Je vertrek voorbereiden of je verzekering afsluiten bij studie, stage of onderzoek in het buitenland
Study or work abroad? check your insurance options with The JoHo Foundation
Het instroomdeel zit aan de caudale kant en is verbonden met het veneuze deel → sinus venosus
Het uitstroomdeel zit aan de craniale kant en is verbonden met het arteriële deel → ventrale aorta
De hartbuis neemt al snel een “S” vorm aan in een proces dat “looping” wordt genoemd. Het hartbuisje bestaat dan uit:
Binnenwand: endocard
Cardiac jelly
Buitenkant: myocard (hartspieren)
Wordt gevormd uit het omringende mesoderm
Klopt al in dit stadium
Het hart zit vast aan mesoderm. Later komt de epicard als buitenste laag om het hart te liggen. Achter het hart ligt mesenchym: dit heet ook wel second heartfield.
Op een gegeven moment gaat cardiac jelly zich concentreren: er ontstaan endocardkussens. Deze gaan zitten op de overgangen van de toekomstige boezems en kamers, en op de overgangen van de kamers en grote vaten. Endocardkussens spelen dus een rol bij klepvorming en septatie.
Tijdens de ontwikkeling van het hart is er eest één groot gemeenschappelijk atrium. De linker- en rechteratrium ontstaan door tussenkomst van een tussenschot. Hierbij spelen 4 onderdelen een rol:
Septum primum: de eerste aanleg van een atriumseptum
Structuur die vanaf het dak van het atrium naar beneden groeit richting het kussentje → sluit niet helemaal
Er blijft een opening tussen de kussens en het septum primum: het osteum primum
Osteum primum: sluit op een gegeven moment
Osteum secundum: een gat dat ontstaat in het septum primum, nadat de osteum primum is gesloten
Ontstaat door apoptoseverschijnselen
Blijft tijdens de hele foetale fase open
Septum secundum: een 2e septum ontstaat
Groeit aan de rechterkant van het septum primum
Septum secundum gaat deels het osteum secundum overlappen
Sluit deels af, er kan nog wel bloed langs
Onderkant van septum secundum en osteum secundum samen wordt foramen ovale
Het foramen ovale bestaat dus uit de onderrand van het septum secundum en de osteum secundum. Na de geboorte sluit het foramen ovale doordat de druk aan de linkerkant hoger wordt: 2 septumcomponenten worden tegen elkaar aangeduwd waardoor het foramen ovale dichtgaat → de fossa ovale ontstaat.
Er kunnen meerdere dingen misgaan bij het vormen van de atria:
Atrium septum defect type I: osteum primum is niet goed gesloten
Kan gesloten worden door een catheter in de lies aan te brengen
Atrium septum defect type II: osteum secundum is niet goed gesloten
Septatie van de ventrikels mag niet te snel plaatsvinden. Er moet eerst een verbinding tussen het rechteratrium en de rechterventrikel ontstaan → de tricus pidalisklep
Als septatie tussen de ventrikels te snel gebeurt, botst het bloed tegen een septum. Er moet eerst remodelering plaatsvinden. Als dit niet gebeurt, blijft er een gaatje in het hart.
Tussen de toekomstige ventrikels zit een plooitje: de primaire plooi. Deze plooi komt op twee manieren steeds hoger in de ventrikels te liggen:
Stuwing: door de uitgroei van de ventrikels wordt hij omhooggestuwd
Actieve proliferatie: de plooi groeit zelf ook
Daarna vindt remodelering plaats: er blijft een interventriculair foramen. Dit is nodig omdat de tricus pidalisklep en de aorta hun definitieve positie nog niet bereikt hebben. Uiteindelijk sluit de interventriculaire foramen door fusie van kussens die liggen in het AV-kanaal (atrioventriculaire kanaal) en in de outflow tracti (verbindingen tussen de ventrikels en de longslagaders, en de ventrikels en de aorta).
Door expansie van het atrioventriculaire kanaal gaat het rechter atrium uiteindelijk boven de rechterventrikel liggen.
De aorta en truncus pulmonalis zijn eerst samen één grote buis. Bij het scheiden van de aorta en truncus pulmonalis spelen de neurale lijstcellen een rol:
Migreren naar de arteriële pool van het hart
Zenden signalen uit om een septum tussen de aorta en truncus pulmonalis te maken
Uiteindelijk komt de truncus pulmonalis voorin te liggen en de aorta achterin. Ook is er een gescheiden pulmonalisklep en aortaklep.
