Hoorcollege week 6 Inleiding Internationaal Publiekrecht

Hoorcollege 

Rechtsmacht: 

  • Jurisdictie: bevoegdheid van een staat om regels te stellen of te handhaven ten aanzien van personen of gebeurtenissen --> concrete manifestatie van soevereiniteit 

  • Het afbakenen van gezag van staten --> recht van co-existentie 

  • Geen verdrag dat alomvattende opsomming bevat, dus rechten en verplichtingen moeten worden afgeleid uit de praktijk (gewoonterecht) 

Bronnen voor rechtsmacht: 

  • Gewoonterecht 

  • Sommige rechten en plichten VN-Handvest (bv 2.1 en 2.4) 

  • Resolutie Algemene Vergadering VN: Declaration on Friendly Relations --> niet bindend maar wel belangrijk voor soft-laws 

Basis: 

IGH Nicaragua Case: staten mogen 

  • Zich niet doormiddel van ‘methods of coercion’ (dwang) in interne aangelegenheden van andere staten mengen (non-interventiebeginsel) 

  • Geen geweld gebruiken tegen de territoriale integriteit of de politieke onafhankelijkheid van andere staten 

  • Niet beperkt tot geweld: bv financieel/logistiek steunen van opstandelingen (moet element van dwang bezitten) 

  • Dus wel mening geven over andere staat 

Waar ligt de grens dan: 

  • Steun geven bijvoorbeeld regering neer te halen is in strijd met non-interventiebeginsel 

  • Het financieel isoleren van landen dmv stopzetten van handelen is niet in strijd met non-interventiebeginsel 

Typen rechtsmacht: 

  • Wetgevende rechtsmacht 

  • Rechtsprekende rechtsmacht 

  • Handhavende rechtsmacht 

SS Lotus Case (France vs Turkey): 

  • Staten mogen regels stellen en handhaven in de mate waarin internationaal recht aan deze staten rechtsmacht toekent 

  • Zolang ze dus maar aan hun internationale verplichtingen houden mogen zij alles doen in hun rechtsgebied  

  • Een staat: “should not overstep the liimits which international law places upon its jurisdiction.” 

In NL is de Wet Algemene Bepalingen: 

  • art. 13a: De rechtsmacht van de rechter en de uitvoerbaarheid van rechterlijke vonnissen en van authentieke akte worden beperkt door de uitzonderingen in het volkenrecht erkend 

  • Dus in principe is de beperking van rechtsmacht van beperking van de staat wordt gezien als uitzondering in internationale recht. Het standaard is dat de staat soeverein is en zelf mag bepalen 

Aanknopingspunten voor rechtsmacht: 

Om rechtsmacht uit te kunnen oefenen zijn een aantal voorwaarden: 

  • Er moeten voldoende aanknopingspunten zijn tussen staat enerzijds en persoon of gebeurtenis anderzijds waarover staat rechtsmacht wil uitoefenen 

  • Wetgevende en rechtssprekend in principe onbegrensd in theorie, in praktijk zijn aanknopingspunten wel essentieel 

  • Maar staat wordt beperkt door de handhavende rechtsmacht 

Grondslagen voor uitoefening van rechtsmacht: 

  • Territorialiteit 

  • Nationaliteit 

  • Bescherming 

  • Universaliteit 

Territorialiteit: 

  • Subjectief territorialiteitsbeginsel --> binnen grondgebied staat onbeperkt zijn rechtsmacht mag laten gelden (bijvoorbeeld Wetboek van Strafrecht) 

  • Objectief territorialiteitsbeginsel --> grondslag voor de uitoefening van rechtsmacht ten aanzien van personen in het buitenland maar wel effect hebben op binnenland (buitenland misdrijf waar effectief heeft in NL, zoals in buitenland wordt strafbaar materiaal op internet wordt gezet en in NL wordt gebruikt) 

Nationaliteit: 

  • Ook wel personaliteitsbeginsel --> staat kan gezag uitoefenen over zijn onderdanen, waar die zich ook bevinden 

