Psychology and behavorial sciences - Theme
- 17346 keer gelezen
Mensen waarderen objecten meer als zij weten dat de maker er veel in heeft geïnvesteerd. Mensen gaan er van uit dat goed werk tijd en inzet nodig heeft, en dus gaan zij er van uit dat als iemand veel heeft geïnvesteerd, het uiteindelijk werk wel goed zal moeten zijn. Echter, we kunnen niet voorspellen wat mensen daadwerkelijk afleiden, alleen door te weten op welke informatie zij hun afleiding baseren. Om op basis van die informatie een kwaliteitsbeoordeling te maken, moeten zij achtergrondkennis hebben die de input verbind aan de beoordeling.
Hier ontstaat de term naïeve theorieën. Een eerste naïeve theorie stelt dat producten met een hoge kwaliteit goed werk vereisen, wat veel inzet vereist. Dit wordt ook wel de effort-heuristiek genoemd. Een andere mogelijke naïeve theorie stelt dat getalenteerde makers juist minder inzet hoeven te gebruiken dan ongetalenteerde makers om tot eenzelfde kwaliteit te komen. Als iemand deze naïeve theorie gebruikt, dan kan de waargenomen hoge inzet van de maker leiden tot twijfels over zijn getalenteerdheid. Het effect van de effort-heuristiek is dan niet meer zichtbaar en het zou zelfs kunnen leiden tot een lagere kwaliteitsbeoordeling.
De auteurs stellen voor dat de beoordelingstaak zelf al invloed heeft op welke naïeve theorie er wordt gebruikt. Participanten die eerst worden gevraagd om de kwaliteit van een object te beoordelen waarvan zij effort-informatie hebben gekregen, hebben een hogere kans op het gebruik van de effort-heuristiek. Echter, participanten waaraan wordt gevraagd om het talent van de maker te beoordelen, voor het beoordelen van het object, zullen een naïeve theorie gebruiken die gebaseerd is op een verband tussen inzet en talent. Deze stelt dat getalenteerde makers snel werken, wat er toe zal leiden dat de participanten niet zo snel een hoge kwaliteit zullen afleiden op basis van hoge inzet.
De gevolgtrekking die mensen maken op basis van bepaalde informatie is afhankelijk van de naïeve theorie die zij gebruiken. Een eerste naïeve theorie is de effort heuristiek, die stelt dat een goede kwaliteit een hoge inzet vereist en kwaliteit beoordeelt op basis van inzet. Een andere naïeve theorie is echter dat getalenteerde makers minder inzet hoeven te investeren dan minder getalenteerde makers. Het bestaan van beide naïeve theorieën werd bevestigd.
Na priming van ‘hoge inzet is een hoge waarde’ werd de effort-heuristiek gebruikt. Wanneer de talent-theorie werd geprimed, leidde een hoge inzet tot lagere kwaliteitsbeoordelingen. Alleen weten op welke informatie mensen hun beoordeling baseren is dus niet genoeg om hun beoordelingen te kunnen voorspellen. In plaats daarvan moeten de inferentieregels die de mensen gebruiken worden begrepen. Deze inferentieregels kunnen worden gezien als naïeve theorieën die de input (informatie) aan de output (kwaliteitsbeoordeling) verbinden.
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Main summaries home pages:
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
1946 | 1 |
Add new contribution