Het scheiden van de vaten en de ventrikels gaat niet altijd goed. Common arterial trunk/persistent truncus arteriosus is een zeldzame hartafwijking. Deze bestaat uit een combinatie van twee afwijkingen:
Een grote opening tussen de twee ventrikels
Slechts één bloedvat dat het hart verlaat
Dit bloedvat vertrekt vanuit beide kamers
Vanuit dit bloedvat ontspringen zowel aorta als longslagader → het bloed wordt gemengd
Het vasculaire systeem evalueert van een symmetrisch systeem naar een asymmetrisch systeem. Zo gaat de aorta is splitsen. Uiteindelijk gaat de aortaboog zich vertakken in:
Arteria subclavia sinistra
Arteria carotis communis sinistra
Arteria brachiocephalicus
Arteria subclavia dextra
Arteria carotis communis dextra
Hierbij spelen de kieuwboogarteriën een rol. Deze ontspringen vanuit de aortazak. Er zijn 6 paar kieuwboogarteriën, waarvan de 3e, 4een 6e kieuwbogen van belang zijn:
3e kieuwboogarteriën: vormen de arteria carotis communis → een belangrijk gebied van de hersenen
Linker 4e kieuwboogarterie: vormt de verbinding tussen de aortaboog en de arteria carotis communis
Rechter 4e kieuwboogarterie: vormt de arteria subclavia dextra
Linker 6e kieuwboogarterie: vormt de ductus botalli → verbinding tussen de truncus pulmonalis en de aortaboog
De kleppen hebben in het hart een belangrijke rol. Deze ontstaan uit de “kussens” die tussen de atria en ventrikels zijn ontstaan nadat de gelei tussen het endocard en epicard zich heeft gedifferentieerd. Deze kussens worden later in de ontwikkeling omgebouwd tot vier klepsystemen:
Semilunaire klep
Mitralisklep
Tricuspidalis klep
Geleidingssystemen zijn hartspieren, die zich anders hebben gedifferentieerd. Het geleidingssysteem verzorgt de contractie van de hartspier. Deze zijn ontstaan uit het myocard.
Deze posities worden gebruikt om secties te beschrijven.
Het is nodig precies te kunnen omschrijven waar in het lichaam je zit. Bijvoorbeeld bij de aorta, een grote lichaamsslagader:
Het lichaam wordt verdeeld in verschillende onderdelen:
Een arts kijkt altijd van inferior naar superior, dus van onder naar boven.
.....read moreDe ribben zijn een belangrijk onderdeel van de borstkas. De 12 paren ribben vormen de voor- en zijkant. Van achteren zijn zij bevestigd aan 12 wervels, van voren aan het sternum.
De 12 paren ribben zitten op verschillende manieren vast aan het sternum:
Het sternum is onder te verdelen in 3 delen:
→ Angulus sterni: overgang tussen manubrium en corpus sterni
Onderdelen van de ribbenkast die van belang zijn:
De borst wordt afgesloten door het diaphragma. Deze zit niet overal op gelijke hoogte → aan de rechterkant zit het diafragma hoger omdat daar de lever onder ligt.
De 1e rib is niet goed palpeerbaar omdat de clavicula in de weg zit. De 2e rib wel, dankzij de angulus sterni → deze zit aan de overgang van de 2e rib vast. Hierdoor kan de 2e rib gevonden worden tijdens lichamelijk onderzoek. Tussen de ribben zitten intercostale ruimtes. De intercostale ruimte onder de 2e rib wordt gebruikt om de stethoscoop op te plaatsen en te luisteren naar het hart.
De borstkast bezit meerdere spieren in meerdere gebieden. Hierbij zijn vooral de intercostale spieren van belang. Deze bevinden zich in de intercostale ruimtes (tussenribruimtes). De musculi intercostales zijn te onderscheiden op basis van vezelrichting:
Als je komt met pijn op de borst, moet je rekening houden met alle structuren die in de borst zitten. Een deel van de buik ligt ook in de borst, doordat het diafragma meebeweegt met de ademhaling. Aspecten op een borstfoto zijn:
Bij de analyse van een afbeelding van de thorax wordt gekeken naar de volgende aspecten:
Ezelsbruggetje: “Are There Many Lung Lesions?”
Kenmerken van pneumonie zijn:
Een atelectase is het volumeverlies van een longkwab. Kenmerken zijn:
Een pneumothorax is een klaplong, een extreme vorm van atelectase. Er zit dan heel veel lucht in de borstkas.
Een spanningspneumothorax ontstaat als volgt: bij inademing komt er lucht in de longen, bij uitademing gaat er minder uit. Hierdoor ontstaat er spanning. Het hart en de aorta komen onder druk, dit is dodelijk.
Een
.....read moreDe borstkas bestaat uit:
Door middel van bloedonderzoek is te ontdekken of er dode hartcellen aanwezig zijn. De volgende stoffen komen dan vrij:
Dissectie is het loslaten van de tunica intima, waarbij bloed tussen de lagen gaat zitten. Er ontstaat een vals lumen → drukt de echte lumen dicht → er stroomt minder bloed door de vaten heen. Dit is slecht voor het brein en de andere organen.
