Week VII
Hoofdstraffen (art. 9 Sr). Wel moet dus de verdachte zijn veroordeeld, want dan pas een straf:
Gevangenisstraf (lid 1 sub a onder 1):
Strafminimum bedraagt minstens een dag art. 10 lid 2 Sr, tijdelijke gevangenisstraf maximaal 30 jaar art. 10 lid 4 Sr
KIJK NAAR COMBINATIES MOGELIJK VAN ART. 9 LID 2, 3 EN 4 EN VOORWAARDELIJKE STRAFFEN. Geen levenslang met TBS mogelijk
Voorwaardelijke invrijheidsstelling wordt al in vrijheid gesteld op een moment waarop hij nog niet zijn gele straf heeft uitgezeten. Voor de veroordeelde die een tijdelijke gevangenisstraf uitzit van meer dan één jaar en ten hoogste twee jaren, geldt in de regel dat hij voorwaardelijk vrijkomt nadat een derde van de straf is uitgezeten (art. 6:2:10 Sv jo. 27 lid 1 Sr (aftrek voorarrest) jo art. 88 Sr (maand is 30 dagen). Dus de verdachte moet 1 jaar plus een 1/3 van het resterende deel (dus straf is 1 jaar en 9 maanden, kan V.I. plaatsvinden na een jaar en 3 maanden).
De veroordeelde die een tijdelijke gevangenisstraf van meer dan twee jaren ondergaat, geldt in de regel dat hij voorwaardelijk in vrijheid wordt gesteld wanneer hij 2/3 deel heeft uitgezeten (dus straf is 3 jaar, kan V.I. plaatsvinden na 2 jaar) (art. 6:2:10 lid f2 Sv jo. 27 lid 1 Sr (aftrek voorarrest) jo art. 88 Sr (maand is 30 dagen).
Deze zijn niet van toepassing als een gedeelte van de vrijheidsstraf niet ten uitvoer zal worden gelegd. Dit is wanneer er een voorwaardelijk straf is (art. 6:2:10 lid 3)
De rechter is niet verplicht tot opleggen van een straf of maatregel zelfs als hij ervan overtuigd is dat het ten laste gelegde is gepleegd. Er is dan sprake van een rechterlijk pardon (art. 9a Sr).
Ook wanneer de verdachte een periode in voorarrest heeft doorgebracht moet deze in mindering worden gebracht op de duur van de ten uitvoer te leggen straf (art. 27 Sr). Dit is aftrek voorarrest (art. 27 Sr). Hierbij gaat het om inverzekeringstelling en voorlopige hechtenis. Ophouden voor onderzoek dus niet.
Hechtenis (lid 1 sub a onder 2):
Voor overtredingen en enkele misdrijven bijvoorbeeld art. 199 lid 3 Sr, strafminimum bedraagt minstens een dag art. 18 lid 1 en maximaal een jaar art. 18 lid 1 Sr.
Taakstraf (lid 1 sub a onder 3):
Verrichten van onbetaald arbeid en is dus een werkstraf (art. 22c lid 1 Sr), hoogstens 240 uur (art. 22c lid 2 Sr). Ook voorarrest wordt afgetrokken van de straf (art. 27 Sr). Ook OvJ mag deze straf uitvaardigen in strafbeschikking (art. 257a lid 2 sub a Sv). Art. 9 lid 2 en 4 bepalen dat het voor alles kan worden opgelegd, tenzij:
- Het overtredingen betreft waarop naar de wettelijke omschrijving als hoofdstraf slechts een geldboete is gesteld
- Wegens ernstig zedenmisdrijf of geweldsmisdrijf (art. 22b Sr).
- Uitgesloten wanneer de verdachte in de vijf eraan voorafgaande jaren al eerder een taakstraf opgelegd heeft gekregen wegens een soortgelijk misdrijf.
De verdachte naast de taakstraf ook een onvoorwaardelijke gevangenisstraf, hechtenis of TBS opgelegd krijgt (lid 3).
Voorwaardelijke taakstraf kan niet naast gevangenisstraf.
