Beginselen van de democratische rechtsstaat: TentamenTests - UL
- 2614 keer gelezen
De raad van Europa is onderdeel van de Europese Unie.
Een kandidaat kan slechts in de Tweede Kamer worden gekozen indien op hem/haar voldoende stemmen zijn uitgebracht om de kiesdeler te halen.
De Nationale ombudsman doet onderzoek naar klachten van burgers over zowel onbehoorlijk overheidsoptreden als over uitspraken van nationale rechters, zonder dat hij zelf een juridisch bindend oordeel kan geven.
Het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens stelt ten aanzien van de beperking van mensenrechten eisen aan de omvang en evenredigheid van die beperkingen, waar de grondwettelijke beperkingsclausules dit niet doen.
De Nederlandse regering onderhandelt over de verdragstekst en ondertekent een verdrag. Voordat Nederland als staat gebonden wordt aan een verdrag moet het verdrag echter altijd eerst door de Staten-Generaal worden geratificeerd.
Conform de jurisprudentie van de Hoge Raad verbiedt artikel 120 Grondwet de rechter onder andere:
Tijdens een werkgroepbijeenkomst van het vak Inleiding staats- en bestuursrecht wordt het begrip ‘wetgeving in materiële zin’ behandeld.
Student X merkt op dat wetten in materiële zin slechts tot stand kunnen komen door samenwerking tussen regering en Staten-Generaal.
Student Y stelt dat wetten in materiële zin ook zelfstandig kunnen worden vastgesteld door de regering, in de vorm van algemene maatregelen van bestuur.
Student Z meent dat wetten in materiële zin zelfs kunnen worden vastgesteld door een individuele minister, mits hem de bevoegdheid daartoe door een wet of algemene maatregel van bestuur is gedelegeerd. Wie van hen heeft/hebben gelijk?
Binnen het Nederlandse constitutionele recht, met name het recht inzake het functioneren van het parlementaire stelsel, komen enkele regels voor die niet zijn gecodificeerd. Een belangrijke reden voor het niet codificeren van die regels is gelegen in:
Welke van de onderstaande opmerkingen over algemene maatregelen van bestuur (amvb’s) is onjuist?
Wat is geen taak van de Raad van State?
Welke stelling over inmenging in de uitoefening van de vrijheid van drukpers op basis van de Grondwet en het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) is juist?
Op het moment dat een posterieure gemeentelijke verordening hetzelfde onderwerp regelt als een hogere regeling, dan:
Stel: de rechtbank Rotterdam wordt geconfronteerd met een zaak waarin een appellant een beroep doet op een artikel uit het Internationaal verdrag inzake economische sociale en culturele rechten van de Verenigde Naties. De rechtbank vraagt zich af of dit artikel als ‘een ieder verbindend’ in de zin van art. 93 en 94 Grondwet moet worden beschouwd. Aan welke van de onderstaande uitspraken zou de rechtbank hiervoor relevante criteria kunnen ontlenen?
Welke van de onderstaande opmerkingen over de voorlopige voorziening is onjuist?
Welke van de onderstaande stellingen over het maken van bezwaar is/zijn juist?
Indien een besluit is voorbereid met toepassing van de uniforme openbare voorbereidingsprocedure (welke is geregeld in afdeling 3.4 van de Awb), hoeft alvorens bij de rechtbank beroep tegen dat besluit kan worden ingesteld geen bezwaar te worden gemaakt.
Voor het maken van bezwaar geldt ingevolge de Awb in beginsel een termijn van zes weken.
Welke van de onderstaande beginselen van behoorlijk bestuur is niet in de Algemene wet bestuursrecht gecodificeerd?
Welke van de onderstaande opmerkingen is juist?
Welk van de onderstaande parlementaire rechten kan niet door een minderheid van de Tweede Kamer worden afgedwongen?
Welk van de onderstaande opmerkingen over de grondwettelijke grondrechten is juist?
Wil een beperking op een door het EVRM beschermd grondrecht toelaatbaar zijn, dan dient aan een aantal eisen voldaan te zijn. Welke van de onderstaande eisen behoort daar niet toe?
b
b
b
a
b
c
b
a
a
c
c
c
d
c
c
d
c
c
b
d
Welke van de onderstaande stellingen over de Eerste Kamer is juist?