Als dit bij de aorta gebeurt, wordt gesproken van een acute aorta dissectie. Hiervan zijn twee typen:
Kenmerken van acute aorta dissectie Type A zijn:
De behandeling is:
Als je de aortaboog opereert, wordt verbinding van bloedvaten naar het hoofd verstoord dit wordt opgelost door:
Complicaties na de operatie:
De buik kan op twee verschillende manieren verdeeld worden:
Voor het vinden van aandoeningen in de buikregio wordt veel gebruik gemaakt van radiologische technieken, waaronder röntgenstraling. Hoe licht/donker iets wordt afgebeeld op een röntgenfoto, is afhankelijk van hoeveel röntgenstraling wordt geabsorbeerd. Bot/kalk wordt heel wit, metaal nog witter. Vloeistoffen worden juist zwart.
Een CT-scan of röntgenfoto wordt bekeken alsof je aan de voeten van de patiënt staat → links en rechts wordt gezien vanuit het perspectief van de patiënt.
Bij het maken van röntgenfoto’s en CT-scans wordt veel gebruik gemaakt van contrastvloeistof. Hiervoor zijn verschillende redenen:
Ontstekingen kunnen op meerdere manieren herkend worden:
Corpora aliena is de benaming voor vreemde voorwerpen (afkomstig van buiten het lichaam) in het verteringsstelsel. Deze worden vaak bij lichamelijk onderzoek zichtbaar.
De buikwand heeft verschillende onderdelen:
Onder de buikwand ligt het peritoneum: het buikvlies. Het peritoneum bepaalt de belangrijkste oriëntatie van de structuren in de buik.
De buikholte bevat ongeveer alles wat in de buik zit. De buikholte bestaat uit 2 onderdelen:
De primitieve darm ontstaat uit de dooierzakholte. Tijdens de transversale en longitudinale kromming van het embryo wordt een deel van de dooierzak opgenomen als darm in het embryo. Er wordt een soort “slurfje” uit de dooierzak getrokken. Het deel van de dooierzak dat aan de craniale kant ligt vormt de voordarm en het deel aan de caudale kant de achterdarm/einddarm. Tussen de voor- en achterdarm zit de middendarm. Deze is eerst nog verbonden met de dooierzak. De primitieve darm bestaat dus uit een “buis” die aan de buitenkant bekleed is met mesoderm en aan de binnenkant met endoderm.
Zowel voor-, midden-, als einddarm hebben hun eigen tak van de aorta:
Alle organen die zijn ontstaan uit deze primitieve darmen, worden nog steeds voorzien van bloed uit deze bloedvaten.
Uit het grootste deel van de voordarm ontstaat de maag: de voordarm verwijdt en de dorsale kant gaat sneller groeien dan de ventrale kant. Hierdoor ontstaan de curvatura major en de curvatura minor. Aan de voorzijde van de voordarm zit ventraal mesenterium en aan de achterzijde zit dorsaal mesenterium. Vervolgens gaat de voordarm/maag krommen:
De maag gaat dus in een soort komma-vorm liggen.
De primitieve darm (buis) wordt geflankeerd door een rechter en linker intra-embryonale coeloomholte. Deze stukken intra-embryonaal coeloom vormen de rechter en linker peritoneale holtes. De peritoneale holtes zijn ruimtes tussen visceraal en pariëtaal peritoneum. Er zit alleen een dun laagje vocht in. De rotatie van de voordarm zorgt er voor dat
.....read moreHet zenuwstelsel wordt ingedeeld in een centraal en een perifeer zenuwstelsel:
De twee onderdelen van het CZS hebben beiden een benige omhulling:
De wervelkolom bestaat uit wervels en tussenwervelschijven (discus intervertebralis). Een wervel heeft verschillende onderdelen:
De schedel bestaat uit verschillende beenderen met verschillende namen, die nu nog niet van belang zijn. Er zijn 22 schedelbeenderen die door sutuur/sutura, een dunne laag bindweefsel, aan elkaar verbonden worden. Schedelbeenderen kunnen op verschillende manieren geclassificeerd worden:
Op basis van verbening:
Op basis van plaats:
In de schedel zitten allerlei openingen (aperturae) die structuren van of naar het brein doorlaten:
Wanneer men de schedel van onderaf bekijkt (uitwendige schedelbasis) ziet men 6 aperturae:
Wanneer men de schedel van binnen bekijkt (inwendige schedelbasis) zijn dezelfde openingen zichtbaar. Ook is de schedel in
.....read moreDe hals is een verbinding tussen het hoofd en de thorax. Er bevinden zich veel vitale organen. Deze zijn echter niet goed beschermd en raken gemakkelijk beschadigd bij trauma’s. Onderdelen in de hals zijn:
Als de subcutis wordt weggehaald zijn meerdere structuren zichtbaar:
Als bindweefsel wordt weggehaald:
Nog diepere structuren:
Als de hals transversaal wordt doorgesneden, dan is te zien dat de hals uit verschillende compartimenten bestaat. Deze compartimenten zijn elk omgeven door bindweefselbladen:
Kieuwbogen heten ook wel arcus branchialis of arcus pharyngealis. De kieuwbogen zijn sterk gerelateerd aan de ontwikkeling van de hals. De ontwikkeling van de hals is weer gerelateerd aan de ontwikkeling van de darm: het meest craniale gedeelte van de voordarm ontwikkelt zich in een kieuwboogapparaat. De voordarm kan worden onderverdeeld in:
De neurale lijstcellen leveren een belangrijke bijdrage aan de ontwikkeling van het kieuwboogapparaat en kieuwboogarteriën. De kieuwbogen worden genummerd van 1 tot 6. Echter is het 5e paar kieuwbogen rudimentair of wordt het helemaal niet aangelegd.
