Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>

Image

4. Wanneer is iets geloofwaardig?

We kunnen kijken naar de geloofwaardigheid van een bewering zelf, maar ook naar de geloofwaardigheid van de bron waar een bewering vandaan komt. Het is belangrijk om te weten dat geloofwaardigheid in gradaties komt. Geloofwaardigheid is dus niet een alles-of-niets principe. Bronnen (vaak mensen) zijn niet allemaal even geloofwaardig. Iemands geloofwaardigheid kan ook minder worden, bijvoorbeeld wanneer je hoort dat iemand een strafblad heeft, of groter worden omdat je hoort dat iemand een masters diploma in neuropsychologie heeft.

In het algemeen kan het volgende gezegd worden over een bewering; een bewering kan als ongeloofwaardig beschouw worden als; de inhoud van de bewering in tegenstelling staat met was we al weten (background knowledge), of als de bron van de bewering er een belang bij heeft dat jij de bewering gelooft.

Op deze factoren letten we dus op als we willen bepalen of iemand geloofwaardig is. Vaak baseren we ons oordeel helaas op kenmerken die er niet toe doen, zoals leeftijd, geslacht, afkomst, accent, kleding en lengte. Eigenlijk zouden we ons oordeel over iemands geloofwaardigheid niet op deze factoren moeten baseren. Het is belangrijk om een aantal vuistregels te onthouden als we het over de geloofwaardigheid hebben:

  • ‘Interested parties’ zijn minder geloofwaardig dan andere bronnen
  • Als zowel de bewering zelf als de bron (waar de bewering vandaan komt) niet geloofwaardig zijn, dan moet de bewering gewantrouwd worden. Het is dus belangrijk om bij twee dingen stil te staan: (1) de inhoud van een bewering zelf en (2) waar de bewering vandaan komt (de bron).
  • Een bewering is ongeloofwaardig als deze niet overeenkomt met onze observaties, onze (achtergrond)kennis en/of met andere geloofwaardige beweringen.

Observaties

We wantrouwen beweringen die niet overeenkomen met onze observaties. Als we bijvoorbeeld net de rode auto van meneer X hebben gezien en meneer Y vertelt dat meneer X een blauwe auto heeft, dan vinden we meneer Y niet geloofwaardig. Onze observaties worden beïnvloed door allerlei factoren: vermoeidheid, afleiding, zorgen over een andere gebeurtenis en emotionele problemen. Ook worden onze observaties beïnvloed door onze persoonlijke interesses en cognitieve biases (eerder besproken in hoofdstuk 1). Er zijn ook factoren in de buitenwereld die onze observaties kunnen beïnvloeden: hoeveelheid licht, hoeveelheid geluid en de snelheid van gebeurtenissen. Daarnaast worden onze observaties ook beïnvloed door onze verwachtingen en angsten. Als je hoort dat er muizen in de flat zijn gezien waarin jij woont, dan denk je al snel dat je zelf ook muizen in je huis hebt lopen (bijvoorbeeld als je vliegensvlug iets in je ooghoek ziet bewegen terwijl je op de bank zit). Ook worden onze observaties beïnvloed door persoonlijke belangen en denkfouten.

Achtergrondkennis

Als we het over achtergrondkennis (‘background knowledge’) hebben, dan hebben we het over onze overtuigingen die bestaan uit feiten die we geobserveerd en geleerd hebben. Veel van onze achtergrondkennis wordt bevestigd door meerdere bronnen. We geloven beweringen niet die in tegenstrijd zijn met onze achtergrondkennis. Als we voor het eerst een bewering horen, dan proberen we eerst te achterhalen hoe geloofwaardig deze bewering is (‘initial plausibility’). Als blijkt dat een bewering niet in tegenstrijd is met onze achtergrondkennis, dan heeft de bewering een gemiddelde geloofwaardigheid voor ons. Als echter blijkt dat de bewering tegenstrijdig is met onze achtergrondkennis, dan wijzen we een lage geloofwaardigheid toe aan de bewering. Alleen als dan nog zeer sterk bewijs voor de bewering wordt gegeven, zullen we geloven dat de bewering klopt.

