Het beslissingsmodel van 348/350
Deze bundel bevat samenvattingen en relevant studiemateriaal dat te gebruiken is bij het boek 'Het beslissingsmodel van 348/350 Sv' door mr. F.A.J. Koopmans, Bleichrodt, Verbaan en Verbeek. Het al vele jaren belangrijke boek met een goed overzicht van de wijze waarop het beslissingsmodel van de artikelen 348 en 350 van het Wetboek van Strafvordering werkt.
Begrippenlijst Het beslissingsmodel van 348/350 Sv
Algemeen overzicht |
| ||
p. 1 | Formele vragen | Met de term formele vragen, ook wel procedurele vragen genoemd, wordt gedoeld op de vier vragen die in artikel 348 Sv staan. Deze vragen gaan niet over de inhoudelijke zaak, waardoor een einduitspraak |
- Lees verder over Begrippenlijst Het beslissingsmodel van 348/350 Sv
- 9576 keer gelezen
samenvatting Het beslissingsmodel van 348/350 Sv
- Lees verder over samenvatting Het beslissingsmodel van 348/350 Sv
- 3221 keer gelezen
Samenvatting Het beslissingsmodel van 348/350 sv (11e druk)
ARTIKEL 348
Geldigheid dagvaarding
Vraag 1 beslissingsschema
Op het moment dat de OvJ een dagvaarding doet betekenen aan de verdachte neemt het rechtsgeding een aanvang (art. 258 lid 1........Read more
Inleiding Strafrecht: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - UvA
Oefententamens Inleiding Strafrecht - UvA
Oefententamens te gebruiken bij het vak Inleiding Strafrecht aan de UvA.
Het beslissingsmodel van 348/350, door Koopmans, Bleichrodt, Verbaan en Verbeek: samenvattingen en begrippenlijst
Het beslissingsmodel van 348/350
Deze bundel bevat samenvattingen en relevant studiemateriaal dat te gebruiken is bij het boek 'Het beslissingsmodel van 348/350 Sv' door mr. F.A.J. Koopmans, Bleichrodt, Verbaan en Verbeek. Het al vele jaren belangrijke boek met een goed overzicht van de wijze waarop het beslissingsmodel van de artikelen 348 en 350 van het Wetboek van Strafvordering werkt.
Grondtrekken van het Nederlandse strafrecht - Kronenberg & De Wilde - 5e druk - BulletPoints
Grondtrekken van het Nederlandse strafrecht van Kronenberg en De Wilde
Hoofdstuk 1
Het strafrecht heet een zogenaamde “verticale” verhouding (Staat-Burger) in tegenstelling tot het civiele recht wat een “horizontale” verhouding heeft (burgers onderling)
Straffen heeft over het algemeen twee doelen, vergelding (het kwaad van de dader wordt vergolden door leed) en preventie. Preventie bestaat in speciale (de dader zelf te weerhouden van opnieuw plegen) en generale zin (de gemeenschap in het algemeen te weerhouden van het plegen van delicten)
Strafrecht kan opgedeeld worden in een materieel aspect (voornamelijk in Sr.), wat gaat over welke gedragingen strafbaar zijn (zoals moord) en een formeel aspect (voornamelijk in Sv.), welke de strafprocedure regelt. Deze vormen het zogenaamde klassieke (of commune) deel, daarnaast is er ook zogenaamd bijzonder strafrecht (geregeld in aanvullende wetten, bijv. Opiumwet)
Hoofdstuk 2
Om van strafbaarheid te spreken moeten 4 componenten aanwezig zijn: menselijke gedraging, wettelijke delictsomschrijving, wederrechtelijkheid, schuld/verwijtbaarheid
Wetten zijn algemeen en moeten soms geïnterpreteerd worden middels de volgende methoden: wetshistorisch, grammaticaal, systematisch, teleologisch.
Wederrechtelijkheid (altijd een voorwaarde voor strafbaarheid) en verwijtbaarheid zijn de “elementen” van een strafbaar feit , de verschillende onderdelen van de delictsomschrijving zijn de “bestanddelen”. Soms is wederrechtelijkheid ook een “bestanddeel”, bijv. als het in de delictsomschrijving staat.
Er is verder een verschil tussen misdrijven (Sr. boek 2) en overtredingen (Sr. boek 3), het verschil ligt tevens in de ernst van het delict. Er zijn ook commissiedelicten (een “doen”, of handeling) en omissiedelicten (een “niet-doen”, of nalaten)
Causaliteit (oorzaak-gevolg) is van belang bij materiële delicten en de door het gevolg gekwalificeerde delicten, 4 casualiteitstheorieën bestaan hiervoor: CSQN (conditio sine qua non), causa-proxima, voorzienbaarheidsleer, redelijke toerekening (Letale Longembolie)
Hoofdstuk 3
Opzet en schuld kunnen subjectieve bestanddelen zijn (opgenomen in de delictsomschrijving), het gaat hier om de intentie van de dader (vooral van belang bij misdrijven).
