Psychology and behavorial sciences - Theme
- 16100 reads
Sinds de val van het IJzeren Gordijn en de politieke en economische liberalisatie in Polen, blijft het aantal werkmigranten stijgen. Daarnaast wordt het inkomensverschil tussen Duitsland en Polen steeds kleiner. Het lijkt erop dat migratie niet alleen wordt gedreven door economische factoren, maar ook door sociale.
In dit artikel wil de onderzoeker antwoord geven op twee vragen. Allereerst vraagt hij zich af of de migratie van anderen sinds 1989 een onafhankelijke invloed hadden op Polen om een werkbezoek aan Duitsland te brengen. Daarnaast vraagt hij zich af in hoeverre dit de geobserveerde dynamiek kan verklaren.
Voor tientallen jaren voerde het neoklassieke economische model de boventoon voor het verklaren van migratie. In dit paradigma staan kosten en baten centraal. Men zou migreren omdat men daarmee meer zou kunnen verdienen.
Hierop is kritiek geleverd (SEU model); men kan ook gedreven worden door factoren die niet iets met geld te maken hebben. Daarnaast is de beslissing om te migreren vaak gebaseerd op subjectieve factoren, meer dan op objectieve factoren.
Ritchey heeft drie principes opgesteld die van invloed kunnen zijn op de sociale banden die gepaard gaan met migratie. De eerste is de affiniteitshypothese; de aanwezigheid van vrienden en familie is een waardevol aspect van het leven. Daarom is het makkelijker om te migreren als er als familie en vrienden wonen. De tweede is de informatie hypothese; familie en vrienden kunnen mogelijkheden signaleren voor de migrant. De derde is de faciliteer hypothese; sociale banden kunnen helpen om een woonplek te vinden en dit vermindert de kosten. Je zou hier kunnen spreken van sociaal kapitaal wat betreft migratie; ‘the social kapital hypothesis of migration’. Hoe meer mensen er migreren naar een land, hoe meer kennis er is over dat land. Het wordt voor volgelingen steeds makkelijker om over te komen.
Daarnaast is er nog een mechanisme dat hieraan relateert, en wat ook zeker van belang is voor de dynamiek wat betreft migratie. Bij elke vorm van migratie, is het voor de persoon in kwestie makkelijker om nog een keer te migreren. Dit wordt ook wel ‘cummulative causation’ genoemd; de kans dat iemand na één keer migreren nog een keer migreert wordt steeds aannemelijker.
Arbeidsmigratie is het meest voorkomend tussen Polen en Duitsland. Het is aangezet door het grote werkaanbod in Duitsland, vooral op het gebied van bouw en seizoenswerk op het land.
Naast economische veranderingen, heeft het sociaal kapitaal ook een fundamentele rol gespeeld in deze ontwikkelingen. Er zijn studies die dit hebben aangetoond, maar deze berustten vaak op slechte data en analyses. In dit artikel wil de auteur wel een aantal goed onderzochte uitspraken doen over social ties en migratie. Belangrijk is, is dat er vergelijkingen worden gemaakt tussen blijvers en verlaters. Hij kiest er voor om dit te doen in retroperspectief waarin wordt gekeken naar de complete geschiedenis van migratie samen met de migratie ervaring van familie en andere kennissen.
In het onderzoek wordt gebruik gemaakt van vergelijkbare informatie over de geschiedenis van vier Poolse gemeenschappen. Met de selectie van de groepen is het volgende in het achterhoofd gehouden: allereerst regio’s in de buurt van de Duits-Poolse grens moeten contrasteren met regio’s die verder weg zijn. Daarnaast moeten platteland gemeenschappen contrasteren met stedelijke gemeenschappen. Als derde moeten de bijzonderheden van etnische Duitsers vermeden worden door respectievelijke regio’s uit te sluiten.
In het artikel staat een figuur waarin de migratie ratio van de vier gemeenschappen is uitgezet in een grafiek.
Uit de data blijkt dat het risico om voor de eerste keer te migreren is toegenomen na 1989. Als er leeftijd, gezinssamenstelling en gender wordt toegevoegd aan het model wordt de toename zelfs sterker. Als men educatie en werk toevoegt aan het model gebeurt er niks significant. Dit lijkt te suggereren dat tijdelijke migratie niet veel te maken heeft met de capaciteiten van een mens.