Welke van de onderstaande stellingen ten aanzien van door de regering bij de Tweede Kamer ingediende wetsvoorstellen is juist?
Welke van de onderstaande elementen is geen onderdeel van de rechtsstaat?
Anders dan de sociale rechtsstaat:
Medebewind kan (op basis van de Grondwet) in ieder geval niet worden gevorderd bij:
Artikel 12 Grondwet bevat geen:
Welke van de onderstaande stellingen over de binding aan het recht van de Europese Unie is juist?
Welke van onderstaande stellingen is onjuist?
De vereniging van Frisdranken, Waters en Sappen is niet tevreden over de belastingverhoging op water en sap die laatst is aangekondigd door de regering. De vereniging wil de kwestie door middel van een burgerinitiatief, art. 132 a van het Reglement van Orde van de Tweede Kamer, op de agenda van de Tweede Kamer krijgen. Dit burgerinitiatief zal echter niet zijn toegestaan omdat het belastingen betreft.
Een anterieure gemeentelijke verordening die hetzelfde onderwerp bestrijkt als een hogere regeling komt van rechtswege te vervallen.
Op grond van art. 9 lid 2 Gw kan de regering in een algemene maatregel van bestuur beperkingen stellen aan het recht tot vergadering en betoging ter bescherming van gezondheid, mits de formele wetgever de bevoegdheid om beperkingen te stellen heeft gedelegeerd aan de regering.
Leden van de rechterlijke macht met rechtspraak belast kunnen door de Tweede Kamer der Staten-Generaal disciplinair worden ontslagen.
Artikel 3, eerste lid van het IVRK luidt:
'Bij alle maatregelen betreffende kinderen, ongeacht of deze worden genomen door openbare of particuliere instellingen voor maatschappelijk welzijn of door rechterlijke instanties, bestuurlijke autoriteiten of wetgevende lichamen, vormen de belangen van het kind de eerste overweging.'
Uit het arrest Spoorwegstaking (HR 30 mei 1986, NJ 1986, 688) volgt dat deze bepaling slechts 'een ieder verbindend' in de zin van artikelen 93 en 94 Gw kan zijn, indien de opstellers van het betreffende verdrag dit hebben geoogd.
De regering kan een door haar ingediend wetsvoorstel dat door de Tweede Kamer is geamendeerd altijd intrekken, zolang het nog niet is aangenomen door de Staten-Generaal.
De procedure voor het vormen van een nieuw kabinet kan alleen worden veranderd als er tweederdemeerderheid van de Tweede Kamer ermee instemt.
Artikel 89 lid 1 Gw:
Om zijn 'positieve verplichtingen' na te komen, dient de staat zich te onthouden van inmenging in de vrijheden van de burgers.
Bij mandaat is het bestuursorgaan niet langer verantwoordelijk voor de wijze waarop de gemandateerde taak wordt uitgevoerd, terwijl het bestuursorgaan bij delegatie wel verantwoordelijk blijft voor de uitoefening van een gedelegeerde bevoegdheid.
Welke stelling klopt?
Als Nederland uit de Europese Unie stapt is ons land volledig soeverein.
Voor de invoering van het contraseign was de Koning verantwoording verschuldigd aan de Tweede Kamer en sinds de invoering zijn de ministers verantwoording verschuldigd aan de Tweede Kamer.
De burgemeester is voorzitter van zowel de gemeenteraad als het college van burgemeester en wethouders.
Artikel 6 lid 1 Grondwet bepaalt dat de vrijheid van godsdienst door de formele wetgever mag worden beperkt en dat deze beperkingsbevoegdheid mag worden gedelegeerd aan lagere organen.
Tegenwoordig wordt de Koning tijdens een kabinetsformatie geadviseerd door de voorzitters van de Eerste en van de Tweede Kamer, door de vice-president van de Raad van State en door alle fractievoorzitters uit de Tweede Kamer.
Het recht van parlementaire enquête kan in de Tweede Kamer wel en in de Eerste Kamer niet door een minderheid worden uitgeoefend.
Een zelfstandige algemene maatregel van bestuur kan worden vastgesteld op grond van artikel 89 lid 1 Grondwet.
Uit het arrest APV Schiermonnikoog (HR 23 december 1980, NJ 1981, 171) volgt dat indien het onderwerp van een later in werking getreden verordening verschilt van een eerder in werking getreden wet, de verordening alsnog onverbindend moet worden verklaard wanneer hij in strijd is met het stelsel van de eerdere wet.
