Wat hebben persoonlijkheid, temperament en stress met elkaar te maken? - Chapter 15
In dit hoofdstuk wordt besproken wat persoonlijkheid en stress met elkaar te maken hebben.
Mensen reageren verschillend op een stressfactor. Deze verschillen zitten vaak in iemands persoonlijkheid en temperament. Dit verklaart ook waarom sommige mensen meer risico lopen op het ontwikkelen van ziektes die gerelateerd zijn aan stress dan andere personen.
Wat is het verband tussen succes en stress?
Sapolsky heeft onderzoek gedaan bij bavianen in de Serengeti. Dit zijn grote, slimme, sociale en langlevende apen die in groepen van 50 tot 150 leven. Hij ontdekte dat bavianen verschillende persoonlijkheden hebben en dat ze daarom anders kunnen reageren op dezelfde situatie. Hij onderzocht de apen uit de hoogste hiërarchische klassen.
Sapolsky wilde antwoord krijgen op de volgende vragen:
- Kan de baviaan het verschil tussen een bedreigende en een niet-bedreigende situatie inschatten?
- Wanneer de situatie bedreigend is, blijft de baviaan dan rustig zitten of deelt hij de eerste klap uit?
- Weet de baviaan na een gevecht op hij verloren of gewonnen heeft?
- Als de baviaan verloren heeft, reageert hij zich dan op iemand af, of niet?
Hij wilde weten hoe zij reageerden op hun ergste rivaal en wat dat voor hun stressreactie betekenden. Wanneer de ergste rivaal van een mannetje voorbij liep en een stukje verderop ging slapen, waren er twee soorten reacties. Het mannetje kon geërgerd raken en zijn rivaal aanvallen, of het kon inzien, dat de rivaal op dat moment geen kwaad in de zin had en verder niets doen. Mannetjes die geërgerd raakten hadden tijdens een toestand van rust twee keer zoveel glucocorticoïden dan normaal. Zij verkeerden in een constante staat van stress.
Mannetjes die inzagen dat de rivaal niets zou doen en daarom zelf ook niet aanvielen, hadden veel minder glucocorticoïden in rusttoestand. Zij verkeerden niet in een constante staat van stress.
Als een aap echter bedreigd wordt door een rivaal, hangt het niveau van de glucocorticoïden af van de reactie van de aap. Als een aap als eerste een klap uitdeelt is dit niveau namelijk lager dan wanneer een aap passief afwacht. Ook heeft Sapolsky aangetoond dat apen die duidelijk wisten wanneer ze een gevecht gewonnen of verloren hadden een lager niveau van glucocorticoïden hebben dan apen die dat verschil niet goed weten. Bovendien bleek dat apen die na een verloren gevecht iemand anders slaan minder corticoïden hebben dan apen die zich niet op die manier afreageren.
De apen met de beste copingstrategieën hebben veel sociale controle, goede voorspelbaarheid en uitingen van frustraties. Deze stijl blijft het hele leven tamelijk constant. Bovendien blijven mannetjes met zo’n stijl significant langer hoog in de rangorde staan dan anderen.
Mannetjes die vaak vrouwtjes verzorgen zonder seksuele bijbedoelingen en die vaak met de jongen spelen hebben weinig glucocorticoïden. Zij ontwikkelen gemakkelijk vriendschappen en zijn socialer. Ook deze stijl blijft gedurende het hele leven tamelijk constant.
Suomi heeft aangetoond dat zowel genetische als omgevingsfactoren leidden tot persoonlijkheidsverschillen, die op hun beurt weer leiden tot de verschillende stijlen in het omgaan met stress. Zo heeft hij bijvoorbeeld laten zien dat een jong aapje grote kans heeft om een persoonlijkheidstrek te delen met zijn vader. Apen die een hoge reactiviteit als persoonlijkheidstrek hebben, hebben dit vaak te danken aan de opvoedingsstijl van de moeder.
Wat is de link tussen persoonlijkheidstypen en stressgerelateerde ziekten?