Art. 9 lid 4: In geval van veroordeling tot gevangenisstraf, waarvan het onvoorwaardelijk ten uitvoer te leggen deel ten hoogste zes maanden bedraagt, kan de rechter tevens een taakstraf opleggen.
Geldboete (lid 1 sub a onder 3):
Minimum van 3,- (art. 23 lid 2 Sr) en maximum in zes categorieën tot maximum van 870.000, - (art. 23 lid 4 Sr). De geldbedragen worden elke twee jaar opnieuw vastgesteld (art. 23 lid 9). Er wordt ook rekening gehouden met het draagkrachtbeginsel (art. 24 Sr). In principe in één keer worden betaald, maar soms bepaalt de rechter dat het in termijnen mag (art. 24a Sr). Het OM bepaalt de dag waarop het moet zijn betaald (art. 6:4:1 Sv). Als het dan niet heeft plaatsgevonden komt er 20,- bij (art. 6:4:2 Sv). Als het na de tweede aanmaning weer geen betaling was, kan het OM het bedrag verhalen op goederen die worden verkocht van de veroordeelde (art. 6:4: 3 Sv). Soms is betalen niet mogelijk, dan vervangende hechtenis (art. 6:4: 3 lid 3 Sv), met hoogte bepaalt door de rechter (art. 24c Sr) maar ten hoogste een jaar. Een geldboete kan ook door de OvJ worden uitgevaardigd (art. 257a lid 2 sub b Sv)
Bijkomende straffen kunnen ook zonder hoofdstraf worden opgelegd (art. 9 lid 5). Wel moet dus de verdachte zijn veroordeeld, want dan pas een straf:
Verbeurdverklaring (art. 9 lid 1 sub b onder 2 jo. art. 33, 33a, 33c en 34):
De verbeurdverklaring is een sanctie in het strafrecht, waarbij de rechter bepaalt dat de veroordeelde de eigendom over een bepaald vermogensbestanddeel (meestal een voorwerp) verliest en waarbij de staat het eigendom verkrijgt. Wanneer opbrengsten meer dan bedrag is dat moet worden betaald zal de veroordeelde het verschil vergoed krijgen (art. 33c Sr). Bepaalde soorten voorwerpen kunnen verbeurdverklaard worden (art. 33a Sr). Dit zijn voorwerpen die geheel of grotendeels doormiddel van het strafbare feit zijn verkregen. Dit zijn niet vermogensrechten (art. 33a lid 4 Sr)
Ontzetting van rechten (art. 9 lid 1 sub b onder 1 jo. art. 28 Sr)
Delicten die in de uitoefening van een ambt of beroep worden gepleegd, kunnen soms tot gevolg hebben dat het recht tot uitoefening van dat ambt of beroep tijdelijk of levenslang wordt ontnomen. De rechten die ontnomen kunnen worden staat in art. 28 Sr
Openbaarmaking rechterlijke uitspraak (art. 9 lid 1 sub b onder 3 jo. art. 36 Sr)
Hierdoor wordt zijn goede naam aangetast. Dit kan alleen voor zover de wet dit uitdrukkelijk bepaalt (bijvoorbeeld art. 309 Sr)
Maatregelen:
Onttrekking aan het verkeer (art. 36b t/m art. 36d)
Worden voorwerpen ingenomen zelfs bij vrijspraak (art. 36b lid 1 3). Evenals bij verbeurdverklaring geeft de wet de soorten voorwerpen aan die aan het verkeer onttrokken kunnen worden (art. 36c Sr). Zij moeten van zodanige aard zijn, dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet of met het algemeen belang. Voor de keuze tussen verbeurdverklaren of onttrekken aan het verkeer zal de rechter het karakter moeten afwegen van de keuze: Verbeurdverklaring is een bijkomende straf die is bedoeld als vergelding, onttrekking aan het verkeer is een maatregel die is bedoeld ter beveiliging van de samenleving. De OvJ kan de maatregel ook bij strafbeschikking aan de verdachte opleggen (art. 257a lid 2 sub c Sv)
De ontnemingsmaatregel (art. 36e Sr)
Dit is een maatregel die is gericht om het wederrechtelijk voordeel dat verdachten hebben verkregen middels het plegen van strafbare feiten van hen af te pakken. Met name bij delicten als hennepteelt, handel in drugs, maar ook fraude en oplichten zien we dat er vaak naast een straf ook een ontnemingsmaatregel wordt opgelegd. Dit is erg lastig om vast te stellen en daarom een speciale procedure (art. 511b-511i Sv) en onderzoek: SFO (art. 126-126fa Sv). Het hoeft niet bewezen te worden, slechts voldoende aanwijzing (lid 3). Als hij niet betaalt zal hij worden gegijzeld, aldus gedetineerd. Of verhalen op goederen (art. 6:6:25 lid 8 Sv).