De geloofwaardigheid van bronnen

Belangrijk is om een onderscheid te maken tussen geïnteresseerde partijen (‘interested parties’) en ongeïnteresseerde partijen (‘uninterested parties’). Een ongeïnteresseerde partij bestaat uit mensen die er baat bij hebben wanneer hun beweringen worden geloofd door anderen. Een ongeïnteresseerde partij bestaat uit mensen die er niet per se baat bij hebben wanneer hun beweringen worden geloofd door anderen.

Als mensen letten we ook op het fysieke uiterlijk van de andere partij. Is iemand nerveus, kijkt deze persoon je niet aan of veel weg – dan zijn we eerder geneigd te geloven dat iemand liegt. Is de persoon zelfverzekerd en aantrekkelijk, dan zijn we eerder geneigd het te geloven.

Als een bewering afkomstig is van een partij die er een belang bij heeft dat we de bewering geloven, dan moeten we deze partij wantrouwen. Toch kan het ook voorkomen dat een dergelijke bewering wél klopt. Wanneer we het hebben over geloofwaardigheid van een bron, dan kunnen we het hebben over twee dingen: (1) of de bron wel genoeg kennis heeft over het onderwerp waar hij of zij over praat en (2) of de bron betrouwbaar, objectief en accuraat is. Of iemand genoeg kennis heeft over een onderwerp, hangt af van iemands expertise en ervaring. Expertise beoordelen we aan de hand van iemands opleiding, ervaring, prestaties, reputatie en positie. Iemands prestaties zijn alleen van belang als deze prestaties op een relevante manier samenhangen met datgene wat hij of zij beweert. Dit geldt ook voor ervaring. Het is belangrijk om te onthouden dat als iemands een expert is op een bepaald gebied, dit niet hoeft te betekenen dat hij op alle gebieden een expert is.

De media

Een van de redenen waarom de kwaliteit van het nieuws is afgenomen is dat televisiezenders in Amerika tegenwoordig in handen zijn van maar een handvol grote bedrijven. Het is daarom belangrijk om kritisch te zijn ten opzichte van de nieuwsberichten die door verschillende zenders worden getoond. Het komt vaak voor dat de media politieke visies gebruikt om nieuwsberichten te interpreteren. Daarom is het belangrijk om de volgende dingen te onthouden.

  1. Mensen in de media maken, net zoals wij, ook fouten. Soms accepteren ze beweringen die niet geloofwaardig zijn of die niet te bewijzen zijn, of presenteren ze iets dat niet perse waar is maar wel hun eigen (politieke) agenda vooruit helpt.
  2. De media kunnen druk ervaren van de overheid en van andere nieuwsbronnen. Ook zijn de media gevoelig voor manipulatie. Daarnaast is het zo dat, omdat het maar een stuk of 5 bedrijven zijn die 90% van de media in handen hebben, het nieuws en/of de entertainment die gepresenteerd wordt ook te maken kan hebben met de persoonlijke agenda van het bedrijf.
  3. In de recente jaren, de (Amerikaanse) overheid is ook bezig met meer en meer valse informatie te verspreiden. Dit varieert van rapporten over drug tests en militaire operaties tot de veiligheid van recent ingevoerde maatregelen. Dit soort ‘fake news’ komt vooral veel voor op kleine zenders die elk beetje geld dat ze kunne krijgen ook echt nodig hebben en dus deze informatie accepteren. Ook mensen die opinie stukken of columns produceren kunnen afgekocht zijn en dus een mening presenteren die niet hun eigen is.
  4. De meeste media zijn ook politiek gekleurd. Of ze links, rechts or neutraal zijn maakt in principe niet uit, maar we moeten wel in de gaten houden dat wij mensen geneigd zijn informatie te zoeken die overeen stemt met onze mening (confirmation bias – hoofdstuk 1) en dat dus niet alles gerepresenteerd zal worden in 1 media outlet.
  5. In de huidige tijd is ook het internet een grote bron van informatie voor veel mensen. Maar men moet ook niet vergeten dat iedereen die dat wil een stuk op internet kan zetten en het als ‘waar’ nieuws kan presenteren. Neem bijvoorbeeld Wikipedia. Wikipedia is een van de grootste bronnen van informatie op het internet, en de informatie die het verschaft is vaak heel dichtbij de werkelijkheid en divers. Dit komt omdat letterlijk honderdduizend mensen kunnen werken aan een artikel. Jij dus ook. En als jij besluit een hoop onzin ergens te plaatsen, dan duurt dat een paar dagen voordat daar een feitelijke check overheen komt. En in die paar dagen kunnen een hele hoop mensen het lezen en als ‘waar’ beschouwen. Hetzelfde geld voor blogs. Een blog is letterlijk iemands mening of ervaring over een bepaalde situatie – er hoeft dus geen gegronde waarheid in te zitten.