Er zijn verschillende onderzoeken gedaan bij mensen naar de link tussen persoonlijkheidstypen en stressgerelateerde ziekten. Sommige onderzoeken hebben bijvoorbeeld uitgewezen dat zwangere vrouwen, die erg onvolwassen zijn en bang zijn om de aandacht van hun echtgenoot te moeten delen met een kind, vaak een miskraam krijgen. Aan de andere kant krijgen vrouwen die juist zeer onafhankelijk en assertief zijn ook vaker miskramen, omdat zij bang zouden zijn om hun onafhankelijke leven op te moeten geven voor een kind. Andere onderzoekers zijn echter zeer sceptisch over deze resultaten. Zij denken dat deze psychologische verklaringen slechts bestaan omdat de aandoeningen biologisch nog niet verklaard zijn. Als de biologische verklaring gevonden wordt, zal de psychologische verklaring gemakkelijk van de hand worden gedaan.
Bovendien maken deze onderzoeken gebruik van retrospectie om tot een conclusie te komen. Het zou zo kunnen zijn dat de persoonlijkheidstrekken van de vrouwen eerder het gevolg zijn van meerdere miskramen dan de oorzaak. Om dit te onderzoeken zouden eigenlijk de persoonlijkheden van vrouwen moeten worden onderzocht voordat ze zwanger raken.
Tenslotte is er ook niet aangetoond in deze onderzoeken wat voor biologisch effect deze persoonlijkheidstypen hebben. Zo is er niet duidelijk wat er bijvoorbeeld met de hormoonhuishouding gebeurt van vrouwen met bepaalde persoonlijkheidstrekken.
Wat houdt een angststoornis in?
Stress kan ook een invloed hebben op psychiatrische stoornissen, zoals angststoornissen. Er zijn verschillende soorten angststoornissen:
- algemene angststoornis,
- traumatische stress-stoornis,
- fobieën,
- dwangstoornissen.
Bij een angststoornis gaat de fantasie met iemand op de loop en zorgt voor een overdreven angstreactie. Bij gewone angst gaat het om vluchten uit een werkelijke situatie.
Mensen die zeer angstig zijn, hebben sterk de neiging om de kans voor een erge gebeurtenis veel te hoog in te schatten.
Mensen met een angststoornis proberen, in tegenstelling tot mensen die depressief zijn, toch telkens weer om een copingsreactie te activeren. Doordat zij echter een verkeerd beeld hebben van de risico’s en kansen van ernstige gebeurtenissen, activeren zij bijna doorlopend een copingsreactie. Zij ondervinden daardoor voortdurend stress en de daarbij horende stressreactie. Het continue aanhouden van stress en de stressreactie zorgt voor een verhoogde kans op het ontwikkelen van ziekten die aan stres gerelateerd zijn.
Tijdens de paniekaanvallen wordt het sympatische zenuwstelsel sterk geactiveerd en epinefrine en norepinefrine circuleren te veel door het lichaam. Het gehalte glucocorticoïden is echter niet te hoog.
In het geval van psychiatrische stoornissen heeft een verhoogd gehalte epinefrine en norepinefrine vooral te maken met wel een poging tot coping en de energie die dit kost. Een verhoogd glucocorticoïdengehalte is meer een teken dat iemand de hoop heeft opgegeven en niet meer aan coping doet. Dit is aangetoond met een experiment bij ratten. Omdat ratten nachtdieren zijn, houden zij niet van fel licht. De onderzoekers hebben ratten in kooien geplaatst waar het in de hoeken donker was, maar in het midden in het felle licht eten lag. Ratten probeerden dan eerst een manier te ontdekken om bij het eten te komen. Ze kwamen iets dichterbij en trokken zich dan snel weer terug, omdat ze bang waren in het felle licht. Tijdens dit proces was hun epinefrine en norepinefrine niveau duidelijk verhoogd. Als dit proces te lang doorging gaven de ratten het op en gingen ze gewoon in een donker hoekje liggen. In dit geval was hun glucocorticoïdengehalte te hoog en is er sprake van depressie.
Wat zijn de biologische aspecten van angst?
Sommige angsten zijn aangeboren. De meeste angsten zijn echter aangeleerd. Dit kan gaan door een proces van leren, waarbij bepaalde dingen geassocieerd worden met het trauma.
