Psychotherapie - Master klinische psychologie
- 2435 reads
Cognitieve gedragstherapie theorie en praktijk
Hoofdstuk 17
Huiswerk
Huiswerk is een integraal deel van cognitieve gedragstherapie. Je probeer de gelegenheid voor cognitieve en gedragsverandering uit te breiden over de hele week.
In de eerste sessie bereid je de cliënt al voor op huiswerk.
Goede huiswerkopdrachten stellen cliënten in staat: 1) zich verder te ontwikkelen 2) gegevens te verzamelen 3) gedachten en overtuigingen te toetsen 4) denkpatronen te veranderen 5) met cognitieve en gedragsexperimenten te oefenen 6) met nieuw gedrag te experimenteren.
Om de kans te vergroten dat cliënten huiswerk maken is het belangrijk dat: 1) de opdrachten zijn toegesneden op de individuele cliënt 2) je een goede reden geeft voor de opdrachten 3) je mogelijke belemmeringen wegneemt 4) je relevante overtuigingen verandert.
Huiswerk wordt altijd toegesneden op de individuele cliënt. De inhoud hangt af van wat je samen in de sessie hebt besproken. Je houd ook rekening met de individuele eigenschappen van de cliënt.
In het begin van de behandeling moet de therapeut zelf initiatief nemen en huiswerkopdrachten suggereren, maar de cliënt moet zo snel mogelijk eigen opdrachten bedenken.
Doorlopende huiswerkopdracht
Een aantal veel gebruikte huiswerkopdrachten zijn: 1) Gedragsactivatie 2) Monitoren van automatische gedachten 3) Evalueren van en reageren op automatische gedachten 4) Problemen oplossen 5) gedragsvaardigheden 6) gedragsexperimenten 7) bibliotherapie 8) voorbereiden op de volgende sessie.
De volgende richtlijnen vergroten de kans dat de cliënt het huiswerk maakt: 1) pas de opdracht aan aan de individuele cliënt (wees er 90 a 100 procent zeker van dat de cliënt de opdracht wilt doen) 2) geef een goede reden waarom de opdracht kan helpen 3) stel het huiswerk samen op 4) maak van het huiswerk een win-winsituatie 5) begin zo mogelijk nog tijdens de sessie met de opdracht 6) bedenk samen geheugensteuntjes om de opdracht niet te vergeten 7) anticipeer mogelijke problemen 8) bereid de cliënt voor op een eventuele negatieve uitkomst.
De opdracht aanpassen aan de individuele cliënt
Houd bij het geven van huiswerk rekening met de individuele eigenschappen van de cliënt.
De hoeveelheid huiswerk moet ook op de cliënt worden afgesteld.
Huiswerk kan op de cliënt worden afgesteld door opdrachten in hanteerbare delen onder te verdelen.
Voordat je de opdracht geeft moet je proberen te bedenken welke problemen zich mogelijk voordoen. Je kunt beter iets te makkelijke opdrachten geven dan iets te moeilijke.
Uitleggen waarom je opdrachten geeft
Cliënten zijn eerder bereid huiswerkopdrachten te doen als ze begrijpen waarom het goed voor hen is.
Eerst geef je zelf een beknopte uitleg, en later in de behandeling moedig je cliënten aan na te denken over het doel van een opdracht.
Het is belangrijk te benadrukken dat de opdrachten een essentieel deel zijn van de behandeling.
Het huiswerk gezamenlijk samenstellen
Naarmate de behandeling vordert moedig je cliënten steeds meer aan om eigen opdrachten te bedenken.
Van het huiswerk een win-winsituatie maken
Benadruk dat huiswerkopdrachten altijd bruikbare informatie opleveren, zelfs al lukt het niet ze uit te voeren. Dit zorgt ervoor dat cliënten niet depressiever worden als het niet lukt.
Tijdens de sessie met de opdracht beginnen
Als je de opdracht tijdens de sessie begint is de kans groter dat cliënten er thuis mee verder gaan.
De huiswerkopdracht onthouden
Het is belangrijk vanaf de eerste sessie de opdrachten te noteren. Vraag cliënten de lijst te bewaren. Suggesties om cliënten te vragen zijn: 1) om een opdracht te koppelen aan een andere dagelijkse activiteit 2) geeltjes op hun koelkast, douchespiegel, of dashboard van hun auto op te hangen 3) om gebruik te maken van een agenda of computer om hen te waarschuwen 4) om iemand anders te vragen hen te waarschuwen 5) Hoe ze andere activiteiten onthouden.