Dat je partner al een reis heeft gemaakt is niet significant van invloed, de ervaring van nabije familieleden is wel significant. Migratie-ervaring van gezinsleden spelen geen significante rol. De migratie in een gemeenschap speelt ook een significante rol; hoe hoger het aantal migranten in een gemeenschap, hoe groter de kans dat een ‘nog niet geïnfecteerd lid’ ook een werkreis maakt.
Om terug te komen op de eerste vraag die door de onderzoeker werd gesteld; ja, door het gebruiken van longitudinale data kan de assumptie dat mechanismen wat betreft sociaal kapitaal van invloed zijn op de werkmigratie van Poolse migranten. Nabije familieleden zijn van invloed, en de migratie ervaring van andere gemeenschapsleden.
Daarnaast lijkt de tweede vraag ook beantwoord; het effect van tijd is bijna 0 als men controleert voor de vier sociaal kapitaal variabelen. Dit suggereert dat sociaal kapitaal verantwoordelijk is voor de dynamiek over tijd. Maar de onderzoeker is zich ervan bewust dat dit niet allemaal zo simpel is als het lijkt. In het volgende stuk zal hij discussiëren waarom.
Het kan zo zijn dat de metingen die zijn gedaan door andere variabelen zijn veroorzaakt dan door sociaal kapitaal. In dit onderzoek wordt ook de ratio van migratie in een gemeenschap gemeten. Men kan zich afvragen of een veranderende ratio echt komt door een netwerkeffect.
Men moet proberen een zo’n compleet mogelijk beeld te krijgen van factoren die een rol kunnen spelen. Daarnaast moet men nagaan wat voor gevolgtrekkingen men kan doen met de sociaal kapitaal theorie. Eén voor de hand liggende gevolgtrekking is dat sociaal kapitaal een sterker effect heeft wanneer de migratie moeilijk is. Daarom heeft de onderzoeker ‘een eerste reis met werkvergunning’ uitgezet tegen ‘werken zonder legale werkvergunning’. Als verwacht speelt de familie-indicator in het tweede geval een grotere rol. Deze interactie laat zien dat er waarschijnlijk wel degelijk sprake is van een sociaal kapitaal mechanisme.
Maar aan de andere kant speelt de migratie ratio van de gemeenschap een grotere rol bij legale werkreiss. Dit gaat tegen de verwachtingen in. Het kan ook zo zijn dat de ratio iets anders beschrijft dan een sociaal mechanisme, maar dat het staat voor iets anders. Het effect kan ook komen door het werkaanbod in Duitsland of het meet tijd op een andere manier.
Met de bovenstaande correcties moet men toch terugkomen op of sociaal kapitaal de dynamiek over tijd verklaart. In andere woorden: de sociaal kapitaal variabelen zijn relevant voor het begrijpen van de keuze om te migreren naar Duitsland, maar ze verklaren niks met betrekking tot de dynamiek over tijd.
In het artikel is ook gekeken naar het risico dat men heeft om nog een keer naar Duitsland te gaan als men er al eens is geweest. Als men kijkt naar het effect van tijd, dan is de invloed bijna nul. Dus de stijging van het aantal arbeidsmigranten vanaf 1989 kan niet worden toegeschreven aan het feit dat men al eerder een reis naar Duitsland heeft gemaakt.
Daarnaast is er gekeken naar de kwaliteit die mensen hebben en hun werk in Polen. De bijdrage van deze variabele aan het risico om nog een reis te maken is klein.
Er is ook gekeken naar de sociaal kapitaal mechanismen; hieruit blijkt dat het aantal leden in het huishouden dat al een keer is gemigreerd het risico verhogen op het maken van een reis.
Als laatste is er gekeken naar of iemand al een keer in Duitsland heeft gewerkt. Hoe vaker men dit al heeft gedaan, hoe hoger het risico dat iemand nog een reis maakt. Het is redelijk om te zeggen dat elke reis in het verleden de hoeveelheid kennis, skills en andere middelen vergroot die nuttig zijn op de Duitse banenmarkt, en daarmee verlaagd het de kosten van een reis en vergroot het succes van een volgende reis.
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Main summaries home pages:
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
1462 | 1 |
Add new contribution