Gouden Kooi I - Arrest

Gouden Kooi I (HR 25-03-2011, LJN BP3887)

Casus

Belanghebbende heeft deelgenomen aan het televisieprogramma ‘De Gouden Kooi’. Tussen Talpa Producties BV en belanghebbende is een overeenkomst ondertekend die door partijen is benoemd als een overeenkomst van opdracht. Deze bepaalt onder meer dat Talpa een schadeloosstelling betaalt van € 2.250 voor iedere maand doorgebracht in De Gouden Kooi, waarop Talpa van de Belastingdienst loonheffingen en sociale premies moest inhouden. Talpa heeft voor het programma een regelboek met spelregels opgesteld. Nadat belanghebbende was ‘weggestemd’, heeft zij een WW-uitkering aangevraagd. UWV heeft haar deze geweigerd. Belanghebbende heeft tegen het besluit bezwaar gemaakt en beroep ingesteld. De rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard. De Centrale Raad van Beroep (hierna: de Raad) heeft de uitspraak bevestigd. UWV is van de uitspraak van de Raad in cassatie gekomen. Getuigt de uitspraak van de Raad van een onjuiste uitleg of verkeerde toepassing van het begrip ‘in privaatrechtelijke dienstbetrekking staan’ in de zin van artikel 3 WW?

Hoge Raad

Voor de vraag of belanghebbende tot Talpa in een zodanige privaatrechtelijke dienstbetrekking stond is maatgevend of tussen beiden sprake was van een arbeidsovereenkomst in de zin van artikel 7:610 BW. Bij de beantwoording van de vraag of de rechtsverhouding tussen partijen als zodanig dient te worden aangemerkt, moet worden getoetst of de inhoud van die rechtsverhouding voldoet aan de criteria die gelden voor het bestaan van een arbeidsovereenkomst. Daarbij moet acht worden geslagen op alle omstandigheden van het geval, in onderling verband bezien, en dienen niet alleen de rechten en verplichtingen in aanmerking te worden genomen die partijen bij het sluiten van de overeenkomst voor ogen stonden, maar moet ook acht worden geslagen op de wijze waarop partijen uitvoering hebben gegeven aan hun overeenkomst en aldus daaraan inhoud hebben gegeven. De Raad heeft als vereisten voor het aannemen van een dienstbetrekking gesteld een verplichting tot het persoonlijk verrichten van arbeid, een gezagsverhouding en een verplichting tot het betalen van loon. Aldus is de Raad terecht uitgegaan van de criteria die gelden voor het bestaan van een arbeidsovereenkomst in de zin van artikel 7:610 BW. Bij de beoordeling of de inhoud van de tussen partijen gemaakte afspraken aan die criteria voldoet, geeft de uitspraak van de Raad bovendien geen blijk van een onjuiste uitleg van die kenmerken of van miskenning dan wel verkeerde toepassing hiervan.

Image

Access: 
Public

Image

Click & Go to more related summaries or chapters

Samenvattingen: de beste jurisprudentie en arresten voor arbeidsrecht en sociaal recht samengevat

Join WorldSupporter!
This content is related to:
Arresten en jurisprudentie: uittreksels en studiehulp - Thema

Image

 

 

Contributions: posts

Help other WorldSupporters with additions, improvements and tips

Image

Spotlight: topics

Check the related and most recent topics and summaries:
Activities abroad, study fields and working areas:

Image

Check how to use summaries on WorldSupporter.org
Submenu: Summaries & Activities
Follow the author: Law Supporter
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Statistics
Search a summary, study help or student organization