Opzet kenmerkt zich door “willens en wetens” handelen. Dit bestaat in graduele vormen: opzet met bedoeling, voorwaardelijke opzet, opzet met noodzakelijkheidsbewustzijn. In de wet te herkennen door de woorden “opzettelijk”, “wist”, “oogmerk”, enz.
Schuld is onder te verdelen in schuld als element (verwijtbaarheid) en schuld als bestanddeel (“culpa”, omvat onvoorzichtigheid en wederrechtelijkheid). Culpa is verder onder te verdelen in een bewust en onbewust aspect. In de wet is schuld vaak te herkennen door een vorm van
Grondtrekken van het Nederlandse strafrecht - Kronenberg & De Wilde - 5e druk - Boeksamenvatting
Grondtrekken van het Nederlandse strafrecht van Kronenberg en De Wilde
- 1 Introductie
- 2 Introductie materieel strafrecht
- 3 Twee begrippen: opzet en schuld
- 4 Rechtvaardigingsgronden en schulduitsluitingsgronden
- 5 Poging tot en voorbereiding van misdrijven
- 6 Deelnemingsvormen
- 7 Introductie formeel strafrecht
- 8 Voorbereidend onderzoek
- 9 De vervolging
- 10 Onderzoek ter terechtzitting
- 11 Rechterlijk beslissingsschema (art. 348 en 350 Sv)
- 12 Bewijsvraag
- 13 Strafrechtelijke sancties
- 14 Regeling van de rechtsmiddelen
- 15 Verhouding mensenrechten en het strafrecht
- 16 Rechtsvinding in het strafrecht
- Stampvragen
1 Introductie
A Kennismaking
Dat het strafrecht een van de meest tot de verbeelding sprekende rechtsgebieden is blijkt uit de uitgebreide aandacht ervoor in media, films en televisieseries. Daarbij komt dat mensen dagelijks, direct of indirect, met zaken worden geconfronteerd die strafrechtelijk relevant zijn (men ziet politie op straat, wildplassen, fietsendiefstal, uitgaansgeweld, gebruik en verkoop van drugs, verbodsborden etc.). Strafrecht is dan ook sterk verbonden met moraal, veiligheid en rechtvaardigheid.
B Positionering van het strafrecht
Binnen het recht zijn er verschillende rechtsgebieden. Het strafrecht houdt zich bezig met het bestraffen van personen die een strafbaar feit hebben gepleegd. De Staat heeft een monopolie om te straffen omdat alleen de overheid, en niet burgers zelf, mag straffen. Een burger die een strafbaar feit pleegt moet verantwoording afleggen aan de overheid, die hem vervolgens straf kan opleggen. Dit is een belangrijk verschil met het civiele (of burgerlijke) recht, waarin de verhouding tussen burgers onderling wordt geregeld. De Staat blijft hier buiten omdat het civiele recht een zaak is van twee burgers.
Let wel, ook het bestuursrecht regelt de verhouding tussen burgers en de Staat. Dit rechtsgebied houdt zich bezig met het functioneren van de overheid. Voorbeelden van bestuursrechtelijke kwesties zijn het afgeven van een horecavergunning door de gemeente of de beslissing van de overheid tot de aanleg van een nieuwe spoorlijn. De algemene regels van het bestuursrecht zijn te vinden in de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
In het civiele recht kan de ene burger de andere burger dagvaarden en zo het geschil voorleggen aan een onafhankelijke (burgerlijke) rechter die een beslissing neemt. In het strafrecht daarentegen kan alleen de Officier van Justitie (OvJ) een verdachte van een strafbaar feit voor de (straf)rechter brengen. Hij is een vertegenwoordiger van het Openbaar Ministerie (OM), het staatsorgaan dat belast is met de vervolging van verdachten.
Voor slachtoffers van strafbare feiten bestaat de mogelijkheid om schadevergoeding te verzoeken bij de strafrechter. Dit voorkomt een lange, dure en ingewikkelde procedure bij de civiele rechter.
C Waarom straffen?
Over het waarom, het doel, van straffen bestaan verschillende zienswijzen. In het algemeen worden als doelen van het opleggen van straffen genoemd: vergelding en preventie. Het vergeldingsaspect impliceert dat door het opleggen van straf, het kwaad dat de dader van een strafbaar feit heeft veroorzaakt, wordt vergolden door leedtoevoeging. Het andere
.....read moreSamenvattingen en studiehulp voor Rechten Bachelor 1 aan de Universiteit van Amsterdam
- Op deze pagina worden studiematerialen voor de studie Rechten Bachelor 1, Universiteit van Amsterdam (UvA), gedeeld.
- Voor een volledig overzicht van beschikbare studiematerialen voor deze studie ga je naar de Recht & Bestuur in Nederland: leren, studeren en kennis delen- startpagina
- 1 of 1913
- volgende ›
Add new contribution