  • Actief nationaliteitsbeginsel --> staat heeft rechtsmacht ten aanzien van alle personen die zijn nationaliteit bezitten, in binnen- en buitenland. Wetboek Sr is ook van toepassing gemaakt op Nederlandse Syriëgangers. NL maakt hier beperkt gebruik van. Wet internationale misdrijven (WIM). Nederlanders zijn onder Nederlandse strafwet strafbaar als: Art. 2 lid 1 WIM sub a: als Nederlander in buitenland misdrijf pleegt en nu in NL bevindt. Sub b: Nederlander pleegt misdrijf tegen Nederlander in buitenland. Sub c: als Nederlander zich schuldig maakt aan misdrijven van deze wet (zoals Nederlandse Syriëgangers). 
    Het maakt dus niet uit of het feit strafbaar is in het land waar het is gepleegd, want Nederlandse strafrecht van toepassing. Dus beperkt actief nationaliteitsbeginsel: misdrijf in NL en strafbaar in land waar gepleegd om Wetboek van Strafrecht en WIM te laten gelden 

  • Passief nationaliteitsbeginsel --> verleent staten rechtsmacht over niet-onderdanen die worden verdacht van in het buitenland gepleegde handelingen die schade toebrengen aan onderdanen. In NL art. 5 Sr. In aantal verdragen vastgesteld (bv Verdrag inzake bestrijding en financiering van terrorisme). Daarbuiten zeer beperkt toegepast, want rechtsonzekerheid voor verdachte en overlappende rechtsmacht claims (nationaliteitsbeginsel vs territorialiteitsbeginsel) 

Beschermingsbeginsel: 

  • Staat kan rechtsmacht uitoefenen t.a.v. personen of gebeurtenissen buiten zijn grondgebied, als handelingen vitale belangen van de staat kunnen raken 

  • Art. 4 Sr misdrijven tegen veiligheid van de staat, schending van staatsgeheimen (bv terroristische aanvallen) 

Universaliteitsbeginsel: 

  • Eerste drie aanknopingspunten zijn niet van toepassing, maar personen hebben fundamentele waarden van de internationale gemeenschap geschonden 

  • Beperkte universele rechtsmacht --> verdragen die partijen verplichten rechtsmacht te vestigen voor het geval een verdachte van in die verdragen gespecificeerde misdrijven zich op zijn grondgebied bevindt en de staat in kwestie hem niet uitlevert aan een andere verdragsstaat die rechtsmacht heeft. Een staat moet of veroordelen of uitleveren (aut dedere, aut judicare). Zoals terrorismeverdrag of folteringsverdrag. 
    Zo oordeelde het IGH in het Warrent-arrest dat Senegal voormalige dictator van Tsjaar, Hissène Habré ofwel moest uitleveren aan België ofwel zelf moest berechten. Dus: op grond van het internationaal publiekrecht (gewoonterecht) zijn niet alleen diplomaten onschendbaar, ook een aantal hooggeplaatste vertegenwoordigers zijn onschendbaar. Andere voorbeelden waren van Adolf Eichmann en Augusto Pinochet. 

  • Zuivere universele rechtsmacht --> gewoonterecht en wereldwijd van toepassing, staten treden op namens internationale gemeenschap. Jus cogens: genocide, misdrijven tegen de menselijkheid, oorlogsmisdaden, piraterij. Zuivere rechtsmacht kan leiden tot conflicterende aanspraken, in praktijk meestal wel territoriale aanknoping (Eichmann door Duitsland, Pinochet Chili), maar maakt in principe niet uit 

Extraterritoriale handhaving: 

  • Als de Nederlandse politie bijvoorbeeld in Duitsland de Nederlandse wet wil handhaven 

  • In principe is dit onrechtmatig, want maakt onaanvaardbare inbreuk op soevereiniteit van andere staat 

  • Staat heeft toestemming nodig van andere staat als hij dit wil doen, ook als hij informatie nodig heeft uit een andere jurisdictie 

  • Er zijn ook verdragen die dit regelen (samenwerking op het gebied van criminaliteitsbestrijding 

  • Zoals bijvoorbeeld dat VS rechtsmacht heeft over militairen in NL, terwijl in principe onrechtmatig en toestemming nodig 

Extraterritoriale handhaving: 