Ook kunnen mensen een angst ontwikkelen voor dingen die na generalisatie lijken op iets dat geassocieerd wordt met een trauma. Organismen hebben er aanleg voor om sommige angsten sneller te ontwikkelen dan anderen. Zo hebben mensen bijvoorbeeld aanleg om bang te zijn voor spinnen en zijn apen sneller bang voor slangen.
Mensen kunnen ook bang worden voor nieuwe dingen. Deze angsten worden impliciet aangeleerd en er ontstaat een autonome reactie door middel van conditionering. Dit wordt ook wel Pavloviaans leren genoemd.
Milde, kortdurende stress vergroot verklarend leren, maar langdurige en/of zeer erge stress verstoord het verklarend leren. De hierboven beschreven vorm van onbewust, impliciet en conditionerend leren vergroot iedere vorm van stress het verklarend leren. Dit is onderzocht met ratten. Wanneer ze een rat blootstelden aan een hard geluid, kreeg de rat een kortdurende stressreactie.
Wanneer ze dezelfde rat al gestrest hadden gemaakt met andere stressfactoren en de rat werd dan blootgesteld aan hetzelfde harde geluid, was de stressreactie nog veel groter.
De hippocampus regelt normaal gesproken het verklarende geheugen. De hippocampus helpt ons bijvoorbeeld om gemaakte afspraken te onthouden. Bij het onthouden van een stressreactie, wat gebeurt bij het conditioneren van angsten, speelt de hippocampus geen rol. Dit soort geheugen wordt aangestuurd door de amygdala.
De amygdala krijgt informatie van de zintuigen en heeft tevens veel te maken met de waarneming van pijn. De informatie van de zintuigen bereikt eerder de amygdala dan de cortex. Het is daardoor mogelijk om al te reageren op pijn of op een stimulus waar je een angst voor ontwikkeld hebt, zonder dat je je al van die stimulus of pijn bewust bent.
Bovendien krijgt de amygdala informatie van het autonome zenuwstelsel. Op basis van deze informatie besluit de amygdala om wel of geen angstreactie te activeren. Ook is de amygdala erg gevoelig voor signalen van de glucocorticoïden.
Een opgewekte amygdala kan het sympatische zenuwstelsel in werking stellen. Andersom vergroot een geactiveerd sympatische zenuwstelsel de kans dat de amygdala in werking wordt gesteld. Angst kan zichzelf dus reguleren.
De amygdala communiceert door middel van het hormoon CRH. De snelle werking van de amygdala blijkt uit onderzoeken naar hersenactiviteit. Als mensen een plaatje van een eng gezicht zagen, lichtte het gebied van de amygdala op in de scan. Deze reactie was ook te zien als de plaatjes zo snel getoond werden dat het niet mogelijk was deze bewust waar te nemen.
Mensen met een angststoornis zien bedreigingen die anderen niet waarnemen. Dat blijkt uit het volgende voorbeeld. Wanneer mensen een stukje tekst moeten lezen, zullen ze iets vertragen bij het lezen van een bedreigend woord. Mensen met een angststoornis vertragen echter veel meer. De amygdala van mensen met een angststoornis vertoont dan ook hyperreactiviteit.
Wanneer proefpersonen uit de controlegroep een plaatje te zien krijgen dat een klein beetje bedreigend is, zal hun amygdala nauwelijks geactiveerd worden. Bij mensen met een angststoornis zal ditzelfde plaatje echter wel al zorgen voor activering van de amygdala.
Ook een bedreigend plaatje dat te kort getoond wordt om zelfs onbewust waargenomen te worden door proefpersonen uit de controlegroep zorgt in mensen met een angststoornis al voor activering van het sympatische zenuwstelsel. Het is daardoor zeer begrijpelijk dat het sympathisch zenuwstelsel vaak in werking is gesteld bij mensen met een angststoornis.
Stress en glucocorticoïden maken de synapsen bij de amygdala prikkelbaarder en zorgen ervoor dat er meer neuronen groeien aan de verbindingen tussen de verschillende cellen. Zo ontstaat er steeds sneller en gemakkelijker een angstreacties en wordt deze ook in stand gehouden.
