoewel hij de mogelijk ernstige gevaren van het zwemmen beseft – hij is beroepsmatig bedrijfshulpverlener – waarschuwt hij de ouders niet. Hij zegt zelfs niets als de vader hem op een zeker moment komt vragen of er ergens in de buurt patat en drinken te krijgen is.

Na een tijdje zwemmen krijgt de vijfjarige jongen maagkrampen en opgezette oogleden en lippen. Freek deelt in haar beste Engels de ouders mee dat de aanwezige blauwalg hoogstwaarschijnlijk de klachten verklaart en dat een en ander na.....read more

Access: 
Public
Oefententamen 1 2013/2014: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 1 2013/2014: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

B, eigenaar van de ezel Mary, stalt het beest bij manege A, waarvan Teun de directeur is. Vaststaat dat B de gebruikelijke stallingskosten voor zijn ezel betaalt. Na een half jaar vraagt Teun aan B of hij Mary in voorkomende gevallen mag inzetten bij de te geven ezel rijlessen. B vindt dat goed. Vaststaat dat de pensionprijs voor het stallen niet wordt aangepast. Tijdens een van de lessen op de manege gebruikt Teun de ezel voor de 15-jarige Anna. Na afloop van de les loopt ze met Mary aan de hand op weg naar de ezelbox om het beest te stallen. Vlak voordat Anna de box bereikt slaat de koppige Mary met zijn achterbenen achteruit en raakt de 12-jarige Cristien vol in het gezicht. Vaststaat dat Cristien op dat moment met het paardje Bettine, vlak achter Mary liep. Achteraf komt vast te staan dat Cristien te dicht op Mary liep; wellicht is Mary daardoor zenuwachtig geworden met alle gevolgen van dien. De ouders van Cristien, namens hun dochter optredend, spreken de manege A voor de letselschade aan die Cristien zal ondervinden. Zij baseren zich op kwalitatieve grondslag. Teun verweert zich daartegen en meent dat, nu de les ten einde was, niet de manege, maar de eigenaar op kwalitatieve grondslag dient te worden aangesproken. Kan Cristien – door haar ouders vertegenwoordigd – met succes een vordering op kwalitatieve grondslag tegen de manege, tegen eigenaar B of tegen beiden geldend maken? Zo ja, op grond waarvan? Zo neen, waarom niet? (Alle hier genoemde opties bespreken). (8 punten)

Vraag 2

In Spier-Hartlief c.s. wordt uitvoerig ingegaan op de samenloop die bestaat tussen de regeling van de productenaansprakelijkheid en de regeling van de onrechtmatige daad en op het belang van die samenloop. Noem twee voorbeelden waaruit het belang van die samenloop blijkt (6 punten).

Vraag 3

In het studentenhuis De Vomerende Teckel treedt ernstige lekkage op in de gemeenschappelijke woonkamer. De verhuurder geeft aan Klus en Klaar BV opdracht de lekkage op te sporen en nadien het door de lekkage aangetaste gipsplatenplafond te vervangen. Twee werknemers van Klus en Klaar BV, te weten Jonson en Gerritsen, beiden ervaren bouwvakkers, sporen de lekkage op, repareren het dak en treffen vervolgens voorbereidingen om het plafond te vervangen. Vaststaat dat Jonsen de leiding op de werkplek heeft. Bij het aanbrengen van de tweede gipsplaat gaat het mis. Op het moment dat Jonsen – boven zijn hoofd werkend – een gipsschroef met zijn snel draaiende handboormachine in de gipsplaat wil aanbrengen, schiet de schroef weg en treft Gerritsen in het oog, die op een trap op gelijke hoogte met hem, tegenover hem staat om de gipsplaat vast te houden. Gerritsen raakt daardoor blind aan zijn linkeroog. Vaststaat dat de bouwvakkers hun veiligheidsbril in de bedrijfsauto hadden laten liggen. Jonson.....read more

Access: 
Public
Oefententamen 2 2013/2014: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 2 2013/2014: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