De belangrijkste kieuwboogarteriën zijn:
De kieuwbogen worden vanaf de 4e week van de zwangerschap van craniaal naar caudaal aangelegd. Dit gebeurt ter hoogte van de pharynx:
De pharynx (keel) ligt achterin de hals en verbindt de mond- en neusholte in het hoofd met de larynx (strottenhoofd) en de oesophagus in de hals.
In de keel bevindt zich de keelholte (cavitas pharyngis). Aan de voorzijde van de keelholte bevinden zich 3 openingen:
Op basis hiervan wordt de keelholte onderverdeeld in 3 niveaus:
De pharynx is aan de bovenkant verbonden aan de inwendige neusholte. Hij heeft een relatie met de voorste schedelgroeve, waar de neuronen van de nervus olfactorius in zitten. Ook is de inwendige neusholte het eerste onderdeel
.....read moreDe larynx (strottenhoofd) is vooral bij mannen goed zichtbaar. De structuur is goed te palperen. De larynx verbindt de keel met de trachea en vervult een cruciale rol bij:
Het betreft een subtiele integratie van complexe mechanismen → aandoeningen in de larynx geven een grote verscheidenheid aan klachten.
Het os hyoid (tongbeen) hoort officieel niet bij de larynx
Achter de larynx ligt de laryngopharynx en hierachter ligt de pharynx. De belangrijkste functies van de larynx zijn:
De larynx bestaat uit 6 cartilagines laryngis (kraakbeenstructuren):
Deze kraakbeenstructuren worden door dwarsgestreepte spieren en ligamenten bijeengehouden:
Het meest voorkomend probleem van ouderen die bij de KNO-arts komen is ouderdomsslechthorendheid. Echter bestaan er nog vele andere aandoeningen op dit gebied, zoals zwellingen in de hals. Als de aard van de zwelling in het hoofd-halsgebied bekend is, is de (chirurgische) behandeling betrekkelijk eenvoudig. Echter hebben zwellingen in de hals een uitgebreide differentiaal diagnose. Deze differentiaal diagnose moet op effectieve wijze worden beperkt. Zo wordt onjuiste en onnodige chirurgie vermeden.
Zwellingen in de hals komen veel voor en kunnen veel oorzaken hebben. Daarom is het niet eenvoudig om een diagnose van de oorzaak van de zwelling te stellen. Zwellingen in de hals kunnen op meerdere gebieden ontstaan:
Een zwelling kan verschillende oorzaken hebben:
De lymfeklieren worden verdeeld in 6 regio’s:
Slikken is de passage van voedsel van de mond naar de maag. Het is een complex proces. Om slikproblemen op te lossen, moet je weten hoe dit in elkaar zit.
Slikproblemen komen onder bepaalde bevolkingsgroepen vaker voor:
Het hebben van een slikprobleem kan verschillende gevolgen hebben:
Verschillende specialisten kunnen te maken krijgen met patiënten met een slikstoornis:
Slikken is een complexe neuromusculaire funtie, er moeten veel dingen tegelijkertijd gebeuren. Hier zijn verschillende anatomische structuren bij betrokken. De aansturing van het slikken wordt gedaan door:
Organen die bij het slikken betrokken zijn:
Bij de slikbeweging moeten spieren een bepaalde beweging maken. Spiergroepen die bij het slikken betrokken zijn:
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
Je vertrek voorbereiden of je verzekering afsluiten bij studie, stage of onderzoek in het buitenland
Study or work abroad? check your insurance options with The JoHo Foundation
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Field of study
Add new contribution