Anticiperen op mogelijke problemen
Om de kans zo groot mogelijk te maken dat je een redelijke opdracht voorstelt die de cliënt werkelijk uit gaat voeren kun je de volgende vragen stellen: 1) is dit een redelijke hoeveelheid huiswerk? En is het niet te moeilijk? 2) is er een duidelijk verband met de doelen van de cliënt? 3) hoe groot is de kans dat de cliënt het daadwerkelijk uitvoert? 4) welke mogelijke praktische problemen kunnen uitvoering in de weg staan? 5) welke automatische gedachten kunnen uitvoering in de weg staan?
Je kunt de cliënt vragen op schaal van 0 tot 100 hoe groot de kans is dat ze het huiswerk maken. Als ze de kans te klein inschatten kun je gebruik maken van: 1) voorstellingsoefeningen, het oproepen van mentale beelden om problemen die met het huiswerk te maken hebben te achterhalen en op te lossen. 2) de opdracht veranderen 3) een rationeel-emotioneel rollenspel doen, de therapeut speelt het rationele deel van de cliënt en de cliënt het emotionele. De cliënt brengt alle mogelijke argumenten in stelling, zodat deze worden leren kennen. De therapeut weerlegd deze. Daarna wordt er van rol gewisseld.
De cliënt voorbereiden op een eventuele negatieve uitkomst
Als je een gedragsexperiment aan het bedenken bent of een veronderstelling toetst is het belangrijk dat je een scenario bedenkt dat uitvoerbaar is. Als je denkt dat het experiment niet goed af zal lopen, is het misschien een idee om cliënten te vragen om te voorspellen welke automatische gedachten ze zullen krijgen.
Als je mogelijke problemen van te voren bespreekt, kun je voorkomen dat de cliënt depressief wordt als een experiment niet goed afloopt.
Als cliënten moeite hebben met huiswerk, moet je proberen te achterhalen waarom het probleem zich voordeed.
Praktische problemen
De meeste praktische problemen kun je vermijden als je opdrachten zorgvuldig formuleert en de cliënt erop voorbereid. Voorstellingsoefeningen kunnen dergelijke problemen onthullen.
Psychische problemen
Mogelijke problemen zijn: 1) negatieve voorspellingen, je kunt de cliënt vragen om een specifiek moment op te roepen waarop ze eraan dachten de opdracht te doen, en vervolgens gerelateerde gedachten en gevoelens oproepen. Deze gedachten kunnen weer experimenten worden. 2) overschatting van de eisen die een opdracht stelt, benadruk dat het uitvoeren van een opdracht maar een beperkte hoeveelheid tijd kost. Het kan helpen het probleem duidelijk te omschrijven. 3) perfectionisme, veel cliënten hebben er baat bij als je ze erop wijst dat een perfecte uitvoering van huiswerk niet nodig is.
Psychische belemmeringen die worden gemaskeerd door praktische problemen
Als je denkt dat er naast het praktische probleem ook een psychisch probleem is, dan moet je eerst de gedachte onderzoeken voordat je met de praktische problemen verdergaat.
Problemen die samenhangen met de ideeën van de therapeut
Je moet achterhalen of jouw gedachten of overtuigingen je belemmeren om de cliënt op een assertieve en adequate wijze aan te moedigen om zijn huiswerk te maken.
Als je zelf disfunctionele gedachten hebt kun je daar ook mee aan de slag.
Voorafgaand aan de sessie bereid je jezelf voor door de aantekeningen van de vorige sessie door te nemen en te kijken wat het huiswerk was. Het huiswerk wordt altijd besproken.
Je besteed meer tijd aan het huiswerk als: 1) het over een belangrijk, aanhoudend probleem gaat dat verder uitgediept moet worden 2) cliënten een taak niet voltooid 3) je denkt dat het belangrijk is te bespreken wat de cliënt heeft geleerd of haar te helpen met verkrijgen van nieuwe inzichten.
De tijd die je aan huiswerkbespreking besteedt zal variëren.
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
In deze bundel staat alle literatuur die nodig is voor het vak Psychodiagnostiek, in de klinische psychologiemaster van de UvA. Hier wordt ingegaan op cognitieve gedragstherapie. Als een bonus staat er ook literatuur voor relatietherapie.
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Main summaries home pages:
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
2740 |
Add new contribution