Op 1 juli 2013 krijgt de blije Marlinde van Luin het bericht dat zij geslaagd is voor haar HAVO-examen. Op 2 juli 2013 organiseert mw. Van Luin een groot tuinfeest ter ere van haar dochter. Op verzoek van mw. Van Luin neemt haar buurvrouw drie waxinelichtwarmtehouders voor het tuinfeest mee. Onder elk van die warmtehouders staan twee waxinelichtjes die bijgevuld kunnen worden met brandgel. Op het moment dat het tuinfeest in volle gang is ziet mw. Van Luin dat een van de branders leeg is. Nadat zij zelf het metalen potje uit de warmtehouder heeft gehaald en op de tafel heeft gezet, vraagt zij de vijftienjarige Lukas, een medescholier en goede vriend van Marlinde, of hij de lege brander met gel wil bijvullen vanuit de fles, die naast de tafel staat. Vaststaat dat mw. Van Luin bezitter is van de onlangs aangeschafte fles met de brandgel. Zij zegt daarbij tegen Lukas, dat zij daarna zelf de brander zal aansteken. Zij loopt vervolgens naar de keuken met een lege groenteschaal om die bij te vullen. Op het moment waarop mw. van Luin zich naar de keuken begeeft, pakt Lukas de jerrycan en vult de brander bij. Op dát moment ontstaat er een enorme explosie. De gel vat vlam en spat in het rond. Helena, een van de gasten, loopt daardoor ernstige brandwonden op. Hoe de explosie heeft kunnen ontstaan blijft ook voor deskundigen een raadsel. Luka staat ten huize van de familie van Luin bekend om zijn nauwgezetheid. Helena spreekt Luka aan voor de ontstane en nog te lijden schade. Zij stelt, nu vaststaat dat Luka de schade heeft veroorzaakt, dat Luka jegens haar daarvoor aansprakelijk is.

  1. Hoe luidt in het licht van de rechtspraak het in dezen te hanteren criterium of Lucka met succes kan worden aangesproken? Geef voorts uw oordeel over de haalbaarheid van die vordering. Betrek daarbij het verweer van Helena. (6)

Vervolg. Helena spreekt tevens mw. Van Luin aan op kwalitatieve grondslag. Hij stelt dat, nu mw. Van Luin bezitter is van de fles met daarin de brandgel, zij daarvoor hetzij op basis van art. 6:175, hetzij op basis van art. 6:173 met succes kan worden aangesproken.

  1. Bespreek kort en bondig beide aangevoerde gronden. (8)

Vraag 2

Van Baarsma heeft een tweedehands meubelzaak in Ter Horst. Hij besluit de winkel met inbegrip van het parkeerterrein een make over te geven. De parkeerplaats aan de voorzijde van de winkel zal van een nieuwe bestrating worden voorzien. Van Baarsma schakelt daartoe aannemer Toonstra in. Van Baarsma geeft Toonstra de vrije hand om zowel de interne verbouwing als de bestrating geheel naar eigen inzicht te realiseren. Partijen spreken af dat Van Baarsma zich tussentijds niet met de werkzaamheden zal bemoeien. Toonstra geeft aan.....read more

Access: 
Public
Oefententamen 2012/2013: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen

Oefententamen 2012/2013: Burgerlijk Recht 3 - Rijksuniversiteit Groningen


Vragen

Vraag 1

Frederik BV, moet een deel van het Amsterdams Concertgebouw renoveren. Hij besteedt de opdracht uit aan onderaannemer Klassen BV. Deze besteedt de klus uit aan ZZP-er Cornelissen. Vast staat dat Frederik BV voor de uitvoering van de opdracht een bij de gevel passende bouwsteiger liet maken bij Steigermateriaal Hans BV. Frederik BV, eigenaar van de steiger, waarop het logo van Steigermateriaal Hans BV prijkt, stelt de steiger gratis ter beschikking aan onderaannemer Klassen BV. Deze stelt de steiger eveneens gratis ter beschikking aan de ZZP-er Cornelissen. Vast staat dat Frederik BV gedurende de uitvoering van het werk de veiligheidsinspectie over de steiger behield. Halverwege de opdracht valt ZZP-er Cornelissen van de steiger van vijf meter hoog en komt op zijn eigen aanhanger terecht, die naast de steiger stond geparkeerd. Hij loopt een kromme rug op. Vast komt te staan dat het ongeluk veroorzaakt is, omdat een veiligheidsklem aan de binnenzijde van het steigermateriaal ontbrak. Of op het moment waarop de steiger in het verkeer werd gebracht de veiligheidsklem wél aanwezig was, blijft onduidelijk. De advocaat van Cornelissen spreekt Steigermateriaal Hans BV aan voor de schade die Cornelissen lijdt. a. Kan hij met succes Steigermateriaal Hans BV aanspreken? Zo ja, op grond waarvan? Zo, neen waarom niet? Ga bij uw antwoord op beide schadeposten , te weten de letselschade en de zaakschade aan de aanhanger van Cornelissen, in. (Laat bij de beantwoording art. 6:162 buiten bespreking en concentreer u uitsluitend op de bepalingen van kwalitatieve aansprakelijkheid en/of risicoaansprakelijkheid). (6)

