Werkgroepopdrachten en antwoorden constitutioneel recht 2019/2020
- 1956 reads
Bestudeer ABRvS 15 augustus 2018, (zelf opzoeken ECLI:NL:RVS:2018:2715 (Pastafarisme).
Beschrijf in uw eigen woorden hoe de Afdeling in deze zaak over de reikwijdte van de godsdienstvrijheid oordeelt.
Bestudeer ABRvS 13 juli 2011, ( zelf opzoeken ECLI:NL:RVS:2011:BR1448) en EHRM 16 oktober 2012, AB 2013/93 (zelf opzoeken ECLI:NL:XX:2012:BY5233).
Leg uit hoe en waarom in deze uitspraken een verschillende benadering van de reikwijdte van de godsdienstvrijheid naar voren komt.
Welke benadering heeft uw voorkeur en waarom?
Miriam werkt als projectleider bij een bedrijf dat diepvriesgroente inpakt. Vanwege het ophanden zijnde Loofhuttenfeest (joods feest) vraagt ze aan haar werkgever vier weken vantevoren een dag vrij. Haar werkgever weigert haar die vrije dag te geven. Hij stelt dat hij geen rekening kan houden met allerlei religieuze feestdagen, want als hij Miriam een vrije dag toestaat moet hij misschien ook wel de moslims en de hindoes die voor zijn bedrijf werken op voor hen religieuze feestdagen een vrije dag toestaan. Miriam is niet zo blij met de reactie van haar werkgever en gaat ervan uit dat de soep niet zo heet gegeten zal worden als hij wordt opgediend en komt op de betreffende feestdag niet naar haar werk. Dat Miriam een verkeerde inschatting heeft gemaakt blijkt uit de brief die zij de volgende dag in haar brievenbus vindt waarin staat dat ze op staande voet is ontslagen. Miriam laat het er niet bij zitten en verzoekt de rechter de werkgever de arbeidsovereenkomst te laten herstellen. De rechter vernietigt uiteindelijk de opzegging van de arbeidsovereenkomst door de werkgever. Hij vindt dat de reden voor het ontslag van Miriam geen dringende reden is in de zin van artikel 6:677 BW. De rechter overweegt in zijn oordeel: ‘Tenzij het bedrijf ernstig zou worden geschaad door de afwezigheid van de werknemer op die dag, kan in de regel de aanwezigheid op het werk in redelijkheid niet worden verlangd van een werknemer die tijdig te voren onder opgaaf van redenen, toestemming voor het opnemen van een vrije dag heeft gevraagd voor de viering van een voor hem belangrijke godsdienstige feestdag.’
Op welk manier werkt het grondrecht in de verhouding tussen Miriam en haar werkgever?
Op welke manier speelt de belangenafweging een rol in de overweging van de rechter?
Is de werking van het betreffende grondrecht in deze casus vergelijkbaar met de werking van het recht op gelijke behandeling zoals deze naar voren komt in HR 09-04-2010, ECLI:NL:HR:2010:BK4549 (SGP-zaak). Leg uit waarom dit wel of niet het geval is.
Welke belangen werden er in de SGP- zaak tegen elkaar afgewogen en welk belang woog het zwaarst en waarom?
In het bieden van grondrechtenbescherming hebben de Grondwet en het EVRM er enige tijd terug een ‘concurrent’ bij gekregen: het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie.
Waarin wijkt de beperkingssystematiek van het Handvest af van de beperkingssystematiek die men aantreft in de Grondwet en het EVRM?
Men zou kunnen stellen dat bovengenoemd verschil ten aanzien van de beperkingssystematiek teniet wordt gedaan door een bepaling in het Handvest over de reikwijdte van het Handvest. Leg uit.
In het arrest HR 26-05-2015, (zelf te raadplegen ECLI:NL:HR:2015:1338) lezen we dat de advocaat (eiser in cassatie) onder andere een beroep doet op het Handvest.
Waarom werd dit beroep niet door de Hoge Raad gehonoreerd?