Zelfstandige bestuursorganen zijn buiten de departementale organisatie geplaatst en niet hiërarchisch ondergeschikt aan een minister. Toch kunnen ministers controle uitoefenen op het functioneren van zelfstandige bestuursorganen.
Regels over aangelegenheden van het Koninkrijk die gelden in Aruba, Sint Maarten of Curaçao, worden bij rijkswet vastgesteld.
Indien de Gemeentewet verplichtingen oplegt aan een gemeentebestuur, dan spreekt men van medebewind.
De politieagent die onbevoegd een fietser een bekeuring geeft oefent gezag uit.
Een lid van de Europese Commissie vertegenwoordigt op Europees niveau zijn lidstaat.
Het discriminatieverbod in artikel 1 Grondwet verbiedt iedere ongelijke behandeling op grond van bijvoorbeeld godsdienst, levensovertuiging of geslacht......read more
Eén van de onderwerpen die centraal stond in de zogenoemde ‘Schoolstrijd’, welke leidde tot de grondwetsherziening van 1917, was de invoering van algemeen kiesrecht.
De vrijheid van een staat om de eigen organisatie en de eigen verhouding van gezagsdragers tot onderdanen te regelen, noemt men soevereiniteit.
De rechter mag een algemene maatregel van bestuur toetsen aan de Grondwet.
Aangezien rijkswetten gelden voor alle landen van het Koninkrijk, moet een wetsvoorstel tot wijziging van een rijkswet ter stemming worden gebracht in de parlementen van alle landen van het koninkrijk en kan de Koning zo’n wetsvoorstel pas bekrachtigen als die parlementen het wetsvoorstel hebben goedgekeurd.
Preventief toezicht tast de autonomie van decentrale overheden meer aan dan repressief toezicht.
Artikel 89 lid 1 van de Grondwet vormt een bijna letterlijke codificatie van het Meerenberg-arrest (HR 13 januari 1879, W 1879, 4330). In dit arrest stelde de Hoge Raad immers voor het eerst vast dat de Koning (tegenwoordig: regering) zelfstandige algemene maatregelen van bestuur kan uitvaardigen, omdat anders realisering van de verzorgingsstaat onmogelijk zou zijn.
Volgens artikel 120 van de Grondwet mag de rechter wetten en verdragen niet aan de Grondwet toetsen. Dit wordt ook wel aangeduid als het ‘toetsingsverbod’. Desondanks biedt de Grondwet rechters wél de mogelijkheid wetten aan bepaalde bepalingen van verdragen te toetsen.
In het arrest Prof. Van den Bergh (HR 17 januari 1961, NJ 1963, 248) oordeelde de Hoge Raad dat het toetsingsverbod van artikel 120 Grondwet met zich brengt dat de rechter de inhoud van een wet in formele zin niet mag toetsen aan de Grondwet, maar wel de wijze waarop de wet tot stand is gekomen.
Op basis van artikel 67 lid 3 Grondwet mogen parlementariërs stemmen zonder dat ze daarover verantwoording hoeven af te leggen aan hun kiezers, maar mogen zij daarbij niet van het partijstandpunt afwijken.
Volgens de vertrouwensregel of vertrouwensnorm heeft het Nederlandse parlement de mogelijkheid haar vertrouwen in een bewindspersoon of het gehele kabinet op te zeggen. Dat kan met een zogeheten motie van wantrouwen. Vanwege het primaat van de rechtstreeks gekozen Tweede Kamer is de vertrouwensregel in de praktijk echter vooral.....read more
De raad van Europa is onderdeel van de Europese Unie.
Een kandidaat kan slechts in de Tweede Kamer worden gekozen indien op hem/haar voldoende stemmen zijn uitgebracht om de kiesdeler te halen.
De Nationale ombudsman doet onderzoek naar klachten van burgers over zowel onbehoorlijk overheidsoptreden als over uitspraken van nationale rechters, zonder dat hij zelf een juridisch bindend oordeel kan geven.
Het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens stelt ten aanzien van de beperking van mensenrechten eisen aan de omvang en evenredigheid van die beperkingen, waar de grondwettelijke beperkingsclausules dit niet doen.