  • Handelingen toerekenbaar aan staat, staatsaansprakelijkheid 

Afbakening van staatsgezag buiten grondgebied: 

  • Zee, lucht, ruimte of gemeenschappelijk gebieden (Antarctica) 

  • Hugo de Groot legde basis voor zeerecht 

De zee: 

  • Zeerecht “Law of the Sea” --> een van de oudste onderdelen van het internationaal publiekrecht 

  • Gewoonterecht gecodificeerd in het VN-Zeerechtverdrag 

  • UNCLOS (United Nations Convention of the Law of the Sea) 

Zones: 

  • Territoriale zee 

  • Archipelwateren (wateren groepen van eilanden) 

  • Aansluitende zones (contiguous zone) 

  • Continentaal plat 

  • Exclusieve economische zone 

  • Volle zee  

Volle territoriale rechtsmacht van kuststaat: 

  1. Binnenwateren 

  1. Territoriale zee 

  1. Archipelwateren (water rondom eilanden heen) 

Verder af van de kust, beperkte rechtsmacht ten aanzien van bepaalde activiteiten. Dus wel bepaalde rechten maar minder: 

  1. Aansluitende zone 

  1. Continentaal plaat (Nort Sea Continental Shelf Cases) 

  1. Exclusieve economische zone 

Continentaal plat: 

  • Zeebodem die de natuurlijke voortzetting van het land vormt 

  • Op diepte van 200 meter onder de zeespiegel 

  • Olie + gas 

  • Heeft staat automatisch recht op, maar afbakening moet je soms onderhandelen met andere kuststaten 

Volle zee: 

  • Valt buiten nationale rechtsmacht 

  • Vrijheid van scheepvaart, vrijheid om onderzeese kabels en pijpleidingen te leggen, te vissen en wetenschappelijk onderzoek te doen 

  • Schepen: slechts onderworpen aan rechtsmacht van de vlaggenstaat 

  • Staten moeten effectief gezag uitoefenen, vooral ivm veiligheid en standaarden IMO 

  • In praktijk niet zo 

Diepzeebodem: 

  • Gemeenschappelijk erfgoed van de mensheid (art. 136 VN-Zeerechtverdrag) 

  • Internationale zeebodemautoriteit in Kingston, Jamaica 

De ruimte: 

  • Vrij voor gebruik door alle staten 

  • Slechts voor vreedzame doeleinden (Outerspace treaty) 

  • Geen massavernietigingswapens, wel anderen wapens, ruimteschulden en (spionage) satellieten 

Antarctica: 

  • 7 staten territoriale claims: Argentinië, Australië, Chili, Frankrijk, Nieuw-Zeeland, Noorwegen en VK. Andere hebben zich hiertegen verzet 

  • 1959 verdrag inzake Antarctica 

  • Toerisme en wetenschappelijk onderzoek mag wel 

Immuniteit: 

  • Het is een uitzondering en begrenzing van territoriale rechtsmacht van staten 

  • Staat mag normaal gesproken binnen grondgebied rechtsmacht uitoefenen over onderdanen van andere staten 

  • Maar mag in beginsel geen rechtsprekende of handhavende rechtsmacht uitoefenen ten opzichte van gezagsdragers van vreemde staten 

Immuniteit in praktijk: 

  • Geen civielrechtelijke procedure tegen vreemde staat 

  • Geen strafrechtelijke of civielrechtelijke procedure tegen gezagdragers van vreemde staten 

  • Immuniteit van internationale organisaties (Mothers of Srebrenica-zaak) 

Staatsimmuniteit: 

  • Par in parem non habet imperium (gelijken hebben geen gezag over elkaar) --> geen rechtsprekende of handhavende rechtsmacht t.o.v. andere staten 

Bronnen immuniteit: 

  • Veelal gewoonterecht (net als bij rechtsmacht) 

  • Relevant voor NL: Europese overeenkomst inzake de immuniteit van staten 

  • VN: gewoonterecht ten dele gecodificeerd in het VN Verdrag inzake de immuniteit van rechtsmacht van staten en hun eigendommen --> nog niet van kracht en nog niet geratificeerd (VN-Verdrag) 

Basisbeginselen immuniteit: 

