Onderneming en recht hoorcollege 7 Rechten UL B2 (2019-2020)

Onderneming en recht hoorcollege 7 - Rechten UL B2 (2019-2020)

Aandeelhouderschap en lidmaatschap

1. Welke onderwerpen worden behandeld in het hoorcollege?

• Uitgifte van aandelen voor de Nv/Bv
• Aandelen aan toonder
• Vereisten voor uitgifte en levering van aandelen
• De rechten en plichten van het aandeelhouderschap
• Soorten aandelen

Uitgifte van aandelen voor de Nv/Bv

Voor de Nv is art. 2:96 lid 1 belangrijk. Het is mogelijk de emissiebevoegdheid te delegeren, normaalgesproken komt deze echter toe aan de algemene vergadering. Deze delegatie heeft privatieve werking: door delegatie ontstaat er geen 'dubbele bevoegdheid'. De algemene vergadering verliest dus haar bevoegdheid. Voor de Bv is het uitgeven van aandelen geregeld in art. 2:206.

Aandelen aan toonder

Deze kunnen alleen door een Nv uitgegeven worden (art. 2:82 lid 1). Overdracht gebeurt door levering van het papier van het aandeel. De Nv is dus meestal niet op de hoogte van de identiteit van de aandeelhouders. De wetgever wil van toonderaandelen af omdat ze zich lenen voor misbruik, bijvoorbeeld via witwassing. Daarom is er in 2019 een wet aangenomen waarin geregeld wordt dat deze aandelen overgezet worden in aandelen op naam. Dit kan enerzijds door hen te registreren en in bewaring te geven bij een centraal instituut (immobiliseren), of door hen om te zetten in aandelen op naam, zodat de identiteit van de aandeelhouders bij de vennootschap bekend is (dematerialiseren).

Vereisten voor uitgifte en levering van aandelen

Voor de Nv geldt art. 2:86 lid 1. Voor de Bv art. 2:196 lid 1. Voor levering geldt bij beide dat dit via een notariële akte moet. Deze regel geldt i.v.m. de mobiliteit van de handel niet voor beursgenoteerde aandelen. De levering van het aandeel werkt van rechtswege tegenover de vennootschap. Dit betekent dat de vennootschap de overdracht moet erkennen. De aan het aandeel verbonden rechten kun je immers pas uitoefenen als de vennootschap weet wie de aandeelhouders zijn.

De rechten en plichten van het aandeelhouderschap

Aan het aandeelhouderschap worden twee typen rechten ontleend: financiële rechten (dividenduitkering) en zeggenschapsrechten (stemrecht op de ledenvergadering). Het uitgangspunt is dat het stemrecht evenredigt is. Dit betekent dat iemand die 10% van het aandelenkapitaal bezit ook 10% van de stemmen heeft. Het is echter mogelijk om winstrecht- of stemrechtloze aandelen uit te geven. Deze twee eigenschappen kunnen echter niet gecombineerd worden (art. 2:190). Er kunnen ook verplichtingen aan het aandeelhouderschap verbonden zijn, deze worden vaak geregeld in de statuten van de vennootschap.

Soorten aandelen

Ten eerste zijn er prioriteitsaandelen (art. 2:92 lid 3, art. 2:201 lid 3). Deze aandelen geven de houder ervan bijzondere rechten inzake de zeggenschap in de vennootschap. Vaak vormen zij een aparte vergadering, de zgn. 'prioriteit'. Zij hebben bijvoorbeeld het recht van voordracht bij de benoeming van functionarissen door de algemene ledenvergadering. Ook kunnen ze een vetorecht hebben bij eventuele wijziging van de statuten.

Verder zijn er preferente aandelen. Zij bieden bijzondere rechten inzake de winstverdeling, en zijn dus financieel van aard. Bij een dividenduitkering wordt dan eerst een vooraf bepaald gefixeerd gedeelte van de winst aan de preferente aandeelhouders uitgekeerd. De rest van de winst wordt verdeeld over de andere, gewone aandeelhouders. Vaak is dit gefixeerde dividend een percentage van het nominale bedrag van de aandelen van de aandeelhouders. Ook zijn cumulatief preferente aandelen mogelijk: wanneer er in een jaar te weinig winst gemaakt is, schuift de dividenduitkering waar de preferente aandeelhouders recht op hadden door naar het volgende jaar. De functie van deze preferente aandelen is benodigd wanneer de vennootschap behoefte heeft aan extra eigen vermogen ('financieringspreferente aandelen'). Ook kunnen ze een beschermingspreferente functie hebben: De preferente aandelen worden dan uitgegeven aan een beschermingsstichting, die daartoe een calloptie uitoefent. Dit betekent dat zij bij een eventuele overname hun opties kunnen inzetten, waardoor de partij die de vennootschap wil overnemen nooit alle aandelen in zijn bezit kan krijgen. Belangrijk om nog op te merken is ten slotte dat preferente aandelen zijn uitgesloten van het voorkeursrecht (art. 2:96a lid 1).

Ten slotte is nog certificering van aandelen mogelijk. Een adminstratiekantoor vervult dan de functie van intermediar tussen de vennootschap en de kapitaalverschaffer. De kapitaalverschaffer krijgt het dividend van het administratiekantoor, maar dit kantoor oefent het stemrecht uit. De financiële rechten en de zeggenschapsrechten zijn dan dus gesplitst.

2. Welke onderwerpen worden besproken die niet worden behandeld in de literatuur?

Er worden geen onderwerpen behandeld die niet worden besproken in de literatuur.

3. Welke recente ontwikkelingen in het vakgebied worden besproken?

Behalve die hierboven beschreven ontwikkeling t.a.v. aandelen aan toonder worden geen recente ontwikkelingen in het vakgebied besproken.

4. Welke opmerkingen worden er tijdens het college gedaan door de docent met betrekking tot het tentamen?

Er worden geen opmerkingen gedaan met betrekking tot het tentamen.

5. Welke vragen worden behandeld die gesteld kunnen worden op het tentamen?

Er worden geen tentamenvragen behandeld.