Dit hebben onderzoekers getest bij ratten. De amygdala van de rat werd op een kunstmatige manier prikkelbaar gemaakt. Daarna vertoonde de rat een soort angststoornis. Een verhoogde werking van de amygdala kan dus duidelijk geassocieerd worden met angststoornissen. Verder bestaat er ook nog free-floating anxiety. Er is dan een grote, traumatische stressfactor die de functie van de hippocampus verstoort en de werking van de amygdala vergroot. Deze angst ontstaat onbewust via de amygdala en blijft ook onbewust, omdat iemand geen herinnering heeft aan de eerdere gebeurtenis die deze angst heeft geconditioneerd.
Wat valt onder een type A persoon?
Twee cardiologen, Friedman en Rosenman, hebben een type A persoonlijkheid vastgesteld. Mensen met een type A persoonlijkheid zijn heel competitief, vijandig, ongeduldig en prestatiegericht. Deze personen lopen een groter risico om hart- en vaatziekten te krijgen. Williams ontdekte later dat van de genoemde karaktertrekken vijandigheid de enige significante voorspeller van hart- en vaatziekten is. De onderzoeken waaruit dit resultaat bleek, waren gecontroleerd voor belangrijke variabelen zoals leeftijd, gewicht, bloeddruk, cholesterol, en roken.
Latere onderzoeken verkregen deze resultaten echter niet. Wat vooral duidelijk werd, was dat vijandigheid niet alleen een erg belangrijke factor is voor het krijgen van hart- en vaatziekten, maar ook voor andere ziekten.
Friedman en Rosenman suggereerden later dat in het hart van de vijandigheid een gevoel van gehaastheid ligt, en in het hart van de gehaastheid een gevoel van onzekerheid. Dit houdt in dat een blijvend gevoel van onzekerheid beter voorspelt of iemand hart- en vaatziekten krijgt dan het vertonen van vijandigheid.
Toen er opnieuw naar de originele data van de onderzoeken naar type A-personen werd gekeken, bleek dat het niet uiten van woede minstens zo’n belangrijke voorspeller was voor het krijgen van hart- en vaatziekten als vijandigheid. Dit werd bevestigd door onderzoeken van Gross. Hij liet proefpersonen een filmfragment zien dat zorgde voor een opwekking van heftige emoties. Hetzelfde deed hij bij een andere groep proefpersonen, maar hen vertelde hij dat ze moesten proberen hun gevoelens niet tot uitdrukking te brengen. Uit deze onderzoeken bleek dat de onderdrukking van sterke emoties de intensiteit van de fysiologie die ermee gepaard gaat sterk vergrootte.
Er zijn verschillende redenen waarom personen die erg vijandig zijn een grotere kans op hart- en vaatziekten hebben. Zo is het waarschijnlijker dat deze mensen roken, slecht eten en/of overmatig alcohol gebruiken. Bovendien hebben deze personen de neiging om anderen met hun vijandige gedrag weg te jagen, waardoor ze minder sociale steun hebben.
Vijandigheid heeft ook bepaalde biologische consequenties. Uit onderzoeken met sociale provocatie is gebleken dat er bij vijandige mensen meer epinefrine, norepinefrine en glucocorticoïden in het bloed zaten dan bij proefpersonen uit de controlegroep. Bovendien hadden ze een hogere bloeddruk en nog andere ongewenste kenmerken met betrekking tot het hart en de vaten.
Door middel van therapie kan de vijandigheid in type A-personen verkleint worden. Ze worden daardoor minder vijandig, met als gevolg dat ze minder risico lopen om hart- en vaatziekten te krijgen.
Waarom zijn mensen gelukkig?