Wel moet er gelet worden op lid 3 waaruit blijkt dat naast wederrechtelijk verkregen voordeel ook een boete kan worden opgelegd, omdat met een geldboete kan mede ontneming worden beoogd, maar dat is voor ontneming niet afdoende omdat de hoogte van een geldboete evenredig moet zijn aan het door de rechter bewezen verklaarde strafbare feit.
Schadevergoeding (art. 36f Sr):
Vaak legt de rechter echter een vordering op. De veroordeelde moet dan een bedrag aan de Staat betalen (lid 1), die het ontvangt en overmaakt aan het slachtoffer. Verschillen met civielrechtelijke procedure zijn dus: 1. Het geld wordt indirect betaalt ipv direct 2. Er kan worden gegijzeld als het bedrag niet betaald wordt (art. 36f lid 8 Sr) 3. Ook is het mogelijk vooruitlopend op de oplegging van een schadevergoedingsmaatregel conservatoir beslag te leggen op goederen van de verdachte (art. 94a lid 3 Sv).
Terbeschikkingstelling (art. 37a Sr)
Ook bij ontoerekeningsvatbaarheid kan er TBS opgelegd worden en dus bij OVAR is het mogelijk om iemand die ontoerekeningsvatbaar is de maatregel van TBS op te leggen (art. 352 lid 2 Sv).
. Dit mag wanneer (art. 37a Sr):
- Wanneer het gaat over een feit waar vier jaar of meer is gesteld of in het geval van een van de met name in art. 37a genoemde strafbare feiten (artikelen 132, 285, eerste lid, 285b, en 395 van het Wetboek van Strafrecht, 175, tweede lid, onderdeel b, of derde lid in verbinding met het eerste lid, onderdeel b, van de Wegenverkeerswet 1994, en 11, tweede lid, van de Opiumwet) en
- de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van de personen of goederen het opleggen van die maatregel eist
Voor het oordeel van de rechter moet hij geadviseerd worden door ten miste twee deskundige met in ieder geval een psychiater (art. 37a lid 3 Sr). Dit heet een dubbelreportage. TBS duurt twee jaar (art. 38d Sr) en kan door de rechter worden verlengd met een of twee jaar (lid 2), maar nooit meer dan vier jaar tenzij inbreuk gemaakt op iemands lichaam (art. 38e lid 1 Sr). Maximale duur van TBS met voorwaarden is negen jaar (art. 38e lid 2 Sr)
Er bestaan twee vormen van TBS:
- TBS met dwangverpleging (art. 37b Sr) à gevaar voor veiligheid van andere personen en goederen. Hij wordt behandeld en verzorgd voor terugkeer in de maatschappij
- TBS met voorwaarden (art. 38 Sr) à geen direct gevaar, maar wel behandeling. Aan bepaalde voorwaarden moet hij voldoen met betrekking tot zijn gedrag en waarvan hij heeft aangegeven bereid te zijn deze na te zullen leven (art. 38 lid 6 Sr). De voorwaarden (art. 38 lid 6 Sr): Vrijwillige opname in een door de rechter aangewezen instelling, zich onder behandeling stellen van een deskundige, innemen van door de behandeld arts voorgeschreven geneesmiddelen of gedogen dat deze worden toegediend, etc.
Plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders (art. 38m, 38n en 38p Sr):
Dit is voor een relatief kleine groep die veeldaders heten. Hier moeten ze voor maximaal twee jaar een speciaal programma volgen. Voorwaarden dat dit kan worden opgelegd staat in art. 38m Sr:
- Het OM heeft oplegging van de maatregel gevorderd
- Het strafbare feit waarvoor de verdachte wordt veroordeeld is een feit waarvoor voorlopige hechtenis is toegelaten
- De verdachte is in de vijf jaren voorafgaande aan deze veroordeling minimaal driemaal eerder veroordeeld en er moet rekening worden gehouden met nieuwe misdrijven
- De veiligheid van personen of goederen eist het opleggen van de maatregel
- De rechter heeft zich laten adviseren over de oplegging van de maatregel (lid 4 en 5)
De ISD-maatregel is voor ten hoogste twee jaar (art. 38n Sr). Ook kan de rechter bepalen dat de maatregel niet ten uitvoer gelegd zal worden als de verdachte zich gedurende zijn proeftijd houdt aan bepaalde voorwaarden (art. 38p Sr).
Vrijheidsbeperkende maatregel (art. 38v-38z Sr)
De rechter kan kiezen voor een gebieds- of locatieverbod (stadionverbod) of een contactverbod (iemand niet opbellen of contact hebben). Ook is er mogelijkheid van een meldplicht, dat bijvoorbeeld tijdens een voetbalwedstrijd dat de veroordeelde zich moet melden bij een opsporingsambtenaar.
Voor de straftoemeting moeten er vier vragen beantwoord worden (art. 351 Sv):
Moet er een sanctie worden opgelegd
Welke soort sanctie moet worden opgelegd
Wat is een passende strafmaat
Welke sanctiemodaliteit wordt toegepast
Als een verdachte voor meer feiten verdacht is, is er sprake van een samenloop van strafbare feiten. Hier bestaan twee varianten van:
Eendaadse samenloop (art. 55 lid 1 Sr) à hiervan is sprake als één strafbaar feit valt binnen meer dan één strafbepaling en die geen specialiteitsverhouding hebben. Dan zal de strafbepaling toegepast worden met de zwaarste hoofdstraf (rijdt met auto met cocaïne in Duitsland, dan drugshandel, drugsbezit, etc).
Meerdaadse samenloop (art. 57 lid 1 en 2 Sr) à hiervan is sprake wanneer een verdachte meer strafbare feiten gepleegd heeft en de rechter maar één straf uitspreekt voor zover de op het delict gestelde hoofdstraffen gelijksoortig zijn. Er is dan 1/3 van de zwaarste straf is de max (één feit met 4 jaar en één feit met 2 jaar, dan gezamenlijk 6 jaar. 1/3 van vier jaar is 1 en 4 maanden. De gezamenlijke straf is dus 4 + 1 jaar en 4 maanden. Dus 5 jaar en 4 maanden).
Art. 62 Sr --> meerdaadse samenloop bij overtredingen!
Bij voorwaardelijke veroordeling hoeft de veroordeelde het voorwaardelijke deel niet ten uitvoer te brengen. Dit is mogelijk wanneer (art. 14a Sr):
- Ingeval een gevangenisstraf van ten hoogste twee jaar, hechtenis, taakstraf of geldboete is opgelegd, kan de rechter beslissen dat die straf geheel of gedeeltelijk niet zal worden ten uitvoer gelegd
- Ingeval een gevangenisstraf van meer dan twee jaar, maar korter dan vier jaar, mag het voorwaardelijke deel ten hoogste twee jaar zijn.
De verdachte mag dus geen strafbaar feit plegen gedurende de proeftijd van maximaal drie jaar, maar soms tien jaar (art. 14b Sr). Dit kan een algemene voorwaarde zijn (art. 14c lid 1 Sr) of bijzondere voorwaarden (art. 14c lid 2 Sr) waar een locatie- of contactverbod, therapie of volgen van een cursus kan worden opgelegd.