  • Nationale rechter kan geen rechtsmacht uitoefenen over een andere staat (art. 5 VN-Verdrag) 

  • In NL: rechter moet vreemde staat immuniteit verlenen op grond van art. 13a Wet Algemene Bepalingen --> beoordeelt immuniteit uitsluitend op basis van internationaal recht 

Aan wie komt immuniteit toe: 

  • Alle onderdelen van de staat: regering, parlement, lagere overheid, individuele gezagsdragers 

  • Maar: staat kan afstand doen van immuniteit d.m.v. internationale overeenkomst, bij contract of door na het geschil expliciet toestemming te geven (art. 8 VN-Verdrag, art. 3 lid 1 Europese overeenkomst) 

Belangrijke uitzonderingen op immuniteit: 

  • Als de staat zich gedraagt als een private partij (acta iure gestionis: staat komt geen immuniteit toe voor handelingen die zijn verricht op voet van gelijkheid met private partijen art. 10 lid 1 VN-Verdrag:) 
    - Aankoop goederen in derde land (meubilair voor ambassade) 
    - Arbeidsverhouding 
    - Transacties inzake onroerende zaken (als NL gebouw zou kopen in derde land voor ambassade art. 13 VN-Verdrag, art 10 en 14 Europese Overeenkomst) 

  • Acta iure imperii: principe van immuniteit is om te voorkomen dat een staat bij de uitoefening van publiek gezag wordt onderworpen aan het publieke gezag van een andere staat. Komt terug op: Par in parem non habet imperium  

Immuniteit individuele gezagsdragers: 

  • Principe: personen die de staat vertegenwoordigen kunnen niet onderworpen worden aan rechtsprekende of handhavende rechtsmacht van een andere staat 

  1. Immuniteit: bescherming tegen gerechtelijke procedures 

  1. Ook onschendbaar: bescherming tegen handelingen van een staat die de uitoefening van officiële taken zou belemmeren 

  • Betekent niet dat vertegenwoordigers van vreemde staten de wetgeving van de staat waar ze zich bevinden mogen negeren 

  • Wel immuun voor uitoefening van rechtsprekende en handhavende rechtsmacht 

Type: 

  • Functionele immuniteit: handelingen verricht in officiële hoedanigheid (art. 2 sub b VN-Verdrag) --> vertegenwoordigers van de staat die in officiële functie handelen 

  • Persoonlijke immuniteit: beperkte categorie gezagsdragers voor ALLE handelingen die zij verrichten. Strekt zich gedurende de duur van de functie uit tot alle handelingen, inclusief privéhandelingen (Mark Rutte, Stef Blok, Willem-Alexander) 

  • Waarom? 
    1. Verpersoonlijking van de staat 
    2. Ongestoord verloop van internationale betrekkingen 

Persoonlijke immuniteit: 

  • Beperkt tot de ambtsperiode (zodra geen president meer, kunnen er dus rechtspraken komen). Daarna alleen nog maar functionele immuniteit, dus niet meer immuun voor handelingen die tijdens ambt in privéhoedanigheid zijn verricht 

  • Alle ander personen: slechts functionele immuniteit 

  • Twee uitzonderingen: 
    1. Sommige diplomaten hebben volledige immuniteit 
    2. Vertegenwoordigers van staten die officieel staatsbezoek brengen (gewoonterecht) 

Arrest Warrant-zaak: 

  • België kende een wet tot universele rechtsmacht en gaf een arrest aan president van Congo. Maar IGH oordeelde dat hij in zijn functie was en daardoor immuniteit had 

Internationaal strafhof: 

  • Den Haag 

  • Art. 27 ISH-Statuut: Persoonlijke en functionele immuniteit van gezagsdragers die worden verdacht van internationale misdrijven geldt niet voor verdachten van het ISH.  