Hoe beoordeelt u het niet door de Hoge Raad honoreren van dit beroep in het licht van HvJ EU 26 februari 2013, zaak C-617/10, Åklagaren/Hans Åkerberg Fransson)
Voor beantwoording van deze vraag moet worden gekeken naar ro. 9.4 van het arrest Pastafarisme. Het pastafarisme kan niet worden aangemerkt als een godsdienst. De Afdeling refereert aan EHRM-jurisprudentie waarin is bepaald dat, wil er sprake zijn van juridisch beschermde godsdienst, er denkbeelden of een leer moet zijn die van een zekere mate van ernst en samenhang zijn getuigd.
Arrest Klokkengelui: de afdeling gaat ervan uit dat de redelijke uitleg van grondrechten op grond waarvan vroegtijdig en excessief luiden van kerkklokken niet valt onder de vrijheid van godsdienst. Dit wordt gebaseerd op art. 6 Gw. EHRM: EHRM gaat ervan uit dat deze handelingen wel vallen onder de godsdienstuiting in art. 9 EVRM, maar dat dit rechtsgeldig beperkt kan worden op grond van lid 2.
Eigen mening.
Indirect horizontale werking.
Bij indirecte werking weegt de rechter een in een grondrecht uitgedrukt belang af tegen andere belangen. In deze casus weegt de rechter bij de inkleuring van de privaatrechterlijke norm ‘dringende reden voor ontslag’ de belangen van het bedrijf af tegen het religieuze belang van de werknemer. Daarbij blijkt uit de overweging dat het religieuze belang van de werknemer in beginsel zwaarwegender is dan dat van het bedrijf.
Het is vergelijkbaar, omdat het bij beiden gaat om horizontale werking. Verschil met de SGP-zaak is dat daar sprake was van directe horizontale werking, omdat het recht op gelijke behandeling direct werd afgewogen tegen andere grondrechten. Het passief kiesrecht van vrouwen botst met het recht van de SGP om als politieke partij haar godsdienstige grondslag in praktijk te brengen.
Het discriminatieverbod ten aanzien van het actief en passief kiesrecht in verhouding tot de grondrechten van vrijheid van godsdienst, vrijheid van vereniging en vrijheid van meningsuiting.
In de Grondwet en het EVRM staan specifieke beperkingsclausules bij de grondrechten, indien beperking daarvan mogelijk is. Het Handvest kent een algemene beperkingsclausule in art. 51 lid 1.
Het gaat om art. 52 lid 3 Hv. Deze bepaling bepaalt dat de inhoud en reikwijdte van Handvestgrondrechten identiek is aan die van EVRM-grondrechten, voor zover zij corresponderen met elkaar. De formulering van deze bepaling lijkt te impliceren dat de generieke beperkingsclausule van art. 52 lid 1 Handvest moet worden uitgelegd in het licht van de specifieke bij het corresponderende EVRM-recht behorende beperkingsclausule. Dit betekent dat voor de betreffende rechten geldt dat er geen verschil in de beperkingssystematiek is tussen het EVRM en het Handvest.
Bekijk hiervoor ro. 4.5.
Zie ro. 21. Daarin oordeelt het HvJEU: ‘De door het Handvest gewaarborgde grondrechten moeten dus worden geëerbiedigd wanneer een nationale regeling binnen het toepassingsgebied van het Unierecht valt, zodat er geen gevallen kunnen zijn waarin het Unierecht geldt zonder dat die grondrechten toepassing vinden.’ In de onderhavige casus is er volgens de Hoge Raad geen sprake van het uitvoeren van regels die binnen het toepassingsgebied van het recht van de Unie vallen en dus zijn de grondrechten van het Handvest niet van toepassing (r.o. 4.5.). Opgemerkt kan worden dat het HvJEU in paragraaf 29 van Åkerberg Franssonstelt dat voor zover een nationale bepaling of maatregel niet volledig door EU-recht wordt bepaald het nationale recht wordt toegepast mits dat niet afdoet aan het door het Handvest geboden beschermingsniveau. In deze zaak lijkt dat echter niet aan de orde omdat de Leerplichtwet helemaal niet door het EU-recht wordt bepaald.
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
In deze bundel komen de werkgroepopdrachten en de antwoorden van het vak constitutioneel recht. Als eerst staan alle opdrachten omschreven en vervolgens alle antwoorden.
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Main summaries home pages:
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
1893 |
Add new contribution