Wat zijn voor- en nadelen van internet?

Hoewel het internet grote voordelen biedt, moet de informatie die we er vandaan halen voorzichtig geanalyseerd worden. Er zijn twee soorten informatiebronnen op het internet: institutionele/commerciële bronnen (overheidsinstellingen, nieuws organisaties) en individuele bronnen/groepssites (al het andere). Wikipedia is een site waaraan iedereen zijn steentje bij kan dragen; hierdoor kan de kwaliteit van de informatie drastisch verschillen. Het is een goed startpunt voor generieke kennis, maar je moet altijd teruggaan naar de bron van de informatie en het zou nooit je enige bron mogen zijn. Blogs zijn 'dagboeken' op het internet over allerhande onderwerpen. Mensen kunnen erop zetten wat ze maar willen, dus daar dien je uiterst kritisch mee om te gaan. Ook dit zou nooit je enige bron mogen zijn en je moet altijd de bron van het blog checken.

Reclame

Reclame wordt gemaakt om allerlei soorten producten te verkopen. Tegenwoordig wordt dit op een steeds meer geavanceerde manier gedaan. Reclamemakers weten hoe de menselijke geest werkt en gebruiken deze kennis dan ook bij het maken van reclamespotjes. Ze weten waar mensen gevoelig voor zijn en hoe ze ervoor kunnen zorgen dat mensen hun product toch kopen. Vaak kopen mensen hierdoor zelfs dingen die ze niet eens nodig hebben.

Er zijn twee soorten reclamespotjes:

  1. Reclamespotjes waarin redenen worden gegeven om een product te kopen
  2. Reclamespotjes waarin geen redenen worden gegeven om een product te kopen.

De reclamespotjes uit de tweede categorie kunnen onderverdeeld worden in drie categorieën:

  1. Pathos: Reclamespotjes die gevoelens in ons losmaken (humor, mooie muziek, hartverwarmende scènes);
  2. Ethos: Reclamespotjes die laten zien dat mensen waar we bewondering voor hebben het product ook gebruiken (bijvoorbeeld door filmsterren te laten zien in een reclamespotje), en;
  3. Logos: Reclamespotjes over de feitelijke informatie van het product, gepresenteerd in een positief licht.

Natuurlijk is het ook mogelijk twee of alle van deze opties te combineren.

Waar moet op gelet worden bij adverteren?

Advertenties proberen ons over te halen tot allerhande gedragingen: de aanschaf van een nieuw TV-meubel, stemmen op een lokale politicus, het stopzetten van een slechte gewoonte, etcetera. Adverteerders kennen onze angsten en gebruiken die maar wat graag tegen ons, ze kennen onze behoeftes en spelen daar op in.

Er bestaan twee soorten advertenties:

  • Advertenties die ergens redenen voor geven
  • Advertenties die dit niet doen

De laatste categorie speelt vaak in op gevoel, gebruikt mensen waar wij tegenop kijken om het product te adverteren of laat situaties zien waarin wij ons maar wat graag zouden bevinden. Soms worden alle drie de elementen in een advertentie verwikkeld.