Er zijn mensen (vijf procent van de populatie) die zichzelf omschrijven als gelukkig, succesvol en getalenteerd en dit volgens persoonlijkheidstests ook daadwerkelijk zijn. Vreemd genoeg hebben deze mensen chronisch geactiveerde stressreacties, omdat ze een onderdrukkende persoonlijkheid hebben. Ze beschrijven zichzelf als planners, die zeer gestructureerd leven. Ze uiten bovendien weinig emoties. Anderen benijden hen vaak een beetje, terwijl ze zich afvragen waarom het bij die personen allemaal zo gemakkelijk verloopt. Uit onderzoek blijkt dat deze personen behoefte hebben aan sociale conformiteit, dat ze bang zijn voor sociale afkeuring en dat ze zich ongemakkelijk voelen bij ambiguïteit. Verder uiten ze weinig emoties en herkennen ze weinig emoties in anderen. Bovendien zijn de emoties die ze hebben erg zwart wit: ze kunnen zich maar één emotie herinneren bij gebeurtenissen waarbij ze sterke emoties voelden. Anderen zijn dan in staat om zich meerdere emoties te herinneren die alleen iets minder sterk aanwezig waren tijdens de desbetreffende gebeurtenis.
Ander onderzoek toonde aan dat sommigen van deze mensen zich vooral bezig houden met de schijn ophouden. Zij hebben juist daardoor veel last hebben van stress. Doordat zij zich bijna voortdurend zorgen maken over hoe ze op anderen overkomen, wordt hun stressreactie zeer vaak en soms zelfs chronisch geactiveerd.
De overige mensen met onderdrukkende persoonlijkheden zijn mogelijk fysiek min of meer uitgeput.
Davidson en Tomarken toonde door middel van EEG-technieken aan dat deze personen een ongebruikelijke verhoogde activiteit in de frontale cortex hebben. Dit deel van de hersenen houdt zich vooral bezig met het tegenhouden van uitingen van impulsieve emoties en cognities.
Uit de bovenstaande onderzoeken kan geconcludeerd worden dat mensen met onderdrukkende persoonlijkheden veel stress ervaren als zij een wereld zonder stressfactoren proberen te ontwikkelen.
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
Contributions: posts
Spotlight: topics
Online access to all summaries, study notes en practice exams
- Check out: Register with JoHo WorldSupporter: starting page (EN)
- Check out: Aanmelden bij JoHo WorldSupporter - startpagina (NL)
How and why use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?
- For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
- For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
- For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
- For compiling your own materials and contributions with relevant study help
- For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.
Using and finding summaries, notes and practice exams on JoHo WorldSupporter
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
- Use the summaries home pages for your study or field of study
- Use the check and search pages for summaries and study aids by field of study, subject or faculty
- Use and follow your (study) organization
- by using your own student organization as a starting point, and continuing to follow it, easily discover which study materials are relevant to you
- this option is only available through partner organizations
- Check or follow authors or other WorldSupporters
- Use the menu above each page to go to the main theme pages for summaries
- Theme pages can be found for international studies as well as Dutch studies
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
- Check out: Why and how to add a WorldSupporter contributions
- JoHo members: JoHo WorldSupporter members can share content directly and have access to all content: Join JoHo and become a JoHo member
- Non-members: When you are not a member you do not have full access, but if you want to share your own content with others you can fill out the contact form
Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance
Main summaries home pages:
- Business organization and economics - Communication and marketing -International relations and international organizations - IT, logistics and technology - Law and administration - Leisure, sports and tourism - Medicine and healthcare - Pedagogy and educational science - Psychology and behavioral sciences - Society, culture and arts - Statistics and research
- Summaries: the best textbooks summarized per field of study
- Summaries: the best scientific articles summarized per field of study
- Summaries: the best definitions, descriptions and lists of terms per field of study
- Exams: home page for exams, exam tips and study tips
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
- Studies: Bedrijfskunde en economie, communicatie en marketing, geneeskunde en gezondheidszorg, internationale studies en betrekkingen, IT, Logistiek en technologie, maatschappij, cultuur en sociale studies, pedagogiek en onderwijskunde, rechten en bestuurskunde, statistiek, onderzoeksmethoden en SPSS
- Studie instellingen: Maatschappij: ISW in Utrecht - Pedagogiek: Groningen, Leiden , Utrecht - Psychologie: Amsterdam, Leiden, Nijmegen, Twente, Utrecht - Recht: Arresten en jurisprudentie, Groningen, Leiden
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
1252 |
Add new contribution