De Nederlandse regering onderhandelt over de verdragstekst en ondertekent een verdrag. Voordat Nederland als staat gebonden wordt aan een verdrag moet het verdrag echter altijd eerst door de Staten-Generaal worden geratificeerd.
Conform de jurisprudentie van de Hoge Raad verbiedt artikel 120 Grondwet de rechter onder andere:
Tijdens een werkgroepbijeenkomst van het vak Inleiding staats- en bestuursrecht wordt het begrip ‘wetgeving in materiële zin’ behandeld.
Student X merkt op dat wetten in materiële zin slechts tot stand kunnen komen door samenwerking tussen regering en Staten-Generaal.
Student Y stelt dat wetten in materiële zin ook zelfstandig kunnen worden vastgesteld door de regering, in de vorm van algemene maatregelen van bestuur.
Student Z meent dat wetten in materiële zin zelfs kunnen worden vastgesteld door een individuele minister, mits hem de bevoegdheid daartoe door een wet of algemene maatregel van bestuur is gedelegeerd. Wie van hen heeft/hebben gelijk?
Binnen het Nederlandse constitutionele recht, met name het recht inzake het functioneren van het parlementaire stelsel, komen enkele regels voor die niet zijn gecodificeerd. Een belangrijke reden voor het niet codificeren van die regels is gelegen in:
Welke van de.....read more
De Raad van Europa is onderdeel van de Europese Unie.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
Een ministeriële regeling die algemeen verbindende voorschriften bevat is een voorbeeld van wetgeving in materiële zin.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
Het rigide karakter van onze Grondwet draagt bij aan het bestaan van het fenomeen van ongeschreven staatsrechtelijke regels.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
Het lidmaatschap van de Tweede Kamer is verenigbaar met het lidmaatschap van de Raad van State.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
De verplichting voor de ministers om de Kamers uit eigen beweging te informeren is niet in artikel 68 Grondwet neergelegd, maar vormt een uitvloeisel van de ministeriële verantwoordelijkheid van artikel 42, tweede lid, Grondwet.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
Artikel 120 Grondwet houdt in dat de rechter in Nederland wetten in formele zin en verdragen niet aan de Grondwet mag toetsen. In de jurisprudentie is echter een belangrijke uitzondering op dit toetsingsverbod geformuleerd, namelijk dat toetsing van formele wetten aan het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden en aan ongeschreven rechtsbeginselen wel is toegestaan.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
De beperkingsclausule van de godsdienstvrijheid in het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens bevat een proportionaliteitseis. De grondwettelijke beperkingsclausule van dit recht bepaalt slechts dat de wetgever bevoegd is de uitoefening van de godsdienstvrijheid in te perken, zonder daarbij aan te geven hoe ver die beperking mag gaan.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
Een van de staatsrechtelijke knelpunten rondom het bestaan van een grote hoeveelheid zelfstandige bestuursorganen (zbo’s) is de aantasting van de ministeriële verantwoordelijkheid en van de mogelijkheden tot controle door het parlement. Daarom is tegenwoordig wettelijk vastgelegd dat zbo’s alleen om bepaalde redenen kunnen worden opgericht. Eén van die redenen is de behoefte aan onafhankelijke oordeelsvorming op grond van specifieke deskundigheid.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
Welke van de onderstaande opmerkingen over de Nationale ombudsman is juist?
De Nationale ombudsman kan alleen een onderzoek instellen naar aanleiding van een ingediend verzoekschrift en niet uit eigen beweging.
In de Algemene wet bestuursrecht is geen beperking aangebracht ten aanzien van de personen die een verzoekschrift kunnen indienen bij de Nationale ombudsman.