Adverteerders die ons redenen geven voor de aanschaf van een product, vertellen ons vaak wel wat over het product, maar niet veel. De beloftes die de verkoper doet biedt in veel gevallen geen garantie en blijft een beetje vaag. In sommige gevallen is de boodschap waarmee de adverteerder ons over de streep wil trekken zelfs misleidend te noemen. 

Advertenties die redenen geven om iets aan te schaffen rechtsvaardigen nooit de aanschaf – het zijn geen argumenten. Ze kunnen wel onze keuze beïnvloeden en onze redenering aanpassen voor het wel of niet aanschaffen van een product.

Oefenvragen

Vraag 1

In welke drie gevallen schieten beweringen tekort in geloofwaardigheid?

Vraag 2

Welke factor bepaalt of de bron wel genoeg kennis heeft over het onderwerp?

Vraag 3

Wat is een van de redenen dat de kwaliteit van het nieuws is afgenomen?

Vraag 4

Welke drie dingen zijn belangrijk om te weten aangaande de geloofwaardigheid van de media?

Vraag 5

Welke drie categorieën bestaan van reclamespotjes die geen redenen gebruiken om ons een bepaald product te laten kopen?

Antwoorden oefenvragen

Vraag 1

Beweringen schieten tekort in geloofwaardigheid wanneer zij (1) onze observaties tegenspreken, (2) niet overeenkomen met onze ervaringen of onze achtergrondkennis, of (3) afkomstig zijn van niet-betrouwbare bronnen.

Vraag 2

Of een bron genoeg kennis heeft over een onderwerp, hangt af van iemands expertise en ervaring.

Vraag 3

Een van de redenen waarom de kwaliteit van het nieuws is afgenomen is dat televisiezenders in Amerika tegenwoordig in handen zijn van een klein aantal coöperatie.

Vraag 4

Het is belangrijk om de volgende drie dingen in de gaten te houden aangaande de geloofwaardigheid van de media: (1) mensen in de media maken, net zoals wij, ook fouten; (2) de media kunnen druk ervaren van de overheid en zijn gevoelig voor manipulatie; en (3) de meeste media willen winst maken.

Vraag 5

Reclamespotjes waarin geen redenen worden gegeven om ons een product te laten kopen bestaan uit drie categorieën: (1) spotjes die gevoelens in ons losmaken, (2) spotjes die laten zien dat mensen waar wij bewondering voor hebben het product gebruiken, en (3) spotjes die een product laten zien in een situatie waar we graag zelf in zouden willen verkeren.

 

Image  Image  Image  Image

Access: 
Public

Image

Follow the author: Emy
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Comments, Compliments & Kudos:

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.

Image

Check how to use summaries on WorldSupporter.org

Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why would you use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the menu above every page to go to one of the main starting pages
    • Starting pages: for some fields of study and some university curricula editors have created (start) magazines where customised selections of summaries are put together to smoothen navigation. When you have found a magazine of your likings, add that page to your favorites so you can easily go to that starting point directly from your profile during future visits. Below you will find some start magazines per field of study
  2. Use the topics and taxonomy terms
    • The topics and taxonomy of the study and working fields gives you insight in the amount of summaries that are tagged by authors on specific subjects. This type of navigation can help find summaries that you could have missed when just using the search tools. Tags are organised per field of study and per study institution. Note: not all content is tagged thoroughly, so when this approach doesn't give the results you were looking for, please check the search tool as back up
  3. Check or follow your (study) organizations:
    • by checking or using your study organizations you are likely to discover all relevant study materials.
    • this option is only available trough partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
    • by following individual users, authors  you are likely to discover more relevant study materials.
  5. Use the Search tools
    • 'Quick & Easy'- not very elegant but the fastest way to find a specific summary of a book or study assistance with a specific course or subject.
    • The search tool is also available at the bottom of most pages

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Field of study

Statistics
2267