Variant op het voorgaande. Stel dat toch komt vast te staan dat de steiger door Steigermateriaal Hans BV deugdelijk in het verkeer was gebracht. Cornelissen spreekt Frederik BV aan voor de letselschade – laat de schade aan de bedrijfsauto hier buiten beschouwing – die hij lijdt en nog zal lijden. Frederik BV verweert zich daartegen door te stellen dat Cornelissen zélf de steiger voor de klus heeft gebruikt en dat er derhalve geen deugdelijke grondslag is om Frederik BV aan te spreken. b. Heeft de door Cornelissen tegen Frederik BV ingestelde vordering succes? Zo neen, waarom niet, zo ja op grond waarvan? (Laat bij uw bespreking art. 6:162 buiten bespreking en concentreer u uitsluitend op de bepalingen van kwalitatieve aansprakelijkheid en/of risicoaansprakelijkheid). (6)

Vraag 2

In zijn opstel Communautaire invloeden op het nationale stelsel van overheidsaansprakelijkheid (literatuurklapper), somt mr. R. Meijer de drie aansprakelijkheidsvoorwaarden in het Europese recht op. Formuleer die drie voorwaarden. Noem en bespreek tevens een arrest waarin die voorwaarden zijn geformuleerd.(8)

Vraag 3

Een Duitse ondernemer gebruikt bij het uitvoeren van een grote bouwklus niet alleen eigen ondergeschikt personeel, maar maakt tevens gebruik van zelfstandige hulppersonen (ZZP-ers). Een van zijn (eigen) leidinggevende ondergeschikten verzuimt op de bouwsteiger adequate veiligheidsmaatregelen te treffen; ten gevolge daarvan laat een ingehuurde ZZP-er een stuk.....read more

Access: 
Public
Burgerlijk Recht 3: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG

Burgerlijk Recht 3: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG

  • In deze bundel worden o.a. samenvattingen, oefententamens en collegeaantekeningen gedeeld voor het vak Burgerlijk Recht 3 voor de opleiding Rechtsgeleerdheid, jaar 3 aan de Rijksuniversiteit Groningen.
  • Voor een compleet overzicht van de door JoHo aangeboden samenvattingen & studiehulp en de beschikbare geprinte samenvattingen voor dit vak ga je naar de Recht & Bestuur in Nederland: leren, studeren en kennis delen- startpagina
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Check more of this topic?
Check all content related to:
How to use more summaries?


Online access to all summaries, study notes en practice exams

Using and finding summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Starting Pages: for some fields of study and some university curricula editors have created (start) magazines where customised selections of summaries are put together to smoothen navigation. When you have found a magazine of your likings, add that page to your favorites so you can easily go to that starting point directly from your profile during future visits. Below you will find some start magazines per field of study
  2. Use the menu above every page to go to one of the main starting pages
  3. Tags & Taxonomy: gives you insight in the amount of summaries that are tagged by authors on specific subjects. This type of navigation can help find summaries that you could have missed when just using the search tools. Tags are organised per field of study and per study institution. Note: not all content is tagged thoroughly, so when this approach doesn't give the results you were looking for, please check the search tool as back up
  4. Follow authors or (study) organizations: by following individual users, authors and your study organizations you are likely to discover more relevant study materials.
  5. Search tool : 'quick & dirty'- not very elegant but the fastest way to find a specific summary of a book or study assistance with a specific course or subject. The search tool is also available at the bottom of most pages

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study (main tags and taxonomy terms)

Field of study

Access level of this page
  • Public
  • WorldSupporters only
  • JoHo members
  • Private
Statistics
2185
Comments, Compliments & Kudos:

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.
Promotions
special isis de wereld in

Waag jij binnenkort de sprong naar het buitenland? Verzeker jezelf van een goede ervaring met de JoHo Special ISIS verzekering