De competentie van de Nationale ombudsman strekt zich wel uit tot gedragingen van ministers en daaraan ondergeschikte ambtenaren, maar niet tot de organen
De vertrouwensregel is niet vermeld in de Grondwet maar maakt wel deel uit van de Nederlandse constitutie.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
Het kiesstelsel van evenredige vertegenwoordiging is in de Grondwet verankerd en maakt als zodanig deel uit van de Nederlandse constitutie.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
De Trias Politica (of de scheiding der machten) van Montesquieu vindt in het hedendaagse Nederlandse staatsrecht nog altijd strikte toepassing.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
Volgens Rousseau's theorie van het 'contrat social' is het uitoefenen van overheidsgezag gebaseerd op vrijwillige aanvaarding daarvan door de burger.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
Volgens de Nederlandse Grondwet is uitsluitend de formele wetgever bevoegd om beperkingen aan grondrechten te stellen; daarbij heeft de formele wetgever heeft niet de mogelijkheid om die beperkingsbevoegdheid te delegeren, aangezien het woord 'wet', dat in alle grondwettelijke beperkingsclausules voorkomt, gelezen moet worden als 'wet in formele zin'.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
Volgens het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) kunnen beperkingen aan grondrechten ook worden gesteld door lagere vormen van regelgeving, zoals gemeentelijke verordeningen of ministeriële beleidsregels, aangezien het woord 'law' dat in de beperkingsclausules in dit verdrag voorkomt een ruimere betekenis heeft dan alleen 'wet in formele zin'.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
Het koninklijk besluit bedoeld in artikel 11:2 Awb is een zogenoemd 'klein KB'.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
Als het gaat om de grenzen aan de verordenende bevoegdheid van de gemeenteraad speelt de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de burgers niet alleen een rol in het kader van de benedengrens, maar ook in het kader van de bovengrens, aangezien dit recht in de Grondwet en in diverse verdragen wordt gewaarborgd.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
Een volksinitiatief houdt in dat een groep burgers de mogelijkheid krijgt om aan de regering te verzoeken om een bindend referendum te houden en dit referendum bij voldoende steun onder de kiesgerechtigden zelfs kan afdwingen.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
Wie van de onderstaande personen maakt in grondwettelijke zin geen deel uit van de Nederlandse regering?
Koningin Beatrix, omdat sinds de Grondwet van 1848 de ministers staatsrechtelijk verantwoordelijk zijn.
Minister-president Rutte. Hij is als
Als de regering een wetsvoorstel indient bij de Staten-Generaal kan zowel de Tweede Kamer als de regering wijzigingen aanbrengen in het wetsvoorstel, namelijk tot het moment dat de Tweede Kamer over het wetsvoorstel heeft gestemd.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
Voor de gevallen dat een internationaalrechtelijke bepaling rechtstreekse werking heeft, hanteert de Grondwet de term ‘een ieder verbindende bepaling’. Of een bepaling van verdragsrecht ‘een ieder verbindend’ is, wordt uiteindelijk uitgemaakt door een rechter. Heeft de rechter eenmaal vastgesteld dat het om een een ieder verbindende bepaling van internationaal recht gaat en constateert hij verder dat de toepassing van een nationaal wettelijk voorschrift daarmee onverenigbaar is, dan kan hij de betreffende verdragsbepaling buiten toepassing laten.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
Het kabinet heeft in het regeerakkoord vastgelegd dat er in deze kabinetsperiode in totaal 18 miljard Euro bezuinigd dient te worden. Eén van de bezuinigingsmaatregelen die de regering daarbij voor ogen heeft is een verhoging van de eigen bijdrage die de burgers moeten betalen in de kosten van door de overheid gefinancierde rechtsbijstand. De minister van Veiligheid en Justitie kondigt in de Tweede Kamer aan dat de regering het voornemen heeft op basis van artikel 35 lid 2 van de Wet op de rechtsbijstand een algemene maatregel van bestuur op te stellen waarin de hoogte van de eigen bijdragen wordt verdubbeld. De Wet op de rechtsbijstand is niet opgenomen in uw wettenbundels; in artikel 35 lid 2 van deze wet staat echter dat de hoogte van de eigen bijdragen bij algemene maatregel van bestuur wordt vastgesteld.
Een Tweede Kamerlid van één van de oppositiepartijen windt zich vreselijk op over dit voornemen van de regering en stelt tijdens het Kamerdebat daarover dat een dergelijke beperking van het recht op gefinancierde rechtshulp bij algemene maatregel van bestuur ingevolge artikel 18 Grondwet sowieso niet is toegestaan, omdat een regeling met betrekking tot het recht op rechtsbijstand alleen bij wet in formele zin gegeven mag worden.
De stelling van het betreffende Kamerlid is:
Dit is juist.
Dit is onjuist.