Bij een kort geding wordt een zaak aanhangig gemaakt bij een voorzieningenrechter (art. 5 RO). Wel moet het spoedeisend zijn (art. 254 Rv) en geen andere effectieve strafvorderlijke procedure bestaat waarmee de beslissing aangevochten kan worden.
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
Inleiding Strafrecht (samenvatting literatuur, hoorcolleges, werkcolleges en arresten)
- Samenvatting week 1 Inleiding Strafrecht
- Samenvatting week 2 Inleiding Strafrecht
- Samenvatting week 3 Inleiding Strafrecht
- Samenvatting week 4 Inleiding Strafrecht
- Samenvatting week 5 Inleiding Strafrecht
- Samenvatting week 6 Inleiding Strafrecht
- Samenvatting week 7 Inleiding Strafrecht
- Hoorcollege week 1 Inleiding Strafrecht
- Hoorcollege week 2 Inleiding Strafrecht
- Hoorcollege week 3 Inleiding Strafrecht
- Hoorcollege week 4 Inleiding Strafrecht
- Hoorcollege week 5 Inleiding Strafrecht
- Hoorcollege week 6 Inleiding Strafrecht
- Hoorcollege week 7 Inleiding Strafrecht
- Werkcollege week 1 Inleiding Strafrecht
- Werkcollege week 2 Inleiding Strafrecht
- Werkcollege week 3 Inleiding Strafrecht
- Werkcollege week 4 Inleiding Strafrecht
- Werkcollege week 5 Inleiding Strafrecht
- Werkcollege week 6 Inleiding Strafrecht
- Werkcollege week 7 Inleiding Strafrecht
Contributions: posts
Spotlight: topics
Online access to all summaries, study notes en practice exams
- Check out: Register with JoHo WorldSupporter: starting page (EN)
- Check out: Aanmelden bij JoHo WorldSupporter - startpagina (NL)
How and why use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?
- For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
- For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
- For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
- For compiling your own materials and contributions with relevant study help
- For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.
Using and finding summaries, notes and practice exams on JoHo WorldSupporter
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
- Use the summaries home pages for your study or field of study
- Use the check and search pages for summaries and study aids by field of study, subject or faculty
- Use and follow your (study) organization
- by using your own student organization as a starting point, and continuing to follow it, easily discover which study materials are relevant to you
- this option is only available through partner organizations
- Check or follow authors or other WorldSupporters
- Use the menu above each page to go to the main theme pages for summaries
- Theme pages can be found for international studies as well as Dutch studies
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
- Check out: Why and how to add a WorldSupporter contributions
- JoHo members: JoHo WorldSupporter members can share content directly and have access to all content: Join JoHo and become a JoHo member
- Non-members: When you are not a member you do not have full access, but if you want to share your own content with others you can fill out the contact form
Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance
Main summaries home pages:
- Business organization and economics - Communication and marketing -International relations and international organizations - IT, logistics and technology - Law and administration - Leisure, sports and tourism - Medicine and healthcare - Pedagogy and educational science - Psychology and behavioral sciences - Society, culture and arts - Statistics and research
- Summaries: the best textbooks summarized per field of study
- Summaries: the best scientific articles summarized per field of study
- Summaries: the best definitions, descriptions and lists of terms per field of study
- Exams: home page for exams, exam tips and study tips
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
- Studies: Bedrijfskunde en economie, communicatie en marketing, geneeskunde en gezondheidszorg, internationale studies en betrekkingen, IT, Logistiek en technologie, maatschappij, cultuur en sociale studies, pedagogiek en onderwijskunde, rechten en bestuurskunde, statistiek, onderzoeksmethoden en SPSS
- Studie instellingen: Maatschappij: ISW in Utrecht - Pedagogiek: Groningen, Leiden , Utrecht - Psychologie: Amsterdam, Leiden, Nijmegen, Twente, Utrecht - Recht: Arresten en jurisprudentie, Groningen, Leiden
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
1476 |
Add new contribution