  • Dus zij kunnen ook berecht worden en immuniteit geldt niet compleet 

Immuniteiten van internationale organisaties: 

  • Geldt niet voor NGO, want dit zijn non-gouvernementele organisaties (Wereldnatuurfonds of Greenpeace). Wel VN bijvoorbeeld 

  • Net als staten kunnen internationale organisaties niet aan het gezag van individuele staten worden onderworpen 

  • Niet op basis van soevereiniteit, maar noodzaak functioneren internationale organisaties 

  • Vooral van belang voor gastland internationale organisaties 

  • Functioneel van aard 

  • Recht op immuniteit is in het algemeen neergelegd in het oprichtingsverdrag. Bijvoorbeeld art. 105 VN-Handvest: Geniet immuniteit die noodzakelijk is voor het verwezenlijken van haar doelstellingen 

  • Nationale rechter moet zich in beginsel onbevoegd verklaren, tenzij organisatie afstand heeft gedaan van die immuniteiten 

  • Mothers of Screbenica-zaak: onbevoegd om te oordelen over mogelijke aansprakelijkheid VN voor de tekortschietende bescherming die de VN in 1995 had geboden 

Bronnen immuniteit van VN: 

  • VN-Conventie inzake privileges en immuniteiten 

  • Immuniteiten ook geregeld tussen organisatie en gaststaat 

  • Dient gerespecteerd te worden door verdragspartijen of voor alle landen 

Immuniteiten van personeel 

  • Beperkt aantal functionarissen heeft persoonlijke immuniteit 

  • Bijvoorbeeld secretaris generaal 

  • Maar verder functioneel van aard (functioneel immuun) 

Wat zijn diplomatieke en consulaire betrekkingen: 

  • Diplomatiek en consulair recht bieden staten de mogelijkheid hun gezag in het buitenland uit te oefenen en vormen daarmee een uitzondering op het verbod van extraterritoriale uitoefening van rechtsmacht 

  • Oudste onderdelen van het volkenrecht 

Diplomatieke missies: 

  • Zendstaat bepaalt in beginsel wie er deel uitmaakt van een diplomatieke vertegenwoordiging 

  • Alleen ten aanzien van het hoofd van de missie (ambassadeur) dient de ontvangende staat vooraf zijn goedkeuring te verlenen (art. 4 lid 1 conventie inzake diplomatiek verkeer) 

  • Ontvangstaat kan iemand persona non grata verklaren (art. 9): terugroeping of verbreking (niet meer welkom in ontvangststaat) 

Diplomaten: 

  • Onderworpen aan nationaal recht zendstaat (scheurende diplomaten) 

  • Privileges: vrijstellingen van nationale wetten ontvangende staat 

  • Immuniteiten beschermen tegen rechtsprekende en handhavende rechtsmacht 

  • Waarom: vertegenwoordiger van de staat en noodzakelijk voor het vullen van taken van de missie (vaak ook voor familie van diplomaat) 

  • Beperkte immuniteit civielrechtelijke en administriefrechtelijke rechtsmacht 

  • Staat kan afstand doen van immuniteit van diplomaat, maar diplomaat niet 

  • Vrouw van diplomaat van VS had bijvoorbeeld een man aangereden in VK. VS had geen afstand gedaan van immuniteit voor diplomaat en daarom is de vrouw nooit berecht 

  • Houden als regel op te bestaan na beëindiging van de functie 

  • Maar blijft voortbestaan ten aanzien van officiële handelingen, d.w.z. handelingen die namens de zendstaat zijn verricht 

  • Andere regels: diplomatieke tas mag niet worden geopend, missie onschendbaar, als ook de woningen van leden van de diplomatieke staf

Image

Access: 
Public

Image

Join WorldSupporter!

Image

 

 

Contributions: posts

Help other WorldSupporters with additions, improvements and tips

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.

Image

Spotlight: topics

Check the related and most recent topics and summaries:
Institutions, jobs and organizations:

Image

Check how to use summaries on WorldSupporter.org

Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, notes and practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the summaries home pages for your study or field of study
  2. Use the check and search pages for summaries and study aids by field of study, subject or faculty
  3. Use and follow your (study) organization
    • by using your own student organization as a starting point, and continuing to follow it, easily discover which study materials are relevant to you
    • this option is only available through partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
  5. Use the menu above each page to go to the main theme pages for summaries
    • Theme pages can be found for international studies as well as Dutch studies

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Main summaries home pages:

Main study fields:

Main study fields NL:

Submenu: Summaries & Activities
Follow the author: Abel-Jan Scheffer
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Statistics
1268
Search a summary, study help or student organization