Binnen het Nederlandse staatsbestel heeft zich sinds het ontstaan van het Koninkrijk langzaam een democratisch systeem van ‘checks and balances’ ontwikkeld. Daarbij vonden diverse malen belangrijke constitutionele ontwikkelingen plaats, zonder dat de tekst van de Grondwet werd aangepast.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
Het huidige artikel 42 lid 2 Grondwet stamt uit 1848, in de jaren daarvoor was de Koning derhalve niet ‘onschendbaar’.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
Als het gaat om.....read more
In de klassiek-liberale opvatting over de rechtsstaat neemt de binding van de overheid aan de wet een centrale plaats in. In deze opvatting vervult de wet een aantal functies. Omschrijf twee van die functies.
Lees het nu volgende nieuwsbericht uit NRC Handelsblad van 4 juni 2009:
“Politici die kritiek leveren op de rechter moeten in hun toonzetting in elk geval respect voor de positie van de rechter uitdrukken.”
Dit zei de president van de Hoge Raad, Geert Corstens, gisteren bij de presentatie van het jaarverslag. Corstens signaleert dat politici steeds vaker openlijke kritiek hebben op de rechtspraak. Onlangs lieten minister Ter Horst (Binnenlandse Zaken, PvdA) en de Amsterdamse burgemeester Cohen weten ongelukkig te zijn met vonnissen voor geweld tegen agenten. Volgens Corstens moeten politici de rechter niet alleen respecteren maar dat respect ook actief uitdragen. [..]
Geef een argument, samenhangend met de eisen van de democratische rechtsstaat, dat de hierboven weergegeven stelling van de heer Corstens onderbouwt.
Geef een argument, samenhangend met de eisen van de democratische rechtsstaat, dat tegen deze stelling van de heer Corstens kan worden ingebracht.
De heer Tuinman, als ambtenaar werkzaam bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND), heeft heimelijk een grote hekel aan Roma (zigeuners). Als de heer Tuinman op een kwade dag een krantenartikel leest over de uitzetting van Roma in Frankrijk, laat hij zijn schroom varen. Hij schrijft een opruiende ingezonden brief voor een landelijk dagblad, waarin hij zich in zeer boude, negatieve bewoordingen over Roma uitlaat en voorstelt om ‘het Franse voorbeeld te volgen’. Tuinman ondertekent de brief met zijn naam en functie. Zijn brief wordt echter niet geplaatst. Tuinman belt daarop de krantenredactie. Tegenover de hoofdredacteur stelt hij onder meer dat het niet-plaatsen van zijn brief in strijd is met het grondwettelijk censuurverbod (art. 7 lid 1 Grondwet).
Met betrekking tot de werking van grondrechten wordt doorgaans onderscheid gemaakt tussen verticale en horizontale werking van grondrechten. Leg uit welk van deze twee soorten in de bovenstaande casus aan de orde is.
In het telefoongesprek weet Tuinman de hoofdredacteur over te halen de brief toch te plaatsen. Enkele dagen later verschijnt deze in de krant. Als de chef van de heer Tuinman bij de IND de brief onder ogen krijgt, wordt Tuinman op staande voet ontslagen. Tuinman vecht zijn ontslag daarop aan bij de bestuursrechter. Tegenover de rechtbank stelt hij onder meer dat zijn ontslag een ontoelaatbare inbreuk op zijn door art. 7 Grondwet beschermde vrijheid van meningsuiting inhoudt.
Kan de heer Tuinman zich als ambtenaar op art. 7 Grondwet beroepen, en zo ja in hoeverre? [In uw antwoord hoeft u niet in te gaan op de vraag of het beroep ook kans van slagen heeft.] (2
De Europese Commissie is geen onderdeel van de Europese Unie.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
Het is niet mogelijk om tegelijkertijd lid te zijn van zowel de Tweede Kamer als van de Raad van State.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
Volgens art. 125a Ambtenarenwet kunnen ambtenaren zich beroepen op de vrijheid van meningsuiting.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
De uitspraak in het Van Gend & Loos-arrest van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen is vooral van belang in dualistische stelsels.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
In het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens is een beperkingsclausule opgenomen welke een proportionaliteitseis bevat. De beperkingsclausule van dit recht bepaalt dat alleen de wetgever de godsdienst mag inperken. De beperkingsclausule bepaalt echter niet hoe ver deze beperking mag gaan.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
De beruchte groep volleybalhooligans wil een bijeenkomst houden op de Dam in Amsterdam. Deze groep staat bekend als een criminele organisatie en is zeer gevaarlijk. De burgemeester verwacht een gewelddadige tegendemonstratie van concurrent volleybalhooligans. Om dit te voorkomen kan de burgemeester de bijeenkomst preventief verbieden, met als rechtsgrond van de Wet openbare manifestaties.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
Er is tegenwoordig veel commentaar op het bestaan van zelfstandige bestuursorganen (ZBO’s). Om een grote hoeveelheid aan dit soort bestuursorganen te voorkomen is wettelijk vastgelegd dat ZBO’s alleen om bepaalde redenen opgericht kunnen worden. Een van die redenen is niet de behoefte aan onafhankelijke oordeelsvorming op grond van specifieke deskundigheid.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
Artikel 120 van de Grondwet houdt in dat Nederlandse rechters de grondwet niet aan wetten in formele zin en verdragen niet aan de Grondwet mag toetsen.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
Met een motie van wantrouwen kan het Nederlandse parlement het vertrouwen in een bewindspersoon of het gehele kabinet opzeggen. Aangezien de Tweede Kamer direct door de bevolking gekozen is, wordt de motie van wantrouwen in de praktijk niet veel gebruikt en geldt het meer als een controlemiddel.
Dit is juist.
Dit is onjuist.
Wanneer er ernstige wanordelijkheden zijn dan kan de burgemeester besluiten om tijdelijk af te wijken van voorschriften die bij de Grondwet zijn gesteld.
Dit is juist.
1. De Raad van Europa is onderdeel van de Europese Unie.
a) Dit is juist.
b) Dit is onjuist.
2. Een kandidaat kan slechts in de Tweede Kamer worden gekozen indien op hem/haar voldoende stemmen zijn uitgebracht om de kiesdeler te halen.
a) Dit is juist.
b) Dit is onjuist.
3. De Nationale ombudsman doet onderzoek naar klachten van burgers over zowel onbehoorlijk overheidsoptreden als over uitspraken van nationale rechters, zonder dat hij zelf een juridisch bindend oordeel kan geven.
a) Dit is juist.
b) Dit is onjuist.
4. Het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens stelt ten aanzien van de beperking van mensenrechten eisen aan de omvang en evenredigheid van die beperkingen, waar de grondwettelijke beperkingsclausules dit niet doen.
a) Dit is juist.
b) Dit is onjuist.
5. De Nederlandse regering onderhandelt over de verdragstekst en ondertekent een verdrag. Voordat Nederland als staat gebonden wordt aan een verdrag moet het verdrag echter altijd eerst door de Staten-Generaal worden geratificeerd.
a) Dit is juist.
b) Dit is onjuist.
6. Conform de jurisprudentie van de Hoge Raad verbiedt artikel 120 Grondwet de rechter onder andere:
a) het toetsen van wet- en regelgeving aan ongeschreven fundamentele rechtsbeginselen;
b) het toetsen van verdragen aan wetten in formele zin;
c) het toetsen van wetten in formele zin aan de Grondwet en het Statuut voor het Koninkrijk;
d) het toetsen van de Grondwet aan verdragen.
7. Tijdens een werkgroepbijeenkomst van het vak Inleiding staats- en bestuursrecht wordt het begrip ‘wetgeving in materiële zin’ behandeld.
Student X merkt op dat wetten in materiële zin slechts tot stand kunnen komen door samenwerking tussen regering en Staten-Generaal.
Student Y stelt dat wetten in materiële zin ook zelfstandig kunnen worden vastgesteld door de regering, in de vorm van algemene maatregelen van bestuur.
Student Z meent dat wetten in materiële zin zelfs kunnen worden vastgesteld door een individuele minister, mits hem de bevoegdheid daartoe door een wet of algemene maatregel van bestuur is gedelegeerd. Wie van hen heeft/hebben gelijk?
a) Alleen student X.
b) Student Y en student Z.
c) Student X en student Y.
d) Alleen student Z.
8. Binnen het Nederlandse constitutionele recht, met name het recht inzake het functioneren van het parlementaire stelsel, komen enkele regels.....read more
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
Op zoek naar een uitdagende job die past bij je studie? Word studentmanager bij JoHo !
Werkzaamheden: o.a.
Interesse? Reageer of informeer
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Field of study
Add new contribution